Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006R1126

Verordening (EG) nr. 1126/2006 van de Raad van 24 juli 2006 houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 234/2004 betreffende bepaalde beperkende maatregelen ten aanzien van Liberia en tot intrekking van Verordening nr. 1030/2003, en houdende schorsing van bepaalde beperkende maatregelen ten aanzien van Liberia

PB L 201 van 25.7.2006, p. 1–3 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 352M van 31.12.2008, p. 448–450 (MT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (BG, RO, HR)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 21/06/2016; stilzwijgende opheffing door 32016R0983

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2006/1126/oj

25.7.2006   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 201/1


VERORDENING (EG) Nr. 1126/2006 VAN DE RAAD

van 24 juli 2006

houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 234/2004 betreffende bepaalde beperkende maatregelen ten aanzien van Liberia en tot intrekking van Verordening nr. 1030/2003, en houdende schorsing van bepaalde beperkende maatregelen ten aanzien van Liberia

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op de artikelen 60 en 301,

Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2006/31/GBVB van 23 januari 2006 tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Liberia (1) en Gemeenschappelijk Standpunt 2006/518/GBVB van 24 juli 2006 tot wijziging en verlenging van bepaalde beperkende maatregelen tegen Liberia (2),

Gezien het voorstel van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Met het oog op de toepassing van de maatregelen die bij Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad (UNSCR) jegens Liberia zijn vastgesteld, voorzag Gemeenschappelijk Standpunt 2004/137/GBVB van 10 februari 2004 betreffende beperkende maatregelen tegen Liberia (3) in de uitvoering van de genoemde resolutie en in een verbod op het verstrekken van financiële bijstand aan Liberia in verband met militaire activiteiten. Op 23 januari 2006 zijn, overeenkomstig Resolutie 1647 (2005) van de VN-Veiligheidsraad, bij Gemeenschappelijk Standpunt 2006/31/GBVB, de beperkende maatregelen van Gemeenschappelijk Standpunt 2004/137/GBVB voor een nieuwe periode bevestigd.

(2)

Verordening (EG) nr. 234/2004 van de Raad (4) verbiedt het verstrekken aan Liberia van technische bijstand en financiële steun in verband met militaire activiteiten en de invoer uit Liberia van ruwe diamant en van rondhout en houtproducten.

(3)

In het licht van de ontwikkelingen in Liberia heeft de VN-Veiligheidsraad op 13 juni 2006 UNSCR 1683 (2006) aangenomen, waarbij een aantal afwijkingen worden toegestaan van het verbod op technische bijstand in verband met militaire activiteiten dat bij punt 2(b) van UNSCR 1521 (2003) is vastgesteld.

(4)

Op 20 juni 2006 heeft de VN-Veiligheidsraad Resolutie 1689 (2006) aangenomen, houdende verlenging van het verbod op de invoer van diamant, maar niet van het verbod op de invoer van alle rondhout en houtproducten van oorsprong uit Liberia, dat bij punt 10 van UNSCR 1521 (2003) was vastgesteld en na verschillende verlengingen op 20 juni 2006 is verstreken. De Veiligheidsraad verklaart vastbesloten te zijn dat verbod opnieuw in te stellen, mocht Liberia niet binnen een periode van 90 dagen de bosbouwwetgeving hebben goedgekeurd die het door de Liberiaanse regering opgerichte Controlecomité voor de bosbouwhervorming heeft ingediend.

(5)

Rekening houdend met deze resoluties en met de Gemeenschappelijke Standpunten 2006/31/GBVB en 2006/518/GBVB dient het verbod op de invoer van rondhout en houtproducten van oorsprong uit Liberia, dat is vastgesteld bij artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 234/2004, met ingang van 23 juni 2006 te worden geschorst en dienen de artikelen 3 en 4 van die verordening te worden gewijzigd in die zin dat, met ingang van 13 juni 2006, onder bepaalde voorwaarden bijstand kan worden verstrekt aan de politie en de veiligheidstroepen van de Liberiaanse regering,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Verordening (EG) nr. 234/2004 wordt als volgt gewijzigd:

1)

Artikel 3 wordt vervangen door:

„Artikel 3

1.   In afwijking van artikel 2 mag de in bijlage I vermelde bevoegde instantie van de lidstaat waar de dienstverstrekker is gevestigd, het verstrekken toestaan van:

a)

technische bijstand, financiering of financiële steun in verband met

i)

wapentuig en aanverwant materieel, indien dergelijke bijstand en diensten uitsluitend bestemd zijn ter ondersteuning van en voor gebruik door de VN-missie in Liberia, of

ii)

wapentuig en munitie die onder het toezicht van de speciale veiligheidsdienst staan met het oog op vrij operationeel gebruik en die overeenkomstig de goedkeuring van het comité, opgericht bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad, 13 juni 2006 voor opleidingsdoeleinden aan de leden van die veiligheidsdienst zijn verstrekt;

b)

financiering en financiële steun in verband met:

i)

wapentuig en aanverwant materieel, uitsluitend bestemd ter ondersteuning van en voor gebruik binnen een internationaal opleidings- en hervormingsprogramma voor de Liberiaanse strijdkrachten en politie, op voorwaarde dat het comité ingesteld bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad zijn goedkeuring heeft gehecht aan de uitvoer, verkoop, levering of overdracht van het wapentuig of materieel;

ii)

niet-dodelijke militaire uitrusting, uitsluitend bestemd voor humanitair gebruik of beschermingsdoeleinden, op voorwaarde dat het comité ingesteld bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad zijn goedkeuring heeft gehecht aan de uitvoer, verkoop, levering of overdracht van de uitrusting, of

iii)

wapens en munitie, bestemd voor gebruik door leden van de politie en de veiligheidstroepen van de Liberiaanse regering die sinds de aanvang van de VN-missie in Liberia in oktober 2003 zijn gescreend en opgeleid, op voorwaarde dat het comité, ingesteld bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad, zijn goedkeuring heeft gehecht aan de uitvoer, verkoop, levering of overdracht van de wapens of de munitie.

2.   Voor afgelopen activiteiten worden geen vergunningen toegekend.”;

2)

Artikel 4 wordt vervangen door:

„Artikel 4

1.   Mits de betrokken activiteiten vooraf zijn goedgekeurd door het comité, ingesteld bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad, mag in afwijking van artikel 2 van deze verordening de in bijlage I vermelde bevoegde instantie van de lidstaat waar de dienstverstrekker is gevestigd, toestaan dat technische bijstand wordt verstrekt in verband met:

a)

wapentuig en aanverwant materieel, uitsluitend bestemd ter ondersteuning van en voor gebruik binnen een internationaal opleidings- en hervormingsprogramma voor de Liberiaanse strijdkrachten en politie,

b)

niet-dodelijke militaire uitrusting, uitsluitend bestemd voor humanitair gebruik of beschermingsdoeleinden, of

c)

wapens en munitie, bestemd voor gebruik door leden van de politie en de veiligheidstroepen van de Liberiaanse regering die sinds de aanvang van de VN-missie in Liberia in oktober 2003 zijn gescreend en opgeleid.

De goedkeuring van het comité, ingesteld bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad, wordt aangevraagd bij de in bijlage I vermelde bevoegde instantie van de lidstaat waar de dienstverstrekker is gevestigd.

De regering van de betrokken lidstaat en de regering van Liberia dienen bij het comité, ingesteld bij punt 21 van Resolutie 1521 (2003) van de VN-Veiligheidsraad, een gezamenlijk verzoek in om goedkeuring van de technische bijstand die wordt verstrekt in verband met de onder c) bedoelde wapens en munitie.

2.   Voor afgelopen activiteiten worden geen vergunningen toegekend.”.

Artikel 2

Artikel 6, lid 2, van Verordening (EG) nr. 234/2004, wordt geschorst tot 18 september 2006.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Artikel 1 is van toepassing met ingang van 13 juni 2006. Artikel 2 is van toepassing met ingang van 23 juni 2006.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 24 juli 2006.

Voor de Raad

De voorzitter

K. RAJAMÄKI


(1)  PB L 19 van 24.1.2006, blz. 38.

(2)  Zie bladzijde 36 van dit Publicatieblad.

(3)  PB L 40 van 12.2.2004, blz. 35. Gemeenschappelijk Standpunt gewijzigd bij Gemeenchappelijk Standpunt 2004/902/GBVB (PB L 379 van 24.12.2004, blz. 113).

(4)  PB L 40 van 12.2.2004, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1452/2005 van de Commissie (PB L 230 van 7.9.2005, blz. 11).


Top