Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32002R0997

Verordening (EG) nr. 997/2002 van de Commissie van 11 juni 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de toekenning door de Gemeenschap van een financiële bijdrage aan de lidstaten met het oog op de verbetering van de infrastructuur voor fytosanitaire controles van planten en plantaardige producten uit derde landen

PB L 152 van 12.6.2002, p. 16–18 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

Legal status of the document In force: This act has been changed. Current consolidated version: 15/06/2002

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2002/997/oj

32002R0997

Verordening (EG) nr. 997/2002 van de Commissie van 11 juni 2002 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de toekenning door de Gemeenschap van een financiële bijdrage aan de lidstaten met het oog op de verbetering van de infrastructuur voor fytosanitaire controles van planten en plantaardige producten uit derde landen

Publicatieblad Nr. L 152 van 12/06/2002 blz. 0016 - 0018


Verordening (EG) nr. 997/2002 van de Commissie

van 11 juni 2002

tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen van de regeling inzake de toekenning door de Gemeenschap van een financiële bijdrage aan de lidstaten met het oog op de verbetering van de infrastructuur voor fytosanitaire controles van planten en plantaardige producten uit derde landen

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen(1) ("de richtlijn"), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2002/36/EG van de Commissie(2), en met name op artikel 13, lid 9, vijfde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Krachtens de richtlijn kan aan de lidstaten een financiële bijdrage van de Gemeenschap worden verleend ter dekking (tot 50 %) van de uitgaven die rechtstreeks verband houden met de verbetering van de apparatuur en installaties die nodig zijn voor het uitvoeren van de controles in andere inspectieposten dan die op de plaats van bestemming, boven het niveau dat reeds bereikt is doordat is voldaan aan de minimumvoorwaarden die zijn vervat in de uitvoeringsbepalingen op grond van artikel 13, lid 8, vierde alinea, van de richtlijn.

(2) Er moeten bepalingen worden vastgesteld voor de tenuitvoerlegging van de regeling inzake de toekenning door de Gemeenschap van een financiële bijdrage aan de lidstaten met het oog op die verbetering.

(3) Overeenkomstig artikel 3, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1258/1999 van de Raad(3) worden veterinaire en fytosanitaire maatregelen die volgens de communautaire voorschriften worden uitgevoerd, gefinancierd uit de afdeling Garantie van het Europees Oriëntatie- en Garantiefonds voor de Landbouw. Voor de financiële controle van deze maatregelen zijn de artikelen 8 en 9 van bovengenoemde verordening van toepassing.

(4) De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Aanvragen van de lidstaten voor een "financiële bijdrage inspectieposten voor fytosanitaire controles bij invoer":

a) worden schriftelijk ingediend door de in artikel 1, lid 4, van de richtlijn bedoelde centrale instantie,

b) worden ingediend bij de Commissie van de Europese Gemeenschappen, directoraat-generaal Gezondheid en consumentenbescherming, B-1049 Brussel,

c) worden uiterlijk op 1 juni ingediend en worden nog in hetzelfde jaar onderzocht. Voor 2002 wordt de termijn voor indiening uitzonderlijk verlengd tot en met 15 juli 2002,

d) bevatten informatie over de apparatuur en/of installaties die door de lidstaat zal/zullen worden aangekocht, in de vorm van een daarvoor vastgesteld programma waarin met name zijn aangegeven:

i) de ligging van de inspectieposten waarvoor de apparatuur en/of installaties bestemd is/zijn;

ii) een beschrijving van de inspectiepost, met name het aanwezige personeel, een lijst van de aanwezige apparatuur en de aard van de belangrijkste planten en plantaardige producten die er passeren;

iii) de redenen voor de aankoop en/of verbetering van de apparatuur en/of installaties;

iv) de technische beschrijving van de aan te kopen en/of te verbeteren apparatuur en/of installaties;

v) een gedetailleerde financiële raming (exclusief BTW en andere belastingen) van de voorgenomen aankoop en/of verbetering van de hierboven beschreven apparatuur en/of installaties,

e) betreffen de in de bijlage bij deze verordening genoemde apparatuur en/of installaties, met uitzondering van verbruiksgoederen.

Artikel 2

1. Voor elke ontvangen aanvraag bepaalt de Commissie of:

a) de voorgestelde aankoop of verbetering uit fytosanitair oogpunt verantwoord is;

b) de geraamde kosten voor aankoop of verbetering redelijk zijn.

De betrokken lidstaat verstrekt de Commissie op haar verzoek alle aanvullende gegevens die zij nodig acht voor het onderzoek van de aanvraag.

2. Vóór 15 september van elk jaar stelt de Commissie een lijst vast van de programma's die aan de in lid 1, onder a) en b), vastgestelde criteria voldoen en die bijgevolg in aanmerking kunnen komen voor een financiële bijdrage van de Gemeenschap. Om erop toe te zien dat de bijdrage van de Gemeenschap doeltreffend en consistent is, plaatst de Commissie, rekening houdend met de ontwikkeling van de fytosanitaire situatie in de Gemeenschap, de programma's in een bepaalde volgorde op die lijst.

Daarbij wordt prioriteit gegeven aan die programma's die, uitgaande van de kwantiteit en/of kwaliteit van de controles, het grootste voordeel opleveren voor de betrokken inspectiepost, en die derhalve betrekking hebben op:

- verbeteringen die zijn voorgesteld door de in artikel 21 van de richtlijn bedoelde deskundigen;

- inspectieposten die grondig moeten worden geherstructureerd.

De lijst, waarin voor elk programma het bedrag van de voorgestelde financiële bijdrage van de Gemeenschap is vermeld, wordt ter bespreking voorgelegd aan het Permanent Plantenziektekundig Comité.

3. Elk programma van de in lid 2 bedoelde lijst wordt afzonderlijk goedgekeurd volgens de procedure van artikel 18 van de richtlijn. De goedkeuring betreft onder meer de hoogte van de financiële bijdrage van de Gemeenschap, eventuele voorwaarden voor de toekenning ervan en het maximumbedrag van de bijdrage. Wanneer de totale subsidiabele uitgaven voor een programma minder dan 25000 EUR bedragen, wordt geen financiële bijdrage van de Gemeenschap verleend. Een programma kan betrekking hebben op meer dan één inspectiepost in dezelfde lidstaat.

Artikel 3

Voor de uitkering van de financiële bijdrage van de Gemeenschap voor een erkend programma gelden de volgende voorschriften:

a) de aankoop en/of verbetering van de apparatuur en/of installaties die in het programma zijn genoemd, wordt/worden uitgevoerd tussen 1 januari en 31 december van het jaar dat direct volgt op de in artikel 2, lid 3, bedoelde goedkeuring;

b) alle door de lidstaten in het kader van het programma te verrichten betalingen zijn binnen zes maanden na de voltooiing van het programma gedaan;

c) de lidstaat dient zijn aanvraag tot uitkering van de financiële bijdrage van de Gemeenschap, in euro, in binnen zes maanden na voltooiing van het programma, en in elk geval uiterlijk op 30 september van het jaar dat volgt op dat waarin het programma is uitgevoerd;

d) de aanvraag van de lidstaat gaat vergezeld van de nodige bewijsstukken voor de gedane betalingen, bijvoorbeeld ontvangstbewijzen.

Artikel 4

Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 juni 2002.

Voor de Commissie

David Byrne

Lid van de Commissie

(1) PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1.

(2) PB L 116 van 3.5.2002, blz. 16.

(3) PB L 160 van 26.6.1999, blz. 103.

BIJLAGE

Apparatuur

1. Stereoscopische kijker

2. Optische microscoop

3. Digitale hygroscoop

4. Digitale camera

5. Digitale video

6. Koelkast

7. Andere soortgelijke apparatuur

Installaties

1. Vaste of mobiele kantoren

2. Controletafel (mobiele controleapparatuur)

3. Andere soortgelijke installaties

Top