Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32006R1915

    Verordening (EG) nr. 1915/2006 van de Commissie van 18 december 2006 tot voortzetting van het voorafgaande toezicht op de invoer van bepaalde ijzer- en staalproducten uit bepaalde derde landen

    PB L 365 van 21.12.2006, p. 76–77 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
    PB L 314M van 1.12.2007, p. 621–622 (MT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (BG, RO, HR)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2012

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2006/1915/oj

    21.12.2006   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 365/76


    VERORDENING (EG) Nr. 1915/2006 VAN DE COMMISSIE

    van 18 december 2006

    tot voortzetting van het voorafgaande toezicht op de invoer van bepaalde ijzer- en staalproducten uit bepaalde derde landen

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 3285/94 van de Raad van 22 december 1994 betreffende de gemeenschappelijke invoerregeling en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 518/94 (1), en met name op artikel 11,

    Gelet op Verordening (EG) nr. 519/94 van de Raad van 7 maart 1994 betreffende de gemeenschappelijke regeling voor de invoer uit bepaalde derde landen en tot intrekking van de Verordeningen (EEG) nr. 1765/82, (EEG) nr. 1766/82 en (EEG) nr. 3420/83 (2), en met name op artikel 9,

    Na overleg met de Raadgevende Comités,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Bij Verordening (EG) nr. 76/2002 (3) heeft de Commissie een voorafgaand toezicht van de Gemeenschap ingesteld op de invoer van bepaalde ijzer- en staalproducten uit bepaalde derde landen. Deze verordening is gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1337/2006 van de Commissi (4) tot uitbreiding van het toepassingsgebied van het toezicht, bij de Verordeningen (EG) nr. 2385/2002 (5) en (EG) nr. 469/2005 (6) van de Commissie.

    (2)

    De statistieken betreffende de buitenlandse handel van de EU zijn niet beschikbaar binnen de termijnen die zijn vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1917/2000 van de Commissie (7).

    (3)

    Alhoewel de situatie sinds de invoering van het toezicht in 2002 is gewijzigd, is het, gezien de recente ontwikkelingen op de wereldmarkt voor ijzer en staal, nog steeds nodig over een betrouwbaar en snel informatiesysteem te beschikken dat aanwijzingen geeft over de toekomstige invoer in de EU.

    (4)

    Sinds 2003 is de Chinese markt de belangrijkste oorzaak van de zeer grote stijging van de vraag naar staalproducten. De productiecapaciteit in China is zeer snel gegroeid. De Chinese productie van ruw staal is gestegen van 129 miljoen ton in 2000 tot 349 miljoen ton in 2005. Het aandeel in de wereldproductie is in die periode gestegen van 15,4 % tot 36 %, terwijl de productiecapaciteit momenteel nog verder toeneemt, waardoor de Chinese capaciteit in 2006 nog meer kan stijgen. De invoer in de EU uit China bedroeg in totaal rond 0,9 miljoen ton in 2004 en 1,6 miljoen ton in 2005. China was een netto-importeur van 15 miljoen ton in 2004 maar wordt in 2006 een netto-exporteur. Naar verwachting zal deze trend van dalende invoer in en stijgende uitvoer uit China aanhouden, waardoor er steeds grotere hoeveelheden staalproducten op de wereldmarkt komen waarvoor nieuwe markten moeten worden gevonden.

    (5)

    Uit de meest recente invoerstatistieken voor vier grote productgroepen, namelijk platte producten, lange producten, buizen en pijpen, en halffabricaten, blijkt dat de toename in de eerste helft van 2006 ten opzichte van de eerste helft van 2005 gemiddeld 11 % was, en bedroeg voor platte en lange producten 18 % respectievelijk 13 %. De totale invoer bedroeg 26,2 miljoen ton in 2005 ten opzichte van 20 miljoen ton in 2002, wat overeenkomst met een totale toename van de invoer van 31 % in drie jaar tijd.

    (6)

    Uit een analyse van de twee eerste kwartalen van 2006 blijkt een voortdurend hoog importniveau met een totale toename van 29 %, terwijl de cijfers voor het derde kwartaal van dat jaar wijzen op een nog verdere stijging.

    (7)

    Daarnaast zijn de prijzen in de EU, net als in de VS, nog steeds hoog en liggen in het algemeen 20 % tot 30 % hoger dan in Azië. Door dit prijsverschil zal de interesse van exporteurs uit derde landen waarschijnlijk verder toenemen en in 2006 waren de eerste tekenen te zien van prijsverlagingen op de Amerikaanse markt en in sommige EU-landen.

    (8)

    Bovendien blijkt uit de statistieken dat de werkgelegenheid bij de betrokken EU-producenten sterk afneemt, van 414 500 werknemers in 2000 tot 404 700 in 2001, 390 200 in 2002, 383 800 in 2003, 375 900 in 2004 en 347 000 in 2005, dat wil zeggen een afname van circa 16 % in vijf jaar.

    (9)

    Op grond van recente trends in de staalinvoer, de laatste ontwikkelingen op de Chinese markt, de snellere stijging van de invoer, de hoge prijsverschillen tussen staalproducten in de EU en in derde landen alsmede de aanzienlijke terugloop van de werkgelegenheid in de afgelopen jaren, kan daarom worden aangenomen dat de producenten in de EU schade dreigen te lijden in de zin van artikel 11 van Verordening (EG) nr. 3285/94.

    (10)

    Het is derhalve in het belang van de EU dat de invoer van bepaalde staalproducten aan voorafgaand toezicht onderworpen blijft zodat nauwkeurige statistische gegevens kunnen worden verzameld aan de hand waarvan de ontwikkeling van de invoer snel geanalyseerd kan worden. Gezien de bovengenoemde verwachte ontwikkelingen en het feit dat andere grote staalproducerende landen vergelijkbare toezichtsystemen hebben ingesteld of verlengd tot 2009, moet het voorafgaande toezicht worden voortgezet tot en met 31 december 2009.

    (11)

    Bovendien is het wenselijk, om onnodige belasting zo klein mogelijk te maken en om de activiteiten van dicht bij de grenzen gelegen bedrijven niet te zeer te verstoren, het criterium voor kleine hoeveelheden die van het toepassingsgebied van het voorafgaande toezicht zijn uitgesloten te verruimen. Daarom moet het nettogewicht van ingevoerde producten die van het toepassingsgebied van deze verordening worden uitgesloten, worden verhoogd tot 2 500 kilogram.

    (12)

    Het is wenselijk dat deze verordening in werking treedt op de dag van haar bekendmaking, zodat de gegevens zo spoedig mogelijk verzameld kunnen worden,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EG) nr. 76/2002, gewijzigd bij de Verordeningen (EG) nr. 1337/2002, (EG) nr. 2385/2002 en (EG) nr. 469/2005, wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    In artikel 1 wordt lid 3 vervangen door de volgende tekst:

    „3.   Deze verordening is niet van toepassing op de invoer van producten waarvan het nettogewicht niet meer bedraagt dan 2 500 kilogram”;

    2)

    In artikel 6 wordt de datum „31 december 2006” vervangen door „31 december 2009”.

    Artikel 2

    Voor het in het vrije verkeer brengen in Bulgarije en Roemenië met ingang van 1 januari 2007 is voor onder deze verordening vallende ijzer- en staalproducten die vóór 1 januari 2007 zijn verzonden geen toezichtdocument vereist. Wel dient de vrachtbrief te worden overgelegd, dan wel een ander vervoersdocument dat door de autoriteiten van de Gemeenschap als gelijkwaardig wordt beschouwd, waarmee de datum van verzending kan worden aangetoond.

    Artikel 3

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    In afwijking daarvan treedt artikel 2 slechts in werking onder voorbehoud en op de datum van inwerkingtreding van het Verdrag betreffende de toetreding van Bulgarije en Roemenië tot de Europese Unie.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 18 december 2006.

    Voor de Commissie

    Peter MANDELSON

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 349 van 31.12.1994, blz. 53. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2200/2004 (PB L 374 van 22.12.2004, blz. 1).

    (2)  PB L 67 van 10.3.1994, blz. 89. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 427/2003 (PB L 65 van 8.3.2003, blz. 1).

    (3)  PB L 16 van 18.1.2002, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 469/2005 (PB L 78 van 24.3.2005, blz. 12).

    (4)  PB L 195 van 24.7.2002, blz. 25.

    (5)  PB L 358 van 31.12.2002, blz. 125.

    (6)  PB L 78 van 24.3.2005, blz. 12.

    (7)  PB L 229 van 9.9.2000, blz. 14. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1949/2005 (PB L 312 van 29.11.2005, blz. 10).


    Top