EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31992R2075

Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak

PB L 215 van 30/07/1992, p. 70–76 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/06/2008; opgeheven door 32007R1234

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1992/2075/oj

31992R2075

Verordening (EEG) nr. 2075/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak

Publicatieblad Nr. L 215 van 30/07/1992 blz. 0070 - 0076
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 43 blz. 0217
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 43 blz. 0217


VERORDENING (EEG) Nr. 2075/92 VAN DE RAAD van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak

DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op de artikelen 42 en 43,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Europese Parlement (2),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (3),

Overwegende dat de werking en de ontwikkeling van de gemeenschappelijke markt voor landbouwprodukten gepaard moeten gaan met de totstandkoming van een gemeenschappelijk landbouwbeleid en dat dit beleid met name een gemeenschappelijke ordening der markten dient te omvatten die naar gelang van de produkten verschillende vormen kan aannemen;

Overwegende dat het gemeenschappelijk landbouwbeleid erop gericht is de doelstellingen van artikel 39 van het Verdrag te verwezenlijken en, met name in de sector ruwe tabak, de markten te stabiliseren en de betrokken landbouwbevolking een billijke levensstandaard te verzekeren; dat deze doelstellingen kunnen worden bereikt door de produktie aan te passen aan de vraag, met name via een op bevordering van de kwaliteit gericht beleid;

Overwegende dat de communautaire regeling die tot nu toe voor tabak heeft gegolden, grondig moet worden gewijzigd, omdat de markt thans wordt gekenmerkt door een discrepantie tussen vraag en aanbod, waarbij evenwel de teelt van tabak door de traditionele producenten in stand moet worden gehouden; dat deze wijziging moet bestaan in een vereenvoudiging van de regelingen voor het beheer van de markt, een beheersing van de produktie die zowel aan de behoeften van de markt als aan de budgettaire eisen beantwoordt, en een verbetering van de controle om te garanderen dat met de beheersregeling de doelstellingen van de gemeenschappelijke marktordening ten volle worden bereikt;

Overwegende dat de verschillende tabakssoorten in groepen kunnen worden ingedeeld op basis van overeenkomsten in teelttechniek en produktiekosten en rekening houdend met de in het internationale handelsverkeer gebruikte benamingen;

Overwegende dat, gezien de concurrentiesituatie op de tabaksmarkt, steun moet worden toegekend aan de traditionele tabakstelers; dat daartoe een premieregeling moet worden toegepast die het mogelijk maakt de tabak in de Gemeenschap af te zetten;

Overwegende dat een dergelijke premieregeling doeltreffend kan worden beheerd via teeltcontracten tussen telers en bedrijven voor de eerste bewerking, waardoor enerzijds de teler een stabiele afzet en anderzijds het bewerkingsbedrijf een regelmatige voorziening worden gegarandeerd; dat een systeem waarbij het bewerkingsbedrijf aan de producent een met de premie overeenkomend bedrag betaalt zodra de tabak waarop het contract betrekking heeft en die aan de kwaliteitseisen voldoet, wordt geleverd, bijdraagt tot de ondersteuning van de telers en tegelijkertijd het beheer van de premieregeling vergemakkelijkt;

Overwegende dat, om de communautaire produktie te beperken en tegelijk de produktie tegen te gaan van soorten die moeilijk verkoopbaar zijn, een algemene garantiedrempel voor de Gemeenschap moet worden vastgesteld die jaarlijks moet worden onderverdeeld in specifieke drempels per groep tabakssoorten;

Overwegende dat, om de inachtneming van de garantiedrempels te garanderen, voor een beperkte periode een regeling met bewerkingsquota moet worden ingesteld; dat het aan de Lid-Staten staat de bewerkingsquota bij wijze van overgangsregeling en met inachtneming van de vastgestelde garantiedrempels aan de betrokken bedrijven toe te wijzen volgens de daartoe vastgestelde communautaire regels die erop gericht zijn om een billijke toewijzing te waarborgen op basis van de in het verleden bewerkte hoeveelheden, zonder dat evenwel de geconstateerde abnormale produktie in aanmerking wordt genomen; dat de nodige maatregelen zullen worden genomen om de quota later adequaat over de producenten te kunnen verdelen; dat de Lid-Staten die over de nodige gegevens beschikken de quota over de producenten kunnen verdelen op basis van hun produktie in het verleden;

Overwegende dat bedrijven voor eerste bewerking geen teeltcontracten mogen sluiten boven hun quota; dat derhalve moet worden bepaald dat het premiebedrag voor ten hoogste de met het quotum overeenkomende hoeveelheid wordt vergoed;

Overwegende dat de geldigheidsduur van de regelingen inzake de premie en de beheersing van de produktie in eerste instantie moet worden beperkt tot 1997 ten einde de regelingen dan, rekening houdend met de ervaring, opnieuw te kunnen bezien met het oog op eventuele aanpassing ervan voor de daaropvolgende periode;

Overwegende dat verschillende produktie-oriënterende maatregelen mogelijk zijn met het oog op de sanering van de tabaksmarkt en de kwaliteitsverbetering van de produktie; dat inzonderheid specifieke steun de telersverenigingen in staat zal stellen om bij te dragen tot een betere organisatie en oriëntatie van de produktie; dat voorts een onderzoekprogramma dat wordt gefinancierd uit een inhouding op de premie, het mogelijk zal maken om de tabaksproduktie beter af te stemmen op de communautaire eisen op het gebied van de volksgezondheid, en dat ten slotte, gezien het belang van de teelt van de soorten Mavra, Tsebelia, Forchheimer Havanna II c en de hybriden van Geudertheimer voor de economie van bepaalde gebieden in de Gemeenschap, een omschakelingsprogramma voor de producenten van deze soorten noodzakelijk is;

Overwegende dat de totstandbrenging van een interne markt impliceert dat aan de buitengrens van de Gemeenschap een uniforme regeling voor het handelsverkeer van toepassing wordt;

Overwegende dat kan worden afgezien van elke kwantitatieve beperking aan de buitengrens van de Gemeenschap; dat echter, ten einde in uitzonderlijke omstandigheden de markt van de Gemeenschap tegen eventueel daaruit voortvloeiende verstoringen te kunnen beschermen, de Gemeenschap in staat moet worden gesteld snel de vereiste maatregelen te nemen;

Overwegende bovendien dat onverwachte marktsituaties door de Commissie te bepalen uitzonderlijke maatregelen ter ondersteuning van de markt noodzakelijk kunnen maken;

Overwegende dat nationale steunmaatregelen de totstandbrenging van de interne markt in het gedrang zouden brengen; dat de Verdragsbepalingen op grond waarvan de steunmaatregelen van de Lid-Staten kunnen worden beoordeeld en die welke onverenigbaar zijn met de gemeenschappelijke markt kunnen worden verboden, derhalve van toepassing dienen te worden verklaard voor de sector tabak;

Overwegende dat moet worden bepaald dat de Gemeenschap overeenkomstig Verordening (EEG) nr. 729/70 van de Raad van 21 april 1970 betreffende de financiering van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (4), financieel aansprakelijk is voor de uitgaven van de Lid-Staten voor de uit deze verordening voortvloeiende verplichtingen;

Overwegende dat uit de ervaring blijkt, dat het absoluut nodig is om de controles in de tabakssector te verscherpen; dat in verband met de specifieke eisen van deze markt, eventueel bepaalde controlebevoegdheden zouden kunnen worden verleend aan een autonome controledienst;

Overwegende dat bij de gemeenschappelijke marktordening voor tabak gelijkelijk en op passende wijze rekening moet worden gehouden met de in de artikelen 39 en 110 van het Verdrag neergelegde doelstellingen;

Overwegende dat de overgang van de regeling die is ingesteld bij Verordening (EEG) nr. 727/70 van de Raad van 21 april 1970 houdende de totstandbrenging van een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak (5), naar de in deze verordening vastgestelde regeling zo goed mogelijk dient te verlopen; dat daartoe overgangsmaatregelen noodzakelijk kunnen blijken; dat het voorts dienstig is om de nieuwe regeling pas vanaf de oogst 1993 integraal toe te passen,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

De gemeenschappelijke ordening der markten in de sector ruwe tabak omvat:

- een premieregeling;

- maatregelen om de produktie te oriënteren en de omvang ervan te beheersen;

- een regeling voor het handelsverkeer met derde landen.

Zij geldt voor ruwe en niet tot verbruik bereide tabak, alsmede afvallen van tabak, van post GN 2401.

Artikel 2

De soorten ruwe tabak worden in de volgende groepen ingedeeld:

a) Flue cured tabak:

tabak die is gedroogd in ovens waarin de luchtcirculatie, de temperatuur en de vochtigheidsgraad worden gecontroleerd;

b) Light air cured tabak:

tabak die onder een afdak natuurlijk is gedroogd en die niet gefermenteerd is;

c) Dark air cured tabak:

tabak die onder een afdak natuurlijk is gedroogd en die op natuurlijke wijze gefermenteerd is vóór hij in de handel wordt gebracht;

d) Sun cured tabak:

tabak die in de zon is gedroogd;

e) Fire cured tabak:

tabak die boven een vuur is gedroogd;

f) Basmas (sun cured tabak);

g) Katerini (sun cured tabak);

h) Klassieke Kaba Koulak en vergelijkbare soorten (sun cured tabak).

De soorten waaruit elke groep bestaat, zijn vermeld in de bijlage.

TITEL I Premieregeling

Artikel 3

1. Voor de oogsten 1993 tot en met 1997 wordt een regeling ingesteld met premies die voor alle tabakssoorten van dezelfde groep gelijk zijn.

2. Voor in België, Duitsland en Frankrijk geteelde flue cured, light air cured en dark air cured tabak evenwel wordt een extra bedrag toegekend. Dit bedrag is gelijk aan 50 % van het verschil tussen de op grond van lid 1 voor deze tabak toegekende premie en de voor de oogst 1992 toe te passen premie.

3. De premie is bedoeld als inkomenstoeslag voor de producent in het kader van een marktgerichte produktie en om de afzet van de in de Gemeenschap geproduceerde tabak mogelijk te maken.

Artikel 4

1. De Raad stelt volgens de procedure van artikel 43, lid 2, van het Verdrag, voor elke oogst de premie en het extra bedrag vast en houdt daarbij met name rekening met de afzet die voor de verschillende tabakssoorten in het verleden mogelijk was en die welke voor de toekomst mag worden verwacht bij normale concurrentievoorwaarden, op de markt van de Gemeenschap en op de wereldmarkt.

2. Het premiebedrag wordt vastgesteld:

a) per kilogram onverpakte tabaksbladeren die geen eerste bewerking hebben ondergaan;

b) per soortengroep.

Artikel 5

De premie wordt slechts toegekend als met name aan de volgende voorwaarden is voldaan:

a) de tabak moet afkomstig zijn uit een produktiegebied dat voor elke soort is vastgesteld;

b) de tabak moet aan bepaalde kwaliteitseisen voldoen;

c) de tabaksbladeren moeten door de producent op basis van een teeltcontract aan het bedrijf voor eerste bewerking worden geleverd.

Artikel 6

1. In het teeltcontract dienen ten minste te worden opgenomen:

- een verbintenis van het bedrijf voor eerste bewerking om bij de levering, naast de aankoopprijs, aan de teler een met de premie overeenkomend bedrag te betalen voor de hoeveelheid waarvoor het contract is gesloten en die werkelijk is geleverd;

- de verbintenis van de teler om aan het bedrijf voor eerste bewerking ruwe tabak te leveren die aan de kwaliteitseisen voldoet.

2. De bevoegde instantie vergoedt het bedrijf voor eerste bewerking het premiebedrag tegen overlegging van het bewijs dat de teler de tabak heeft geleverd en dat het in lid 1 bedoelde bedrag is betaald.

Artikel 7

De uitvoeringsbepalingen van deze titel worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 23.

Deze bepalingen hebben met name betrekking op:

- de afbakening van de produktiegebieden voor elke soort;

- kwaliteitseisen voor de tabak die wordt geleverd;

- de andere in het teeltcontract op te nemen bepalingen en de uiterste datum voor het sluiten van het contract;

- de verplichting voor het bedrijf voor eerste bewerking om, als een voorschot wordt gevraagd, een zekerheid te stellen, en de voorschriften inzake het stellen en het vrijgeven van deze zekerheid;

- de specifieke voorwaarden voor de toekenning van de premie, wanneer het teeltcontract met een telersvereniging wordt gesloten;

- de te nemen maatregelen voor het geval dat de teler of het bedrijf voor eerste bewerking hun verplichtingen niet nakomen.

TITEL II Regeling voor de beheersing van de produktie

Artikel 8

Voor de Gemeenschap wordt een garantiedrempel van maximaal 350 000 ton ruwe tabaksbladeren per oogst vastgesteld. Voor 1993 wordt de garantiedrempel evenwel vastgesteld op 370 000 ton.

Binnen die drempel stelt de Raad jaarlijks, volgens de procedure van artikel 43, lid 2, het Verdrag, specifieke garantiedrempels voor elke soortengroep vast, daarbij met name rekening houdend met de marktsituatie en de sociaal-economische en agronomische omstandigheden in de betrokken produktiegebieden.

Artikel 9

1. Om de inachtneming van de garantiedrempels te garanderen, wordt voor de oogsten 1993 tot en met 1997 een regeling inzake bewerkingsquota ingesteld.

2. Voor elke oogst verdeelt de Raad, volgens de procedure van artikel 43, lid 2, van het Verdrag, de voor elke soortengroep beschikbare hoeveelheden over de producerende Lid-Staten.

3. Op grond van de krachtens lid 2 vastgestelde hoeveelheden en onverminderd het bepaalde in lid 5 wijzen de Lid-Staten, bij wijze van overgangsregeling voor de oogsten 1993 en 1994, aan de bedrijven voor eerste bewerking bewerkingsquota toe in verhouding tot het per soortengroep berekende gemiddelde van de hoeveelheden die hun in de drie aan het laatste oogstjaar voorafgaande jaren zijn geleverd voor bewerking. De produktie in 1992 en de leveranties uit deze oogst worden evenwel niet in aanmerking genomen. Deze verdeling prejudicieert niet op de verdeling van de bewerkingsquota voor de oogst van de daarop volgende jaren.

Aan de bedrijven voor eerste bewerking die na het begin van de referentieperiode met hun activiteiten zijn begonnen, wordt een hoeveelheid toegewezen in verhouding tot het gemiddelde van de hoeveelheden die hun sedert het begin van hun activiteiten voor bewerking zijn geleverd.

De Lid-Staten reserveren 2 % van de totale hoeveelheden waarover zij per soortengroep beschikken voor bedrijven voor eerste bewerking die in de loop van het oogstjaar of van het jaar dat eraan voorafgaat met hun activiteiten beginnen. Binnen dit percentage wordt aan de betrokken bedrijven een hoeveelheid van ten hoogste 70 % van hun bewerkingscapaciteit toegewezen, voor zover zij voldoende garanties bieden inzake doeltreffendheid en levensvatbaarheid.

4. De Lid-Staten kunnen evenwel de quota rechtstreeks over de producenten verdelen indien zij met betrekking tot de produktie van alle producenten voor de drie oogsten die aan de laatste oogst voorafgaan, over de nodige juiste gegevens beschikken, uitgesplitst naar geproduceerde en aan een bewerker geleverde soort en hoeveelheid.

5. Bij de in de leden 3 en 4 bedoelde toewijzing van de quota wordt bij de berekening van de referentieproduktie met name geen rekening gehouden met de hoeveelheden ruwe tabak die zijn geproduceerd boven de gegarandeerde maximumhoeveelheden die ingevolge Verordening (EEG) nr. 727/70 van toepassing zijn.

In voorkomend geval wordt de produktie slechts in aanmerking genomen tot het voor de betrokken jaren toegewezen quotum.

Artikel 10

Een bedrijf voor eerste bewerking mag geen teeltcontracten sluiten en premies vergoed krijgen voor hoeveelheden die het aan hem of aan de producent toegewezen quotum overschrijden.

Artikel 11

De bepalingen ter uitvoering van deze titel worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 23. Zij betreffen met name de in artikel 9, lid 5, bedoelde berekeningsbepalingen voor de verdeling van de quota en de voorwaarden inzake het omslaan van de quota over de producenten, met name op basis van hun vroegere situatie.

TITEL III Maatregelen ter oriëntatie van de produktie

Artikel 12

1. Om te bevorderen dat het aanbod wordt geconcentreerd en dat de kwaliteit ervan aan de behoeften van de markt wordt aangepast, wordt een specifieke steun ten bedrage van 10 % van de premie toegekend, wanneer de teeltcontracten zijn gesloten tussen een bedrijf voor eerste bewerking en een erkende telersvereniging en die contracten betrekking hebben op de levering van de totale produktie van de leden van de vereniging.

2. De specifieke steun wordt aan de telersvereniging toegekend om de organisatie en de oriëntatie van produktie te verbeteren.

3. De uitvoeringsbepalingen van dit artikel worden door de Commissie vastgesteld volgens de procedure van artikel 23. Zij hebben met name betrekking op:

- de bepaling van de telersverenigingen die voor de specifieke steun in aanmerking komen;

- de voorwaarden voor de erkenning van de verenigingen;

- de besteding van de specifieke steun.

Artikel 13

1. Er wordt een Communautair Fonds voor onderzoek en informatie over tabak ingesteld. Het Fonds wordt gefinancierd uit een inhouding van ten hoogste 1 % op de premie, die bij de betaling van de premie wordt geïnd.

2. Dit Fonds financiert en cooerdineert onderzoek- en informatieprogramma's die erop gericht zijn de kennis over de schadelijke effecten van tabak en over de passende preventieve en curatieve maatregelen te verbeteren, en de communautaire produktie te oriënteren naar soorten en kwaliteitsklassen van tabak die zo weinig mogelijk schadelijke effecten hebben.

3. De uitvoeringsbepalingen van dit artikel worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 23.

Artikel 14

De Commissie stelt volgens de procedure van artikel 23 een driejarenprogramma vast voor de omschakeling van de soorten Mavra, Tsebelia, Forchheimer Havanna II c en hybriden van Geudertheimer op andere beter aan de markt aangepaste soorten of op andere teelten. Dit programma zal vanaf de oogst 1993 worden uitgevoerd. Het kan specifieke maatregelen omvatten om eventuele uit de omschakeling voortvloeiende inkomensverliezen te compenseren.

TITEL IV Regelingen van het handelsverkeer met derde landen

Artikel 15

Behoudens andersluidende bepalingen van deze verordening of afwijkingen waartoe de Commissie volgens de procedure van artikel 23 besluit, zijn in het handelsverkeer met derde landen verboden:

a) de toepassing van enige heffing van gelijke werking als een douanerecht,

b) de toepassing van enige kwantitatieve beperking of maatregel van gelijke werking.

Artikel 16

1. Indien in de Gemeenschap de markt voor een of meer van de in artikel 1 bedoelde produkten als gevolg van invoer of uitvoer ernstige verstoringen ondergaat of dreigt te ondergaan, die de doelstellingen van artikel 39 van het Verdrag in gevaar kunnen brengen, kunnen in het handelsverkeer met derde landen passende maatregelen worden toegepast, totdat deze verstoring opgeheven of het gevaar daarvoor geweken is.

2. Wanneer de in lid 1 bedoelde situatie zich voordoet, neemt de Commissie op verzoek van een Lid-Staat of eigener beweging de noodzakelijke maatregelen, die aan de Lid-Staten worden medegedeeld en die onmiddellijk van toepassing zijn. Als aan de Commissie een dergelijk verzoek van een Lid-Staat wordt gericht, beslist zij hierover binnen vierentwintig uur na ontvangst van het verzoek.

3. Iedere Lid-Staat kan de maatregel van de Commissie binnen drie werkdagen na de dag van de mededeling daarvan, aan de Raad voorleggen. De Raad komt onverwijld bijeen. Hij kan de betrokken maatregel bij besluit genomen met gekwalificeerde meerderheid van stemmen, wijzigen of vernietigen.

TITEL V Algemene en overgangsbepalingen

Artikel 17

Om het hoofd te kunnen bieden aan onverwachte marktsituaties, kunnen volgens de procedure van artikel 23 uitzonderlijke maatregelen ter ondersteuning van de markt worden genomen. Deze maatregelen kunnen slechts worden genomen in de mate en voor de duur die strikt noodzakelijk zijn voor de ondersteuning van de markt.

Artikel 18

Behoudens andersluidende bepalingen van deze verordening zijn de artikelen 92, 93 en 94 van het Verdrag van toepassing op de produktie van en de handel in de in artikel 1 bedoelde produkten.

Artikel 19

De uitgaven uit hoofde van de titels I en III worden beschouwd als uitgaven in de zin van artikel 1, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 729/70.

Artikel 20

1. De Lid-Staten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de communautaire voorschriften voor de sector ruwe tabak in acht worden genomen. Te dien einde stellen zij de Commissie binnen zes maanden na de vaststelling van deze verordening in kennis van de bepalingen op het gebied van beheer en controle die zij voornemens zijn vast te stellen. Binnen drie maanden na die kennisgeving keurt de Commissie deze bepalingen goed of vraagt zij om daarin de nodige aanpassingen aan te brengen. In het laatste geval past de Lid-Staat zijn bepalingen zo snel mogelijk aan. Elke wijziging van de nationale bepalingen wordt door de Lid-Staten onverwijld ter kennis gebracht van de Commissie en door de Commissie volgens dezelfde regels onderzocht.

2. Elke producerende Lid-Staat richt, overeenkomstig zijn rechtsorde, een speciale dienst op die tot taak krijgt bepaalde controles in het kader van de communautaire regeling voor tabak uit te voeren. De Lid-Staten waarvan de overeenkomstig artikel 9, lid 2, garantiedrempel minder bedraagt dan 45 000 ton, kunnen besluiten dat zij niet een dergelijke dienst oprichten.

3. De dienst is administratief volledig autonoom. De betrokken Lid-Staat verleent deze dienst de nodige bevoegdheden om zijn taken te kunnen uitvoeren.

De dienst bestaat uit een zodanig aantal ambtenaren met een zodanige opleiding dat bovenbedoelde taken kunnen worden uitgevoerd.

4. Vóór het begin van elk verkoopseizoen stelt de betrokken Lid-Staat op voorstel van de dienst een begroting en een werkprogramma op, die erop gericht zijn een correcte toepassing van de premierregeling te waarborgen, en die door de Lid-Staat aan de Commissie worden medegedeeld. Onverminderd de bevoegdheden van de Lid-Staat kan de Commissie deze verzoeken om alle door haar dienstig geachte wijzigingen in de begroting en het programma aan te brengen.

Ambtenaren van de Commissie kunnen de activiteiten van de speciale dienst te allen tijde volgen.

De dienst brengt de Lid-Staat en de Commissie op gezette tijden verslag uit over zijn activiteiten. In dit verslag moet melding worden gemaakt van eventuele moeilijkheden en moeten, in voorkomend geval, suggesties worden gedaan voor verbetering van de controleregeling.

5. De feitelijke uitgaven van de dienst worden voor 50 % bekostigd uit de algemene begroting van de Europese Gemeenschapen; het resterende gedeelte wordt door de betrokken Lid-Staat gefinancierd.

6. Het jaarlijkse bedrag van de in lid 5 bedoelde feitelijke uitgaven wordt door de Commissie aan de hand van de door de betrokken Lid-Staten verstrekte gegevens vastgesteld. Dit bedrag wordt toegekend nadat de Commissie heeft geconstateerd dat de dienst is opgericht en zijn taken heeft vervuld. Om ervoor te zorgen dat deze dienst gemakkelijker kan worden opgericht en kan functioneren, kan het betrokken bedrag in de loop van het jaar in tranches worden vooruitbetaald op basis van de begroting van de dienst, die vóór eind oktober in overleg tussen de Lid-Staat en de Commissie voor het jaar is vastgesteld.

7. De Lid-Staten nemen de nodige maatregelen om ervoor te zorgen dat de op grond van de leden 2 tot en met 4 aangewezen controleambtenaren:

- toegang hebben tot de produktie-, bewerkings- en afzetinstallaties,

- kennis kunnen nemen van de boekhoudgegevens of andere dienstige documenten voor de controles en kopieën of uittreksels kunnen maken,

- alle dienstige inlichtingen kunnen vragen.

8. De Commissie stelt de bepalingen ter uitvoering van dit artikel vast volgens de procedure van artikel 23.

Artikel 21

De Lid-Staten en de Commissie delen elkaar de nodige gegevens voor de uitvoering van deze verordening mee. De wijze waarop deze gegevens worden meegedeeld en verspreid, wordt volgens de procedure van artikel 23 vastgesteld.

Artikel 22

Er wordt een comité van beheer voor tabak, hierna het "Comité" te noemen, ingesteld, dat is samengesteld uit vertegenwoordigers van de Lid-Staten en onder voorzitterschap staat van een vertegenwoordiger van de Commissie.

Artikel 23

1. De vertegenwoordiger van de Commissie legt het Comité een ontwerp voor van de te nemen maatregelen. Het Comité brengt advies uit over dit ontwerp binnen een termijn die de voorzitter kan vaststellen naar gelang van de urgentie van de materie. Het Comité spreekt zich uit met de meerderheid van stemmen die in artikel 148, lid 2, van het Verdrag is voorgeschreven voor de aanneming van de besluiten die de Raad op voorstel van de Commissie dient te nemen. Bij de stemming in het Comité worden de stemmen van de vertegenwoordigers van de Lid-Staten gewogen overeenkomstig genoemd artikel. De voorzitter neemt niet aan de stemming deel.

2. De Commissie stelt maatregelen vast die onmiddellijk van toepassing zijn. Indien deze maatregelen echter niet in overeenstemming zijn met het advies dat het Comité heeft uitgebracht, worden zij onverwijld door de Commissie ter kennis van de Raad gebracht. In dat geval kan de Commissie de toepassing van de maatregelen waartoe zij heeft besloten voor ten hoogste één maand na deze kennisgeving uitstellen.

3. De Raad kan binnen de in het voorgaande lid genoemde termijn met een gekwalificeerde meerderheid van stemmen een andersluidend besluit nemen.

Artikel 24

Het Comité kan elk ander vraagstuk onderzoeken dat door zijn voorzitter, hetzij op diens initiatief, hetzij op verzoek van de vertegenwoordiger van een Lid-Staat, aan de orde wordt gesteld.

Artikel 25

Deze verordening moet aldus worden toegepast dat gelijkelijk en op passende wijze rekening wordt gehouden met de in de artikelen 39 en 110 van het Verdrag neergelegde doelstellingen.

Artikel 26

Vóór 1 april 1996 dient de Commissie bij de Raad een voorstel in voor de in de titels I en II bedoelde regelingen die met ingang van de oogst 1998 moeten worden toegepast. De Raad beslist over dit voorstel volgens de procedure van artikel 43, lid 2, van het Verdrag.

Artikel 27

Indien overgangsmaatregelen nodig zouden blijken om de overgang van de bij Verordening (EEG) nr. 727/70 ingestelde regeling naar de regeling van deze verordening te vergemakkelijken, worden die maatregelen volgens de procedure van artikel 23 vastgesteld.

Artikel 28

Verordening (EEG) nr. 727/70 wordt ingetrokken met werking vanaf de oogst 1993.

Artikel 29

Deze verordening is van toepassing met ingang van de oogst 1993.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

Gedaan te Luxemburg, 30 juni 1992.

Voor de Raad

De Voorzitter

Arlindo MARQUES CUNHA

(1) PB nr. C 295 van 14. 11. 1991, blz. 10.(2) PB nr. C 94 van 13. 4. 1992.(3) PB nr. C 98 van 21. 4. 1992, blz. 18.(4) PB nr. L 94 van 28. 4. 1970, blz. 13. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 2048/88 (PB nr. L 185 van 15. 7. 1988, blz. 1).(5) PB nr. L 94 van 28. 4. 1970, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 860/92 (PB nr. L 91 van 7. 4. 1992, blz. 1).

BIJLAGE

INDELING VAN DE TABAKSSOORTEN IN GROEPEN I. FLUE CURED TABAK

Virginia

Virginia D en hybriden daarvan

Bright

II. LIGHT AIR CURED TABAK

Burley

Badischer Burley en hybriden daarvan

Maryland

III. DARK AIR CURED TABAK

Badischer Geudertheimer, Pereg, Korso

Paraguay en hybriden daarvan

Dragon vert en hybriden daarvan

Philippin

Petit Grammont (Flobecq)

Semois

Appelterre

Nijkerk

Misionero en hybriden daarvan

Rio Grande en hybriden daarvan

Forchheimer Havanna II c

Nostrano del Brenta

Resistente 142

Gojano

Hybriden van Geudertheimer

Beneventano

Brasile Selvaggio en vergelijkbare soorten

Gefermenteerde Burley

Havanna

IV. FIRE CURED TABAK

Kentucky en hybriden daarvan

Moro di Cori

Salento

V. SUN CURED TABAK

Xanti-Yakà

Perustitza

Samsun

Erzegovina en vergelijkbare soorten

Myrodata Smyrnis, Trapezous en Phi I

Andere dan klassieke Kaba Koulak

Tsebelia

Mavra

VI. Basmas

VII. Katerini en vergelijkbare soorten

VIII. Klassieke Kaba Koulak

Elassona

Myrodata Agrinion

Zichnomyrodata

Top