Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014R0715

    Verordening (EU) nr. 715/2014 van de Commissie van 26 juni 2014 tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1166/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en de enquête naar de productiemethoden in de landbouw met betrekking tot de lijst van kenmerken die worden verzameld bij de landbouwstructuurenquêtes van 2016 Voor de EER relevante tekst

    PB L 190 van 28.6.2014, p. 8–18 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2018; stilzwijgende opheffing door 32018R1091

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2014/715/oj

    28.6.2014   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 190/8


    VERORDENING (EU) Nr. 715/2014 VAN DE COMMISSIE

    van 26 juni 2014

    tot wijziging van bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1166/2008 van het Europees Parlement en de Raad betreffende enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en de enquête naar de productiemethoden in de landbouw met betrekking tot de lijst van kenmerken die worden verzameld bij de landbouwstructuurenquêtes van 2016

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Verordening (EG) nr. 1166/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 betreffende enquêtes naar de structuur van de landbouwbedrijven en de enquête naar de productiemethoden in de landbouw (1), en met name artikel 7, lid 2,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Verordening (EG) nr. 1166/2008 voorziet tot 2016 in een programma van enquêtes over de structuur van landbouwbedrijven.

    (2)

    Er moeten gegevens worden verzameld over de uitvoering van de maatregelen in verband met de herziening van het gemeenschappelijk landbouwbeleid na 2013. Daarnaast moeten er gegevens worden verzameld over de uitvoering van de maatregelen in verband met de plattelandsontwikkeling (2).

    (3)

    Er is een gebrek aan statistische informatie over het gebruik van voedingsstoffen, irrigatie en productiemethoden in de landbouw gekoppeld aan structurele gegevens op het niveau van de afzonderlijke bedrijven. Daarom moet de verzameling van informatie over het gebruik van voedingstoffen en water en over de productiemethoden op landbouwbedrijven worden verbeterd, moeten aanvullende statistieken ten behoeve van de ontwikkeling van het agromilieubeleid worden verstrekt en moet de kwaliteit van de agromilieu-indicatoren worden verbeterd.

    (4)

    De wijziging van de lijst van kenmerken is gebaseerd op het beginsel dat de algehele last in evenwicht moet blijven, aangezien de variabelen die overbodig zijn geworden vanwege veranderingen in gerelateerde wetgeving, of variabelen die in 2016 eenmalig zijn weggelaten, zijn geschrapt terwijl er andere variabelen zijn toegevoegd, met name ten gevolge van de groeiende en veranderende behoeften aan statistische landbouwinformatie in verband met het nieuwe gemeenschappelijke landbouwbeleid tegen 2020, voornamelijk met betrekking tot de verbetering van de ecologische prestaties ervan en de behoefte aan gerelateerde agrimilieugegevens, waarbij er ook rekening mee wordt gehouden dat het niveau van de financiële bijdrage van de EU aan de enquête gelijk blijft.

    (5)

    Verordening (EG) nr. 1166/2008 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (6)

    De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Comité voor de landbouwstatistiek,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Bijlage III bij Verordening (EG) nr. 1166/2008 wordt vervangen door de bijlage bij deze verordening.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 26 juni 2014.

    Voor de Commissie

    De voorzitter

    José Manuel BARROSO


    (1)  PB L 321 van 1.12.2008, blz. 14.

    (2)  Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 487).


    BIJLAGE

    „BIJLAGE III

    Lijst van in de landbouwstructuurenquête van 2016 op te nemen kenmerken

    KENMERKEN

    EENHEDEN/CATEGORIEËN

    I.   Algemene kenmerken

    Ligging van het bedrijf (1)

     

    – –

    NUTS (2) 3-regio

    NUTS 3-code

    – –

    Ligt het bedrijf in een achtergebleven gebied?

    L/M/N (3)

    Rechtspersoonlijkheid van het bedrijf

     

    – –

    Is het bedrijf een eenheid op gemeenschappelijke grond?

    ja/nee

    – –

    Berusten de juridische en economische aansprakelijkheid voor het bedrijf bij:

     

    – – –

    een natuurlijke persoon die „enig bedrijfshoofd” op een zelfstandig bedrijf is?

    ja/nee

    – – – –

    Als het antwoord op de vorige vraag „ja” is, is deze persoon (het bedrijfshoofd) tevens de bedrijfsleider?

    ja/nee

    – – – – –

    Als deze persoon niet de bedrijfsleider is, is de bedrijfsleider een familielid van het bedrijfshoofd?

    ja/nee

    – – – – –

    Als de bedrijfsleider een familielid van het bedrijfshoofd is, is de bedrijfsleider de echtgenoot/echtgenote van het bedrijfshoofd?

    ja/nee

    – – –

    een of meer natuurlijke personen die partners zijn op een bedrijf met meerhoofdige bedrijfsvoering?

    ja/nee

    – – –

    een rechtspersoon?

    ja/nee

    Exploitatievorm (vanuit het standpunt van het bedrijfshoofd) en bedrijfssysteem

     

    – –

    Oppervlakte cultuurgrond:

     

    – – –

    in eigendom

    ha

    – – –

    in pacht

    ha

    – – –

    in deelpacht of andere exploitatievorm

    ha

    – – –

    gemeenschappelijke grond

    ha

    Biologische landbouw

     

    – –

    Wordt biologische landbouw toegepast op het bedrijf?

    ja/nee

    – –

    Bijzonderheden (4)

     

    – – –

    Totale oppervlakte cultuurgrond van het bedrijf waarop biologische landbouwproductiemethoden worden toegepast die volgens nationale of EU-regels worden gecertificeerd

    ha

    – – –

    Totale oppervlakte cultuurgrond van het bedrijf waarop wordt overgeschakeld op biologische landbouwproductiemethoden die volgens nationale of EU-regels zullen worden gecertificeerd

    ha

    – – –

    Areaal van het bedrijf waarop hetzij biologische landbouwproductiemethoden worden toegepast die volgens nationale of EU-regels worden gecertificeerd, hetzij wordt overgeschakeld op biologische landbouwproductiemethoden die volgens nationale of EU-regels zullen worden gecertificeerd:

     

    – – – –

    Granen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad)

    ha

    – – – –

    Drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad en mengsels van granen en peulvruchten)

    ha

    – – – –

    Aardappelen (inclusief primeurs en pootaardappelen)

    ha

    – – – –

    Suikerbieten (exclusief zaaizaad)

    ha

    – – – –

    Oliehoudende gewassen

    ha

    – – – –

    Verse groenten, meloenen en aardbeien

    ha

    – – – –

    Grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst

    ha

    – – – –

    Boomgaarden en kleinfruit

    ha

    – – – –

    Citrusvruchtaanplantingen

    ha

    – – – –

    Olijfboomgaarden

    ha

    – – – –

    Wijngaarden

    ha

    – – – –

    Andere gewassen (vezelgewassen enz.) inclusief weiden met geringe opbrengst

    ha

    – – –

    Biologische productiemethoden toegepast op de dierlijke productie en gecertificeerd volgens nationale of EU-regels:

     

    – – – –

    Runderen

    stuks

    – – – –

    Varkens

    stuks

    – – – –

    Schapen en geiten

    stuks

    – – – –

    Pluimvee

    stuks

    – – – –

    Andere dieren

    ja/nee

    – –

    Bestemming van de productie van het bedrijf:

     

    – – –

    Huishouden verbruikt meer dan 50 % van de waarde van de eindproductie van het bedrijf

    ja/nee

    – – –

    Directe verkoop aan de eindconsument maakt meer dan 50 % van de totale verkoop van het bedrijf uit

    ja/nee

    II.   Grond

    Bouwland

     

    – –

    Granen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad):

     

    – – –

    Zachte tarwe en spelt

    ha

    – – –

    Harde tarwe

    ha

    – – –

    Rogge

    ha

    – – –

    Gerst

    ha

    – – –

    Haver

    ha

    – – –

    Korrelmais

    ha

    – – –

    Rijst

    ha

    – – –

    Overige granen voor korrelwinning

    ha

    – –

    Drooggeoogste peulvruchten en eiwitrijke gewassen voor korrelwinning (inclusief zaaizaad en mengsels van granen en peulvruchten)

    ha

    – – –

    waarvan erwten, veldbonen en niet-bittere lupinen

    ha

    – –

    Aardappelen (inclusief primeurs en pootaardappelen)

    ha

    – –

    Suikerbieten (exclusief zaaizaad)

    ha

    – –

    Voederhakvruchten (exclusief zaaizaad)

    ha

    – –

    Handelsgewassen:

     

    – – –

    Tabak

    ha

    – – –

    Hop

    ha

    – – –

    Katoen

    ha

    – – –

    Kool- en raapzaad

    ha

    – – –

    Zonnebloemen

    ha

    – – –

    Sojabonen

    ha

    – – –

    Lijnzaad

    ha

    – – –

    Andere oliehoudende gewassen

    ha

    – – –

    Vlas

    ha

    – – –

    Hennep

    ha

    – – –

    Andere vezelgewassen

    ha

    – – –

    Aromatische planten, geneeskrachtige kruiden en specerijen

    ha

    – – –

    Andere handelsgewassen, niet elders genoemd

    ha

    – –

    Verse groenten, meloenen en aardbeien, waarvan:

     

    – – –

    In de openlucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking

    ha

    – – – –

    Akkerbouwmatig geteeld

    ha

    – – – –

    Tuinbouwmatig geteeld

    ha

    – – –

    Onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie

    ha

    – –

    Bloemen en sierplanten (exclusief boomkwekerijgewassen):

     

    – – –

    In de openlucht of onder lage (niet-betreedbare) beschermingsafdekking

    ha

    – – –

    Onder glas of andere hoge (betreedbare) beschermingsinstallatie

    ha

    – –

    Groen geoogste gewassen:

     

    – – –

    Tijdelijk grasland

    ha

    – – –

    Andere groen geoogste gewassen:

     

    – – – –

    Voedermaïs

    ha

    – – – –

    Peulvruchten

    ha

    – – – –

    Andere groen geoogste gewassen, niet elders genoemd

    ha

    – –

    Zaaizaad en zaailingen op bouwland

    ha

    – –

    Andere gewassen op bouwland

    ha

    – –

    Braakland

    ha

    Tuinen voor eigen gebruik

    ha

    Blijvend grasland

    ha

    – –

    Grasland, exclusief weiden met geringe opbrengst

    ha

    – –

    Weiden met geringe opbrengst

    ha

    – –

    Blijvend grasland dat niet langer voor productiedoeleinden wordt gebruikt en voor financiële steun in aanmerking komt

    ha

    Meerjarige teelten

     

    – –

    Boomgaarden en kleinfruit

    ha

    – – –

    Fruit, waarvan:

    ha

    – – – –

    Fruit van gematigde breedten

    ha

    – – – –

    Fruit van subtropische breedten

    ha

    – – –

    Kleinfruit

    ha

    – – –

    Noten

    ha

    – –

    Citrusvruchtaanplantingen

    ha

    – –

    Olijfboomgaarden

    ha

    – – –

    waar gewoonlijk tafelolijven worden geproduceerd

    ha

    – – –

    waar gewoonlijk olijven voor de oliewinning worden geproduceerd

    ha

    – –

    Wijngaarden waar gewoonlijk:

    ha

    – – –

    kwaliteitswijn wordt geproduceerd

    ha

    – – –

    andere wijnen worden geproduceerd

    ha

    – – –

    tafeldruiven worden geproduceerd

    ha

    – – –

    krenten en rozijnen worden geproduceerd

    ha

    – –

    Boomkwekerijgewassen

    ha

    – –

    Andere meerjarige teelten

    ha

    – –

    Meerjarige teelten onder glas

    ha

    Overig areaal

     

    – –

    Oppervlakte niet in gebruik zijnde cultuurgrond

    ha

    – –

    Bosareaal

    ha

    – – –

    waarvan hakhoutbosjes

    ha

    – –

    Overig areaal (gebouwen, erven, wegen, vijvers, steengroeven, onvruchtbare gronden, rotsen enz.)

    ha

    Paddenstoelen

    ha

    Energiegewassen

    ha

    Irrigatie

     

    – –

    Geïrrigeerd areaal

     

    – – –

    Totaal irrigeerbaar areaal

    ha

    – – –

    Totaal areaal van de gewassen die gedurende de voorgaande twaalf maanden ten minste eenmaal zijn geïrrigeerd

    ha

    – –

    Toegepaste irrigatiemethoden

     

    – – –

    Oppervlakte-irrigatie (overstroming, vorendrainage)

    ja/nee

    – – –

    Beregening

    ja/nee

    – – –

    Druppelbevloeiing

    ja/nee

    – –

    Bron voor het op het bedrijf voor irrigatie gebruikte water

     

    – – –

    Grondwater op het bedrijf

    ja/nee

    – – –

    Oppervlaktewater op het bedrijf: vijvers of stuwbekkens

    ja/nee

    – – –

    Oppervlaktewater van buiten het bedrijf: meren, rivieren of waterlopen

    ja/nee

    – – –

    Water van buiten het bedrijf: gemeenschappelijk waterleidingnet

    ja/nee

    – – –

    Andere bronnen

    ja/nee

    III.   Veestapel

    Eenhoevigen

    stuks

    Runderen:

     

    – –

    Mannelijke en vrouwelijke runderen, jonger dan een jaar

    stuks

    – –

    Mannelijke runderen tussen een en twee jaar oud

    stuks

    – –

    Vrouwelijke runderen tussen een en twee jaar oud

    stuks

    – –

    Mannelijke runderen van twee jaar en ouder

    stuks

    – –

    Vaarzen van twee jaar en ouder

    stuks

    – –

    Melkkoeien

    stuks

    – –

    Andere koeien

    stuks

    Schapen en geiten:

     

    – –

    Schapen (alle leeftijden)

    stuks

    – – –

    Vrouwelijke dieren voor de voortplanting

    stuks

    – – –

    Andere schapen

    stuks

    – –

    Geiten (alle leeftijden)

    stuks

    – – –

    Vrouwelijke dieren voor de voortplanting

    stuks

    – – –

    Andere geiten

    stuks

    Varkens:

     

    – –

    Biggen met een levend gewicht van minder dan 20 kg

    stuks

    – –

    Fokzeugen van 50 kg en meer

    stuks

    – –

    Andere varkens

    stuks

    Pluimvee:

     

    – –

    Mesthoenders

    stuks

    – –

    Leghennen

    stuks

    – –

    Ander pluimvee:

    stuks

    – – –

    Kalkoenen

    stuks

    – – –

    Eenden

    stuks

    – – –

    Ganzen

    stuks

    – – –

    Struisvogels

    stuks

    – – –

    Ander pluimvee, niet elders genoemd

    stuks

    Moederkonijnen (voedsters)

    stuks

    Bijen

    bijenkorven

    Andere dieren, niet elders genoemd

    ja/nee

    IV.   Arbeidskrachten

    IV.i)

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf

    Bedrijfshoofd

     

    – –

    Geslacht

    man/vrouw

    – –

    Leeftijd

    leeftijdsklasse (5)

    – –

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (behalve huishoudelijk werk)

    AJE %-klasse 1 (6)

    Bedrijfsleider

     

    – –

    Geslacht

    man/vrouw

    – –

    Leeftijd

    leeftijdsklasse (5)

    – –

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (behalve huishoudelijk werk)

    AJE %-klasse 2 (7)

    Opleiding van bedrijfsleider

     

    – –

    Landbouwopleiding van bedrijfsleider

    opleidingscode (8)

    – –

    Beroepsopleiding van bedrijfsleider in de voorgaande twaalf maanden

    ja/nee

    Familieleden van het „enig bedrijfshoofd” die landbouwwerkzaamheden voor het bedrijf verrichten: mannen

     

    – –

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (behalve huishoudelijk werk)

    AJE, %-klasse 2

    Familieleden van het „enig bedrijfshoofd” die landbouwwerkzaamheden voor het bedrijf verrichten: vrouwen

     

    – –

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (behalve huishoudelijk werk)

    AJE, %-klasse 2

    Regelmatig werkzame arbeidskrachten, niet-familieleden: mannen

     

    – –

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (behalve huishoudelijk werk)

    AJE, %-klasse 2

    Regelmatig werkzame arbeidskrachten, niet-familieleden: vrouwen

     

    – –

    Landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (behalve huishoudelijk werk)

    AJE, %-klasse 2

    Niet regelmatig werkzame arbeidskrachten, niet-familieleden: mannen en vrouwen

    voltijdse werkdagen

    IV.ii)

    Andere winstgevende werkzaamheden: niet-landbouwwerkzaamheden op het bedrijf (die niet rechtstreeks verband houden met het bedrijf) en werk buiten het bedrijf

    Andere winstgevende werkzaamheden van het bedrijfshoofd, tevens bedrijfsleider:

    M/S/N (9)

    Andere winstgevende werkzaamheden van de andere familieleden van het enig bedrijfshoofd: belangrijkste werkzaamheden

    Aantal personen

    Andere winstgevende werkzaamheden van de andere familieleden van het enig bedrijfshoofd: ondergeschikte werkzaamheden

    Aantal personen

    V.   Andere winstgevende werkzaamheden van het bedrijf (die rechtstreeks verband houden met het bedrijf)

    V.i)

    Lijst van andere winstgevende werkzaamheden

    Verstrekking van gezondheids-, maatschappelijke of onderwijsdiensten

    ja/nee

    Toerisme, accommodatie en recreatie

    ja/nee

    Ambachten

    ja/nee

    Verwerking van landbouwproducten

    ja/nee

    Productie van hernieuwbare energie

    ja/nee

    Houtverwerking (bv. zagen)

    ja/nee

    Aquacultuur

    ja/nee

    Loonwerk (met behulp van productiemiddelen van het bedrijf)

     

    – –

    landbouwwerkzaamheden (voor andere bedrijven)

    ja/nee

    – –

    geen landbouwwerkzaamheden

    ja/nee

    Bosbouw

    ja/nee

    Andere

    ja/nee

    Wie is hierbij betrokken?

     

    – –

    Bedrijfshoofd, tevens bedrijfsleider

    M/S/N (9)

    – –

    Andere familieleden van het enig bedrijfshoofd, die dit als hun belangrijkste werkzaamheden hebben

    Aantal personen

    – –

    Andere familieleden van het enig bedrijfshoofd, die dit als hun ondergeschikte werkzaamheden hebben

    Aantal personen

    – –

    Niet-familieleden die regelmatig op het bedrijf werkzaam zijn, die dit als hun belangrijkste werkzaamheden hebben

    Aantal personen

    – –

    Niet-familieleden die regelmatig op het bedrijf werkzaam zijn, die dit als hun ondergeschikte werkzaamheden hebben

    Aantal personen

    V.ii)

    Belang van de andere winstgevende werkzaamheden die een rechtstreeks verband hebben met het bedrijf

    Aandeel in de finale output van het bedrijf

    percentageklasse (10)

    VI.   Steun voor plattelandsontwikkeling

    Voordelen van het bedrijf gedurende de voorgaande drie jaar uit hoofde van de volgende maatregelen inzake plattelandsontwikkeling (11)

    ja/nee

    – –

    Deelname door landbouwers aan voedselkwaliteitsprogramma's

    ja/nee

    – –

    Betalingen in het kader van de Natura 2000-richtlijn en de kaderrichtlijn water (12)

    ja/nee

    – –

    Agromilieubetalingen — klimaatbetalingen

    ja/nee

    – –

    Biologische landbouw

    ja/nee

    – –

    Dierenwelzijnsbetalingen

    ja/nee

    Investeringen in materiële activa

    ja/nee

    – –

    Preventie en herstel van door natuurrampen en rampzalige gebeurtenissen beschadigd landbouwproductiepotentieel

    ja/nee

    – –

    Ontwikkeling van landbouwbedrijven en ondernemingen

    ja/nee

    – –

    Investeringen in de ontwikkeling van het bosareaal en verbetering van de rendabiliteit van bossen

    ja/nee

    – –

    Bebossing en de aanleg van beboste gebieden

    ja/nee

    – –

    Invoering van boslandbouwsystemen

    ja/nee

    – –

    Preventie en herstel van schade aan bossen

    ja/nee

    – –

    Investeringen ter verbetering van de veerkracht en de ecologische waarde van bossen

    ja/nee

    – –

    Investeringen in bosbouwtechnologieën en in de verwerking, het transport en de afzet van bosbouwproducten

    ja/nee

    – –

    Betalingen voor gebieden met natuurlijke of andere specifieke beperkingen

    ja/nee

    – –

    Bosmilieu- en klimaatdiensten en bosinstandhouding

    ja/nee

    – –

    Risicobeheer

    ja/nee

    VII.   Op landbouwbedrijven toegepaste methoden voor het beheer van grond en mest

    Bodembewerkingsmethoden (13) op bouwland in de openlucht

     

    – –

    Conventionele bodembewerking

    ha

    – –

    Niet-kerende bodembewerking

    ha

    – –

    Geen bodembewerking (met uitzondering van bouwland in de openlucht waar meerjarige gewassen groeien)

    ha

    Bodembedekking (14) op bouwland in de openlucht

     

    – –

    Normale wintergewassen

    ha

    – –

    Bodembedekkers of tussengewassen

    ha

    – –

    Plantenresten

    ha

    – –

    Kale grond

    ha

    – –

    Bouwland in de openlucht waar meerjarige gewassen groeien

    ha

    Gewasrotatie op bouwland

     

    – –

    Percentage bouwland gebruikt voor gewasrotatie

    BL-percentage (15)

    Ecologisch aandachtsgebied — totale oppervlakte akkerranden, bufferstroken, heggen, bomen, braakland, biotopen, bebost gebied en landschapskenmerken

    ha (16)

    Bemestingstechnieken

     

    – –

    Breedstrooien

     

    – – –

    Geen onderwerking

    percentageklasse van de mest (17)

    – – –

    Onderwerking binnen 4 uur

    percentageklasse van de mest

    – – –

    Onderwerking na 4 uur

    percentageklasse van de mest

    – –

    Rijenbemesting

     

    – – –

    Sleepslang

    percentageklasse van de mest

    – – –

    Sleepvoet

    percentageklasse van de mest

    – –

    Injectie

     

    – – –

    Zode-injectie/open sleuven

    percentageklasse van de mest

    – – –

    Mestinjectie/dichte sleuven

    percentageklasse van de mest

    Invoer/uitvoer van mest van en naar het bedrijf

     

    – –

    Het totaal van de geproduceerde mest die niet op het bedrijf zelf wordt gebruikt

    ton

    – –

    Mest die naar het bedrijf wordt ingevoerd

    ton


    (1)  Geografische coördinaten niet in 2016 te verstrekken.

    (2)  Nomenclatuur van territoriale eenheden voor de statistiek.

    (3)  L- achtergebleven niet-bergachtig gebied; M- achtergebleven berggebied; N- normaal gebied (geen achtergebleven gebieden). Deze classificatie kan in de toekomst worden aangepast in het licht van ontwikkelingen van het GLB 2020.

    (4)  Dit deel hoeft alleen te worden ingevuld indien het antwoord op de vorige vraag „ja” is.

    (5)  Leeftijdsklassen: (vanaf verlaten school-24 jaar), (25-34), (35-39), (40-44), (45-54), (55-64), (65 en ouder).

    (6)  Arbeidsjaareenheid (AJE), percentageklasse 1: (0), (> 0-< 25), (≥ 25-< 50), (≥ 50-< 75), (≥ 75-< 100), (100).

    (7)  Arbeidsjaareenheid (AJE), percentageklasse 2: (> 0-< 25), (≥ 25-< 50), (≥ 50-< 75), (≥ 75-< 100), (100).

    (8)  Opleidingscodes: (alleen praktijkervaring in de landbouw), (basislandbouwopleiding), (volledige landbouwopleiding).

    (9)  M — belangrijkste werkzaamheden S — ondergeschikte werkzaamheden N — geen betrokkenheid

    (10)  Percentageklassen: (≥ 0-≤ 10), (> 10-≤ 50), (> 50-< 100).

    (11)  Maatregelen inzake plattelandsontwikkeling volgens Verordening (EU) nr. 1305/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake steun voor plattelandsontwikkeling uit het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1698/2005 van de Raad (PB L 347 van 20.12.2013, blz. 487) — deze kenmerken moeten in administratieve bronnen beschikbaar zijn.

    (12)  Richtlijn 2000/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 oktober 2000 tot vaststelling van een kader voor communautaire maatregelen betreffende het waterbeleid (PB L 327 van 22.12.2000, blz. 1).

    (13)  Bouwland in de openlucht met conventionele bodembewerking + bouwland in de openlucht met niet-kerende bodembewerking + bouwland in de openlucht zonder bodembewerking + bouwland in de openlucht waar meerjarige gewassen groeien = totale oppervlakte bouwland in de openlucht.

    (14)  Bouwland in de openlucht met normale wintergewassen + bouwland in de openlucht met bodembedekkers of tussengewassen + bouwland in de openlucht bedekt met plantenresten + braakliggend bouwland in de openlucht + bouwland in de openlucht waar meerjarige gewassen groeien = totale oppervlakte bouwland in de openlucht.

    (15)  Bouwlandpercentages (BL): (0), (> 0-< 25), (≥ 25-< 50), (≥ 50-< 75), (≥ 75).

    (16)  Hoeft alleen te worden vermeld voor bedrijven met meer dan 15 ha bouwland.

    (17)  % van de totale mest die is toegepast met een specifieke bemestingstechniek: (0), (> 0-< 25), (≥ 25-< 50), (≥ 50-< 75), (≥ 75-< 100), (100).”


    Top