EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32005R0558

Verordening (EG) nr. 558/2005 van de Commissie van 12 april 2005 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3846/87 tot vaststelling van de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties en van Verordening (EG) nr. 174/1999 tot vaststelling van de specifieke uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad inzake de uitvoercertificaten en de uitvoerrestituties in de sector melk en zuivelproducten

PB L 94 van 13.4.2005, p. 22–25 (ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, SK, SL, FI, SV)
PB L 306M van 15.11.2008, p. 214–217 (MT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (BG, RO, HR)

Legal status of the document No longer in force

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2005/558/oj

13.4.2005   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 94/22


VERORDENING (EG) Nr. 558/2005 VAN DE COMMISSIE

van 12 april 2005

houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3846/87 tot vaststelling van de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties en van Verordening (EG) nr. 174/1999 tot vaststelling van de specifieke uitvoeringsbepalingen van Verordening (EEG) nr. 804/68 van de Raad inzake de uitvoercertificaten en de uitvoerrestituties in de sector melk en zuivelproducten

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 1255/1999 van de Raad van 17 mei 1999 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector melk en zuivelproducten (1), en met name op artikel 31, lid 14,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 van de Commissie (2) is op basis van de gecombineerde nomenclatuur de landbouwproductennomenclatuur voor de uitvoerrestituties vastgesteld.

(2)

Volgens de restitutienomenclatuur moet kaas aan minimumeisen inzake de melkdrogestof en het melkvet voldoen om voor een uitvoerrestitutie in aanmerking te komen. Een type van kaas dat in sommige nieuwe lidstaten wordt geproduceerd, kan aan die verplichte eisen voldoen, maar kan geen recht op een restitutie geven omdat het buiten het huidige indelingssysteem van de uitvoerrestitutienomenclatuur valt. Wegens het belang van die kaas voor de betrokken zuivelindustrie, handel en melkproducenten dient binnen een post voor „andere kazen” een productcode te worden toegevoegd die het mogelijk maakt die kaas in de uitvoerrestitutienomenclatuur onder te brengen.

(3)

De hoeveelheden waarvoor in de productcategorie „kaas” uitvoercertificaten worden aangevraagd, overschrijden voortdurend het profiel van de uitvoerbeperkingen die aan de Gemeenschap zijn opgelegd in het kader van de Overeenkomst inzake de landbouw waarmee de Uruguayronde van multilaterale handelsbesprekingen is afgesloten. De extra uitvoercertificaten die op basis van de nieuwe productcode zullen worden aangevraagd, zullen de druk op de categorie verder vergroten.

(4)

In artikel 3 van Verordening (EG) nr. 174/1999 van de Commissie (3) is bepaald dat geen restitutie wordt toegekend bij uitvoer van kaas waarvan de prijs franco grens in de lidstaat van uitvoer vóór toepassing van de restitutie minder dan 230 EUR per 100 kg bedraagt. Die bepaling geldt niet voor kaas van code 0406 90 33 9919 van de restitutienomenclatuur. Onder de bovengenoemde omstandigheden, en met name gezien de grote vraag naar uitvoercertificaten voor kaas, moet die bepaling gelden voor alle kaas zonder uitzondering.

(5)

In voetnoot 10 bij sector 9 van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 3846/87, die geldt voor geraspte kaas, poederkaas en smeltkaas, is bepaald dat toegevoegde melkvreemde stoffen niet in aanmerking worden genomen voor de berekening van de restitutie. Die bepaling dient tot alle kaas te worden uitgebreid en de betrokken melkvreemde stoffen moeten beter worden omschreven. Het kan voor de exporteur haast onmogelijk en voor de bevoegde autoriteiten zelfs nog moeilijker zijn om het gewicht van die stoffen te bepalen. Daarom dient de restitutie te worden verlaagd met een standaardbedrag.

(6)

De restitutie wordt toegekend voor het nettogewicht van kaas. Voor kaas die is omhuld door paraffine, as of was of in plasticfolie is gewikkeld, kan enige verwarring bestaan. Bepaald dient te worden dat een dergelijke verpakking voor de berekening van de restitutie geen deel uitmaakt van het nettogewicht van het product. Wat plasticfolie, paraffine en as betreft, kan het voor de exporteur en voor de bevoegde autoriteiten onmogelijk zijn om het gewicht van die materialen te bepalen. Daarom dient de restitutie te worden verlaagd met een standaardbedrag.

(7)

De Verordeningen (EEG) nr. 3846/87 en (EG) nr. 174/1999 moeten dienovereenkomstig worden gewijzigd.

(8)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer voor melk en zuivelproducten,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige verordening.

Artikel 2

In artikel 3 van Verordening (EG) nr. 174/1999 wordt de vierde alinea geschrapt.

Artikel 3

Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Zij is van toepassing voor de uitvoercertificaten die op of na 27 mei 2005 worden aangevraagd.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 12 april 2005.

Voor de Commissie

Mariann FISCHER BOEL

Lid van de Commissie


(1)  PB L 160 van 26.6.1999, blz. 48. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 186/2004 van de Commissie (PB L 29 van 3.2.2004, blz. 6).

(2)  PB L 366 van 24.12.1987, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2199/2004 (PB L 380 van 24.12.2004, blz. 1).

(3)  PB L 20 van 27.1.1999, blz. 8. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2250/2004 (PB L 381 van 28.12.2004, blz. 25).


BIJLAGE

Sector 9 van bijlage I bij Verordening (EEG) nr. 3846/87 wordt als volgt gewijzigd:

1)

De omschrijving van GN-code „ex 0406” wordt vervangen door: „Kaas en wrongel (7) (10):”.

2)

De omschrijving van GN-code „ex 0406 20” wordt vervangen door: „— kaas van alle soorten, geraspt of in poeder:”.

3)

De omschrijving van GN-code „ex 0406 30” wordt vervangen door: „— smeltkaas, niet geraspt noch in poeder:”.

4)

De informatie betreffende GN-code „ex 0406 90 88” wordt vervangen door:

GN-code

Omschrijving

Aanvullende eisen om de productcode te gebruiken

Productcode

Maximaal vochtgehalte van het product

(%)

Minimaal vetgehalte, berekend op de droge stof

(%)

„ex 0406 90 88

– – – – – – – – van meer dan 62 doch niet meer dan 72 gewichtspercenten:

 

 

 

– – – – – – – – – kazen geproduceerd uit wei

 

 

0406 90 88 9100

– – – – – – – – – andere:

 

 

 

– – – – – – – – – – met een vetgehalte, berekend op de droge stof:

 

 

 

– – – – – – – – – – – van 10 of meer doch minder dan 19 gewichtspercenten

60

10

0406 90 88 9300

– – – – – – – – – – – van 40 gewichtspercenten of meer:

 

 

 

– – – – – – – – – – – – Akawi

55

40

0406 90 88 9500”

5)

Voetnoot 7 wordt vervangen door:

„(7)

a)

Als de kaas is verpakt in onmiddellijke verpakkingen die ook vloeibare bewaarmiddelen zoals pekel bevatten, wordt de restitutie toegekend voor het nettogewicht na aftrek van het gewicht van deze vloeibare bewaarmiddelen.

b)

De als verpakking gebruikte plasticfolie, paraffine, as en was worden voor de berekening van de restitutie niet als een deel van het nettogewicht van het product beschouwd.

c)

Als de kaas in plasticfolie wordt aangeboden en het gewicht van de plasticfolie in het opgegeven nettogewicht is begrepen, wordt het restitutiebedrag verlaagd met 0,5 %.

Bij het vervullen van de douaneformaliteiten verklaart de aanvrager dat de kaas in plasticfolie is verpakt en of het gewicht van de plasticfolie in het opgegeven nettogewicht is begrepen.

d)

Als de kaas in paraffine of in as wordt aangeboden en het gewicht van de paraffine of van de as in het opgegeven nettogewicht is begrepen, wordt het restitutiebedrag verlaagd met 2 %.

Bij het vervullen van de douaneformaliteiten verklaart de aanvrager dat de kaas in paraffine of in as is verpakt en of het gewicht van de as of van de paraffine in het opgegeven nettogewicht is begrepen.

e)

Als de kaas in was wordt aangeboden, moet de aanvrager bij het vervullen van de douaneformaliteiten in de aangifte het nettogewicht van de kaas exclusief het gewicht van de was vermelden.”.

6)

Voetnoot 10 wordt vervangen door:

„(10)

a)

Als het product andere melkvreemde ingrediënten dan specerijen of kruiden bevat zoals met name ham, noten, garnalen, zalm, olijven of krenten en rozijnen, wordt het restitutiebedrag verlaagd met 10 %.

Bij het vervullen van de douaneformaliteiten vermeldt de aanvrager in de daarvoor bedoelde aangifte dat dergelijke melkvreemde ingrediënten zijn toegevoegd.

b)

Als het product kruiden of specerijen bevat zoals met name mosterd, basilicum, knoflook of oregano, wordt het restitutiebedrag verlaagd met 1 %.

Bij het vervullen van de douaneformaliteiten vermeldt de aanvrager in de daarvoor bedoelde aangifte dat kruiden of specerijen zijn toegevoegd.

c)

Als het product caseïne en/of caseïnaten en/of wei en/of van wei afgeleide producten en/of lactose en/of permeaat en/of producten van GN-code 3504 bevat, worden de of het toegevoegde caseïne en/of caseïnaten en/of wei en/of van wei afgeleide producten (behalve weiboter van GN-code 0405 10 50) en/of lactose en/of permeaat en/of producten van GN-code 3504 niet in aanmerking genomen voor de berekening van de restitutie.

Bij het vervullen van de douaneformaliteiten vermeldt de aanvrager in de daarvoor bedoelde aangifte of al dan niet caseïne en/of caseïnaten en/of wei en/of van wei afgeleide producten en/of lactose en/of permeaat en/of producten van GN-code 3504 is of zijn toegevoegd; als dit het geval is, vermeldt hij in die aangifte ook het maximale gewichtsgehalte aan toegevoegde of toegevoegd caseïne en/of caseïnaten en/of wei en/of van wei afgeleide producten (in voortkomend geval onder opgave van het gehalte aan weiboter) en/of lactose en/of permeaat en/of producten van GN-code 3504 per 100 kg eindproduct.

d)

De bovenbedoelde producten mogen hoeveelheden toegevoegde melkvreemde stoffen bevatten die nodig zijn voor de bereiding of bewaring ervan, zoals zout, stremsel of schimmel.”.


Top