Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31992R1695

    VERORDENING (EEG) Nr. 1695/92 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 1992 houdende gemeenschappelijke toepassingsbepalingen voor de specifieke regeling voor de voorziening van de Canarische eilanden met bepaalde landbouwprodukten

    PB L 179 van 1.7.1992, p. 1–5 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 01/12/1994; opgeheven door 394R2790

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1992/1695/oj

    31992R1695

    VERORDENING (EEG) Nr. 1695/92 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 1992 houdende gemeenschappelijke toepassingsbepalingen voor de specifieke regeling voor de voorziening van de Canarische eilanden met bepaalde landbouwprodukten -

    Publicatieblad Nr. L 179 van 01/07/1992 blz. 0001 - 0005
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 43 blz. 0004
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 43 blz. 0004


    VERORDENING (EEG) Nr. 1695/92 VAN DE COMMISSIE van 30 juni 1992 houdende gemeenschappelijke toepassingsbepalingen voor de specifieke regeling voor de voorziening van de Canarische eilanden met bepaalde landbouwprodukten

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 1601/92 van de Raad van 15 juni 1992 houdende specifieke maatregelen voor bepaalde landbouwprodukten ten behoeve van de Canarische eilanden (1), en met name op artikel 3, lid 4, artikel 4, lid 4, artikel 5, lid 2, artikel 6, lid 2 en op artikel 7, lid 2,

    Overwegende dat, wat de voorziening met bepaalde landbouwprodukten betreft, de nadelen van de geografische ligging van de Canarische eilanden kunnen worden gecompenseerd enerzijds via een vrijstelling van invoerrechten (douanerechten en landbouwheffingen) en anderzijds via de toekenning van steun om landbouwprodukten uit de Gemeenschap naar dit gebied te verzenden;

    Overwegende dat voor bepaalde landbouwprodukten waarvoor vrijstelling van invoerrechten geldt, reeds een invoercertificaat wordt geëist; dat, om de regeling in administratief opzicht te vereenvoudigen, het dienstig is het invoercertificaat als basisdocument voor de regeling inzake vrijstelling van invoerrechten te gebruiken; dat, om het invoercertificaat voor deze beide doeleinden te kunnen gebruiken, de afgifte van het document bijzondere voorschriften vergt die van de normaal voor invoercertificaten geldende afwijken;

    Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3719/88 van de Commissie (2), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1599/90 (3), de uitvoeringsbepalingen met betrekking tot de invoercertificaten zijn vastgesteld;

    Overwegende dat voor andere landbouwprodukten waarvoor geen invoercertificaat moet worden overgelegd, een document dient te worden vastgesteld dat voor het systeem van vrijstelling van invoerrechten als basisdocument dient; dat daartoe het formulier van het invoercertificaat, hierna "certificaat van vrijstelling" genoemd, kan worden gebruikt;

    Overwegende dat voor het beheer van de regeling waarbij voor produkten uit de Gemeenschap steun wordt toegekend, het invoercertificaat, hierna "steuncertificaat" genoemd, als basisdocument kan worden gebruikt;

    Overwegende dat de autoriteiten die de regeling beheren, over de nodige instrumenten moeten kunnen beschikken om te voorkomen dat van de voorzieningsregeling oneigenlijk gebruik wordt gemaakt, dus voor andere doeleinden dan een regelmatige voorziening van de gebruikers en zonder dat de voordelen tot in het stadium waarin de produkten voor lokaal verbruik op de markt worden gebracht, worden doorberekend; dat daartoe, met name, om te voorkomen dat aanvragen worden ingediend voor overdreven grote hoeveelheden, die in geen enkele verhouding staan tot de reële behoeften en waardoor het doel en de goede werking van de voorzieningsregeling in gevaar zouden kunnen komen, de bevoegde autoriteiten in voorkomend geval categorieën gebruikers moeten kunnen aanwijzen die bij voorrang met produkten worden voorzien, of ook de hoeveelheden die in het kader van de voorzieningsbalans, welke balans in de loop van het begrotingsjaar kan worden herzien, beschikbaar zijn, moeten kunnen verdelen;

    Overwegende dat de voordelen in de vorm van vrijstelling van invoerrechten en toekenning van steun voor produkten uit de Gemeenschap in de produktiekosten en in de prijzen tot in het stadium van de eindgebruiker dienen door te werken; dat derhalve dient te worden nagegaan in hoeverre dit daadwerkelijk gebeurt;

    Overwegende dat een communautaire controleregeling dient te worden ingesteld in het kader waarvan de bevoegde autoriteiten nagaan of de maatregelen goed worden uitgevoerd; dat daartoe moet worden voorgeschreven dat op geregelde tijdstippen gegevens aan de Commissie worden medegedeeld;

    Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van de betrokken Comités van beheer,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Bij deze verordening worden de gemeenschappelijke bepalingen vastgesteld ter toepassing van de regeling inzake de vrijstelling van invoerrechten en het verlenen van steun voor de voorziening van de Canarische eilanden met produkten uit de Gemeenschap in het kader van de voorzieningsbalans die in de loop van het begrotingsjaar kan worden herzien.

    Deze bepalingen gelden voor de leveringen als bedoeld in de artikelen 3, 4 en 5 van Verordening (EEG) nr. 1601/92.

    TITEL I Invoer uit derde landen HOOFDSTUK I Invoer van aan de overlegging van een invoercertificaat onderworpen produkten

    Artikel 2

    1. De in titel I van Verordening (EEG) nr. 1601/92 bedoelde vrijstelling van invoerrechten wordt toegepast na overlegging van het invoercertificaat waarop de in lid 3 genoemde vermeldingen zijn aangebracht.

    2. Wanneer de betrokkenen daarom verzoeken, geven uitsluitend de door Spanje aangewezen autoriteiten certificaten als bedoeld in lid 1 af, zolang de in het kader van de voorzieningsbalans vastgestelde hoeveelheid niet is overschreden.

    De autoriteiten kunnen voor de afgifte van het certificaat een termijn vaststellen.

    3. Op de certificaataanvraag en op het certificaat zelf worden de volgende vermeldingen aangebracht:

    a) in vak 20, naar gelang van het geval, een van de volgende vermeldingen:

    - "Produkten voor de verwerkende industrie",

    - "Produkten voor rechtstreekse consumptie",

    - "Mestrunderen ingevoerd op grond van artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1601/92";

    b) in vak 24 de vermeldingen "Vrijstelling van invoerrechten", en "Op de Canarische eilanden te gebruiken certificaat".

    4. Voor de toepassing van deze regeling worden de invoerrechten toegepast op de hoeveelheden die boven de op het invoercertificaat vermelde hoeveelheden worden ingevoerd. De in Verordening (EEG) nr. 3719/88 voorziene tolerantiemarge van 5 % wordt toegestaan, mits de desbetreffende invoerrechten worden voldaan.

    5. In afwijking van het bepaalde in artikel 33, lid 3, van Verordening (EEG) nr. 3719/88 wordt, behoudens overmacht, binnen dertig dagen na het verstrijken van de geldigheidsduur van het certificaat het in artikel 30 van die verordening bedoelde bewijs geleverd. HOOFDSTUK II Invoer van niet aan overlegging van een invoercertificaat onderworpen produkten

    Artikel 3

    1. De vrijstelling van invoerrechten, als bedoeld in titel I van Verordening (EEG) nr. 1601/92, voor de niet aan overlegging van een invoercertificaat onderworpen produkten, wordt toegepast na overlegging van een "certificaat van vrijstelling".

    2. Het "certificaat van vrijstelling" wordt op het in de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 3719/88 opgenomen formulier van het invoercertificaat gesteld.

    Artikel 8, leden 3 en 5, de artikelen 9, 10, 13 tot en met 16, 19 tot en met 22, 24 tot en met 31 en 33 tot en met 37 van Verordening (EEG) nr. 3719/88 zijn mutatis mutandis van toepassing, tenzij in de onderhavige verordening anders is bepaald.

    3. In het linkerbovenvak van het certificaat wordt de vermelding "certificaat van vrijstelling" gedrukt of met een stempel aangebracht.

    4. Het "certificaat van vrijstelling" wordt, op verzoek van de betrokkenen, uitsluitend door de door Spanje aangewezen bevoegde autoriteiten afgegeven binnen de grenzen van de in de voorzieningsbalans vastgestelde hoeveelheid. Afgifte van het "certificaat van vrijstelling" geschiedt op voorwaarde dat zekerheid is gesteld waarvan het bedrag per produkt wordt vastgesteld.

    De bevoegde autoriteiten kunnen voor de afgifte van het certificaat een termijn vaststellen.

    5. Op de aanvraag voor een "certificaat van vrijstelling" en op het "certificaat van vrijstelling" worden de volgende vermeldingen aangebracht:

    a) in vak 20, naar gelang van het geval, een van de volgende vermeldingen:

    - "Produkten voor de verwerkende industrie",

    - "Produkten voor rechtstreekse consumptie";

    b) in vak 24 de vermeldingen "Vrijstelling van invoerrechten" en "Op de Canarische eilanden te gebruiken certificaat".

    6. Het bewijs dat het "certificaat van vrijstelling" is gebruikt, wordt, behoudens overmacht, geleverd binnen dertig dagen na de datum waarop de geldigheidsduur van het certificaat is verstreken.

    TITEL II Voorziening met produkten uit de Gemeenschap

    Artikel 4

    1. De steun wordt uitbetaald op schriftelijk verzoek van de betrokkene en op voorwaarde dat een naar behoren afgeschreven "steuncertificaat" wordt overgelegd. De bevoegde autoriteiten kunnen voorschrijven dat een speciaal aanvraagformulier moet worden gebruikt.

    De aanvraag wordt, behoudens overmacht, binnen twaalf maanden na de datum van afschrijving van het certificaat ingediend. Wanneer de aanvraag binnen zes maanden volgend op de termijn van twaalf maanden wordt ingediend, is het te betalen steunbedrag gelijk aan 85 % van de van toepassing zijnde steun.

    De steun wordt door de bevoegde autoriteiten uitbetaald binnen twee maanden na de datum waarop de aanvraag is ingediend, behalve:

    a) in geval van overmacht, of

    b) wanneer ten aanzien van het recht op steun een administratief onderzoek is geopend. In dat geval wordt de steun eerst uitbetaald wanneer het recht op steun is erkend.

    2. Het "steuncertificaat" wordt op het in de bijlage bij Verordening (EEG) nr. 3719/88 opgenomen formulier van het invoercertificaat gesteld.

    Artikel 8, leden 3 en 5, de artikelen 9, 10, 13 tot en met 16, 19 tot en met 21, 24 tot en met 31 en 33 tot en met 37 zijn mutatis mutandis van toepassing, tenzij in deze verordening anders is bepaald.

    3. In het linkerbovenvak van het certificaat wordt de vermelding "steuncertificaat" gedrukt of met een stempel aangebracht.

    De vakken 7 en 8 van het certificaat worden volledig doorgehaald.

    4. Op de aanvraag voor een "steuncertificaat" en op het "steuncertificaat" worden de volgende vermeldingen aangebracht:

    a) in vak 20, naar gelang van het geval, een van de volgende vermeldingen:

    - "Produkten voor de verwerkende industrie",

    - "Produkten voor rechtstreekse consumptie",

    - "Mestrunderen ingevoerd op grond van artikel 5, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 1601/92";

    b) in vak 24 de vermelding: "Op de Canarische eilanden te gebruiken steuncertificaat".

    5. Het bedrag van de steun is het bedrag dat van toepassing is op de datum waarop het "steuncertificaat" wordt aangevraagd.

    6. Het "steuncertificaat" wordt, op verzoek van de betrokkenen, uitsluitend door de door Spanje aangewezen bevoegde autoriteiten afgegeven binnen de grenzen van de in de voorzieningsbalans vastgestelde hoeveelheid.

    De afgifte van het "steuncertificaat" geschiedt op voorwaarde dat zekerheid is gesteld waarvan het bedrag per produkt wordt vastgesteld.

    De bevoegde autoriteiten kunnen voor de afgifte van het certificaat een termijn vaststellen.

    7. Het "steuncertificaat" wordt tegelijk met de betrokken produkten aan de bevoegde autoriteiten van de plaats van bestemming voor afboeking aangeboden.

    8. Het bewijs dat het "steuncertificaat" is gebruikt, wordt, behoudens overmacht, geleverd binnen dertig dagen na de datum waarop de geldigheidsduur van het certificaat is verstreken.

    TITEL III Gemeenschappelijke bepalingen en doorberekening van het voordeel aan de eindgebruiker

    Artikel 5

    1. De bevoegde autoriteiten van Spanje beperken of schorsen de afgifte van certificaten wanneer voor een bepaald produkt uit de stand van de voorzieningsbalans blijkt dat er een significante toeneming is van de hoeveelheid waarvoor invoercertificaten, "certificaten van vrijstelling" of "steuncertificaten" zijn aangevraagd en indien hierdoor de in de balans vastgestelde hoeveelheden voor het verkoopseizoen of een gedeelte daarvan worden bereikt of overschreden.

    Ingeval de afgifte van certificaten wordt beperkt, verminderen de bevoegde autoriteiten de hoeveelheden in alle in behandeling zijnde aanvragen met eenzelfde percentage. Daarbij wordt ervoor gezorgd dat alle belanghebbenden, ongeacht hun plaats van vestiging in de Gemeenschap, gelijk worden behandeld.

    De bevoegde autoriteiten verstrekken, in voorkomend geval, de Commissie alle nuttige inlichtingen over de voorzieningsbehoeften van de Canarische eilanden.

    2. Wanneer de regelmatige voorziening van de Canarische eilanden door een significante toeneming van de hoeveelheid certificaataanvragen dreigt te worden verstoord, kunnen de bevoegde autoriteiten de in het kader van de voorzieningsbalans beschikbare hoeveelheden zodanig verdelen dat in de prioritaire behoeften in de betrokken sectoren wordt voorzien.

    In het kader van deze verdeling wordt bij de afgifte van de certificaten prioriteit verleend aan bepaalde categorieën handelaren en wordt een zekere hoeveelheid voor nieuwe handelaren gereserveerd.

    Spanje stelt de Commissie onverwijld en vóór de inwerkingtreding ervan, in kennis van de maatregelen die dit land ter toepassing van het bepaalde in dit lid voornemens is te nemen; deze maatregelen dienen te worden gerechtvaardigd. De Commissie stelt de overige Lid-Staten van deze maatregelen in kennis.

    De Commissie treft de nodige maatregelen om eventuele moeilijkheden bij de toepassing te verhelpen.

    3. De bepalingen van de leden 1 en 2 gelden onverminderd de bijzondere bepalingen die met het oog op de moeilijkheden in een bepaalde sector moeten worden vastgesteld.

    4. Spanje maakt op gezette tijden de stand van de voorzieningsbalans, en meer in het bijzonder de beschikbare hoeveelheden, bekend.

    Artikel 6

    1. De houder van het invoercertificaat, respectievelijk van het "certificaat van vrijstelling" of van het "steuncertificaat" neemt, wanneer hij de produkten of het certificaat verkoopt, in het contract een bepaling op welke ertoe strekt te waarborgen dat het voordeel daadwerkelijk aan de eindgebruiker wordt doorberekend.

    Deze bepaling dient in alle opeenvolgende contracten met betrekking tot het produkt te worden overgenomen.

    2. De bevoegde autoriteiten nemen de passende maatregelen om na te gaan of het uit de vrijstelling van invoerrechten of uit de toekenning van steun voortvloeiende voordeel daadwerkelijk wordt doorberekend; zij mogen daartoe eventueel nagaan welke winstmarges de betrokken handelaren toepassen.

    Deze maatregelen worden in samenwerking met de betrokken sectoren van het bedrijfsleven uitgevoerd.

    Spanje stelt de Commissie binnen drie maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening van de genomen maatregelen in kennis.

    3. Indien het toegekende voordeel niet daadwerkelijk wordt doorberekend:

    - vorderen de bevoegde autoriteiten van de houder van het invoercertificaat, respectievelijk van het "certificaat van vrijstelling" of van het "steuncertificaat", het toegekende voordeel terug,

    - kunnen de bevoegde autoriteiten de betrokkenen het recht op het aanvragen van de in de artikelen 2, 3 en 4 bedoelde certificaten naar gelang van de ernst van het verzuim voorlopig of definitief ontzeggen.

    4. Voor de toepassing van lid 3, eerste streepje:

    - wordt de houder van het invoercertificaat, respectievelijk van het "certificaat van vrijstelling" of van het "steuncertificaat", geacht het toegekende voordeel te hebben genoten;

    - is het toegekende voordeel gelijk aan het bedrag van de vrijstelling van invoerrechten of aan het steunbedrag.

    Met het oog op correcte toepassing van het bepaalde in artikel 3, eerste streepje, kunnen de autoriteiten verlangen dat zekerheid wordt gesteld.

    5. Het bepaalde in dit artikel is niet van toepassing op de levering van de in de artikelen 4 en 5 van Verordening (EEG) nr. 1601/92 bedoelde produkten en dieren.

    TITEL IV Slotbepalingen

    Artikel 7

    De maatregelen ter uitvoering van het bepaalde in artikel 8 van Verordening (EEG) nr. 1601/92 worden door de bevoegde autoriteiten vastgesteld en uiterlijk op 30 september 1992 de Commissie ter kennis gebracht.

    Artikel 8

    Spanje deelt de Commissie uiterlijk op de laatste dag van de maand, per produkt en eventueel per bijzondere bestemming, met betrekking tot de voorafgaande maand de volgende gegevens mede:

    - de hoeveelheden waarvoor, respectievelijk, invoercertificaten, "certificaten van vrijstelling" of "steuncertificaten" zijn aangevraagd;

    - de gevallen waarin de invoercertificaten, de "certificaten van vrijstelling" of de "steuncertificaten" niet zijn gebruikt, telkens met opgave van de hoeveelheden.

    Artikel 9

    Tot en met 31 december 1992 kunnen de bevoegde autoriteiten:

    a) besluiten dat vrijstelling van invoerrechten wordt verleend

    - wanneer een invoercertificaat wordt overgelegd waarop de in artikel 2, lid 3, bedoelde vermeldingen ontbreken,

    - wanneer de invoeraangifte wordt overgelegd en aanvaard, in het geval dat voor de invoer van het produkt geen invoercertificaat behoeft te worden overgelegd;

    b) besluiten dat steun wordt toegekend na overlegging en aanvaarding van de invoeraangifte voor de produkten aan de bevoegde autoriteiten op de plaats van bestemming;

    c) met het oog op een harmonische overgang van de ene naar de andere regeling en een regelmatige voorziening, bepalen dat voor een deel van de in de voorzieningsbalans voor 1992 vastgestelde hoeveelheden uitsluitend de traditionele handelaren in aanmerking komen.

    Artikel 10

    De landbouwprodukten waarvoor de aangifte ten uitvoer of de aangifte waarbij de produkten onder een van de in de artiken 4 en 5 van Verordening (EEG) nr. 565/80 van de Raad (4) bedoelde regelingen zijn geplaatst, uiterlijk op 30 juni 1992 is aanvaard en die na deze datum in de Canarische eilanden worden ingevoerd, zijn:

    a) in de Gemeenschap onderworpen aan de bepalingen die tot en met 30 juni 1992 gelden wat betreft de regeling voor de restituties, de monetaire compenserende bedragen en de compenserende bedragen toetreding en, in voorkomend geval, voor de uitvoer- of voorfixatiecertificaten, met inbegrip van de bepalingen met betrekking tot het gebruik van het controle-exemplaar T5 als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 2823/87 van de Commissie (5),

    b) in de Canarische eilanden onderworpen aan de bepalingen die op 30 juni 1992 gelden.

    Artikel 11

    Deze verordening treedt in werking op de dag van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen. Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Brussel, 30 juni 1992. Voor de Commissie

    Ray MAC SHARRY

    Lid van de Commissie

    (1) PB nr. L 173 van 27. 6. 1992, blz. 13. (2) PB nr. L 331 van 2. 12. 1988, blz. 1. (3) PB nr. L 151 van 15. 6. 1990, blz. 29. (4) PB nr. L 62 van 7. 3. 1980, blz. 5. (5) PB nr. L 270 van 23. 9. 1987, blz. 1.

    Top