Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52010IP0240

    Eerste spoorwegpakket Resolutie van het Europees Parlement van 17 juni 2010 over de uitvoering van de richtlijnen inzake het eerste spoorwegpakket (2001/12/EG, 2001/13/EG en 2001/14/EG)

    PB C 236E van 12.8.2011, p. 125–128 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    12.8.2011   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    CE 236/125


    Donderdag 17 juni 2010
    Eerste spoorwegpakket

    P7_TA(2010)0240

    Resolutie van het Europees Parlement van 17 juni 2010 over de uitvoering van de richtlijnen inzake het eerste spoorwegpakket (2001/12/EG, 2001/13/EG en 2001/14/EG)

    2011/C 236 E/21

    Het Europees Parlement,

    gezien het tweede verslag van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad over de ontwikkeling van de spoorwegmarkt (COM(2009)0676) en het begeleidende werkdocument van de diensten van de Commissie (SEC(2009)1687),

    gelet op Richtlijn 2001/12/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 tot wijziging van Richtlijn 91/440/EEG van de Raad betreffende de ontwikkeling van de spoorwegen in de Gemeenschap (1),

    gelet op Richtlijn 2001/13/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 tot wijziging van Richtlijn 95/18/EG van de Raad betreffende de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen (2),

    gelet op Richtlijn 2001/14/EG van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2001 inzake de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede inzake veiligheidscertificering (3),

    onder verwijzing naar zijn resolutie van 12 juli 2007 over de uitvoering van het eerste spoorwegpakket (4),

    gezien de vraag van 9 maart 2010 aan de Commissie over de uitvoering van het eerste spoorwegpakket (Richtlijnen 2001/12/EG, 2001/13/EG en 2001/14/EG) (O-0030/2010 – B7-0204/2010),

    gelet op artikel 115, lid 5, van zijn Reglement,

    A.

    overwegende dat het eerste spoorwegpakket, dat in 2001 werd goedgekeurd en drie richtlijnen omvat – een over de ontwikkeling van de spoorwegen in de Gemeenschap, een over de verlening van vergunningen aan spoorwegondernemingen en een over de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur alsmede veiligheidscertificering – ertoe diende de spoorwegsector te stimuleren als eerste stap naar de totstandbrenging van een geïntegreerde Europese spoorwegverkeersruimte, en een gezonde financiële structuur te scheppen om dit te bewerkstelligen,

    B.

    overwegende dat de richtlijnen van het eerste spoorwegpakket uiterlijk op 15 maart 2003 moesten worden omgezet in nationale wetten, maar dat de Commissie tot juni 2008 heeft gewacht alvorens inbreukprocedures tegen lidstaten aan te spannen vanwege een verkeerde of onvolledige uitvoering van het eerste spoorwegpakket,

    C.

    overwegende dat blijkens het tweede verslag van de Commissie over de ontwikkeling van de spoorwegmarkt, het aandeel van het spoor in het vervoer niet is gestegen, maar stabiel is gebleven en in 2002 slechts ongeveer 10 % van het goederenvervoer en minder dan 7 % van het reizigersvervoer bedroeg,

    1.

    betreurt dat een grote meerderheid van 22 lidstaten er niet in is geslaagd de drie richtlijnen van het eerste spoorwegpakket correct uit te voeren; is van mening dat dit de ontwikkeling van het aandeel van het spoor in het totale vervoer heeft belemmerd;

    2.

    herinnert eraan dat het Parlement reeds in zijn resolutie van 12 juli 2007 had benadrukt dat een volledige uitvoering van het eerste spoorwegpakket een absolute prioriteit was; is daarom erg ontevreden dat aan deze prioriteit geen gevolg is gegeven door de meeste lidstaten waaronder Oostenrijk, België, Bulgarije, Tsjechië, Duitsland, Denemarken, Estland, Griekenland, Spanje, Frankrijk, Hongarije, Ierland, Italië, Litouwen, Luxemburg, Letland, Polen, Portugal, Roemenië, Zweden, Slovenië en Slowakije;

    3.

    betreurt dat de Commissie vijf jaar voorbij heeft laten gaan voordat zij tegen deze nalatigheid optrad en tot juni 2008 heeft gewacht om schriftelijke aanmaningsbrieven te sturen en tot oktober 2009 met het toesturen van met redenen omklede adviezen vanwege een verkeerde of onvolledige uitvoering van het eerste spoorwegpakket; betreurt het dat de Commissie haar toezicht onvoldoende heeft toegespitst op de financiële grondslagen van het spoorwegnet; dringt er derhalve bij de Commissie op aan onverwijld juridische stappen te ondernemen tegen de 22 lidstaten die het eerste spoorwegpakket niet hebben uitgevoerd;

    4.

    dringt er bij de 22 lidstaten op aan de Europese regelgeving zonder verder uitstel na te leven; is ervan overtuigd dat deze lidstaten de eerlijke concurrentie op de spoorwegmarkt nog steeds verhinderen door de richtlijnen van het eerste spoorwegpakket niet uit te voeren;

    5.

    vraagt de Commissie concrete informatie openbaar te maken over de onderdelen die niet volledig zijn uitgevoerd in de afzonderlijke lidstaten, met name met betrekking tot het onvoldoende invoeren van een onafhankelijke regelgevende instantie en het gebrek aan uitvoering van de bepalingen betreffende spoorwegtoegangsrechten; verzoekt de Commissie tevens het Parlement te informeren over de verschillen in interpretatie van de regelgeving die tussen de Commissie en de lidstaten bestaan met betrekking tot de onafhankelijkheid van infrastructuurbeheerders (artikelen 4, lid 2, en 14, lid 2, van Richtlijn 2001/14/EG);

    Onafhankelijkheid van infrastructuurbeheerders

    6.

    benadrukt dat moet worden gezorgd voor voldoende onafhankelijkheid van de infrastructuurbeheerder, aangezien deze krachtens Richtlijn 2001/14/EG een belangrijke rol vervult bij het verlenen van eerlijke toegang tot de infrastructuurcapaciteit voor alle aanvragers door middel van de toewijzing van spoorweginfrastructuurcapaciteit en de heffing van rechten voor het gebruik van spoorweginfrastructuur en veiligheidscertificering;

    7.

    is van mening dat de onafhankelijkheid van de infrastructuurbeheerder een noodzakelijke voorwaarde is voor een eerlijke, transparante en niet-discriminerende behandeling van alle exploitanten; acht het met name bijzonder verontrustend dat onvoldoende is voorzien in praktische en juridische garanties om de onafhankelijkheid van infrastructuurbeheerders te waarborgen, met name wanneer ze deel uitmaken van een spoorwegonderneming die eveneens vervoersactiviteiten per spoor verzorgt;

    8.

    vraagt dat lidstaten die deze bepaling niet naleven om de wezenlijke taak van het toewijzen van capaciteit op het nationale spoorwegnet via alle nodige juridische en functionele maatregelen duidelijk te scheiden van de gevestigde spoorwegexploitanten, aangezien een dergelijk gebrek aan onafhankelijkheid een reële toewijzing van het infrastructuurgebruik door de infrastructuurbeheerder kan verhinderen;

    Gebrek aan bevoegdheden van de regelgevende instanties

    9.

    is bezorgd over het feit dat de regelgevende instanties onvoldoende bevoegdheden en middelen hebben gekregen en dat dit heeft geleid tot een gebrek aan toezicht op mededingingsproblemen op de afzonderlijke nationale markten;

    10.

    vraagt de Commissie het Parlement in te lichten over de bevoegdheden van de regelgevende instanties die door de lidstaten moeten worden versterkt, willen zij werkelijk toezicht kunnen houden op hun respectieve spoorwegmarkten;

    11.

    is van mening dat het niet oprichten van werkelijk onafhankelijke regelgevende instanties in de lidstaten een correcte uitvoering van het eerste spoorwegpakket in het gedrang brengt;

    Een kader voor de financiering en heffingen voor het gebruik van de infrastructuur

    12.

    wijst erop dat specifieke bepalingen inzake de financiering van infrastructuur en het aflossen van de schulden van spoorwegen zijn opgenomen in het eerste spoorwegpakket (artikel 9 van Richtlijn 2001/12/EG);

    13.

    betreurt het dat het peil van de investeringen in de ontwikkeling en het onderhoud van de spoorinfrastructuur in veel lidstaten zeer ontoereikend is en dat de kwaliteit van de bestaande infrastructuur in diverse gevallen achteruit gaat; dringt er bij de lidstaten op aan de nodige middelen vrij te maken om te zorgen dat nieuwe spoorwegprojecten ontwikkeld worden en de bestaande infrastructuur naar behoren wordt onderhouden;

    Spoorwegtoegangsrechten

    14.

    merkt op dat de onafhankelijkheid van infrastructuurbeheerders en gewaarborgde bevoegdheden en middelen voor regelgevende instanties noodzakelijke voorwaarden zijn voor een bevredigende vaststelling van spoorwegtoegangsrechten; herhaalt dat deze infrastructuurheffingen op eerlijke, transparante en consequente wijze moeten worden berekend en voldoende inzichtelijk moeten zijn voor de spoorwegondernemingen;

    15.

    spreekt zijn verontrusting uit over de onvoldoende uitvoering van bepalingen betreffende infrastructuurheffingen, met name het ontbreken van een prestatieregeling om de prestatie van het spoorwegnet te verbeteren en van tariefstelsels die gebaseerd zijn op de directe kosten van spoorwegdiensten, evenals het gebrek aan een onafhankelijke vaststelling van infrastructuurheffingen door de infrastructuurbeheerder;

    16.

    betreurt dat de infrastructuurheffingen door deze gebrekkige uitvoering niet rechtstreeks lijken te zijn gekoppeld aan de kosten van treindiensten en dat de spoorwegmarkt deze hoge kosten mogelijk niet kan dragen; merkt op dat deze hoge infrastructuurheffingen de intrede van nieuwe exploitanten op de markt kunnen belemmeren en dat de Commissie verschillende klachten heeft ontvangen van exploitanten over de toegang tot terminals en spoorwegdiensten;

    17.

    is van mening dat de beginselen die gelden voor de toegangsrechten voor het spoor- en het wegvervoer moeten convergeren om de grondslag te leggen voor een echt vlak speelveld voor de diverse vervoerswijzen; benadrukt dat een dergelijk vlak speelveld het mogelijk zou maken het vervoersysteem in de EU duurzamer en efficiënter te maken en het ecologisch concurrentievermogen van het spoor te maximaliseren;

    Herziening van het eerste spoorwegpakket

    18.

    benadrukt dat een correcte en volledige uitvoering van het eerste spoorwegpakket een fundamentele voorwaarde vormt voor de totstandbrenging van een Europees spoorwegnet en dat het voor de Commissie een absolute prioriteit is deze uitvoering met alle juridische procedures die haar ter beschikking staan na te streven;

    19.

    verzoekt de Commissie met klem om in 2010 een herziening van het eerste spoorwegpakket voor te stellen; wenst dat de Commissie bij deze herziening voorrang geeft aan de problemen in verband met de onafhankelijkheid van de infrastructuurbeheerders, het gebrek aan bevoegdheden en middelen van de regelgevende instanties en de infrastructuurheffingen en dat zij passende beginselen voor heffingen voor toegang tot de infrastructuur voorstelt waarmee openbare en particuliere investeringen in de spoorsector worden gestimuleerd;

    20.

    is van mening dat het welslagen van de openstelling van de markten in de spoorwegsector afhankelijk is van de volledige implementatie van de voorschriften van het eerste spoorwegpakket; dat verdere liberalisering van de spoorwegmarkt niet ten koste mag gaan van de kwaliteit van de spoorwegdiensten en dat nakoming van de openbare-dienstverplichtingen moet worden gewaarborgd; dat het wederkerigheidsbeginsel van toepassing moet blijven totdat de markten volledig opengesteld zijn;

    21.

    verzoekt de Commissie om in het kader van de herschikking van het eerste spoorwegpakket of uiterlijk eind 2010 op de verzoeken in de paragrafen 3, 5, 10 en 16 te reageren of ter zake informatie te verstrekken;

    *

    * *

    22.

    verzoekt zijn Voorzitter deze resolutie te doen toekomen aan de Raad en de Commissie.


    (1)  PB L 75 van 15.3.2001, blz. 1.

    (2)  PB L 75 van 15.3.2001, blz. 26.

    (3)  PB L 75 van 15.3.2001, blz. 29.

    (4)  PB C 175 E van 10.7.2008, blz. 551.


    Top