EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31970R1618

Verordening (EEG) nr. 1618/70 van de Commissie van 7 augustus 1970 betreffende de controle op het verzoeten van tafelwijn en van v.q.p.r.d.

PB L 175 van 8.8.1970, p. 17–18 (DE, FR, IT, NL)
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Deel 1970(II) blz. 562 - 563

Andere speciale editie(s) (DA, EL, ES, PT, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/07/2003; opgeheven door 300R1622

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1970/1618/oj

31970R1618

Verordening (EEG) nr. 1618/70 van de Commissie van 7 augustus 1970 betreffende de controle op het verzoeten van tafelwijn en van v.q.p.r.d.

Publicatieblad Nr. L 175 van 08/08/1970 blz. 0017 - 0018
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 3 blz. 0063
Bijzondere uitgave in het Deens: Serie I Hoofdstuk 1970(II) blz. 0495
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 3 blz. 0063
Bijzondere uitgave in het Engels: Serie I Hoofdstuk 1970(II) blz. 0562
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 03 Deel 5 blz. 0174
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 03 Deel 4 blz. 0022
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 03 Deel 4 blz. 0022


++++

VERORDENING ( EEG ) Nr . 1618/70 VAN DE COMMISSIE

van 7 augustus 1970

betreffende de controle op het verzoeten van tafelwijn en van v.q.p.r.d .

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap ,

Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 816/70 van de Raad van 28 april 1970 houdende aanvullende bepalingen inzake de gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt ( 1 ) , gewijzigd bij Verordening ( EEG ) nr . 1253/70 ( 2 ) , en met name op artikel 21 , lid 2 , en artikel 35 ,

Overwegende dat in artikel 21 , lid 1 , van Verordening ( EEG ) nr . 816/70 bepaalde voorschriften voor het verzoeten van wijnen zijn vastgesteld ; dat dit artikel in het bijzonder betrekking heeft op tafelwijn ; dat het , op grond van artikel 8 , lid 2 , van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 van de Raad van 28 april 1970 houdende vaststelling van bijzondere bepalingen betreffende in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen ( 3 ) , van toepassing is op de v.q.p.r.d . ;

Overwegende dat het verzoeten niet mag leiden tot een bijkomende verrijking ten opzichte van de maxima vastgesteld in artikel 18 van Verordening ( EEG ) nr . 816/70 ; dat ten einde met dit vereiste rekening te houden in artikel 21 , sub a ) en sub b ) , van dezelfde verordening bijzondere bepalingen zijn vastgesteld ; dat voorts controlemaatregelen noodzakelijk zijn met name om het nakomen van de betrokken voorschriften te waarborgen ;

Overwegende dat het dienstig is , met name met het oog op de doelmatigheid van de controles , dat het verzoeten slechts in het stadium van de produktie , of in een stadium dat zo dicht mogelijk bij dat van de produktie ligt , wordt uitgevoerd ; dat het derhalve noodzakelijk is het verzoeten te beperken tot het stadium van de produktie en de groothandel ;

Overwegende dat het verzoeten deel uitmaakt van de vervaardiging van tafelwijn en van v.q.p.r.d . ; dat het derhalve noodzakelijk is dat alle verwerkte produkten bijdragen tot het waarborgen van de kwaliteit van de verkregen wijn ; dat het daarom noodzakelijk is te eisen dat , in alle gevallen de gebruikte druivemost afkomstig is van de wijnstoksoorten bedoeld in artikel 16 van Verordening ( EEG ) nr . 816/70 ;

Overwegende dat het noodzakelijk is dat de controle-instantie tevoren wordt gewaarschuwd dat de bewerking zal worden uitgevoerd ; dat hiertoe dient te worden bepaald dat ieder die van plan is over te gaan tot het verzoeten de controle-instantie daarvan middels een schriftelijke verklaring in kennis stelt ; dat evenwel een soepeler regeling kan worden getroffen wanneer het verzoeten gewoonlijk of voortdurend door een onderneming wordt verricht ;

Overwegende dat met deze verklaring wordt beoogd een controle op de betrokken bewerking mogelijk te maken ; dat het derhalve noodzakelijk is dat de verklaringen worden gericht aan de bevoegde instantie van de Lid-Staat op wiens grondgebied de bewerking plaats zal hebben ; dat zij zo nauwkeurig mogelijk zijn en voor de bewerking in het bezit van de bevoegde instantie zijn ;

Overwegende dat voor een doelmatige controle opgave van de hoeveelheden druivemost of geconcentreerde druivemost die voor het verzoeten in het bezit van de betrokkene zijn noodzakelijk is ; dat deze opgave slechts waarde heeft indien zij is gekoppeld aan de verplichting tot het voeren van een boekhouding van de ontvangen en afgeleverde hoeveelheden van de voor de bewerking gebruikte produkten ;

Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor wijn ,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD :

Artikel 1

1 . Het verzoeten van tafelwijn en , onverminderd het bepaalde in artikel 15 van Verordening ( EEG ) nr . 817/70 van de Raad , van in bepaalde gebieden voortgebrachte kwaliteitswijnen , hierna te noemen " v.q.p.r.d . " , mag slechts geschieden in het stadium van de produktie en de groothandel .

2 . De voor het verzoeten gebruikte druivemost mag slechts afkomstig zijn van de wijnstoksoorten bedoeld in artikel 16 van Verordening nr . 816/70 .

Artikel 2

1 . De natuurlijke of rechtspersonen die overgaan tot het verzoeten doen de bevoegde autoriteit van de Lid-Staat op wiens grondgebied het verzoeten zal plaatsvinden een verklaring toekomen .

2 . De verklaringen worden schriftelijk ingediend . Zij moeten ten minste 48 uur voor de dag waarop de bewerking zal plaatsvinden bij de bevoegde instantie binnenkomen .

Wanneer een onderneming zich gewoonlijk of voortdurend met het verzoeten van wijn bezighoudt , kunnen de Lid-Staten echter toestaan dat een verklaring die geldt voor verscheidende bewerkingen of voor een bepaalde periode aan de bevoegde instantie wordt toegezonden . Een dergelijke verklaring wordt slechts toegestaan indien de onderneming een register bijhoudt waarop elk verzoeten benevens de in artikel 3 bedoelde gegevens worden ingeschreven .

Artikel 3

Deze verklaringen bevatten de volgende gegevens :

1 . Voor het verzoeten overeenkomstig artikel 21 , lid 1 , sub a ) , van Verordening ( EEG ) nr . 816/70 :

a ) de hoeveelheid en het totale en het effectieve alcoholgehalte van de verwerkte tafelwijn of v.q.p.r.d . ;

b ) de hoeveelheid en het totale en het effectieve alcoholgehalte van de toe te voegen druivemost ;

c ) het totale en het effectieve alcoholgehalte van de tafelwijn of de v.q.p.r.d . na het verzoeten ;

2 . Voor het verzoeten overeenkomstig artikel 21 , lid 1 , sub b ) , van Verordening ( EEG ) nr . 816/70 :

a ) de hoeveelheid en het totale en het effectieve alcoholgehalte van de verwerkte tafelwijn of v.q.p.r.d . ;

b ) de hoeveelheid en het totale en het effectieve alcoholgehalte van de druivemost of de hoeveelheid en de graad van concentratie van de geconcentreerde druivemost die zal worden toegevoegd , naar gelang van het geval ;

c ) het totale en het effectieve alcoholgehalte van de tafelwijn of de v.q.p.r.d . na het verzoeten .

Artikel 4

1 . De in artikel 2 , lid 1 , bedoelde personen houden boek van de ontvangen en afgeleverde hoeveelheden en vermelden de hoeveelheden druivemost of geconcentreerde druivemost die zij in voorraad hebben voor het verzoeten .

2 . Tot communautaire bepalingen op het betrokken gebied zijn vastgesteld , nemen de Lid-Staten alle dienstige maatregelen om de naleving van de voorschriften inzake het verzoeten te waarborgen .

3 . Zij stellen de Commissie onverwijld in kennis van deze maatregelen .

Artikel 5

Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen .

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat .

Gedaan te Brussel , 7 augustus 1970 .

Voor de Commissie

De Voorzitter

Franco M . MALFATTI

( 1 ) PB nr . L 99 van 5 . 5 . 1970 , blz . 1 .

( 2 ) PB nr . L 143 van 1 . 7 . 1970 , S . 1 .

( 3 ) PB nr . L 99 van 5 . 5 . 1970 , blz . 20 .

Top