This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32019D1279
Commission Implementing Decision (EU) 2019/1279 of 29 July 2019 on the recognition of the legal and supervisory framework of the United States of America as equivalent to the requirements of Regulation (EC) No 1060/2009 of the European Parliament and of the Council on credit rating agencies (Text with EEA relevance.)
Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1279 van de Commissie van 29 juli 2019 betreffende de erkenning van het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten van Amerika als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake ratingbureaus (Voor de EER relevante tekst.)
Uitvoeringsbesluit (EU) 2019/1279 van de Commissie van 29 juli 2019 betreffende de erkenning van het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten van Amerika als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake ratingbureaus (Voor de EER relevante tekst.)
C/2019/5803
PB L 201 van 30.7.2019, p. 26–29
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
30.7.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 201/26 |
UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2019/1279 VAN DE COMMISSIE
van 29 juli 2019
betreffende de erkenning van het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten van Amerika als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake ratingbureaus
(Voor de EER relevante tekst)
DE EUROPESE COMMISSIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,
Gezien Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 inzake ratingbureaus (1), en met name artikel 5, lid 6,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 machtigt de Commissie om een gelijkwaardigheidsbesluit aan te nemen indien het juridische en toezichtkader van een derde land waarborgt dat ratingbureaus met een vergunning of een registratie in dat derde land aan de juridisch bindende vereisten van die verordening voldoen en aan effectief toezicht en effectieve handhaving in dat derde land onderworpen zijn. |
(2) |
Het doel van dit gelijkwaardigheidsbesluit is om ratingbureaus uit de Verenigde Staten, voor zover zij niet systeemrelevant zijn voor de financiële stabiliteit of de integriteit van de financiële markten van een of meer lidstaten, in staat te stellen een certificering aan te vragen bij de Europese Autoriteit voor effecten en markten (“ESMA”, European Securities and Markets Authority). Dit gelijkwaardigheidsbesluit biedt de ESMA de mogelijkheid om die ratingbureaus per geval te beoordelen en een vrijstelling te verlenen van sommige organisatorische vereisten voor ratingbureaus die actief zijn in de Europese Unie, inclusief het vereiste van een fysieke aanwezigheid in de Europese Unie. |
(3) |
Om als gelijkwaardig te worden beschouwd, moet het juridische en toezichtkader van een derde land ten minste voldoen aan de drie voorwaarden van artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1060/2009. |
(4) |
Op 5 oktober 2012 heeft de Commissie Uitvoeringsbesluit 2012/628/EU (2) vastgesteld, waarin wordt verklaard dat deze drie voorwaarden zijn vervuld en dat het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten inzake ratingbureaus als gelijkwaardig aan de op dat moment geldende vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 wordt beschouwd. |
(5) |
Volgens de eerste voorwaarde van artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 moeten ratingbureaus in een derde land onderworpen zijn aan vergunning of registratie en moeten zij ook doorlopend onderworpen zijn aan effectief toezicht en effectieve handhaving. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten schrijft voor dat ratingbureaus zich bij de Securities and Exchange Commission (SEC) als een Nationally Recognized Statistical Ratings Organization (NRSRO) moeten laten registreren opdat hun ratings voor regelgevingsdoeleinden kunnen worden gebruikt. Daarna zijn zij doorlopend aan toezicht van de SEC onderworpen. De SEC beschikt over een breed scala aan toezichtbevoegdheden waardoor zij in staat is na te gaan of ratingbureaus hun wettelijke verplichtingen nakomen. Het betreft onder meer de bevoegdheid om documenten in te zien, om onderzoeken en inspecties ter plaatse te verrichten, alsook om toegang tot gegevens over opgenomen telefoongesprekken en elektronische communicatie op te eisen. De SEC kan deze bevoegdheden niet alleen ten aanzien van ratingbureaus, maar ook ten aanzien van andere bij ratingactiviteiten betrokken personen uitoefenen. Overeenkomstig het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten moet de SEC ten minste jaarlijks een onderzoek naar elke NRSRO instellen en over de bevindingen van deze onderzoeken verslag uitbrengen. Wanneer de SEC heeft vastgesteld dat een NRSRO een uit de toepasselijke voorschriften voortvloeiende verplichting heeft geschonden, kan zij kiezen uit een breed scala aan toezichtmaatregelen om een einde aan de inbreuk te maken. Deze maatregelen omvatten onder meer de bevoegdheid om de registratie in te trekken, om het gebruik van ratings voor regelgevingsdoeleinden op te schorten en om ratingbureaus te bevelen een einde aan de inbreuk te maken. De SEC kan ratingbureaus ook zware straffen opleggen omdat zij de geldende voorschriften hebben overtreden. De NRSRO's zijn bijgevolg doorlopend aan effectief toezicht en effectieve handhaving onderworpen. De tussen de ESMA en de SEC gesloten samenwerkingsovereenkomst voorziet in de uitwisseling van informatie over de ten aanzien van grensoverschrijdende ratingbureaus getroffen handhavings- en toezichtmaatregelen. |
(6) |
Overeenkomstig de tweede voorwaarde van artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 moeten ratingbureaus in een derde land onderworpen zijn aan juridisch bindende regels die gelijkwaardig zijn aan die van de artikelen 6 tot en met 12 van Verordening (EG) nr. 1060/2009 en bijlage I bij die verordening. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten wordt geacht gelijkwaardig te zijn aan Verordening (EG) nr. 1060/2009 wat betreft het beheer van belangenconflicten, de organisatorische processen en procedures die een ratingbureau dient te hebben ingesteld, de kwaliteit van ratings en ratingmethodologieën, de openbaarmaking van ratings en de algemene en periodieke openbaarmaking van ratingactiviteiten. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten voorziet derhalve in een gelijkwaardige bescherming wat integriteit, transparantie, goed bestuur van ratingbureaus en betrouwbaarheid van de ratingactiviteiten betreft. |
(7) |
Overeenkomstig de derde voorwaarde van artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 moet de regelgeving in een derde land bemoeienis van toezichthoudende autoriteiten en andere overheden van dat derde land met de inhoud van ratings en methodologieën uitsluiten. In dit verband zij erop gewezen dat het de SEC en enigerlei andere overheid in de Verenigde Staten bij wet verboden is zich met de inhoud van ratings en ratingmethodologieën te bemoeien. |
(8) |
Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten voldoet nog steeds aan de drie oorspronkelijk in artikel 5, lid 6, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 vastgelegde voorwaarden. Verordening (EU) nr. 462/2013 van het Europees Parlement en de Raad (3) heeft echter aanvullende vereisten voor in de Unie geregistreerde ratingbureaus ingevoerd, waardoor het juridische en toezichtkader voor die ratingbureaus strenger is geworden. Deze aanvullende vereisten omvatten juridisch bindende regels voor ratingbureaus inzake ratingoutlooks, beheer van belangenconflicten, vertrouwelijkheidsvereisten, veranderingen in ratingmethodologieën en de presentatie en openbaarmaking van ratings. |
(9) |
In artikel 2, tweede alinea, punt 1, onder b), van Verordening (EU) nr. 462/2013 is bepaald dat de aanvullende vereisten met ingang van 1 juni 2018 van toepassing zijn bij de beoordeling van de gelijkwaardigheid van de juridische en toezichtkaders van derde landen. |
(10) |
Tegen deze achtergrond heeft de Commissie op 13 juli 2017 de ESMA om advies gevraagd over de gelijkwaardigheid van het juridische en toezichtkader van onder meer de Verenigde Staten aan deze bij Verordening (EU) nr. 462/2013 ingevoerde aanvullende vereisten, en om zijn oordeel over het wezenlijke belang van eventuele verschillen. |
(11) |
In haar op 17 november 2017 gepubliceerde technische advies heeft de ESMA aangegeven dat het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten met betrekking tot ratingbureaus voldoende bepalingen bevat om te voldoen aan de bij Verordening (EU) nr. 462/2013 ingevoerde aanvullende vereisten. |
(12) |
Bij Verordening (EU) nr. 462/2013 wordt in artikel 3, lid 1, onder w), een definitie van ratingoutlook ingevoerd en worden bepaalde vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 die op ratings van toepassing zijn, thans tot ratingoutlooks uitgebreid. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten erkent ratingwatches, een soort ratingoutlook in de zin van Verordening (EG) nr. 1060/20092, en deze vallen onder het toepassingsgebied ervan. |
(13) |
Om de perceptie van de onafhankelijkheid van ratingbureaus tegenover de beoordeelde entiteiten te verbeteren, worden de regels inzake belangenconflicten in artikel 6, lid 4, en de artikelen 6 bis en 6 ter van Verordening (EG) nr. 1060/2009 bij Verordening (EU) nr. 462/2013 uitgebreid tot belangenconflicten veroorzaakt door aandeelhouders of vennoten die een significante positie binnen het ratingbureau innemen. Ook het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten bevat bepalingen die bescherming bieden in een situatie waarin aandeelhouders van een NRSRO belangenconflicten voor ratingbureaus kunnen veroorzaken. |
(14) |
Verordening (EU) nr. 462/2013 voert nieuwe bepalingen in om ervoor te zorgen dat vertrouwelijke informatie alleen voor doeleinden in verband met ratingactiviteiten wordt gebruikt en tegen fraude, diefstal of misbruik wordt beschermd. Daartoe moeten ratingbureaus op grond van artikel 10, lid 2 bis, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 ratings, ratingoutlooks en daaraan gelieerde informatie als voorwetenschap behandelen tot aan de openbaarmaking ervan. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten erkent dat een niet-gepubliceerde ratingactie voorwetenschap kan vormen. Een NRSRO moet over een beleid en procedures beschikken om selectieve en ongepaste openbaarmaking te vermijden van materiële, niet-openbare informatie die in verband met het verlenen van ratingdiensten is verkregen. Er bestaat dus een geloofwaardig kader voor de bescherming van vertrouwelijke informatie tegen misbruik. |
(15) |
Verordening (EU) nr. 462/2013 is erop gericht het niveau van transparantie en kwaliteit van ratingmethodologieën te verhogen. Zij voert in afdeling D, onderafdeling I, punt 3, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1060/2009 een verplichting voor ratingbureaus in om aan een beoordeelde entiteit de kans te geven vóór de publicatie van de rating of de ratingoutlook op eventuele feitelijke fouten te attenderen. In het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten is een dergelijk vereiste niet opgenomen, maar een NRSRO moet over procedures beschikken om beoordeelde debiteuren en emittenten van beoordeelde effecten of geldmarktinstrumenten over ratingbesluiten te informeren en om tegen definitieve en hangende ratingbesluiten beroep in te stellen. |
(16) |
Verordening (EU) nr. 462/2013 voert in Verordening (EG) nr. 1060/2009 in artikel 8, lid 5a, lid 6, onder a bis) en onder a ter), en lid 7, waarborgen in om ervoor te zorgen dat wijzigingen in ratingmethodologieën niet tot minder strenge methodologieën leiden. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten schrijft voor dat elke NRSRO degelijk opgestelde gedragsregels moet vaststellen, instandhouden, handhaven en documenteren om ervoor te zorgen dat materiële wijzigingen in procedures en methodologieën terstond worden gepubliceerd op een gemakkelijk toegankelijk deel van de website van de NRSRO. Er bestaat geen specifieke verplichting om een geconstateerde fout in een methodologie te corrigeren, maar een dergelijke verplichting vloeit voort uit meer algemene bepalingen betreffende de kwaliteit van methodologieën. |
(17) |
Verordening (EU) nr. 462/2013 versterkt de vereisten inzake de presentatie en openbaarmaking van ratings. Overeenkomstig artikel 8, lid 2, van en afdeling D, onderafdeling I, punt 2a, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1060/2009 moet een ratingbureau bij de gepubliceerde informatie over de ratingmethodologieën, modellen en belangrijke aan ratings ten grondslag liggende aannamen duidelijke en eenvoudig te begrijpen richtsnoeren voegen waarin de aannamen, parameters, beperkingen en onzekerheden van de in het ratingproces gebruikte modellen en methodologieën worden toegelicht. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten bevat vereisten die waarborgen dat een ratingactie of -methodologie vergezeld gaat van passende richtsnoeren. Tevens bestaan er vereisten om ervoor te zorgen dat een rating alle relevant geachte informatie weerspiegelt. |
(18) |
Om in de ratingbureausector de concurrentie te versterken en de kans op belangenconflicten te beperken, wordt bij Verordening (EU) nr. 462/2013 in afdeling E, onderafdeling II, van bijlage I bij Verordening (EG) nr. 1060/2009 een vereiste ingevoerd dat de vergoedingen die ratingbureaus voor ratings en nevendiensten in rekening brengen, niet discriminerend mogen zijn en op werkelijke kosten moeten zijn gebaseerd. Zij schrijft voor dat ratingbureaus bepaalde financiële informatie openbaar moeten maken. Het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten omvat algemene verplichtingen betreffende de registratie en bewaring van informatie over vergoedingen en cliëntcommunicatie welke ertoe bijdragen dat de doelstelling van transparantie, concurrentie en verkleining van de kans op belangenconflicten wordt verwezenlijkt, en schrijft tevens voor dat NRSRO's jaarlijks een aantal financiële verslagen bij de SEC moeten indienen. |
(19) |
Het evenredigheidsbeginsel en een risicogebaseerde aanpak vormen voor de Commissie de leidraad bij de beoordeling van een regelgevingsstelsel van een derde land. Gezien de gezamenlijk onderzochte factoren en het technische advies van ESMA voldoet het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten inzake ratingbureaus aan de voorwaarden van artikel 5, lid 6, tweede alinea, van Verordening (EG) nr. 1060/2009 en moet het nog steeds als gelijkwaardig aan het bij die verordening ingestelde juridische en toezichtkader worden beschouwd. |
(20) |
Omwille van de rechtszekerheid moet een nieuw uitvoeringsbesluit worden aangenomen en moet Uitvoeringsbesluit 2012/628/EU dan ook worden ingetrokken. |
(21) |
De Commissie, bijgestaan door de ESMA, moet de ontwikkeling van de juridische en toezichtsregelingen voor ratingbureaus, de marktontwikkelingen en de effectiviteit van de samenwerking op het gebied van toezicht met betrekking tot monitoring en handhaving in de Verenigde Staten van Amerika regelmatig blijven monitoren om voortdurende naleving te waarborgen. |
(22) |
De in dit besluit vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Europees Comité voor het effectenbedrijf, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Voor de toepassing van artikel 5 van Verordening (EG) nr. 1060/2009 wordt het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten inzake ratingbureaus als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 beschouwd.
Artikel 2
Uitvoeringsbesluit 2012/628/EU wordt ingetrokken.
Artikel 3
Dit besluit treedt in werking op de twintigste dag na die van de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel, 29 juli 2019.
Voor de Commissie
De voorzitter
Jean-Claude JUNCKER
(1) PB L 302 van 17.11.2009, blz. 1.
(2) Uitvoeringsbesluit 2012/628/EU van de Commissie van 5 oktober 2012 betreffende de erkenning van het juridische en toezichtkader van de Verenigde Staten van Amerika als gelijkwaardig aan de vereisten van Verordening (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad inzake ratingbureaus (PB L 274 van 9.10.2012, blz. 32).
(3) Verordening (EU) nr. 462/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 21 mei 2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 1060/2009 inzake ratingbureaus (PB L 146 van 31.5.2013, blz. 1).