This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32020O1691
Guideline (EU) 2020/1691 of the European Central Bank of 25 September 2020 amending Guideline ECB/2014/31 on additional temporary measures relating to Eurosystem refinancing operations and eligibility of collateral (ECB/2020/47)
Richtsnoer (EU) 2020/1691 van de Europese Centrale Bank van 25 september 2020 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2014/31 inzake aanvullende tijdelijke maatregelen betreffende herfinancieringstransacties van het Eurosysteem en de beleenbaarheid van onderpand (ECB/2020/47)
Richtsnoer (EU) 2020/1691 van de Europese Centrale Bank van 25 september 2020 tot wijziging van Richtsnoer ECB/2014/31 inzake aanvullende tijdelijke maatregelen betreffende herfinancieringstransacties van het Eurosysteem en de beleenbaarheid van onderpand (ECB/2020/47)
PB L 379 van 13.11.2020, p. 92–93
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
|
13.11.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 379/92 |
RICHTSNOER (EU) 2020/1691 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 25 september 2020
tot wijziging van Richtsnoer ECB/2014/31 inzake aanvullende tijdelijke maatregelen betreffende herfinancieringstransacties van het Eurosysteem en de beleenbaarheid van onderpand
(ECB/2020/47)
DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, lid 2, eerste streepje,
Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name het artikel 3.1, eerste streepje, en de artikelen 5.1, 12.1, 14.3 en 18.2,
Overwegende hetgeen volgt:
|
(1) |
Effecten op onderpand van activa waarvan de onderliggende activa hypotheekleningen op niet-zakelijk onroerend goed omvatten of leningen aan kleine en middelgrote ondernemingen, of beide, en die niet voldoen aan bepaalde, in artikel 3, lid 5, van Richtsnoer ECB/2014/31 (1) neergelegde vereisten, mogen niet langer beleenbaar zijn als onderpand van het Eurosysteem, gezien het feit dat deze activacategorie nooit gebruikt is. |
|
(2) |
In de gevallen waarin kredietvorderingen die niet voldoen aan de verplichtingen van artikel 154, lid 1, onder c), van Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/60) (2), zijn opgenomen in een pool van aanvullende kredietvorderingen uit hoofde van artikel 4 van Richtsnoer ECB/2014/31, moet de berekeningswijze van financiële sancties worden gewijzigd om te vermijden dat onevenredige financiële sancties worden opgelegd. |
|
(3) |
Derhalve moet Richtsnoer ECB/2014/31 dienovereenkomstig worden gewijzigd, |
HEEFT HET VOLGENDE RICHTSNOER VASTGESTELD:
Artikel 1
Wijzigingen
Richtsnoer ECB/2014/31 wordt als volgt gewijzigd:
|
1) |
In artikel 3 wordt lid 5 geschrapt. |
|
2) |
Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:
|
Artikel 2
Vankrachtwording en uitvoering
1. Dit richtsnoer wordt van kracht op de dag van kennisgeving aan de nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben.
2. De nationale centrale banken van de lidstaten die de euro als munt hebben, nemen de nodige maatregelen om te voldoen aan dit richtsnoer en passen deze maatregelen met ingang van 1 januari 2021 toe. Zij stellen de Europese Centrale Bank (ECB) uiterlijk op 6 november 2020 in kennis van de met die maatregelen verband houdende teksten en middelen.
Artikel 3
Geadresseerden
Dit richtsnoer is gericht tot alle centrale banken van het Eurosysteem.
Gedaan te Frankfurt am Main, 25 september 2020.
Voor de Raad van bestuur van de ECB
De president van de ECB
Christine LAGARDE
(1) Richtsnoer ECB/2014/31 van 9 juli 2014 inzake aanvullende tijdelijke maatregelen betreffende herfinancieringstransacties van het Eurosysteem en de beleenbaarheid van onderpand en tot wijziging van Richtsnoer ECB/2007/9 (PB L 240 van 13.8.2014, blz. 28).
(2) Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank van 19 december 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem (richtsnoer algemene documentatie) (ECB/2014/60) (PB L 91 van 2.4.2015, blz. 3).