Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007CA0429

    Zaak C-429/07: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 11 juni 2009 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Gerechtshof te Amsterdam — Nederland) — Inspecteur van de Belastingdienst/X BV (Mededingingsbeleid — Artikelen 81 EG en 82 EG — Artikel 15, lid 3, van verordening (EG) nr. 1/2003 — Door Commissie ingediende schriftelijke opmerkingen — Nationaal geschil over fiscale aftrekbaarheid van bij beschikking van Commissie opgelegde geldboete)

    PB C 180 van 1.8.2009, p. 5–5 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    1.8.2009   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 180/5


    Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 11 juni 2009 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Gerechtshof te Amsterdam — Nederland) — Inspecteur van de Belastingdienst/X BV

    (Zaak C-429/07) (1)

    (Mededingingsbeleid - Artikelen 81 EG en 82 EG - Artikel 15, lid 3, van verordening (EG) nr. 1/2003 - Door Commissie ingediende schriftelijke opmerkingen - Nationaal geschil over fiscale aftrekbaarheid van bij beschikking van Commissie opgelegde geldboete)

    2009/C 180/08

    Procestaal: Nederlands

    Verwijzende rechter

    Gerechtshof te Amsterdam

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Inspecteur van de Belastingdienst

    Verwerende partij: X BV

    Voorwerp

    Verzoek om een prejudiciële beslissing — Gerechtshof te Amsterdam — Uitlegging van artikel 15, lid 3, van verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002, betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag (PB 2003, L 1, blz. 1) — Indiening, door de Commissie, van schriftelijke opmerkingen in het kader van een nationale procedure betreffende de fiscale aftrekbaarheid van een door de Commissie opgelegde boete

    Dictum

    Artikel 15, lid 3, eerste alinea, derde zin, van verordening (EG) nr. 1/2003 van de Raad van 16 december 2002 betreffende de uitvoering van de mededingingsregels van de artikelen 81 en 82 van het Verdrag, moet aldus worden uitgelegd dat de Commissie van de Europese Gemeenschappen op grond van deze bepaling bevoegd is, uit eigen beweging bij een rechterlijke instantie van een lidstaat schriftelijke opmerkingen in te dienen in een procedure die betrekking heeft op de volledige of gedeeltelijke aftrekbaarheid, van de belastbare winst, van een door haar wegens schending van artikel 81 EG of artikel 82 EG opgelegde geldboete.


    (1)  PB C 297 van 8.12.2007.


    Top