This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 22001A0427(01)
Cooperation Agreement between the European Community and the People's Republic of Bangladesh on partnership and development
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Volksrepubliek Bangladesh inzake partnerschap en samenwerking
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Volksrepubliek Bangladesh inzake partnerschap en samenwerking
PB L 118 van 27.4.2001, p. 48–56
(ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)
In force
ELI: http://data.europa.eu/eli/agree_internation/2001/332/oj
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Volksrepubliek Bangladesh inzake partnerschap en samenwerking
Publicatieblad Nr. L 118 van 27/04/2001 blz. 0048 - 0056
Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Gemeenschap en de Volksrepubliek Bangladesh inzake partnerschap en samenwerking DE EUROPESE GEMEENSCHAP, enerzijds, DE REGERING VAN DE VOLKSREPUBLIEK BANGLADESH, anderzijds, GELET OP de uitstekende betrekkingen en de banden van vriendschap en samenwerking tussen de Europese Gemeenschap, hierna "Gemeenschap" te noemen, en de Volksrepubliek Bangladesh, hierna "Bangladesh" te noemen; ERKENNENDE dat het van belang is de banden en betrekkingen tussen de Gemeenschap en Bangladesh verder te versterken; BEVESTIGEND het belang dat de Gemeenschap en Bangladesh hechten aan de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties, de universele verklaring van de rechten van de mens, de verklaring van Wenen van 1993 en het actieprogramma van de wereldconferentie over mensenrechten, de verklaring van Kopenhagen van 1995 over sociale ontwikkeling en een actieprogramma, en de verklaring van Beijing van 1995 en het actieprogramma voor de 4e Wereldvrouwenconferentie; GELET op de grondslagen voor nauwe samenwerking tussen de Gemeenschap en Bangladesh die zijn gelegd door de op 16 november 1976 ondertekende overeenkomst tussen de Gemeenschap en Bangladesh; met voldoening NOTA NEMEND van de resultaten van die overeenkomst; GELEID door het gemeenschappelijk verlangen om de betrekkingen tussen de partijen te consolideren, te verdiepen en te diversifiëren op gebieden van wederzijds belang, op basis van gelijkheid, non-discriminatie, wederzijds voordeel en wederkerigheid; ERKENNENDE het grote belang van de sociale ontwikkeling die gepaard moet gaan met de economische ontwikkeling, en rekening houdend met de huidige status van Bangladesh als minst ontwikkeld land; ERKENNENDE dat de ontwikkeling van de bevolking van Bangladesh gesteund moet worden, met name die van de arme en achtergestelde bevolkingsgroepen, met bijzondere nadruk op vrouwen; GELET OP het belang dat de Gemeenschap en Bangladesh hechten aan de bevordering van een evenwichtige demografische groei, de uitroeiing van armoede, milieubescherming en duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen, waarbij rekening wordt gehouden met het verband tussen milieu en ontwikkeling; IN HET STREVEN gunstige voorwaarden te scheppen voor een krachtige ontwikkeling en diversificatie van de handelsbetrekkingen tussen de Gemeenschap en Bangladesh; REKENING HOUDEND MET hun verbintenis handel te drijven overeenkomstig de overeenkomst tot oprichting van de WTO en de conclusies van de ministeriële bijeenkomst in het kader van de WTO in Singapore van december 1996; GELET op de noodzaak gunstige voorwaarden voor rechtstreekse investeringen en economische samenwerking tussen de partijen te scheppen; WIJZENDE op hun gemeenschappelijk belang bij bevordering en versterking van regionale samenwerking en de Noord-Zuid-dialoog; IN DE OVERTUIGING dat de onderlinge betrekkingen zich zo hebben ontwikkeld dat zij verder reiken dan het bestek van de in 1976 gesloten overeenkomst, HEBBEN BESLOTEN, als overeenkomstsluitende partijen, hierna "de partijen" genoemd, deze overeenkomst te sluiten en hebben te dien einde als hun gevolmachtigden aangewezen: DE EUROPESE GEMEENSCHAP Jaime GAMA Minister van Buitenlandse Zaken van de Portugese Republiek, Fungerend Voorzitter van de Raad van de Europese Unie, Christopher PATTEN Lid van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, DE REGERING VAN BANGLADESH Md. Abdul JALIL Minister van Handel DIE, na overlegging van hun in goede en behoorlijke vorm bevonden volmachten, ALS VOLGT ZIJN OVEREENGEKOMEN: Artikel 1 Grondslagen De eerbiediging van de rechten van de mens en de democratische beginselen, zoals uiteengezet in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, ligt ten grondslag aan het binnenlandse en buitenlandse beleid van de partijen, en vormt een essentieel onderdeel van deze overeenkomst. Artikel 2 Doelstellingen De hoofddoelstellingen van deze overeenkomst zijn het bevorderen en ontwikkelen van de diverse aspecten van samenwerking tussen de partijen op terreinen die binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden vallen, met de volgende doelstellingen: 1. steun voor de duurzame economische en sociale ontwikkeling van Bangladesh en met name van de armste bevolkingsgroepen, met bijzondere nadruk op vrouwen, en rekening houdend met de huidige status van Bangladesh als minst ontwikkeld land; 2. het scheppen van de voorwaarden voor en het bevorderen van de toename en ontwikkeling van de wederzijdse handel tussen de partijen overeenkomstig de overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie (WTO) en Bangladesh te helpen om zijn productieve potentieel te diversifiëren; 3. de bevordering van investeringen en van de economische, technische en culturele banden in hun wederzijds belang; 4. het vinden van een evenwicht tussen beleid op het gebied van duurzame economische groei, sociale ontwikkeling en bescherming en behoud van de natuurlijke omgeving. Artikel 3 Ontwikkelingssamenwerking 1. De partijen erkennen dat er mogelijkheden zijn voor een grotere bijdrage van de Gemeenschap, in termen van omvang en impact, aan de ontwikkelingsinspanningen van Bangladesh, vooral op het strategisch terrein van armoedebestrijding. Waar gepast zullen de activiteiten op dit gebied bijzondere aandacht schenken aan vrouwen. In het licht van het bovenstaande en overeenkomstig het beleid van de Gemeenschap, de regelgeving en de beperkingen van de voor samenwerking beschikbare financiële middelen, komen de partijen overeen dat de samenwerking verder wordt ontwikkeld binnen het kader van een duidelijke samenwerkingsstrategie en -dialoog, gericht op het vaststellen van onderling overeengekomen prioriteiten en op effectiviteit en duurzaamheid. 2. De partijen erkennen dat er meer aandacht besteed moet worden aan de drugsbestrijding en aan aids, en aan een betere samenwerking, rekening houdend met de op dit terrein door internationale organisaties verrichte werkzaamheden. De samenwerking tussen de partijen omvat met name: a) preventie, bewaking en bestrijding van aids door voorlichting en opleiding; b) verbetering van de gezondheidsdiensten en vergroting van de capaciteit voor de behandeling van aids-slachtoffers; c) opleiding, onderwijs, verbetering van de gezondheid van en hulpverlening aan drugsverslaafden, met inbegrip van projecten voor de reïntegratie van verslaafden in het sociale en arbeidsmilieu; d) uitwisseling van alle relevante informatie, waarbij persoonsgegevens adequaat worden beschermd. 3. De partijen zorgen ervoor dat de maatregelen in het kader van de ontwikkelingssamenwerking verenigbaar zijn met de ontwikkelingsstrategieën die onder auspiciën van de instellingen van Bretton Woods worden uitgevoerd. Artikel 4 Handel en commerciële samenwerking 1. Binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden hebben de partijen zich ertoe verbonden het handelsverkeer te doen plaatsvinden overeenkomstig de overeenkomst tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie. 2. De partijen komen overeen de andere partij kennis te geven van de instelling van antidumpingprocedures tegen producten van de andere partij. Indien een partij een verzoek indient voor overleg over antidumpingprocedures of antisubsidieprocedures, wordt dit verzoek door de andere partij in welwillende overweging genomen en wordt daartoe voldoende gelegenheid geboden, zulks overeenkomstig de WTO-overeenkomsten inzake de maatregelen tegen invoer met dumping of met subsidiëring. 3. De partijen komen voorts overeen binnen het kader van hun huidige wetgeving de uitbreiding en diversificatie van de onderlinge handel te bevorderen. Doel van de samenwerking op dit gebied is de ontwikkeling en diversificatie van de onderlinge handel door te streven naar verbetering van de markttoegang. 4. De partijen streven naar: a) de opheffing van de handelsbelemmeringen en de uitvoering van maatregelen ter verbetering van de transparantie, met name door te zijner tijd de niet-tarifaire handelsbelemmeringen af te schaffen, rekening houdend met het werk dat in dit verband door de WTO en andere internationale organen is verricht; b) binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden, de samenwerking in douanezaken tussen de respectieve instanties te verbeteren, in het bijzonder wat betreft beroepsopleiding, vereenvoudiging en harmonisering van de douaneprocedures en het voorkomen, onderzoeken en bestraffen van overtredingen van de douanevoorschriften; c) kwesties op het gebied van douanevervoer/wederuitvoer verder in overweging te nemen; d) informatie uit te wisselen over tot wederzijds voordeel strekkende marktmogelijkheden, statistische samenwerking en mededingingskwesties; e) te zorgen voor een adequate bescherming van persoonsgegevens. 5. a) Bangladesh bevestigt alle nodige maatregelen te nemen ter verbetering van de voorwaarden voor een adequate en doeltreffende bescherming en naleving van de intellectuele-, industriële en commerciële-eigendomsrechten. b) Onverminderd de aangegane verbintenissen in het kader van de TRIPs-overeenkomst, treedt Bangladesh niet later dan 1 januari 2006 toe tot de relevante internationale overeenkomsten inzake intellectuele, industriële en commerciële eigendom die worden genoemd in de eerste alinea van bijlage II. Het Gemengd Comité kan op een met redenen omkleed verzoek van een partij besluiten deze termijn aan te passen. c) Verder streeft Bangladesh naar toetreding tot de internationale overeenkomsten inzake intellectuele, industriële en commerciële eigendom die worden genoemd in punt 2 van bijlage II. d) Teneinde Bangladesh in staat te stellen te voldoen aan bovengenoemde verbintenissen en verplichtingen zal op verzoek passende technische bijstand worden verleend. 6. Binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden komen de partijen overeen dat zij zich zullen inspannen om de informatie-uitwisseling en de toegang tot hun respectieve markten voor overheidsopdrachten op basis van wederkerigheid te verbeteren. Hiertoe moedigt de Gemeenschap Bangladesh aan toe te treden tot de plurilaterale WTO-overeenkomst inzake overheidsopdrachten. 7. Wat internationale zeevervoerdiensten betreft, streven de partijen naar daadwerkelijke toepassing van het beginsel van onbeperkte toegang tot de internationale markt van het zeevervoer en het handelsverkeer. a) Deze bepaling doet geen afbreuk aan de rechten en verplichtingen in het kader van de gedragscode van de Verenigde Naties voor lijnvaartconferences welke voor de ene of de andere van de partijen bij deze overeenkomst van toepassing zijn. De niet bij conferences aangesloten lijnvaartmaatschappijen kunnen vrij met een conference concurreren zolang zij zich aan het beginsel van eerlijke concurrentie op commerciële basis houden. b) De partijen bevestigen dat zij vrije concurrentie beschouwen als een fundamentele noodzaak voor het vervoer van droge en vloeibare bulkgoederen. Artikel 5 Samenwerking op milieugebied 1. Erkennende dat er een nauw verband is tussen sociale achterstelling en achteruitgang van het milieu verbinden de partijen zich ertoe samen te werken op milieugebied teneinde de vooruitzichten te verbeteren voor duurzame economische groei en sociale ontwikkeling, waarbij aan respect voor het natuurlijke milieu hoge prioriteit wordt gegeven. 2. Bijzondere aandacht wordt besteed aan: a) de vermindering van milieurisico's in gebieden waar rampen kunnen optreden en/of betere bescherming tegen deze risico's, en de strijd tegen bodemerosie; b) het opstellen van een doeltreffend milieubeleid, met passende wettelijke maatregelen en de middelen voor de tenuitvoerlegging ervan. Hierbij horen opleiding, capaciteitsversterking, en de overdracht van passende milieutechnologie; c) samenwerking bij het ontwikkelen van hernieuwbare en niet-vervuilende energiebronnen, en het vinden van oplossingen voor stedelijke en industriële vervuiling; d) het vermijden van activiteiten die het milieu schaden (vooral gebieden met een kwetsbaar ecosysteem); ontwikkeling van toerisme als een duurzame bron van inkomsten; e) milieueffectbeoordelingen als essentieel onderdeel van wederopbouw- en ontwikkelingsactiviteiten op alle gebieden, zowel bij de voorbereiding als bij de uitvoering; f) streven naar nauwe samenwerking met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen van multilaterale milieuovereenkomsten waarbij beide partij zijn. Artikel 6 Economische samenwerking 1. De partijen verbinden zich ertoe tot wederzijds voordeel de economische samenwerking te stimuleren, overeenkomstig hun respectieve beleid en doelstellingen, en voorzover daartoe de middelen beschikbaar zijn. Zij zullen samen tot wederzijds voordeel en binnen de grenzen van hun respectieve bevoegdheden, de terreinen en prioriteiten voor economische samenwerkingsprogramma's en -activiteiten bepalen in het kader van een duidelijke samenwerkingsstrategie. 2. De partijen komen overeen samen te werken op de volgende brede gebieden: a) de ontwikkeling van een creatieve en concurrerende economische omgeving in Bangladesh, door de toegang tot de knowhow en technologie van de Gemeenschap te vergemakkelijken, bijvoorbeeld op het gebied van ontwerpen, verpakkingen, normen (bijv. consumenten- en milieunormen), nieuwe materialen en producten; b) het vergemakkelijken van contacten tussen ondernemers en andere maatregelen ter bevordering van het handelsverkeer en investeringen; c) het vergemakkelijken van de uitwisseling van informatie inzake het ondernemings- en MKB-beleid, in het bijzonder met het oog op het verbeteren van het ondernemingsklimaat, en het aanmoedigen van nauwere contacten tussen het MKB, teneinde de mogelijkheden voor handel en industriële samenwerking te bevorderen; d) verbetering van de managementopleiding in Bangladesh opdat ondernemers effectief kunnen optreden in het Europese ondernemersklimaat; e) het bevorderen van een dialoog tussen Bangladesh en de Gemeenschap op het gebied van energiebeleid en technologieoverdracht. 3. Binnen de beperkingen van hun respectieve bevoegdheden verbinden de partijen zich ertoe de uitbreiding van investeringen van wederzijds voordeel aan te moedigen door een gunstiger klimaat voor particuliere investeringen te scheppen via betere voorwaarden voor kapitaaloverdracht en door, waar nodig, de sluiting te steunen van overeenkomsten ter bevordering en bescherming van investeringen tussen de lidstaten van de Europese Gemeenschap en Bangladesh. Artikel 7 Regionale samenwerking 1. De partijen komen overeen dat de samenwerking zich kan uitstrekken tot acties in het kader van samenwerkingsovereenkomsten met andere landen in dezelfde regio, op voorwaarde dat dergelijke acties verenigbaar zijn met deze overeenkomst. 2. Zonder een gebied uit te sluiten, komen de partijen overeen aan de volgende acties bijzondere aandacht te besteden: a) technische bijstand (diensten van externe deskundigen, opleiding van technisch personeel in bepaalde praktische aspecten van integratie); b) bevordering van intraregionale handel; c) steun voor regionale instellingen en gezamenlijke projecten en initiatieven die tot stand komen in het kader van regionale organisaties zoals de "South Asian Agreement on Regional Co-operation" (SAARC); d) onderzoek naar regionale/subregionale kwesties, zoals vervoer, communicatie, milieu, en de gezondheid van mens en dier. Artikel 8 Wetenschappelijke en technologische samenwerking De partijen zullen, overeenkomstig hun respectief beleid en hun respectieve bevoegdheden, wetenschappelijke en technologische samenwerking bevorderen op terreinen van wederzijds belang. Hiertoe behoort samenwerking op het gebied van normen en kwaliteitscontrole. Artikel 9 Chemische precursoren van drugs en het witwassen van geld 1. Overeenkomstig hun respectieve bevoegdheden en de desbetreffende wettelijke voorschriften komen de partijen overeen samen te werken ter voorkoming van misbruik van chemische precursoren die gebruikt worden bij de vervaardiging van drugs. Ook komen zij overeen dat alles in het werk gesteld moet worden om het witwassen van geld te voorkomen. 2. De partijen overwegen bijzondere maatregelen ter bestrijding van de illegale teelt, productie en handel in drugs en psychotrope stoffen, en ter voorkoming en bestrijding van drugsmisbruik. Tot de samenwerking op dit gebied behoren: a) bijstand bij de opleiding van en hulpverlening aan verslaafden; b) maatregelen voor alternatieve economische ontwikkeling; c) uitwisseling van informatie, waarbij zorg wordt gedragen voor adequate bescherming van persoonsgegevens. Artikel 10 Ontwikkeling van het menselijk potentieel De partijen zijn van mening dat de ontwikkeling van menselijk potentieel een wezenlijk deel uitmaakt van zowel de economische als de sociale ontwikkeling. De partijen erkennen dat de basisrechten van werknemers moeten worden gewaarborgd door rekening te houden met principes van de relevante overeenkomsten van de internationale arbeidsorganisatie (ILO), met inbegrip van de overeenkomst betreffende het verbod op gedwongen arbeid en kinderarbeid, vrijheid van vereniging, het recht op organisatie en collectieve onderhandelingen, en het principe van non-discriminatie. De partijen erkennen dat de ontwikkeling van onderwijs en vaardigheden en de verbetering van de levensomstandigheden van de kansarme bevolkingsgroepen zullen bijdragen aan het scheppen van een gunstig economisch en sociaal klimaat. Artikel 11 Informatie, cultuur en communicatie De partijen, binnen de beperkingen van hun respectieve bevoegdheden, zullen samenwerken op het gebied van informatie, cultuur en communicatie, ter bevordering van wederzijds begrip en ter versterking van de culturele banden. Deze samenwerking omvat ondermeer onderzoek en technische bijstand voor het behoud van het cultureel erfgoed. De partijen erkennen tevens het belang van samenwerking op het gebied van telecommunicatie, de informatiemaatschappij en multimediatoepassingen die bijdragen aan economische ontwikkeling en handel. De partijen komen overeen dat, binnen de beperkingen van de respectieve bevoegdheden, de samenwerking kan leiden tot bevordering van: a) regelgeving en beleid op telecommunicatiegebied; b) mobiele communicatie; c) informatiemaatschappij, o.a. wereldwijde satellietnavigatiesystemen; d) multimediatechnologieën voor telecommunicatie; e) telematicanetwerken en -toepassingen (transport, gezondheidszorg, onderwijs, milieu). Artikel 12 Gemengd Comité 1. De partijen komen overeen een Gemengd Comité in te stellen, met als taken: a) toe te zien op de goede werking en uitvoering van de overeenkomst; b) het vaststellen van de prioriteiten met betrekking tot de doelstellingen van de overeenkomst; c) het doen van aanbevelingen ter bevordering van de verwezenlijking van de doelstellingen van de overeenkomst. Bepalingen zullen worden vastgesteld met betrekking tot de frequentie en de plaats van de vergaderingen, het voorzitterschap en de oprichting van subcomités. 2. Het Gemengd Comité is samengesteld uit vertegenwoordigers van beide partijen op het niveau van hoge ambtenaren. Het Gemengd Comité komt in de regel om het andere jaar bijeen, afwisselend in Brussel en in Dhaka, op een door beide partijen in onderling overleg vastgestelde datum. Buitengewone vergaderingen mogen in onderling overleg door de partijen worden belegd. 3. Het Gemengd Comité kan gespecialiseerde subgroepen oprichten om het Comité bij de uitvoering van zijn taken bij te staan en de opstelling en uitvoering van projecten en programma's in het kader van deze overeenkomst te coördineren. 4. De agenda van de vergaderingen van het Gemengd Comité wordt door de partijen in onderling overleg vastgesteld. 5. Partijen komen overeen dat het Gemengd Comité tot taak heeft de goede werking te verzekeren van alle sectorovereenkomsten die zijn of zullen worden gesloten tussen de Gemeenschap en Bangladesh. Artikel 13 Overleg In het licht van de doelstellingen van deze overeenkomst erkennen de partijen de waarde van overleg over internationale, economische en commerciële kwesties van wederzijds belang. Artikel 14 Toekomstige ontwikkeling De partijen kunnen deze overeenkomst met wederzijdse instemming uitbreiden teneinde de samenwerking te intensiveren en aan te vullen door middel van overeenkomsten over specifieke sectoren of activiteiten. In het kader van de toepassing van deze overeenkomst kan elke partij voorstellen formuleren met het oog op de uitbreiding van de werkingssfeer van de samenwerking, rekening houdend met de bij de uitvoering ervan opgedane ervaring. Artikel 15 Andere overeenkomsten Onverminderd de desbetreffende bepalingen van de verdragen tot oprichting van de Europese Gemeenschappen, doen noch deze overeenkomst, noch enige in het kader daarvan te nemen maatregelen, op enigerlei wijze afbreuk aan de bevoegdheid van de lidstaten van de Europese Unie om bilaterale banden met Bangladesh aan te knopen in het kader van de economische en ontwikkelingssamenwerking of, indien wenselijk, nieuwe overeenkomsten voor economische en ontwikkelingssamenwerking met Bangladesh te sluiten. Artikel 16 Niet-uitvoering van de overeenkomst 1. Indien een van beide partijen meent dat de andere partij een van haar verplichtingen krachtens de overeenkomst niet is nagekomen, kan zij passende maatregelen treffen. 2. Behalve in bijzondere spoedeisende gevallen verstrekt zij alvorens zulks te doen aan de andere partij alle terzake doende informatie die nodig is voor een grondige bestudering van de situatie met het oog op het vinden van een voor beide partijen aanvaardbare oplossing. 3. Bij voorrang worden die maatregelen gekozen die de goede werking van de overeenkomst het minst verstoren. Deze maatregelen worden onmiddellijk meegedeeld aan de andere partij; op verzoek van de andere partij wordt daaromtrent overleg gevoerd. Artikel 17 Faciliteiten Om de samenwerking in het kader van deze overeenkomst te vergemakkelijken, zullen de autoriteiten van Bangladesh aan de bij de tenuitvoerlegging van de samenwerking betrokken ambtenaren en deskundigen van de Gemeenschap de garanties en faciliteiten verlenen die nodig zijn voor de uitvoering van hun taken. De gedetailleerde bepalingen zullen worden vastgesteld door middel van een afzonderlijke briefwisseling. Artikel 18 Territoriale toepassing Deze overeenkomst is van toepassing, enerzijds, op de gebieden waar het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschappen van kracht is en onder de voorwaarden die in dat Verdrag zijn neergelegd en, anderzijds, op het grondgebied van Bangladesh. Artikel 19 Bijlagen De bijlagen bij deze overeenkomst maken een integrerend deel uit van deze overeenkomst. Artikel 20 Inwerkingtreding en verlenging 1. Deze overeenkomst treedt in werking op de eerste dag van de maand volgende op de datum waarop de partijen elkaar ervan kennisgeving doen dat de daartoe vereiste procedures zijn voltooid. 2. Deze overeenkomst wordt gesloten voor een periode van vijf jaar. Zij wordt van jaar tot jaar stilzwijgend verlengd, tenzij een van beide partijen haar ten minste zes maanden vóór de vervaldatum schriftelijk opzegt. Artikel 21 Authentieke teksten Deze overeenkomst is opgesteld in twee exemplaren, in de Deense, de Duitse, de Engelse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Italiaanse, de Nederlandse, de Portugese, de Spaanse, de Zweedse en de Bengalese taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek. EN FE DE LO CUAL, los plenipotenciarios abajo firmantes suscriben el presente Acuerdo./TIL BEKRÆFTELSE HERAF har undertegnede befuldmægtigede underskrevet denne aftale./ZU URKUND DESSEN haben die unterzeichneten Bevollmächtigten ihre Unterschriften unter dieses Abkommen gesetzt./ΣΕ ΠΙΣΤΩΣΗ ΤΩΝ ΑΝΩΤΕΡΩ, οι υπογράφοντες πληρεξούσιοι έθεσαν την υπογραφή τους κάτω από την παρούσα συμφωνία./IN WITNESS WHEREOF the undersigned Plenipotentiaries have signed this Agreement./EN FOI DE QUOI les plénipotentiaires soussignés ont apposé leur signature au présent accord./IN FEDE DI CHE, i plenipotenziari sottoscritti hanno apposto le proprie firme in calce al presente accordo./TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekende gevolmachtigden hun handtekening onder deze overeenkomst hebben gesteld./EM FÉ DO QUE, os plenipotenciários abaixo-assinados apuseram as suas assinaturas no final do presente acordo./TÄMÄN VAKUUDEKSI ALLA MAINITUT täysivaltaiset edustajat ovat allekirjoittaneet tämän sopimuksen./TILL BEVIS HÄRAV har undertecknade befullmäktigade ombud undertecknat detta avtal./ >PIC FILE= "L_2001118NL.005301.EPS"> Hecho en Bruselas, el /veintidós de mayo del año dos mil./Udfærdiget i Bruxelles den /toogtyvende maj to tusind./Geschehen zu Brüssel am /zweiundzwanzigsten Mai zweitausend./Έγινε στις Βρυξέλλες, στις /είκοσι δύο Μαΐου δύο χιλιάδες./Done at Brussels on the /twenty-second day of May in the year two thousand./Fait à Bruxelles, le /vingt-deux mai deux mille./Fatto a Bruxelles, addì /ventidue maggio duemila./Gedaan te Brussel, de /tweeëntwintigste mei tweeduizend./Feito em Bruxelas, em /vinte e dois de Maio de dois mil./Tehty Brysselissä /kahdentenakymmenentenätoisena päivänä toukokuuta vuonna kaksituhatta./Som skedde i Bryssel den /tjugoandra maj tjugohundra. / >PIC FILE= "L_2001118NL.005302.EPS"> Por la Comunidad Europea/For Det Europæiske Fællesskab/Für die Europäische Gemeinschaft/Για την Ευρωπαϊκή Κοινότητα/For the European Community/Pour la Communauté européenne/Per la Comunità europea/Voor de Europese Gemeenschap/Pela Comunidade Europeia/Euroopan yhteisön puolesta/På Europeiska gemenskapens vägnar >PIC FILE= "L_2001118NL.005401.EPS"> >PIC FILE= "L_2001118NL.005402.EPS"> >PIC FILE= "L_2001118NL.005403.EPS"> >PIC FILE= "L_2001118NL.005404.EPS"> BIJLAGE I Gemeenschappelijke verklaring betreffende artikel 4, lid 5, van de overeenkomst Met het oog op de toepassing van deze overeenkomst komen de partijen overeen dat "intellectuele, industriële en commerciële eigendom" in het bijzonder de bescherming omvat van auteursrechten - waaronder auteursrechten in verband met computerprogramma's - en naburige rechten, handels- en dienstenmerken, geografische aanduidingen - waaronder aanduidingen van oorsprong - industriële ontwerpen en modellen, octrooien, topografieën van geïntegreerde schakelingen, sui generis bescherming van databanken, de bescherming van niet-bekendgemaakte informatie en de bescherming tegen oneerlijke concurrentie. BIJLAGE II Internationale overeenkomsten inzake de bescherming van intellectuele, industriële en commerciële eigendom (artikel 4, lid 5) 1. Artikel 4, lid 5, onder b), heeft betrekking op de volgende multilaterale overeenkomsten: - Berner Conventie ter bescherming van werken van letterkunde en kunst (Akte van Parijs 1971); - Schikking van Madrid betreffende de internationale inschrijving van merken (Akte van Stockholm 1967); - Protocol bij de Schikking van Madrid inzake de internationale inschrijving van merken (Madrid 1989); - Internationaal Verdrag inzake de bescherming van uitvoerende kunstenaars, producenten van fonogrammen en omroeporganisaties (Rome 1961); - Verdrag tot samenwerking inzake octrooien (PCT Union, zoals in 1984); - Verdrag inzake handelsmerkenrecht (1994). 2. Artikel 4, lid 5, onder c), heeft betrekking op de volgende multilaterale overeenkomsten: - Overeenkomst van Nice betreffende de internationale classificatie van de waren en diensten ten behoeve van de inschrijving van merken (Akte van Genève 1977); - Verdrag van Boedapest inzake de internationale erkenning van het depot van micro-organismen ten dienste van de octrooiverlening (1977); - Internationaal Verdrag tot bescherming van kweekproducten (UPOV) (Akte van Genève 1991); - WIPO-Verdrag inzake het auteursrecht (Genève 1996); - WIPO-Verdrag inzake uitvoeringen en fonogrammen (Genève 1996). 3. Het Gemengd Comité kan besluiten dat artikel 4, lid 5, onder b) en c), van toepassing is op andere multilaterale overeenkomsten. BIJLAGE III Verklaring betreffende de interpretatie van artikel 16: niet-uitvoering van de overeenkomst a) Met het oog op de internationale en praktische toepassing van deze overeenkomst komen de partijen overeen dat met de in artikel 16 van de overeenkomst bedoelde bijzondere spoedeisende gevallen worden bedoeld van concrete schending van de overeenkomst door een van de partijen. Een concrete schending van de overeenkomst bestaat in: - afwijzing van de overeenkomst zonder dat daarvoor gronden in de algemene regels van het internationale recht bestaan; - schending van de in artikel 1 vervatte essentiële elementen van de overeenkomst. b) De partijen komen overeen dat de in artikel 16 bedoelde "passende maatregelen" maatregelen zijn overeenkomstig het internationale recht. Neemt een der partijen in een bijzonder spoedeisend geval maatregelen ter toepassing van artikel 16, dan mag de andere partij gebruikmaken van de procedure voor de beslechting van geschillen.