Pan-Europees persoonlijk pensioenproduct
SAMENVATTING VAN:
Verordening (EU) 2019/1238 inzake een pan-Europees persoonlijk pensioenproduct
WAT IS HET DOEL VAN DE VERORDENING?
- De verordening vormt de wettelijke basis voor het pan-Europees persoonlijk pensioenproduct* (PEPP), door te zorgen voor de normalisatie van de belangrijkste productkenmerken, zoals:
- transparantievereisten,
- beleggingsregels,
- het recht om naar andere aanbieders over te stappen, en
- de verschillende beleggingsopties.
- In de verordening worden ook eenvormige regels vastgesteld voor de registratie, ontwikkeling en distributie van en het toezicht op persoonlijke pensioenproducten die in de Europese Unie (EU) worden gedistribueerd onder de benaming PEPP.
- Het PEPP is een vrijwillige persoonlijke pensioenregeling die een aanvulling vormt op bestaande publieke pensioenstelsels en bedrijfspensioenstelsels en op nationale particuliere pensioenregelingen.
- De verordening is bedoeld om spaarders meer keuze te geven en hun meer concurrerende persoonlijke pensioenproducten te bieden bij het sparen voor hun pensioen, terwijl ze tegelijkertijd een sterke consumentenbescherming genieten.
KERNPUNTEN
Met de PEPP-verordening worden eenvormige regels vastgesteld voor de kernkenmerken van het PEPP, met name op de volgende kernpunten:
PEPP-aanbieders*
PEPP’s kunnen worden aangeboden door een groot aantal financiële instellingen, waaronder verzekeringsondernemingen, vermogensbeheerders, banken, bepaalde beleggingsondernemingen en bepaalde bedrijfspensioenfondsen.
PEPP-overeenkomst
In de verordening zijn de minimumeisen vastgesteld voor de inhoud van de overeenkomst tussen PEPP-aanbieders en PEPP-spaarders*.
Registratie van PEPP’s
- Aanbieders die een PEPP willen aanbieden, moeten een registratieprocedure doorlopen. De Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen registreert nieuwe PEPP’s in een centraal register, op basis van een beslissing van de nationale bevoegde autoriteiten. Zodra het product is geregistreerd, kan het worden aangeboden en gedistribueerd in de hele EU.
- In de verordening zijn de registratieprocedures voor PEPP’s, de omstandigheden voor het doorhalen van een PEPP en de bevoegdheden van de bevoegde autoriteiten van de EU-lidstaten van herkomst en ontvangst gedetailleerd beschreven.
EU-paspoort
Aanbieders en distributeurs van PEPP’s profiteren van een EU-paspoort waarmee zij PEPP’s kunnen verkopen in verschillende EU-lidstaten. Dankzij het paspoort hebben zij met één enkele productregistratie, die wordt afgegeven op basis van één enkele reeks regels, toegang tot de hele EU-markt.
Meeneembaarheid
- Bij het voorstellen van een PEPP verstrekt de PEPP-aanbieder of PEPP-distributeur potentiële PEPP-spaarders informatie over de meeneembaarheidsdienst* en over welke subrekeningen* onmiddellijk beschikbaar zijn.
- Wanneer PEPP-spaarders hun verblijfplaats verplaatsen naar een andere EU-lidstaat, kunnen zij blijven bijdragen aan hetzelfde PEPP, hetzij door een PEPP-subrekening te openen bij dezelfde PEPP-aanbieder in hun nieuwe land van verblijf (wanneer een dergelijke optie bij hun PEPP-aanbieder beschikbaar is), hetzij door te blijven bijdragen aan hun bestaande PEPP-subrekening. Indien hun PEPP-aanbieder niet voorziet in een dergelijke optie in hun nieuwe land van verblijf, hebben PEPP-spaarders het recht om onmiddellijk en kosteloos over te stappen naar een andere PEPP-aanbieder. PEPP-aanbieders moeten na een overgangsperiode van drie jaar ten minste twee subrekeningen openen.
Overstappen
PEPP-spaarders kunnen na een minimumperiode van vijf jaar na het afsluiten van de PEPP-overeenkomst naar andere PEPP-aanbieders overstappen, en, in geval van een latere overstap, vijf jaar na de meest recente overstap. De PEPP-aanbieder kan PEPP-spaarders toestaan om vaker van PEPP-aanbieder te wisselen. De vergoedingen en kosten voor de overstapdienst moeten beperkt zijn tot de werkelijke administratieve kosten die door de overdragende PEPP-aanbieder zijn gemaakt, en bedragen ten hoogste 0,5 % van de waarde van de overgedragen activa.
Beleggingsopties
- PEPP-aanbieders mogen PEPP-spaarders tot zes beleggingsopties aanbieden, waaronder de standaardbeleggingsoptie: het basis-PEPP*. Alle beleggingsopties moeten door PEPP-aanbieders worden ontworpen op basis van een garantie of risicolimiteringstechniek die afdoende bescherming biedt voor PEPP-spaarders.
- Voor het basis-PEPP moeten de PEPP-aanbieders het kapitaal van de PEPP-spaarders beschermen door een garantie of door risicolimiteringstechnieken die consistent zijn met de doelstelling om PEPP-spaarders in staat te stellen het kapitaal te recupereren. Kosten en vergoedingen voor het basis-PEPP mogen niet meer bedragen dan 1 % van het opgebouwde kapitaal per jaar.
- PEPP-spaarders hebben het recht om regelmatig van beleggingsoptie te veranderen om hun beleggingsstrategie aan te passen. Dit recht is kosteloos en kan worden uitgeoefend na minimaal vijf jaar na de toetreding tot een PEPP of, in geval van latere wijzigingen, na de laatste wijziging van de beleggingsoptie. PEPP-aanbieders kunnen PEPP-spaarders de mogelijkheid bieden om de beleggingsoptie vaker te wijzigen.
Soort uitbetalingen
- PEPP-aanbieders kunnen PEPP-spaarders een of meerdere soorten uitbetaling aanbieden (annuïteiten, vast bedrag, regelmatige onttrekkingen of een combinatie daarvan).
- PEPP-spaarders kunnen de vorm van uitbetaling voor de afbouwfase* kiezen wanneer zij een overeenkomst afsluiten en wanneer zij een nieuwe subrekening openen. De vorm van uitbetaling kan verschillen van subrekening tot subrekening. Indien PEPP-aanbieders verschillende vormen van uitbetaling bieden, mogen de PEPP-spaarders de vorm van uitbetaling voor iedere geopende subrekening wijzigen. Ze mogen dit een jaar vóór het begin van de afbouwfase, bij het begin van de afbouwfase en op het moment van de overstap doen.
Distributie van PEPP’s
- In de verordening zijn de voorwaarden uiteengezet waaronder PEPP-aanbieders en PEPP-distributeurs* PEPP’s mogen distribueren.
- De distributieregeling voor het PEPP volgt een sectorgewijze benadering. Verzekeringsondernemingen en verzekeringstussenpersonen die een PEPP distribueren, zijn onderworpen aan de richtlijn inzake verzekeringsdistributie (Richtlijn (EU) 2016/97), terwijl beleggingsondernemingen en andere PEPP-aanbieders en -distributeurs de regels uit de richtlijn betreffende markten voor financiële instrumenten (Richtlijn 2014/65/EU) zullen moeten toepassen.
Advies
- PEPP-aanbieders en PEPP-distributeurs zijn verplicht om potentiële PEPP-spaarders uitgebreid te adviseren voordat de PEPP-overeenkomst wordt ondertekend, zodat zij een gefundeerde beslissing kunnen nemen en het product kunnen kiezen dat het beste bij hun behoeften past. In het advies moet ook de gekozen beleggingsoptie worden behandeld, evenals gepersonaliseerde pensioenprojecties. Voor ondertekening van de overeenkomst moeten alle PEPP-aanbieders en -distributeurs PEPP-spaarders een test laten maken over hun pensioenwensen en -behoeften om te bepalen welke PEPP’s eventueel geschikt voor hen zijn. Deze test moet ook een specifieke controle omvatten om te bepalen of de PEPP-spaarders een annuïteiten-PEPP nodig hebben die hen voldoende beschermt tegen risico’s in verband met lange levensduur.
- Bovendien moeten PEPP-aanbieders voor het basis-PEPP aan het begin van de afbouwfase de PEPP-spaarders een verplicht gepersonaliseerd planningsadvies voor de pensionering geven, met een persoonlijke aanbeveling over de optimale vorm van uitbetaling.
Informatie
- Om voor een hoog niveau van transparantie te zorgen, is in de verordening bepaald dat PEPP-spaarders het volgende moeten ontvangen:
- om te zorgen voor optimale consumentenbescherming krijgen PEPP-spaarders niet de mogelijkheid om voorafgaand aan het sluiten van de overeenkomst, af te zien van essentiële informatie over het product door middel van een gestandaardiseerd document (te weten het PEPP-essentiële-informatiedocument);
- elk jaar: een PEPP-overzicht met belangrijke informatie over de ontwikkeling van hun spaargeld.
- Met name de kosten en vergoedingen moeten volledig transparant zijn.
- De Europese Commissie moet de details van de presentatie van de informatie in het PEPP-essentiële-informatiedocument en het PEPP-overzicht in technische reguleringsnormen nader specificeren.
Duurzaamheidsfactoren
- PEPP-aanbieders worden aangemoedigd om rekening te houden met milieu-, sociale en governancefactoren (MSG-factoren)*.
- PEPP-aanbieders dienen PEPP-spaarders te voorzien van informatie, indien beschikbaar, over de prestaties van de beleggingen van de PEPP-aanbieder wat betreft MSG-factoren.
- Ze dienen PEPP-spaarders in het PEPP-overzicht ook informatie te verstrekken over de wijze waarop in het beleggingsbeleid rekening wordt gehouden met MSG-factoren. Conform de “prudent person”-regel houden PEPP-aanbieders rekening met de risico’s die verband houden met het mogelijke langetermijneffect van beleggingsbeslissingen op MSG-factoren.
Toezicht
De nationale bevoegde autoriteiten van de PEPP-aanbieders en -distributeurs moeten toezicht houden op de naleving van de PEPP-verordening. De Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen heeft echter productinterventiebevoegdheden die haar in staat stellen doeltreffende, EU-brede maatregelen te nemen in het geval van ernstige zorgen wat betreft de bescherming van PEPP-spaarders, of in het geval van een bedreiging van de ordentelijke werking en integriteit van financiële markten of van de stabiliteit van het gehele stelsel van de EU of delen daarvan, die door de nationale bevoegde autoriteiten niet adequaat worden aangepakt.
VANAF WANNEER IS DE VERORDENING VAN TOEPASSING?
Deze is sinds 22 maart 2022 van toepassing.
ACHTERGROND
Zie voor meer informatie:
KERNBEGRIPPEN
Persoonlijk pensioenproduct. Een product dat gebaseerd is op een overeenkomst op vrijwillige basis tussen een individuele spaarder en een entiteit, en een aanvulling vormt op elk pensioenproduct in het kader van een wettelijk of bedrijfspensioen. Het voorziet in de langetermijnopbouw van kapitaal met als expliciet doel een inkomen te verstrekken bij de pensionering en met beperkte mogelijkheden voor vervroegde opname vóór pensionering. Het is geen pensioenproduct in het kader van een wettelijk pensioen of bedrijfspensioen.
PEPP-aanbieder. Een financiële onderneming die gemachtigd is om een PEPP te ontwikkelen en te distribueren.
PEPP-spaarder. Een persoon die een PEPP-overeenkomst met een PEPP-aanbieder heeft gesloten.
Meeneembaarheidsdienst. Een dienst die PEPP-spaarders het recht geeft te blijven bijdragen aan hun bestaande PEPP-rekening nadat zij hun verblijfplaats naar een andere EU-lidstaat hebben verplaatst.
Subrekening. Een nationaal segment dat binnen elke PEPP-rekening wordt geopend en voldoet aan de wettelijke eisen en voorwaarden voor het gebruik van eventuele stimulansen die op nationaal niveau voor het beleggen in een PEPP zijn vastgesteld door de lidstaat van verblijf van de PEPP-spaarder. Bijgevolg kan iedereen een PEPP-spaarder of een PEPP-gerechtigde in elke subrekening zijn, afhankelijk van de desbetreffende wettelijke vereisten voor de opbouwfase en afbouwfase. De opbouwfase is de periode waarin de activa worden opgebouwd op een PEPP-rekening en die in de regel loopt tot de afbouwfase start.
Basis-PEPP. Alle PEPP-aanbieders zullen een betaalbare standaardbeleggingsoptie (het “basis-PEPP”) moeten aanbieden met kosten en vergoedingen die ten hoogste 1 % van het opgebouwde kapitaal per jaar bedragen.
Afbouwfase. De periode waarin de op een PEPP-rekening opgebouwde activa kunnen worden aangesproken om pensioen- of andere inkomensbehoeften te financieren.
PEPP-distributeur. Een financiële onderneming die gemachtigd is om niet door haar ontwikkelde PEPP’s te distribueren, een beleggingsonderneming die beleggingsadvies verleent, of een verzekeringstussenpersoon.
Milieu-, sociale en governancefactoren (MSG-factoren). Een reeks criteria die maatschappelijk bewuste beleggers gebruiken om potentiële beleggingen te screenen, om te verzekeren dat ze de principes van duurzame ontwikkeling ondersteunen. Milieucriteria hebben betrekking op de manier waarop een bedrijf presteert als rentmeester van de natuur. Met sociale criteria wordt gekeken naar de manier waarop het bedrijf de relaties beheert met medewerkers, leveranciers, klanten en de gemeenschappen waarin het actief is. Governancecriteria hebben betrekking op zaken als zakelijk leiderschap en de manier waarop het bedrijf de beloning van bestuurders, audits, interne controles en aandeelhoudersrechten benadert.
BELANGRIJKSTE DOCUMENT
Verordening (EU) 2019/1238 van het Europees Parlement en de Raad van 20 juni 2019 inzake een pan-Europees persoonlijk pensioenproduct (PEPP) (PB L 198 van 25.7.2019, blz. 1-63).
GERELATEERDE DOCUMENTEN
Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2021/895 van de Commissie van 24 februari 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/1238 van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot productinterventie (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 1-4)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/896 van de Commissie van 24 februari 2021 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/1238 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft aanvullende informatie ten behoeve van de convergentie in de toezichtrapportage (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 5-6)
Uitvoeringsverordening (EU) 2021/897 van de Commissie van 4 maart 2021 tot vaststelling van technische uitvoeringsnormen voor de toepassing van Verordening (EU) 2019/1238 van het Europees Parlement en de Raad wat betreft het format van de toezichtrapportage aan de bevoegde autoriteiten en de samenwerking en informatie-uitwisseling tussen bevoegde autoriteiten onderling en met de Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (PB L 197 van 4.6.2021, blz. 7-66)
Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/473 van de Commissie van 18 december 2020 tot aanvulling van Verordening (EU) 2019/1238 van het Europees Parlement en de Raad met technische reguleringsnormen tot nadere bepaling van de vereisten voor informatiedocumenten, voor de in het kostenplafond begrepen kosten en vergoedingen, en voor risicolimiteringstechnieken voor het pan-Europees persoonlijk pensioenproduct (PB L 99 van 22.3.2021, blz. 1-33)
Aanbeveling van de Commissie van 29.6.2017 betreffende de fiscale behandeling van persoonlijke pensioenproducten, met inbegrip van het pan-Europees persoonlijk pensioenproduct (C(2017) 4393 final van 29.6.2017)
Richtlijn (EU) 2016/97 van het Europees Parlement en de Raad van 20 januari 2016 betreffende verzekeringsdistributie (herschikking) (PB L 26 van 2.2.2016, blz. 19-59)
Achtereenvolgende wijzigingen in Richtlijn (EU) 2016/97 werden in de basistekst opgenomen. Deze geconsolideerde versie is enkel van documentaire waarde.
Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PB L 173 van 12.6.2014, blz. 349-496)
Zie de geconsolideerde versie.
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s — Actieplan voor de opbouw van een kapitaalmarktunie (COM(2015) 468 final van 30.9.2015)
Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie (PB L 331 van 15.12.2010, blz. 48-83)
Zie de geconsolideerde versie.
Laatste bijwerking 01.07.2022