EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31994L0060

Richtlijn 94/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 1994 tot veertiende wijziging van Richtlijn 76/769/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten

PB L 365 van 31.12.1994, p. 1–9 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/05/2009

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1994/60/oj

31994L0060

Richtlijn 94/60/EG van het Europees Parlement en de Raad van 20 december 1994 tot veertiende wijziging van Richtlijn 76/769/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten

Publicatieblad Nr. L 365 van 31/12/1994 blz. 0001 - 0009
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 0273
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 13 Deel 29 blz. 0273


RICHTLIJN 94/60/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 20 december 1994 tot veertiende wijziging van Richtlijn 76/769/EEG betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der Lid-Staten inzake de beperking van het op de markt brengen en van het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen en preparaten

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, inzonderheid op artikel 100 A,

Gezien het voorstel van de Commissie (1),

Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (2),

Overeenkomstig de procedure van artikel 189 B van het Verdrag (3),

Overwegende dat de maatregelen moeten worden vastgesteld die ertoe zijn bestemd de interne markt tot stand te brengen; dat de interne markt een ruimte zonder binnengrenzen omvat, waarin het vrije verkeer van goederen, personen, diensten en kapitaal is gewaarborgd;

Overwegende dat de werkzaamheden betreffende de interne markt mede zouden moeten leiden tot een verbetering van de kwaliteit van het bestaan en van de bescherming van de gezondheid en veiligheid van de consument; dat de bij deze richtlijn vast te stellen maatregelen aansluiten bij de Resolutie van de Raad van 9 november 1989 betreffende toekomstige prioriteiten voor de stimulering van het beleid inzake consumentenbescherming (4);

Overwegende dat de Raad en de Vertegenwoordigers van de Regeringen van de Lid-Staten, in het kader van de Raad bijeen, hun goedkeuring hebben gehecht aan Besluit 90/238/Euratom, EGKS, EEG (5) betreffende een actieplan 1990-1994 in het kader van het programma "Europa tegen kanker";

Overwegende dat de stoffen die in bijlage I bij Richtlijn 67/548/EEG (6) zijn opgenomen en die als "kankerverwekkende stoffen van de categorie 1 of 2" zijn ingedeeld, kanker kunnen veroorzaken; dat deze stoffen en de preparaten die deze bevatten, met het oog op een betere bescherming van de gezondheid niet in de handel dienen te worden gebracht voor gebruik door het grote publiek;

Overwegende dat de stoffen die in bijlage I bij Richtlijn 67/548/EEG zijn opgenomen en die als "mutagene stoffenvan de categorie 1 of 2" zijn ingedeeld, erfelijke genetische schade kunnen veroorzaken; dat deze stoffen en de preparaten die deze bevatten, met het oog op een betere bescherming van de gezondheid niet in de handel dienen te worden gebracht voor gebruik door het grote publiek;

Overwegende dat de stoffen die in bijlage I bij Richtlijn 67/548/EEG zijn opgenomen en die als "voor de voortplanting vergiftige stoffen van categorie 1 of 2" zijn ingedeeld, geboorteafwijkingen kunnen veroorzaken; dat deze stoffen en de preparaten die deze bevatten, met het oog op een betere bescherming van de gezondheid niet in de handel dienen te worden gebracht voor gebruik door het grote publiek;

Overwegende dat dergelijke stoffen om redenen van transparantie en duidelijkheid volgens een erkende nomenclatuur moeten worden vermeld, bij voorkeur die van de IUPAC (International Union of Pure and Applied Chemistry); dat bijlage I van Richtlijn 67/548/EEG (lijst van gevaarlijke stoffen) op gezette tijden wordt bijgewerkt door aanpassing aan de technische vooruitgang; dat de Commissie uiterlijk zes maanden na de bekendmaking van zo'n aanpassing aan de technische vooruitgang in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen bij het Europees Parlement en de Raad een voorstel moet indienen voor een richtlijn houdende opneming van nieuwe stoffen, in te delen als kankerverwekkende stoffen van categorie 1 of 2, mutagene stoffen van categorie 1 of 2 of voor de voortplanting vergiftige stoffen van categorie 1 of 2, teneinde de onderhavige richtlijn bij te werken;

Overwegende dat in dat voorstel rekening dient te worden gehouden met de voordelen en gevaren van die stoffen, alsmede met de communautaire wettelijke voorschriften op het gebied van risicoanalyses;

Overwegende dat in bijlage I bij Richtlijn 67/548/EEG specifieke concentratiegrenzen voor deze stoffen zijn vastgesteld en dat waar dergelijke grenswaarden ontbreken bijlage I, tabel VI, bij Richtlijn 88/379/EEG (1) algemene concentratiegrenzen geeft voor preparaten die deze stoffen bevatten;

Overwegende dat creosoot, zoals gedefinieerd in de bijlage bij deze richtlijn, schadelijk voor de gezondheid kan zijn vanwege het gehalte aan stoffen waarvan bekend is dat zij kankerverwekkend zijn; dat het gebruik van creosoot voor de behandeling van hout en het in de handel brengen en het gebruik van met creosoot behandeld hout daarom dienen te worden beperkt;

Overwegende dat sommige bestanddelen van creosoot slecht afbreekbaar zijn en negatieve effecten op organismen in het milieu hebben; dat deze bestanddelen ten gevolge van het gebruik van behandeld hout in het milieu terecht kunnen komen;

Overwegende dat sommige gechloreerde oplosmiddelen een gevaar voor de gezondheid vormen en daarom voor het grote publiek niet als stof of preparaat in de handel verkrijgbaar dienen te zijn;

Overwegende dat bij de in deze richtlijn vastgestelde beperkingen van het gebruik van creosoot voor de behandeling van hout, het in de handel brengen en het gebruik van met creosoot behandeld hout en het in de handel brengen en het gebruik van gechloreerde oplosmiddelen is uitgegaan van de huidige stand van kennis en techniek op het gebied van veiligere alternatieven;

Overwegende dat de beperkingen die bepaalde Lid-Staten reeds aan het gebruik of aan het in de handel brengen van bovengenoemde stoffen of van de preparaten die deze bevatten hebben gesteld, rechtstreekse gevolgen hebben voor de totstandkoming en de werking van de interne markt; dat een onderlinge aanpassing van de wettelijke bepalingen van de Lid-Staten op dit gebied daarom noodzakelijk is en dat bijlage I bij Richtlijn 76/769/EEG (2) derhalve dient te worden gewijzigd;

Overwegende dat deze richtlijn de communautaire wetgeving waarin minimumvoorschriften voor de bescherming van werknemers worden vastgelegd, vervat in Richtlijn 89/391/EEG (3) en de daarop gebaseerde specifieke richtlijnen, met name Richtlijn 90/394/EEG (4), onverlet laat,

HEBBEN DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

Bijlage I bij Richtlijn 76/769/EEG wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlagen bij de onderhavige richtlijn.

Artikel 2

1. De Lid-Staten dragen zorg voor aanneming en bekendmaking van de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen om uiterlijk één jaar na de aanneming van deze richtlijn aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Zij passen deze bepalingen toe met ingang van 20 juni 1995.

2. Wanneer de Lid-Staten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de Lid-Staten.

Artikel 3

Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 20 december 1994.

Voor het Europees Parlement De Voorzitter K. HAENSCH Voor de Raad De Voorzitter K. KINKEL

(1) PB nr. C 157 van 24. 6. 1992, blz. 6.

(2) PB nr. C 332 van 16. 12. 1992, blz. 8.

(3) Advies van het Europees Parlement van 19 januari 1994 (PB nr. C 44 van 14. 2. 1994, blz. 2). Gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 16 juni 1994 (PB nr. C 244 van 31. 8. 1994, blz. 1) en besluit van het Europees Parlement van 26 oktober 1994 (PB nr. C 323 van 21. 11. 1994).

(4) PB nr. C 294 van 23. 11. 1989, blz. 1.

(5) PB nr. L 137 van 30. 5. 1990, blz. 31.

(6) PB nr. L 196 van 16. 8. 1967, blz. 1. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 91/632/EEG van de Commissie (PB nr. L 338 van 10. 12. 1991, blz. 23).

(1) PB nr. L 187 van 16. 7. 1988, blz. 14. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 93/18/EEG van de Commissie (PB nr. L 104 van 29. 4. 1993, blz. 46).

(2) PB nr. L 262 van 27. 9. 1976, blz. 201. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 91/659/EEG van de Commissie (PB nr. L 363 van 31. 12. 1991, blz. 36).

(3) PB nr. L 183 van 29. 6. 1989, blz. 1.

(4) PB nr. L 196 van 26. 7. 1990, blz. 1.

BIJLAGE

Aan bijlage I van Richtlijn 76/769/EEG worden de volgende punten toegevoegd:

>RUIMTE VOOR DE TABEL>

AANHANGSEL

Punt 29 - Kankerverwekkende stoffen Lijst 1, categorie 1 >RUIMTE VOOR DE TABEL>

Lijst 2, categorie 2 >RUIMTE VOOR DE TABEL>

Punt 30 - Mutagene stoffen Lijst 3, categorie 1 In deze categorie zijn geen stoffen ingedeeld.

Lijst 4, categorie 2 >RUIMTE VOOR DE TABEL>

Punt 31 - Voor de voorplanting vergiftige stoffen Lijst 5, categorie 1 >RUIMTE VOOR DE TABEL>

Lijst 6, categorie 2 >RUIMTE VOOR DE TABEL>

Top