EUR-Lex Access to European Union law
This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32009D0502
2009/502/EC: Council Decision of 19 January 2009 on the conclusion on behalf of the Community of the Agreement on scientific and technological cooperation between the European Community and the Government of New Zealand
2009/502/EG: Besluit van de Raad van 19 januari 2009 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland
2009/502/EG: Besluit van de Raad van 19 januari 2009 betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland
PB L 171 van 1.7.2009, p. 27–27
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(HR)
In force
ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2009/502/oj
1.7.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 171/27 |
BESLUIT VAN DE RAAD
van 19 januari 2009
betreffende de sluiting namens de Europese Gemeenschap van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland
(2009/502/EG)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 170 in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, en artikel 300, lid 3, eerste alinea,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Gezien het advies van het Europees Parlement (1),
OVERWEGENDE HETGEEN VOLGT:
(1) |
De Commissie heeft namens de Gemeenschap met de regering van Nieuw-Zeeland onderhandeld over een Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking. |
(2) |
Deze overeenkomst is, behoudens sluiting ervan op een latere datum, op 16 juli 2008 in Brussel ondertekend. |
(3) |
De overeenkomst dient te worden goedgekeurd, |
BESLUIT:
Artikel 1
De Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland (hierna de „overeenkomst” genoemd) wordt namens de Europese Gemeenschap goedgekeurd.
Artikel 2
De Commissie vertegenwoordigt de Gemeenschap en neemt het standpunt van de Gemeenschap aan dat in het bij artikel 6, lid 1, van de overeenkomst opgerichte Gemengd Comité inzake wetenschappelijke en technische samenwerking ten aanzien van technische wijzigingen van de overeenkomst in overeenstemming met artikel 6, lid 3, onder c, van de overeenkomst moet worden ingenomen.
Artikel 3
De voorzitter van de Raad verricht namens de Europese Gemeenschap de in artikel 13, lid 1, van de overeenkomst bedoelde kennisgeving.
Gedaan te Brussel, 19 januari 2009.
Voor de Raad
De voorzitter
P. GANDALOVIČ
(1) Advies uitgebracht op 21 oktober 2008 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
1.7.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 171/28 |
OVEREENKOMST
inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland
DE EUROPESE GEMEENSCHAP (hierna de „Gemeenschap” genoemd),
en
DE REGERING VAN NIEUW-ZEELAND,
hierna samen „de partijen” genoemd,
OVERWEGENDE dat de partijen op een aantal gebieden van gemeenschappelijk belang activiteiten inzake onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie verrichten, en zich bewust van de snelle uitbreiding van de wetenschappelijke kennis en de positieve bijdrage ervan tot het bevorderen van bilaterale en internationale samenwerking,
VASTSTELLENDE dat er in het kader van de Regeling tussen de Commissie van de Europese Gemeenschappen en de regering van Nieuw-Zeeland voor samenwerking op het gebied van wetenschap en technologie van 17 mei 1991 op een aantal wetenschappelijke en technologische gebieden samenwerking en informatie-uitwisseling heeft plaatsgevonden,
WENSENDE het terrein van de wetenschappelijke en technologische samenwerking op een aantal gebieden van gemeenschappelijk belang te verbreden door het opzetten van een productief partnerschap voor vreedzame doeleinden en wederzijds voordeel,
VASTSTELLENDE dat deze samenwerking en de toepassing van de resultaten van deze samenwerking zullen bijdragen tot de economische en sociale ontwikkeling van de partijen, en
VERLANGENDE een formeel kader in te stellen voor de uitvoering van de algemene samenwerkingsactiviteiten die de samenwerking op het gebied van „wetenschap en technologie” tussen de partijen zullen versterken,
HEBBEN OMTRENT HET VOLGENDE OVEREENSTEMMING BEREIKT:
Artikel 1
Definities
Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:
1. „Samenwerkingsactiviteiten”: zowel directe als indirecte samenwerkingsactiviteiten.
2. „Directe samenwerkingsactiviteiten”: door de partijen of hun uitvoerende organen op het gebied van wetenschap en technologie uitgevoerde samenwerkingsactiviteiten.
3. „Indirecte samenwerkingsactiviteiten”: samenwerkingsactiviteiten buiten directe samenwerkingsactiviteiten op het gebied van wetenschap en technologie die door de regering van Nieuw-Zeeland of deelnemers van Nieuw-Zeeland enerzijds en de Gemeenschap of deelnemers van de Gemeenschap anderzijds worden uitgevoerd door middel van:
4. „Intellectuele eigendom”: hetgeen eronder verstaan wordt in artikel 2 van het Verdrag tot oprichting van de Wereldorganisatie voor intellectuele eigendom, gedaan te Stockholm op 14 juli 1967.
5. „Deelnemer”: elke gewoonlijk in Nieuw-Zeeland of de Gemeenschap residerende natuurlijke persoon of in Nieuw-Zeeland of in de Gemeenschap gevestigde rechtspersoon die rechtspersoonlijkheid bezit, in eigen naam aanspraak kan maken op rechten en onderworpen is aan verplichtingen van welke aard dan ook en geen van de partijen omvat. Om elke twijfel te vermijden: Nieuw-Zeelandse kroonentiteiten zijn deelnemers en vallen niet onder „partij”. Het Gemeenschappelijk Centrum voor onderzoek (GCO) van de Europese Gemeenschap kan de twee hoedanigheden aannemen: die van deelnemer voor de deelname aan indirecte samenwerkingsactiviteiten, en die van uitvoerend orgaan voor de uitvoering van directe samenwerkingsactiviteiten.
Artikel 2
Doel en beginselen
1. De partijen bevorderen, ontwikkelen en vergemakkelijken samenwerkingsactiviteiten voor vreedzame doeleinden in overeenstemming met deze overeenkomst en de wet- en regelgeving van beide partijen.
2. Samenwerkingsactiviteiten worden uitgevoerd op basis van de volgende beginselen:
a) |
wederzijdse en billijke bijdragen en voordelen; |
b) |
wederzijdse toegang voor de deelnemers tot door de andere partij geleide of gefinancierde onderzoeksprogramma’s; |
c) |
tijdige uitwisseling van informatie die betrekking kan hebben op samenwerkingsactiviteiten; |
d) |
bevordering van kennisverenigingen voor de economische en sociale ontwikkeling van beide partijen, en |
e) |
bescherming van intellectuele-eigendomsrechten overeenkomstig artikel 8. |
Artikel 3
Samenwerkingsactiviteiten
1. Directe samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst kunnen omvatten:
a) |
bijeenkomsten in verschillende vormen, inclusief bijeenkomsten van deskundigen, om te discussiëren en informatie uit te wisselen over wetenschappelijke en technologische onderwerpen van algemene of specifieke aard en om projecten en programma’s voor onderzoek en ontwikkeling aan te wijzen die in samenwerkingverband kunnen worden ondernomen; |
b) |
uitwisseling van informatie over activiteiten, beleidslijnen, praktijken, wet- en regelgeving betreffende onderzoek en ontwikkeling; |
c) |
bezoeken en uitwisselingen van wetenschappers, technisch personeel en andere deskundigen over algemene of specifieke onderwerpen, en |
d) |
andere vormen van activiteiten op het gebied van wetenschap en technologie, inclusief uitvoering van samenwerkingsprojecten en -programma’s waartoe door het in artikel 6 bedoelde Gemengd Comité kan worden besloten, in overeenstemming met de respectieve wet- en regelgeving van de partijen. |
2. Met het oog op de ontwikkeling van indirecte samenwerkingsactiviteiten kan elke Nieuw-Zeelandse deelnemer of deelnemer van de Gemeenschap, met instemming van de andere deelnemers aan dat programma of project en in overeenstemming met de respectieve wet- en regelgeving van de partijen en de relevante regels voor deelname aan deze programma’s of projecten, deelnemen aan alle onderzoeksprogramma’s of -projecten die door de andere partij worden geleid of gefinancierd.
3. Binnen het kader van deze overeenkomst poogt, ingeval de ene partij met een deelnemer van de andere partij een contract voor een indirecte samenwerkingsactiviteit sluit, de andere partij op verzoek alle redelijke en mogelijke bijstand te verstrekken die voor de eerste partij nodig of nuttig kan zijn voor de vlotte uitvoering van dit contract.
4. De coördinatie en vergemakkelijking van samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst gebeuren namens Nieuw-Zeeland door het ministerie van Onderzoek, wetenschap en technologie of de rechtsopvolger ervan en namens de Gemeenschap door de diensten van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, die als uitvoerend orgaan optreden.
Artikel 4
Uitvoeringsregelingen
1. In voorkomende gevallen kunnen samenwerkingsactiviteiten plaatsvinden ingevolge uitvoeringsregelingen tussen de partijen of tussen de Commissie en Nieuw-Zeelandse organisaties die namens de Nieuw-Zeelandse regering onderzoeksprogramma’s of -projecten financieren. In deze regelingen kunnen worden vastgesteld:
a) |
de aard en duur van samenwerking op een specifiek gebied of voor een specifiek doel; |
b) |
de behandeling van door de samenwerking gegenereerde intellectuele-eigendomsrechten, in overeenstemming met de overeenkomst; |
c) |
alle toepasselijke financieringsverbintenissen; |
d) |
de toewijzing van kosten in verband met de samenwerking, en |
e) |
alle andere relevante zaken. |
2. Bij de inwerkingtreding van deze overeenkomst reeds aan de gang zijnde samenwerkingsactiviteiten vallen vanaf die datum onder deze overeenkomst.
Artikel 5
Toelating van personeel en apparatuur
Elke partij vergemakkelijkt, overeenkomstig de relevante wet- en regelgeving van de partijen en EU-lidstaten, het binnenkomen en verlaten van haar grondgebied van bij samenwerkingsactiviteiten betrokken of gebruikt personeel, materiaal en uitrusting.
Artikel 6
Gemengd Comité
1. Voor het verzekeren van de effectieve uitvoering van deze overeenkomst richten de uitvoerende organen een Gemengd Comité voor wetenschappelijke en technologische samenwerking op (hierna „het Gemengd Comité” genoemd). Het Gemengd Comité bestaat uit vertegenwoordigers van elke partij en wordt samen voorgezeten door vertegenwoordigers van beide partijen.
2. Het Gemengd Comité vergadert ten minste om de twee jaar afwisselend in Nieuw-Zeeland en de Gemeenschap.
3. Het Gemengd Comité heeft tot taak:
a) |
uitwisselen van zienswijzen en informatie over wetenschappelijke en technologische beleidskwesties; |
b) |
doen van aanbevelingen aan de partijen met betrekking tot de uitvoering van deze overeenkomst, inclusief de aanwijzing en aanbeveling van toevoegingen aan de in artikel 3 genoemde samenwerkingsactiviteiten en concrete maatregelen voor het verbeteren van de in artikel 3, lid 2, bedoelde wederzijdse toegang; |
c) |
aanbrengen, behoudens de binnenlandse goedkeuringsprocedures van elke partij, van technische wijzigingen van deze overeenkomst naarmate dit vereist kan zijn, en |
d) |
tijdens elke vergadering evalueren van en rapporteren aan de partijen over de status, de prestaties en de effectiviteit van samenwerkingsactiviteiten, inclusief de wederzijdse toegang als bedoeld in artikel 3, lid 2, en de regelingen voor gastonderzoekers van elke partij. |
4. Het Gemengd Comité stelt zijn reglement van orde vast. Zijn besluiten komen bij consensus tot stand.
5. De uitgaven van vertegenwoordigers in vergaderingen van het Gemengd Comité, zoals reis- en verblijfskosten, worden gedragen door de partijen waarop deze betrekking hebben. Alle andere kosten in verband met deze bijeenkomsten worden gedragen door de gastpartij.
Artikel 7
Financiering
1. Deze overeenkomst wordt door elke partij uitgevoerd onder voorbehoud van de beschikbaarheid van gereserveerde middelen en de toepasselijke wet- en regelgeving van die partij.
2. De kosten van samenwerkingsactiviteiten worden gedragen zoals door de betrokken deelnemers of partijen besloten.
3. Wanneer de ene partij in verband met indirecte samenwerkingsactiviteiten financiële ondersteuning aan deelnemers van de andere partij verschaft, worden alle subsidies en financiële of andere bijdragen van de financierende partij aan deelnemers van de andere partij ter ondersteuning van die activiteiten toegekend vrij van belastingen overeenkomstig de relevante wet- en regelgeving die op het moment dat deze subsidies en financiële of andere bijdragen worden toegekend van kracht is op de grondgebieden van elke partij.
Artikel 8
Informatie en intellectuele-eigendomsrechten
1. Wetenschappelijke en technologische niet-eigendomsrechtelijk beschermde informatie die voortkomt uit samenwerkingsactiviteiten kan door elke partij langs de gebruikelijke kanalen en in overeenstemming met haar algemene procedures voor het publiek beschikbaar worden gesteld.
2. Elke partij verzekert dat haar behandeling van de rechten en verplichtingen inzake intellectuele eigendom van deelnemers aan indirecte samenwerkingsactiviteiten en de gerelateerde rechten en verplichtingen die uit deze deelname voortkomen verenigbaar zijn met de relevante wet- en regelgeving en internationale verdragen, inclusief de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van het intellectuele eigendom, bijlage 1C van de Overeenkomst van Marrakesh tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie alsmede de Akte van Parijs van 24 juli 1971 van de Berner Conventie voor de bescherming van werken van letterkunde en kunst en de Akte van Stockholm van 14 juli 1967 van het Verdrag van Parijs tot bescherming van het industriële eigendom.
3. Elke partij verzekert dat de deelnemers aan indirecte samenwerkingsactiviteiten van de andere partij ten aanzien van intellectuele eigendom dezelfde behandeling krijgen als de deelnemers van de ene partij op grond van de relevante regels voor deelname van elk onderzoeksprogramma of -project of haar toepasselijke wet- en regelgeving krijgen.
Artikel 9
Territoriale toepassing
Deze overeenkomst is van toepassing:
a) |
op de grondgebieden waar het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap geldt, onder de in dat Verdrag vastgestelde voorwaarden, en |
b) |
op het grondgebied van Nieuw-Zeeland. |
Dit vormt geen beletsel voor de uitvoering van samenwerkingsactiviteiten op open zee, in de ruimte of op het grondgebied van derde landen volgens de regels van internationaal recht.
Artikel 10
Andere overeenkomsten en regeling van geschillen
1. De bepalingen van deze overeenkomst doen geen afbreuk aan de rechten en verplichtingen van de partijen op grond van bestaande en/of toekomstige overeenkomsten tussen de partijen, of tussen een lidstaat van de Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland.
2. Alle vraagstukken of geschillen in verband met de interpretatie of uitvoering van deze overeenkomst worden door de partijen in overleg geregeld.
Artikel 11
Status van de bijlage
De bijlage bij deze overeenkomst vormt een niet-bindende regeling tussen de uitvoerende organen betreffende intellectuele-eigendomsrechten en andere eigendomsrechten die in de loop van directe samenwerkingsactiviteiten ontstaan of ingevoerd worden.
Artikel 12
Wijzigingen
Uitgezonderd wat betreft de technische wijzigingen door het Gemengd Comité op grond van artikel 6, lid 3, onder c), mag deze overeenkomst met wederzijdse instemming van de partijen worden gewijzigd door middel van de uitwisseling van diplomatieke nota’s. Tenzij door de partijen anders overeengekomen, treedt een wijziging in werking op de datum waarop de partijen diplomatieke nota’s uitwisselen waarin zij elkaar op de hoogte brengen dat hun respectieve interne procedures voor de inwerkingtreding van de wijziging zijn voltooid.
Artikel 13
Inwerkingtreding en opzegging
1. Deze overeenkomst treedt in werking op de datum waarop de partijen diplomatieke nota’s uitwisselen waarin zij elkaar meedelen dat hun voor de inwerkingtreding van deze overeenkomst vereiste respectieve interne procedures zijn voltooid.
2. Deze overeenkomst blijft van kracht gedurende een eerste periode van vijf jaar. Tenzij een van de twee partijen de andere ervan in kennis stelt dat deze overeenkomst aan het einde van de eerste periode ten einde loopt, blijft deze overeenkomst na de eerste periode van kracht totdat een van de twee partijen aan de andere partij schriftelijk kennisgeving doet van haar voornemen deze overeenkomst op te zeggen. In dat geval treedt deze overeenkomst buiten werking zes maanden na de ontvangst van die kennisgeving.
3. De opzegging van deze overeenkomst heeft geen invloed op de samenwerkingsactiviteiten die op het moment van de opzegging van deze overeenkomst niet volledig zijn uitgevoerd, noch op specifieke rechten en verplichtingen die zijn ontstaan met inachtneming van de bijlage bij deze overeenkomst.
TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, hiertoe volgens de regels gemachtigd door de Europese Gemeenschap respectievelijk de regering van Nieuw-Zeeland, deze overeenkomst hebben ondertekend.
GEDAAN in tweevoud te Brussel, de zestiende juli tweeduizend acht in de Engelse, de Bulgaarse, de Tsjechische, de Deense, de Nederlandse, de Estse, de Finse, de Franse, de Duitse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Poolse, de Portugese, de Roemeense, de Slowaakse, de Sloveense, de Spaanse en de Zweedse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.
Съставено в Брюксел на шестнадесети юли две хиляди и осма година.
Hecho en Bruselas, el dieciséis de julio de dos mil ocho.
V Bruselu dne šestnáctého července dva tisíce osm.
Udfærdiget i Bruxelles den sekstende juli to tusind og otte.
Geschehen zu Brüssel am sechzehnten Juli zweitausendacht.
Kahe tuhande kaheksanda aasta juulikuu kuueteistkümnendal päeval Brüsselis.
Έγινε στις Βρυξέλλες, στις δεκαέξι Ιουλίου δύο χιλιάδες οκτώ.
Done at Brussels on the sixteenth day of July in the year two thousand and eight.
Fait à Bruxelles, le seize juillet deux mille huit.
Fatto a Bruxelles, addì sedici luglio duemilaotto.
Briselē, divtūkstoš astotā gada sešpadsmitajā jūlijā.
Priimta du tūkstančiai aštuntų metų liepos šešioliktą dieną Briuselyje.
Kelt Brüsszelben, a kétezer-nyolcadik év július tizenhatodik napján.
Magħmul fi Brussell, fis-sittax-il jum ta’ Lulju tas-sena elfejn u tmienja.
Gedaan te Brussel, de zestiende juli tweeduizend acht.
Sporządzono w Brukseli, dnia szesnastego lipca roku dwa tysiące ósmego.
Feito em Bruxelas, em dezasseis de Julho de dois mil e oito.
Întocmit la Bruxelles, la data de șaisprezece iulie două mii opt.
V Bruseli šestnásteho júla dvetisícosem.
V Bruslju, dne šestnajstega julija leta dva tisoč osem.
Tehty Brysselissä kuudentenatoista päivänä heinäkuuta vuonna kaksituhattakahdeksan.
Som skedde i Bryssel den sextonde juli tjugohundraåtta.
За Европейската общност
Por la Comunidad Europea
Za Evropské společenství
På vegne af Det Europæiske Fællesskab
Für die Europäische Gemeinschaft
Euroopa Ühenduse nimel
Για την Ευρωπαϊκή Κοινότητα
For the European Community
Pour la Communauté européenne
Per la Comunità europea
Eiropas Kopienas vārdā
Europos bendrijos vardu
Az Európai Közösség részéről
Għall-Komunitá Ewropea
Voor de Europese Gemeenschap
W imieniu Wspólnoty Europejskiej
Pela Comunidade Europeia
Pentru Comunitatea Europeană
Za Európske spoločenstvo
Za Evropsko skupnost
Euroopan yhteisön puolesta
På Europeiska gemenskapen
За правителството на Нова Зеландия
Por el Gobierno de Nueva Zelanda
Za vládu Nového Zélandu
På vegne af New Zealands regering
Für die Regierung Neuseelands
Uus-Meremaa valitsuse nimel
Για την κυβέρνηση της Νέας Ζηλανδίας
For the Government of New Zealand
Pour le gouvernement de la Nouvelle-Zélande
Per il governo della Nuova Zelanda
Jaunzēlandes valdības vārdā
Naujosios Zelandijos Vyriausybės vardu
Új-Zéland kormánya részéről
Għall-Gvern ta’ New Zealand
Voor de regering van Nieuw-Zeeland
W imieniu rządu Noweij Zelandii
Pelo Governo da Nova Zelândia
Pentru Guvernul Noii Zeelande
Za vládu Nového Zélandu
Za vlado Nove Zelandije
Uuden-Seelannin hallituksen puolesta
För Nya Zeelands regering
BIJLAGE
Regeling betreffende intellectuele-eigendomsrechten en andere eigendomsrechten die in de loop van directe samenwerkingsactiviteiten door Nieuw-Zeeland en de Europese Gemeenschap ontstaan of ingevoerd worden
Het ministerie van Onderzoek, wetenschap en technologie, en de Commissie van de Europese Gemeenschappen („de uitvoerende organen”) hebben in overeenstemming met artikel 11 van de Overeenkomst inzake wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van Nieuw-Zeeland („de overeenkomst”) de volgende afspraken bereikt betreffende de bescherming van intellectuele-eigendomsrechten die in de loop van directe samenwerkingsactiviteiten (als gedefinieerd in artikel 1 van de overeenkomst) op grond van de overeenkomst ontstaan of ingevoerd worden:
1. |
Tenzij door de uitvoerende organen onderling anders besloten, zijn de volgende regels van toepassing op intellectuele-eigendomsrechten die door de partijen in de loop van directe samenwerkingsactiviteiten gecreëerd of ingevoerd worden:
|
2. |
Tenzij door de uitvoerende organen onderling anders besloten, zijn de volgende regels van toepassing op auteursrechten en gerelateerde rechten van de partijen die door de partijen in de loop van directe samenwerkingsactiviteiten gecreëerd of ingevoerd worden.
|
3. |
Tenzij door de uitvoerende organen onderling anders besloten, wordt elke intellectuele eigendom op grond van de leden 1 en 2 verleend zonder enige, expliciete of impliciete, garantie inclusief garanties ten aanzien van geschiktheid voor een bepaald doel, titel of niet-inbreuk. |
4. |
Tenzij door de uitvoerende organen onderling anders besloten, zijn de volgende regels van toepassing op geheime informatie van de partijen:
|
5. |
Deze regeling kan worden gewijzigd met schriftelijke wederzijdse toestemming van de uitvoerende organen. |
6. |
Deze regeling treedt in werking op de dag dat de overeenkomst van kracht wordt. |