Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018R1643

Gedelegeerde Verordening (EU) 2018/1643 van de Commissie van 13 juli 2018 tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere specificatie van de inhoud van de door de beheerder van een benchmark te publiceren benchmarkverklaring en van de gevallen waarin actualiseringen van deze verklaring nodig zijn (Voor de EER relevante tekst.)

C/2018/4439

PB L 274 van 5.11.2018, pp. 29–32 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg_del/2018/1643/oj

5.11.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 274/29


GEDELEGEERDE VERORDENING (EU) 2018/1643 VAN DE COMMISSIE

van 13 juli 2018

tot aanvulling van Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere specificatie van de inhoud van de door de beheerder van een benchmark te publiceren benchmarkverklaring en van de gevallen waarin actualiseringen van deze verklaring nodig zijn

(Voor de EER relevante tekst)

DE EUROPESE COMMISSIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

Gezien Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten en tot wijziging van Richtlijnen 2008/48/EG en 2014/17/EU en Verordening (EU) nr. 596/2014 (1), en met name artikel 27, lid 3, vierde alinea,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Overeenkomstig artikel 27, lid 1, van Verordening (EU) 2016/1011 moeten beheerders een benchmarkverklaring voor de benchmark of, indien van toepassing, voor een benchmarkgroep publiceren indien deze in de Unie mag worden gebruikt.

(2)

Benchmarkverklaringen dienen uitvoerige informatie te bevatten over de markt of economische realiteit die de benchmark of benchmarkgroep moet meten, samen met een vermelding wanneer de meting van die markt of economische realiteit onbetrouwbaar kan worden. Dat komt omdat gebruikers en potentiële gebruikers op dergelijke informatie vertrouwen om de benchmark of benchmarkgroep ten volle te begrijpen.

(3)

Benchmarkverklaringen moeten aangeven op welke punten de methodologie van de benchmark keuzevrijheid laat en hoe het proces van enigerlei evaluatie achteraf van het gebruik van een dergelijke keuzevrijheid verloopt. Deze informatie is van essentieel belang opdat gebruikers en potentiële gebruikers zich een beeld kunnen vormen van de gevoeligheid van de benchmark of benchmarkgroep voor manipulatie.

(4)

Voor de verschillende typen benchmarks (namelijk benchmarks op basis van gereguleerde gegevens, rentevoetbenchmarks, grondstoffenbenchmarks, cruciale benchmarks, significante benchmarks en niet-significante benchmarks) gelden verschillende vereisten uit hoofde van Verordening (EU) 2016/1011. De benchmarkverklaring moet daarom duidelijk en ondubbelzinnig het type benchmark of de typen benchmarks vermelden waartoe de benchmark of benchmarkgroep behoort.

(5)

Met betrekking tot cruciale benchmarks moet de benchmarkverklaring additionele informatie bevatten met uitleg waarom de benchmark in kwestie overeenkomstig Verordening (EU) 2016/1011 als cruciaal wordt erkend, zodat gebruikers en potentiële gebruikers over de benodigde informatie beschikken om te begrijpen op welke gronden de benchmark als cruciaal is erkend.

(6)

Het gebruik van gereguleerde gegevens ontheft beheerders en hun contribuanten van bepaalde verplichtingen uit hoofde van Verordening (EU) 2016/1011. Bij benchmarks op basis van gereguleerde gegevens moet er daarom van de beheerders worden verlangd dat zij hun gegevensbronnen vermelden, alsmede de redenen waarom de benchmark als een benchmark op basis van gereguleerde gegevens wordt aangemerkt.

(7)

Wegens hun bijzondere karakter moeten rentevoetbenchmarks en grondstoffenbenchmarks voldoen aan de bepalingen van specifieke bijlagen bij Verordening (EU) 2016/1011 in plaats van of boven op titel II van genoemde verordening. Beheerders van dergelijke benchmarks moeten dat feit in de benchmarkverklaring vermelden, zodat gebruikers en potentiële gebruikers zich daarvan bewust zijn.

(8)

Beheerders van cruciale benchmarks moeten zich voegen naar een strenger regelgevingskader uit hoofde van Verordening (EU) 2016/1011. Het is derhalve van belang dat gebruikers en potentiële gebruikers naar behoren van dat feit zijn geïnformeerd.

(9)

Ingeval een benchmark de kenmerken van verschillende typen benchmarks vertoont, dienen de voor deze verschillende typen benchmarks geldende specifieke bepalingen van deze verordening samen met en boven op de algemene openbaarmakingsvereisten van toepassing te zijn, zodat gebruikers en potentiële gebruikers over uitgebreide informatie over alle kenmerken van de benchmark in kwestie beschikken.

(10)

Overeenkomstig het evenredigheidsbeginsel vermijdt deze verordening beheerders van significante en niet-significante benchmarks buitensporige administratieve lasten op te leggen door te bepalen dat in de benchmarkverklaring voor significante en niet-significante benchmarks met minder uitvoerige informatie kan worden volstaan.

(11)

Deze verordening is gebaseerd op de ontwerpen van technische reguleringsnormen die de Europese Autoriteit voor effecten en markten aan de Commissie heeft voorgelegd.

(12)

De Europese Autoriteit voor effecten en markten heeft openbare publieksraadplegingen gehouden over de ontwerpen van technische reguleringsnormen waarop deze verordening is gebaseerd, de potentiële hieraan gerelateerde kosten en baten geanalyseerd en het advies van de bij artikel 37 van Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad (2) opgerichte Stakeholdergroep effecten en markten ingewonnen.

(13)

Met het oog op de consistentie met de gedelegeerde verordening tot nadere specificatie van de elementen van de gedragscode die moet worden ontwikkeld door beheerders van op inputgegevens van contribuanten gebaseerde benchmarks verdient het aanbeveling de toepassing van de onderhavige gedelegeerde verordening met twee maanden uit te stellen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Algemene openbaarmakingsvereisten

1.   De benchmarkverklaring vermeldt het volgende:

a)

de datum van publicatie van de verklaring en, in voorkomend geval, de datum van de laatste actualisering ervan;

b)

indien voorhanden, het internationaal effectenidentificatienummer (international securities identification number, ISIN) van de benchmark of benchmarks; bij wijze van alternatief kan voor een benchmarkgroep in de verklaring nader worden aangegeven waar de ISIN's kosteloos toegankelijk zijn voor het publiek;

c)

of de benchmark, dan wel enigerlei benchmark van de benchmarkgroep, is vastgesteld met behulp van aangeleverde inputgegevens;

d)

of de benchmark, dan wel enigerlei benchmark van de benchmarkgroep als een van de in titel III van Verordening (EU) 2016/1011 genoemde typen benchmarks moet worden aangemerkt, met opgave van de specifieke bepaling op grond waarvan de benchmark als een benchmark van dat type wordt aangemerkt.

2.   Bij het definiëren van de markt of economische realiteit bevat de benchmarkverklaring ten minste de volgende informatie:

a)

een algemene beschrijving van de markt of economische realiteit;

b)

de eventuele geografische grenzen van de markt of economische realiteit;

c)

alle andere informatie waarvan de beheerder redelijkerwijze aanneemt dat deze dienstig of nuttig is om gebruikers of potentiële gebruikers van de benchmark inzicht te helpen verwerven in de relevante kenmerken van de markt of economische realiteit, met vermelding van ten minste de volgende elementen, voor zover er betrouwbare gegevens over deze elementen beschikbaar zijn:

i)

informatie over huidige of potentiële marktdeelnemers;

ii)

een indicatie van de omvang van de markt of economische realiteit;

3.   Bij het definiëren van de potentiële beperkingen van de benchmark en van de omstandigheden waaronder de meting van de markt of economische realiteit onbetrouwbaar kan worden, bevat de benchmarkverklaring ten minste:

a)

een beschrijving van de omstandigheden waaronder de beheerder niet over voldoende inputgegevens zou beschikken om de benchmark in overeenstemming met de methodologie vast te stellen;

b)

in voorkomend geval, een beschrijving van gevallen waarin de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van de voor de vaststelling van de benchmark gehanteerde methodologie niet meer kan worden gewaarborgd, bijvoorbeeld wanneer de beheerder de liquiditeit van de onderliggende markt ontoereikend acht;

c)

alle andere informatie waarvan de beheerder redelijkerwijze aanneemt dat deze dienstig of nuttig is om gebruikers en potentiële gebruikers inzicht te helpen verwerven in de omstandigheden waaronder de meting van de markt of economische realiteit onbetrouwbaar kan worden, met inbegrip van een beschrijving van wat als een uitzonderlijke marktgebeurtenis zou kunnen worden aangemerkt.

4.   Bij het specificeren van de controles en voorschriften die van toepassing zijn op de uitoefening van beoordelings- of keuzevrijheid door de beheerder of door contribuanten bij de berekening van de benchmark of benchmarks, bevat de benchmarkverklaring een beschrijving van elke stap in het proces van enigerlei evaluatie achteraf van het gebruik van keuzevrijheid, samen met een duidelijke indicatie van de positie van elke persoon die voor de uitvoering van de evaluaties verantwoordelijk is.

5.   Bij het specificeren van de procedures voor de beoordeling van de methodologie schetst de benchmarkverklaring ten minste de procedures voor het houden van een openbare raadpleging over eventuele materiële wijzigingen in de methodologie.

6.   Lid 3, onder c), en lid 5 zijn niet van toepassing op de benchmarkverklaring voor:

a)

een significante benchmark, of

b)

een benchmarkgroep die geen cruciale benchmarks omvat en niet uitsluitend uit niet-significante benchmarks bestaat.

7.   In geval van een benchmarkverklaring voor een niet-significante benchmark of voor een benchmarkgroep die uitsluitend uit niet-significante benchmarks bestaat:

a)

zijn de volgende bepalingen van dit artikel niet van toepassing:

i)

lid 2, onder c);

ii)

lid 3, onder b) en c);

iii)

de leden 4 en 5, en

b)

kan bij wijze van alternatief aan de vereisten van lid 2, onder a) en b), worden voldaan door in de benchmarkverklaring een duidelijke verwijzing op te nemen naar een gepubliceerd document dat dezelfde informatie bevat en kosteloos toegankelijk is.

8.   Beheerders mogen aan het einde van hun benchmarkverklaringen aanvullende informatie opnemen, op voorwaarde dat als dit geschiedt in de vorm van een verwijzing naar een gepubliceerd document dat de informatie in kwestie bevat, het desbetreffende document kosteloos toegankelijk is.

Artikel 2

Specifieke openbaarmakingsvereisten voor benchmarks op basis van gereguleerde gegevens

Afgezien van de overeenkomstig artikel 1 op te nemen informatie wordt voor een benchmark op basis van gereguleerde gegevens of, indien van toepassing, voor een groep benchmarks op basis van gereguleerde gegevens in de benchmarkverklaring bij de beschrijving van de inputgegevens ten minste het volgende vermeld:

a)

de gebruikte bronnen van de inputgegevens;

b)

voor elke bron, om welk van de diverse in artikel 3, lid 1, punt 24), van Verordening (EU) 2016/1011 opgesomde soorten bronnen het gaat.

Artikel 3

Specifieke openbaarmakingsvereisten voor rentevoetbenchmarks

Afgezien van de overeenkomstig artikel 1 op te nemen informatie wordt voor een rentevoetbenchmark of, indien van toepassing, voor een groep rentevoetbenchmarks in de benchmarkverklaring ten minste de volgende informatie vermeld:

a)

een verwijzing die gebruikers attendeert op de additionele regelgeving die uit hoofde van bijlage I bij Verordening (EU) 2016/1011 op rentevoetbenchmarks van toepassing is;

b)

een beschrijving van de regelingen die zijn getroffen om zich naar genoemde bijlage te voegen.

Artikel 4

Specifieke openbaarmakingsvereisten voor grondstoffenbenchmarks

Afgezien van de overeenkomstig artikel 1 op te nemen informatie wordt voor een grondstoffenbenchmark of, indien van toepassing, voor een groep grondstoffenbenchmarks in de benchmarkverklaring ten minste:

a)

vermeld of overeenkomstig artikel 19 van Verordening (EU) 2016/1011 de vereisten van titel II van, dan wel van bijlage II bij genoemde verordening op de benchmark of benchmarkgroep van toepassing is;

b)

uitgelegd waarom titel II van, dan wel, naargelang van het geval, bijlage II bij genoemde verordening van toepassing is;

c)

in de definities van de sleuteltermen een beknopte beschrijving opgenomen van de criteria die de desbetreffende onderliggende fysieke grondstof definiëren;

d)

in voorkomend geval, aangegeven waar de toelichtingen worden bekendgemaakt die de beheerder overeenkomstig punt 7 van bijlage II bij genoemde verordening moet publiceren.

Artikel 5

Specifieke openbaarmakingsvereisten voor cruciale benchmarks

Afgezien van de overeenkomstig artikel 1 op te nemen informatie wordt voor een cruciale benchmark of, indien van toepassing, voor een benchmarkgroep die ten minste één cruciale benchmark omvat, in de benchmarkverklaring ten minste het volgende vermeld:

a)

een verwijzing die gebruikers attendeert op het strengere regelgevingskader dat uit hoofde van Verordening (EU) 2016/1011 op cruciale benchmarks van toepassing is;

b)

een verklaring waarin is aangegeven hoe gebruikers op de hoogte zullen worden gebracht van een eventueel uitstel van de publicatie van de benchmark of van een eventueel opnieuw vaststellen van de benchmark, en waarin tevens de (verwachte) duur van de maatregelen is vermeld.

Artikel 6

Actualiseringen

Naast de in artikel 27, lid 1, derde alinea, van Verordening (EU) 2016/1011 genoemde gevallen is tevens een actualisering van de benchmarkverklaring nodig als de in de verklaring vervatte informatie niet correct of nauwkeurig genoeg meer is, en hoe dan ook in onder meer de volgende gevallen:

a)

telkens als er zich een verandering in het type benchmark voordoet;

b)

telkens als er sprake is van een materiële wijziging in de methodologie die voor de vaststelling van de benchmark wordt gebruikt of, indien het een benchmarkverklaring voor een benchmarkgroep betreft, in de methodologie die wordt gebruikt voor de vaststelling van een benchmark die van de benchmarkgroep deel uitmaakt.

Artikel 7

Inwerkingtreding en toepassing

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing met ingang van 25 januari 2019.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 13 juli 2018.

Voor de Commissie

De voorzitter

Jean-Claude JUNCKER


(1)   PB L 171 van 29.6.2016, blz. 1.

(2)  Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 84).


Top