Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62017CA0672

    Zaak C-672/17: Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 6 december 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Arbitral Tributário (Centro de Arbitragem Administrativa — CAAD) — Portugal) — Tratave — Tratamento de Águas Residuais do Ave SA / Autoridade Tributária e Aduaneira (Prejudiciële verwijzing — Belasting over de toegevoegde waarde (btw) — Maatstaf van heffing — Verlaging — Beginsel van fiscale neutraliteit)

    PB C 44 van 4.2.2019, p. 5–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    4.2.2019   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 44/5


    Arrest van het Hof (Zesde kamer) van 6 december 2018 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Tribunal Arbitral Tributário (Centro de Arbitragem Administrativa — CAAD) — Portugal) — Tratave — Tratamento de Águas Residuais do Ave SA / Autoridade Tributária e Aduaneira

    (Zaak C-672/17) (1)

    ((Prejudiciële verwijzing - Belasting over de toegevoegde waarde (btw) - Maatstaf van heffing - Verlaging - Beginsel van fiscale neutraliteit))

    (2019/C 44/06)

    Procestaal: Portugees

    Verwijzende rechter

    Tribunal Arbitral Tributário (Centro de Arbitragem Administrativa — CAAD)

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Tratave — Tratamento de Águas Residuais do Ave SA

    Verwerende partij: Autoridade Tributária e Aduaneira

    Dictum

    Het neutraliteitsbeginsel alsmede de artikelen 90 en 273 van richtlijn 2006/112/EG van de Raad van 28 november 2006 betreffende het gemeenschappelijke stelsel van belasting over de toegevoegde waarde moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich niet verzetten tegen een nationale regeling als die in het hoofdgeding, volgens welke een belastingplichtige de maatstaf van heffing voor de belasting over de toegevoegde waarde (btw) in geval van niet-betaling niet kan verlagen zolang hij niet vooraf zijn voornemen om de btw geheel of gedeeltelijk te annuleren heeft meegedeeld aan de afnemer van het goed of de ontvanger van de dienst, indien deze een belastingplichtige is, met het oog op herziening van de aftrek van het btw-bedrag die laatstbedoelde belastingplichtige heeft kunnen toepassen.


    (1)  PB C 52 van 12.2.2018.


    Top