This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32020D0187
Decision (EU) 2020/187 of the European Central Bank of 3 February 2020 on the implementation of the third covered bond purchase programme (ECB/2020/8) (recast)
Besluit (EU) 2020/187 van de Europese Centrale Bank van 3 februari 2020 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2020/8) (herschikking)
Besluit (EU) 2020/187 van de Europese Centrale Bank van 3 februari 2020 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2020/8) (herschikking)
PB L 39 van 12.2.2020, p. 6–11
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force: This act has been changed. Current consolidated version: 01/01/2021
12.2.2020 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 39/6 |
BESLUIT (EU) 2020/187 VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK
van 3 februari 2020
houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2020/8)
(herschikking)
DE RAAD VAN BESTUUR VAN DE EUROPESE CENTRALE BANK,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 127, lid 2, eerste streepje,
Gezien de statuten van het Europees Stelsel van centrale banken en van de Europese Centrale Bank, en met name artikel 12.1, tweede alinea, in samenhang met artikel 3.1, eerste streepje, en artikel 18.1,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Besluit ECB/2014/40 (1) is verscheidene malen aanzienlijk gewijzigd (2). Aangezien nadere wijzigingen noodzakelijk zijn, dient dat besluit omwille van de juridische duidelijkheid herschikt te worden. |
(2) |
Besluit ECB/2014/40 voerde het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (third covered bond purchase programme — CBPP3) in. Naast het aankoopprogramma voor effecten op onderpand van activa, het programma voor de aankoop van door de publieke sector uitgegeven schuldbewijzen op secundaire markten en het aankoopprogramma bedrijfssector, maakt het CBPP3 deel uit van het uitgebreide programma voor de aankoop van schuldbewijzen (asset purchase programme — APP) van de Europese Centrale Bank (ECB). Het APP beoogt de doorwerking van het monetaire beleid te verbeteren, de kredietverstrekking aan de economie van het eurogebied te vergemakkelijken, minder strenge leningcondities voor huishoudens en ondernemingen te bewerkstelligen en een aanhoudende convergentie van het inflatieniveau van net onder maar dicht bij 2 % op middellange termijn te ondersteunen overeenkomstig het hoofddoel van het Europese Centrale Bank om prijsstabiliteit te handhaven. |
(3) |
Besluit (EU) 2017/2199 (ECB/2017/37) (3) scherpte de toepasselijke regels voor de geschiktheid van gedekte obligaties, welke normaliter als conditional-pass-through-gedekte obligaties worden aangeduid, voor aankoop uit hoofde van het CBPP3 aan. Met ingang van 1 januari 2019 mogen conditional pass-through gedekte obligaties niet langer in aanmerking komen voor aankoop uit hoofde van het CBPP3 vanwege hun meer complexe structuur waarbij van tevoren vastgestelde gebeurtenissen leiden tot een looptijdverlenging en een wijziging in de betalingsstructuur van de obligatie. |
(4) |
Op 13 december 2018 heeft de Raad van bestuur besloten dat bepaalde APP-parameters per 1 januari 2019 aangepast moesten worden om de APP-doelstellingen te verwezenlijken. Meer specifiek heeft de Raad van bestuur besloten om in het kader van het APP gedane netto activa-aankopen op 31 december 2018 te beëindigen. De Raad van bestuur bevestigde zijn voornemen om de herinvestering van hoofdsomaflossingen van uit hoofde van het APP gekochte effecten die de vervaldatum hebben bereikt voort te zetten voorbij de datum waarop de Raad van bestuur begint de basisrentetarieven van de ECB te verhogen, en in elk geval zo lang als nodig is om gunstige liquiditeitscondities en een ruime mate van monetaire accommodatie te handhaven. |
(5) |
De Raad van bestuur heeft op 12 september 2019 besloten om de nettoaankopen uit hoofde van het APP met ingang van 1 november 2019 te hervatten en verwacht dat deze aankopen uitgevoerd zullen worden zo lang als noodzakelijk is om de accommoderende invloed van de beleidstarieven te versterken en beëindigd zullen worden kort voordat de Raad van bestuur begint met de verhoging van de basisrentetarieven van de ECB. De Raad van bestuur heeft ook besloten om de hoofdsomaflossingen van uit hoofde van het APP gekochte effecten die de vervaldatum hebben bereikt, volledig te blijven herinvesteren, en wel voor geruime tijd na de datum waarop de Raad van bestuur begint de basisrentetarieven van de ECB te verhogen, en in ieder geval zo lang als noodzakelijk is om gunstige liquiditeitscondities en een ruime mate van monetaire accommodatie te handhaven. In het licht van een aanhoudende vertraging van de economie in het eurogebied, aanhoudende neerwaartse risico’s voor de groeivooruitzichten en het nog altijd achterblijven van de inflatievooruitzichten ten opzichte van de inflatiedoelstelling op middellange termijn, kwam de Raad van bestuur tot de conclusie dat een uitvoerige beleidsreactie gerechtvaardigd was om de inflatie naar een duurzame convergentiekoers richting de door de Raad van bestuur vastgestelde inflatiedoelstelling op middellange termijn te bewegen. De hervatting van de netto-activa-aankopen is een evenredige maatregel, aangezien deze een groter effect heeft op de langetermijntarieven dan op het rentebeleid en de relevante financieringskosten van bedrijven en huishoudens verlicht. |
(6) |
Het CBPP3, als onderdeel van de programma’s voor de aankoop van schuldbewijzen die samen het APP vormen, is een evenredige maatregel om met verwachte prijsontwikkelingen verband houdende risico's te matigen, aangezien deze programma’s minder strenge monetaire en financiële voorwaarden zullen bewerkstelligen, waaronder de leningsvoorwaarden voor niet-financiële vennootschappen en huishoudens in het eurogebied. Hierdoor worden de geaggregeerde consumptie en investeringsuitgaven in het eurogebied ondersteund en wordt er uiteindelijk bijgedragen tot een terugkeer van de inflatiepercentages naar een niveau van net onder maar dicht bij 2 % op de middellange termijn. In een klimaat waarin de basisrentetarieven van de ECB zich dicht tegen de ondergrens bevinden, is het noodzakelijk om in de monetairbeleidsmaatregelen van het Eurosysteem programma’s voor de aankoop van schuldbewijzen op te nemen, aangezien dit instrumenten zijn die potentieel een sterke doorwerking naar de reële economie bewerkstelligen. |
(7) |
Het CBPP3 omvat een aantal waarborgen om te verzekeren dat de voorgenomen aankopen evenredig zijn aan zijn doelstellingen en in het programmaontwerp genoegzaam rekening is gehouden met de daarmee samenhangende financiële risico's, die middels risicobeheer beperkt zullen worden. |
(8) |
Het CBPP3 voldoet geheel aan de Verdragsverplichtingen van de centrale banken van het Eurosysteem, en schaadt de werking van het Eurosysteem overeenkomstig het beginsel van een openmarkteconomie met vrije mededinging niet. |
(9) |
Als onderdeel van het gemeenschappelijke monetaire beleid moet de rechtstreekse aankoop van in aanmerking komende gedekte obligaties door de centrale banken van het Eurosysteem uit hoofde van het CBPP3 uniform en gedecentraliseerd ten uitvoer worden gelegd, zulks overeenkomstig dit besluit, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Instelling en toepassingsgebied van de rechtstreekse aankoop van gedekte obligaties
Het Eurosysteem stelt bij deze het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (third covered bond purchase programme — CBPP3) in op basis waarvan de centrale banken van het Eurosysteem in aanmerking komende gedekte obligaties, zoals bedoeld in artikel 3, aankopen. Uit hoofde van het CBPP3 kan een centrale bank van het Eurosysteem in aanmerking komende gedekte obligaties rechtstreeks aankopen van in aanmerking komende wederpartijen op de primaire en de secundaire markten overeenkomstig de in artikel 4 neergelegde geschiktheidscriteria voor wederpartijen.
Artikel 2
Definities
Voor de toepassing van dit besluit gelden de volgende definities:
1. |
“kredietinstelling”: heeft dezelfde betekenis als een kredietinstelling zoals gedefinieerd in artikel 4, lid 1, punt 1, van Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad (4), en |
2. |
“multi cédulas”: heeft dezelfde betekenis als multi cédulas zoals gedefinieerd in artikel 2, punt 62, van Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank (ECB/2014/60) (5). |
Artikel 3
Geschiktheidscriteria voor gedekte obligaties
1. Gedekte obligaties komen in aanmerking voor rechtstreekse aankoop uit hoofde van het CBPP3 indien zij voldoen aan de geschiktheidscriteria voor verhandelbare activa voor krediettransacties van het Eurosysteem krachtens deel vier van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60), zij voldoen aan de voorwaarden om aanvaard te worden als onderpand voor eigen gebruik zoals neergelegd in artikel 138, lid 3, onder b), van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60), zij worden uitgegeven door kredietinstellingen met rechtspersoonlijkheid in het eurogebied en zij voldoen aan de vereisten van lid 3.
2. Multi cédulas komen in aanmerking voor rechtstreekse aankoop uit hoofde van het CBPP3 op voorwaarde dat zij in aanmerking komen voor monetairebeleidstransacties krachtens deel vier van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60), zij worden uitgegeven door special purpose vehicles met rechtspersoonlijkheid in het eurogebied en zij voldoen aan de vereisten van lid 3.
3. De in de leden 1 en 2 bedoelde gedekte obligaties en multi cédulas komen in aanmerking voor rechtstreekse aankopen uit hoofde van het CBPP3, mits zij aan de volgende vereisten voldoen:
a) |
een minimale “first-best”-kredietkwaliteitsbeoordeling van ten minste kredietkwaliteitscategorie 3 in de geharmoniseerde ratingschaal van het Eurosysteem, zulks in de vorm van ten minste één publieke rating van een externe kredietbeoordelingsinstelling (EKBI) die binnen het kredietbeoordelingskader van het Eurosysteem is aanvaard, is behaald; |
b) |
een 70 % aandelenlimiet voor gezamenlijke deelnemingen uit hoofde van het eerste (6) (CBBP1) en tweede (7) (CBBP2) aankoopprogramma voor gedekte obligaties, het CBPP3 en de overige deelnemingen van centrale banken van het Eurosysteem, is van toepassing; |
c) |
zij luiden in euro en worden in het eurogebied aangehouden en afgewikkeld; |
d) |
obligaties die zijn uitgegeven door instellingen die geschorst zijn voor Eurosysteemkrediettransacties zijn voor de duur van hun schorsing uitgesloten van aankopen uit hoofde van het CBPP3; |
e) |
voor gedekte obligaties die thans in Cyprus en Griekenland de rating voor kredietkwaliteitsstap 3 niet behalen, is een minimale activarating op het niveau van het door de respectieve EKBI voor het rechtsgebied vastgestelde maximaal haalbare rating voor gedekte obligaties vereist. Deze rating is vereist zolang de minimale kredietkwaliteitsdrempel van het Eurosysteem niet wordt toegepast op de onderpandbeleenbaarheidsvereisten voor verhandelbare schuldbewijzen die zijn uitgegeven of gegarandeerd door de Griekse of de Cypriotische overheden (krachtens artikel 8, lid 2, van Richtsnoer ECB/2014/31 (8)), en een aandelenlimiet van 30 % per internationaal effectenidentificatienummer van toepassing is op de gezamenlijke deelnemingen van de CBPP1, CBPP2, CBPP3 en de overige deelnemingen van centrale banken van het Eurosysteem, en mits de gedekte obligaties alle volgende elementen omvatten om risico-equivalentie te bereiken:
|
f) |
door hun emittent aangehouden gedekte obligaties komen in aanmerking voor aankoop uit hoofde van het CBPP3, mits zij voldoen aan de hierboven uiteengezette geschiktheidscriteria; |
g) |
aankopen van nominale gedekte obligaties met een negatief rendement tot het einde van de looptijd (of het slechtst mogelijke rendement) gelijk aan of boven de depositorente zijn toegestaan. Aankopen van nominale gedekte obligaties met een negatief rendement tot het einde van de looptijd (of het slechtst mogelijke rendement) onder de depositorente zijn toegestaan voor zover noodzakelijk; |
h) |
de emittent van de gedekte obligaties is, ongeacht of die entiteit in publieke of private handen is, geen entiteit die:
|
h) |
gedekte obligaties worden uitgesloten van aankoop uit hoofde van het CBPP3 indien zij een conditional-pass-through-structuur hebben waarbij vooraf vastgelegde gebeurtenissen leiden tot een looptijdverlenging van de obligatie en tot een omschakeling naar een betalingsstructuur die voornamelijk steunt op door de activa in de onderliggende coverpool gegenereerde cash-flows. |
Artikel 4
In aanmerking komende wederpartijen
De volgende partijen zijn in aanmerking komende wederpartijen voor rechtstreekse transacties uit hoofde van het CBBP3 en voor effectenuitleningstransacties met gedekte obligaties die worden aangehouden in de CBPP3-Eurosysteemportefeuilles:
a) |
entiteiten die voldoen aan de criteria voor deelname aan monetairbeleidstransacties van het Eurosysteem krachtens artikel 55 van Richtsnoer (EU) 2015/510 (ECB/2014/60); |
b) |
andere wederpartijen die een centrale bank van het Eurosysteem gebruikt voor investeringen van haar in euro luidende beleggingsportefeuilles, waaronder niet-eurogebiedwederpartijen die actief zijn op de markt van gedekte obligaties. |
Artikel 5
Intrekking
1. Besluit ECB/2014/40 wordt ingetrokken.
2. Verwijzingen naar het ingetrokken besluit gelden als verwijzingen naar dit besluit en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage II.
Artikel 6
Slotbepaling
Dit besluit treedt in werking op de vierde dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Frankfurt am Main, 3 februari 2020.
De president van de ECB
Christine LAGARDE
(1) Besluit ECB/2014/40 van 15 oktober 2014 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (PB L 335 van 22.11.2014, blz. 22).
(2) Zie bijlage I.
(3) Besluit (EU) 2017/2199 van de Europese Centrale Bank van 20 november 2017 tot wijziging van Besluit ECB/2014/40 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2017/37) (PB L 312 van 28.11.2017, blz. 92).
(4) Verordening (EU) nr. 575/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende prudentiële vereisten voor kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PB L 176 van 27.6.2013, blz. 1).
(5) Richtsnoer (EU) 2015/510 van de Europese Centrale Bank van 19 december 2014 betreffende de tenuitvoerlegging van het monetairbeleidskader van het Eurosysteem (ECB/2014/60) (PB L 91 van 2.4.2015, blz. 3).
(6) Besluit ECB/2009/16 van 2 juli 2009 houdende de tenuitvoerlegging van het programma voor de aankoop van gedekte obligaties (PB L 175 van 4.7.2009, blz. 18).
(7) Besluit ECB/2011/17 van 3 november 2011 houdende de tenuitvoerlegging van het programma voor de aankoop van gedekte obligaties (PB L 297 van 16.11.2011, blz. 70)
(8) Richtsnoer ECB/2014/31 van 9 juli 2014 inzake aanvullende tijdelijke maatregelen betreffende herfinancieringstransacties van het Eurosysteem en de beleenbaarheid van onderpand en tot wijziging van Richtsnoer ECB/2007/9 (PB L 240 van 13.8.2014, blz. 28).
(9) Verordening (EU) nr. 806/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2014 tot vaststelling van eenvormige regels en een eenvormige procedure voor de afwikkeling van kredietinstellingen en bepaalde beleggingsondernemingen in het kader van een gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme en een gemeenschappelijk afwikkelingsfonds en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010 (PB L 225 van 30.7.2014, blz. 1).
(10) Richtlijn 2014/59/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende de totstandbrenging van een kader voor het herstel en de afwikkeling van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen en tot wijziging van Richtlijn 82/891/EEG van de Raad en de Richtlijnen 2001/24/EG, 2002/47/EG, 2004/25/EG, 2005/56/EG, 2007/36/EG, 2011/35/EU, 2012/30/EU en 2013/36/EU en de Verordeningen (EU) nr. 1093/2010 en (EU) nr. 648/2012, van het Europees Parlement en de Raad (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 190).
BIJLAGE I
Ingetrokken besluit met een lijst van de opeenvolgende wijzigingen ervan
Besluit ECB/2014/40 van 15 oktober 2014 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (PB L 335 van 22.11.2014, blz. 22)
Besluit (EU) 2017/101 van de Europese Centrale Bank van 11 januari 2017 tot wijziging van Besluit ECB/2014/40 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2017/2) (PB L 16 van 20.1.2017, blz. 53)
Besluit (EU) 2017/1360 van de Europese Centrale Bank van 18 mei 2017 tot wijziging van Besluit ECB/2014/40 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2017/14) (PB L 190 van 21.7.2017, blz. 22)
Besluit (EU) 2017/2199 van de Europese Centrale Bank van 20 november 2017 tot wijziging van Besluit ECB/2014/40 houdende de tenuitvoerlegging van het derde programma voor de aankoop van gedekte obligaties (ECB/2017/37) (PB L 312 van 28.11.2017, blz. 92)
BIJLAGE II
Concordantietabel
Besluit ECB/2014/40 |
Dit besluit |
Artikel 1 |
Artikel 1 |
— |
Artikel 2 |
Artikel 2 |
Artikel 3 |
Artikel 3 |
Artikel 4 |
— |
Artikel 5 |
Artikel 4 |
Artikel 6 |