Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62007CA0538

    Zaak C-538/07: Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 19 mei 2009 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Tribunale Amministrativo Regionale per la Lombardia — Italië) — Assitur Srl/Camera di Commercio, Industria, Artigianato e Agricoltura di Milano (Richtlijn 92/50/EEG — Artikel 29, eerste alinea — Overheidsopdrachten voor diensten — Nationale regeling krachtens welke vennootschappen waartussen afhankelijkheidsverhouding bestaat of aanzienlijke invloed wordt uitgeoefend, niet als concurrenten aan eenzelfde aanbesteding mogen deelnemen)

    PB C 153 van 4.7.2009, p. 9–10 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    4.7.2009   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 153/9


    Arrest van het Hof (Vierde kamer) van 19 mei 2009 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Tribunale Amministrativo Regionale per la Lombardia — Italië) — Assitur Srl/Camera di Commercio, Industria, Artigianato e Agricoltura di Milano

    (Zaak C-538/07) (1)

    (Richtlijn 92/50/EEG - Artikel 29, eerste alinea - Overheidsopdrachten voor diensten - Nationale regeling krachtens welke vennootschappen waartussen afhankelijkheidsverhouding bestaat of aanzienlijke invloed wordt uitgeoefend, niet als concurrenten aan eenzelfde aanbesteding mogen deelnemen)

    2009/C 153/18

    Procestaal: Italiaans

    Verwijzende rechter

    Tribunale Amministrativo Regionale per la Lombardia

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partij: Assitur Srl

    Verwerende partij: Camera di Commercio, Industria, Artigianato e Agricoltura di Milano

    In tegenwoordigheid van: SDA Express Courier SpA, Poste Italiane SpA

    Voorwerp

    Verzoek om een prejudiciële beslissing — Tribunale Amministrativo Regionale per la Lombardia — Uitlegging van artikel 29 van richtlijn 92/50/EEG van de Raad van 18 juni 1992 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor dienstverlening (PB L 209, blz. 1) — Nationale regeling die de individuele deelneming van verbonden of afhankelijke ondernemingen aan aanbestedingen van overheidsopdrachten voor leveringen en dienstverlening verbiedt

    Dictum

    1)

    Artikel 29, eerste alinea, van richtlijn 92/50/EEG van de Raad van 18 juni 1992 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor dienstverlening, moet aldus worden uitgelegd dat het er niet aan in de weg staat dat een lidstaat, naast de uitsluitingsgronden van deze bepaling, andere uitsluitingsgronden vaststelt die beogen te waarborgen dat het beginsel van gelijke behandeling en het beginsel van transparantie in acht worden genomen, op voorwaarde dat dergelijke maatregelen niet verder gaan dan noodzakelijk is om dat doel te bereiken.

    2)

    Het gemeenschapsrecht verzet zich tegen een nationale bepaling die weliswaar rechtmatige doelstellingen van gelijke behandeling van de inschrijvers en van transparantie in het kader van procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten nastreeft, maar voor ondernemingen waartussen een afhankelijkheidsverhouding bestaat of die onderling zijn verbonden, een absoluut verbod instelt om tegelijk en als concurrenten aan eenzelfde aanbesteding deel te nemen zonder hun de mogelijkheid te bieden, aan te tonen dat deze verhouding hun respectieve gedrag in het kader van deze aanbesteding niet heeft beïnvloed.


    (1)  PB C 37 van 9.2.2008.


    Top