See dokument on väljavõte EUR-Lexi veebisaidilt.
Dokument 62018CA0372
Case C-372/18: Judgment of the Court of Justice (Seventh Chamber) of 14 March 2019 (request for a preliminary ruling from the Cour administrative d’appel de Nancy — France) — Ministre de l’Action et des Comptes publics v Mr and Mrs Raymond Dreyer (Reference for a preliminary ruling — Social security — Agreement between the European Community and its Member States, of the one part, and the Swiss Confederation, of the other, on the free movement of persons — Regulation (EC) No 883/2004 — Article 3 — Matters covered — Levies on income from assets charged to a French resident insured under the Swiss social security scheme — Levies apportioned for the funding of two benefits administered by the French National Solidarity Fund for Independent Living — Direct and sufficiently relevant link with certain branches of social security — Definition of ‘social security benefit’ — Individual assessment of an applicant’s personal needs — Taking into account the applicant’s resources in calculating the amount of the benefits)
Zaak C-372/18: Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 14 maart 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour administrative d’appel de Nancy — Frankrijk) — Ministre de l’Action et des Comptes publics/Raymond Dreyer en echtgenote (Prejudiciële verwijzing — Sociale zekerheid — Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen — Verordening (EG) nr. 883/2004 — Artikel 3 — Materiële werkingssfeer — Heffingen over inkomsten uit vermogen van een Frans ingezetene die bij de Zwitserse socialezekerheidsregeling is aangesloten — Heffingen die bestemd zijn voor de financiering van twee uitkeringen welke worden beheerd door de Franse Caisse nationale de solidarité pour l’autonomie — Rechtstreekse en voldoende relevante samenhang met bepaalde takken van sociale zekerheid — Begrip „socialezekerheidsuitkering” — Individuele beoordeling van de persoonlijke behoeften van de aanvrager — Inaanmerkingneming van het inkomen van de aanvrager bij de berekening van het bedrag van de uitkeringen)
Zaak C-372/18: Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 14 maart 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour administrative d’appel de Nancy — Frankrijk) — Ministre de l’Action et des Comptes publics/Raymond Dreyer en echtgenote (Prejudiciële verwijzing — Sociale zekerheid — Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen — Verordening (EG) nr. 883/2004 — Artikel 3 — Materiële werkingssfeer — Heffingen over inkomsten uit vermogen van een Frans ingezetene die bij de Zwitserse socialezekerheidsregeling is aangesloten — Heffingen die bestemd zijn voor de financiering van twee uitkeringen welke worden beheerd door de Franse Caisse nationale de solidarité pour l’autonomie — Rechtstreekse en voldoende relevante samenhang met bepaalde takken van sociale zekerheid — Begrip „socialezekerheidsuitkering” — Individuele beoordeling van de persoonlijke behoeften van de aanvrager — Inaanmerkingneming van het inkomen van de aanvrager bij de berekening van het bedrag van de uitkeringen)
PB C 155 van 6.5.2019, lk 15—16
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
6.5.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 155/15 |
Arrest van het Hof (Zevende kamer) van 14 maart 2019 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Cour administrative d’appel de Nancy — Frankrijk) — Ministre de l’Action et des Comptes publics/Raymond Dreyer en echtgenote
(Zaak C-372/18) (1)
(Prejudiciële verwijzing - Sociale zekerheid - Overeenkomst tussen de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, enerzijds, en de Zwitserse Bondsstaat, anderzijds, over het vrije verkeer van personen - Verordening (EG) nr. 883/2004 - Artikel 3 - Materiële werkingssfeer - Heffingen over inkomsten uit vermogen van een Frans ingezetene die bij de Zwitserse socialezekerheidsregeling is aangesloten - Heffingen die bestemd zijn voor de financiering van twee uitkeringen welke worden beheerd door de Franse Caisse nationale de solidarité pour l’autonomie - Rechtstreekse en voldoende relevante samenhang met bepaalde takken van sociale zekerheid - Begrip „socialezekerheidsuitkering” - Individuele beoordeling van de persoonlijke behoeften van de aanvrager - Inaanmerkingneming van het inkomen van de aanvrager bij de berekening van het bedrag van de uitkeringen)
(2019/C 155/19)
Procestaal: Frans
Verwijzende rechter
Cour administrative d’appel de Nancy
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Ministre de l’Action et des Comptes publics
Verwerende partijen: Raymond Dreyer en echtgenote
Dictum
Artikel 3 van verordening (EG) nr. 883/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels, moet aldus worden uitgelegd dat uitkeringen zoals de persoonsgebonden zelfstandigheidstoelage en de compenserende uitkering voor personen met een handicap, met het oog op de kwalificatie ervan als „socialezekerheidsuitkeringen” in de zin van die bepaling, moeten worden geacht te zijn toegekend zonder enige individuele beoordeling van de persoonlijke behoeften van de rechthebbende, aangezien het inkomen van de rechthebbende alleen bij de berekening van het werkelijke bedrag van die uitkeringen en op grond van wettelijk bepaalde objectieve voorwaarden in aanmerking wordt genomen.