This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32009R1228
Council Regulation (EU) No 1228/2009 of 15 December 2009 amending Regulation (EC) No 423/2007 concerning restrictive measures against Iran
Verordening (EU) nr. 1228/2009 van de Raad van 15 december 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
Verordening (EU) nr. 1228/2009 van de Raad van 15 december 2009 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
PB L 330 van 16.12.2009, p. 49–60
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 26/10/2010; stilzwijgende opheffing door 32010R0961
16.12.2009 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 330/49 |
VERORDENING (EU) Nr. 1228/2009 VAN DE RAAD
van 15 december 2009
tot wijziging van Verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 215, leden 1 en 2,
Gelet op Gemeenschappelijk Standpunt 2007/140/GBVB van de Raad van 27 februari 2007 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran (1),
Gezien het gezamenlijke voorstel van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor Buitenlandse Zaken en Veiligheidsbeleid en de Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Overeenkomstig Gemeenschappelijk Standpunt 2007/140/GBVB voorziet Verordening (EG) nr. 423/2007 van de Raad van 19 april 2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (2) in het bijzonder in het verbod op de verkoop, levering, overdracht of uitvoer naar Iran van goederen en technologie, in aanvulling op die welke zijn vastgesteld door de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties of het Sanctiecomité, die een bijdrage zouden kunnen leveren tot de activiteiten van Iran met betrekking tot de verrijking of opwerking van uranium of met betrekking tot zwaar water, tot de ontwikkeling van overbrengingssystemen voor nucleaire wapens, of tot activiteiten in verband met andere punten waarover de Internationale Organisatie voor Atoomenergie (IAEA) haar bezorgdheid heeft uitgesproken of heeft verklaard dat er nog geen duidelijkheid bestaat. |
(2) |
Deze artikelen zijn opgenomen in bijlage I BIS bij Verordening (EG) nr. 423/2007. Enkele vermeldingen in die bijlage dienen te worden gecorrigeerd. |
(3) |
Verordening (EG) nr. 423/2007 voorziet tevens in de beperking van de uitvoer van bepaalde andere, in bijlage II vermelde goederen en technologie. De lijst in die bijlage dient te worden herzien teneinde de doeltreffendheid ervan te handhaven. |
(4) |
Met het oog op doelmatigheid dient de Commissie te worden gemachtigd de lijsten van verboden en aan een vergunningsplicht onderworpen goederen en technologie te beheren en deze te wijzigen op basis van informatie die wordt verstrekt door de Veiligheidsraad of het Sanctiecomité van de Verenigde Naties of de lidstaten. |
(5) |
Verordening (EG) nr. 423/2007 dient derhalve dienovereenkomstig te worden gewijzigd, |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Verordening (EG) nr. 423/2007 wordt als volgt gewijzigd:
1. |
Artikel 3, lid 1 bis, wordt vervangen door: „1 bis. Voor elke uitvoer waarvoor op grond van deze verordening een vergunning vereist is, wordt de vergunning, overeenkomstig het bepaalde in artikel 11 van Verordening (EG) nr. 428/2009 van 5 mei 2009 tot instelling van een communautaire regeling voor controle op de uitvoer, de overbrenging, de tussenhandel en de doorvoer van producten voor tweeërlei gebruik, afgegeven door de bevoegde autoriteiten van de lidstaat waar de exporteur is gevestigd (3). De vergunning is in de gehele Unie geldig. |
2. |
Artikel 15, lid 1, wordt vervangen door: „1. De Commissie wijzigt:
|
3. |
Bijlage I bis wordt gewijzigd overeenkomstig bijlage I bij deze verordening. |
4. |
Bijlage II wordt vervangen door de tekst in bijlage II bij deze verordening. |
Artikel 2
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 15 december 2009.
Voor de Raad
De voorzitter
E. ERLANDSSON
(1) PB L 61 van 28.2.2007, blz. 49.
(2) PB L 103 van 20.4.2007, blz. 1.
(3) PB L 134 van 29.5.2009, blz. 1.”
BIJLAGE I
Bijlage I bis bij Verordening (EG) nr. 423/2007 wordt als volgt gewijzigd:
1) |
De beschrijving van nr. IA.A1.009 komt als volgt te luiden: „„Stapel- of continuvezelmateriaal” of ‹prepregs› als hieronder:
Noot: Dit artikel is niet van toepassing op stapel- of continuvezelmateriaal als bedoeld in 1C010.a, 1C010.b, 1C210.a en 1C210.b.” |
2) |
De beschrijving van nr. IA.A1.010 komt als volgt te luiden: „met hars of asfaltbitumen geïmpregneerde vezels (‹prepregs›), met metaal of koolstof beklede vezels (‹preforms›) of „halffabricaten voor koolstofvezels”, als hieronder:
Noot: Dit artikel is niet van toepassing op stapel- of continuvezelmateriaal als bedoeld in 1C010.e.” |
BIJLAGE II
„BIJLAGE II
Goederen en technologie in de zin van artikel 3
INLEIDING
1. |
Tenzij anders is aangegeven, verwijzen de referentienummers in de kolom „Beschrijving” naar de beschrijvingen van producten en technologie voor tweeërlei gebruik in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009. |
2. |
Een referentienummer in de kolom „Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009” houdt in dat de kenmerken van het in de kolom „Beschrijving” beschreven artikel buiten de parameters in de zin van de beschrijving van de desbetreffende post vallen. |
3. |
De definitie van termen tussen „enkele aanhalingstekens” wordt gegeven in een technische noot bij de betrokken post. |
4. |
De definitie van termen tussen „dubbele aanhalingstekens” kan worden gevonden in Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 van de Raad. |
ALGEMENE NOTEN
1. |
De doelstelling van de controle op de uitvoer van de goederen, vermeld in deze bijlage, mag niet worden omzeild door de uitvoer van niet aan vergunningsplicht onderworpen goederen (met inbegrip van fabrieken) die een of meer aan vergunningsplicht onderworpen onderdelen bevatten, als deze onderdelen het voornaamste element van de goederen vormen en gemakkelijk kunnen worden verwijderd of voor andere doeleinden worden aangewend. N.B.: Bij de beoordeling van de vraag of het aan vergunningsplicht onderworpen onderdeel/de aan vergunningsplicht onderworpen onderdelen als voornaamste element dient/dienen te worden aangemerkt, dienen factoren als hoeveelheid, waarde en technologische knowhow alsmede andere bijzondere omstandigheden op grond waarvan het aan vergunningsplicht onderworpen onderdeel/de aan vergunningsplicht onderworpen onderdelen als voornaamste element van de geleverde goederen kan/kunnen worden aangemerkt, een rol te spelen. |
2. |
Met goederen worden in deze bijlage zowel nieuwe als gebruikte goederen bedoeld. |
ALGEMENE TECHNOLOGIENOOT (ATN)
(Te lezen als onderdeel van sectie II.B)
1. |
De verkoop, levering, overdracht of uitvoer van technologie die „noodzakelijk” is voor de „ontwikkeling”, de „productie” of het „gebruik” van goederen waarvan de verkoop, levering, overdracht of uitvoer in deel A (Goederen) aan een vergunningsplicht is onderworpen, is op grond van de bepalingen van sectie II.B aan een vergunningsplicht onderworpen. |
2. |
„Technologie” die „noodzakelijk” is voor de „ontwikkeling”, de „productie” of het „gebruik” van aan een vergunningsplicht onderworpen goederen is ook aan een vergunningsplicht onderworpen als deze technologie wordt toegepast op niet aan een vergunningsplicht onderworpen goederen. |
3. |
De vergunningsplicht geldt niet voor de minimaal noodzakelijke „technologie” voor installatie, bediening, onderhoud en reparatie van goederen die niet aan een vergunningsplicht onderworpen zijn of waarvan de uitvoer op grond van Verordening (EG) nr. 423/2007 is toegestaan. |
4. |
De vergunningsplicht voor de overdracht van „technologie” is niet van toepassing op informatie die „voor iedereen beschikbaar” is, op „fundamenteel wetenschappelijk onderzoek” en op de voor octrooiaanvragen noodzakelijke minimuminformatie. |
II.A. GOEDEREN
A0. Nucleaire goederen, installaties en uitrusting
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
||||||
II.A0.002 |
Faraday-isolatoren voor de golflengte 500 nm – 650 nm |
— |
||||||
II.A0.003 |
Optische tralies voor de golflengte 500 nm – 650 nm |
— |
||||||
II.A0.004 |
Optische vezels voor de golflengte 500 nm – 650 nm, bekleed met een antireflecterende laag voor de golflengte 500 nm – 650 nm en met een kerndiameter van meer dan 0,4 mm doch niet meer dan 2 mm |
— |
||||||
II.A0.008 |
Laserspiegels, andere dan bedoeld in 6A005.e, bevattende een substraat met een warmte-uitzettingscoëfficiënt van 10-6K-1 of minder bij 20 °C (bijvoorbeeld gesmolten siliciumdioxide of saffier). Noot: Dit artikel is niet van toepassing op optische systemen die speciaal voor astronomische toepassingen zijn ontworpen, tenzij de spiegels gesmolten siliciumdioxide bevatten. |
0B001.g.5, 6A005.e |
||||||
II.A0.009 |
Laserlenzen, andere dan bedoeld in 6A005.e.2, bevattende een substraat met een warmte-uitzettingscoëfficiënt van 10-6K-1 of minder bij 20 °C (bijvoorbeeld gesmolten siliciumdioxide). |
0B001.g, 6A005.e.2 |
||||||
II.A0.010 |
Pijpen, pijpleidingen, flenzen en hulpstukken, vervaardigd van of gevoerd met nikkel of een nikkellegering die 40 gewichtspercenten of meer nikkel bevat, andere dan bedoeld in 2B350.h.1. |
2B350 |
||||||
II.A0.011 |
Vacuümpompen, andere dan bedoeld in 0B002.f.2. of 2B231, als hieronder:
|
0B002.f.2, 2B231 |
||||||
II.A0.014 |
Ontstekingskamers met een explosieabsorptievermogen van meer dan 2,5 kg TNT-equivalent |
|
A1. Materialen, chemicaliën, „micro-organismen” en „toxines”
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
||||||||||||
II.A1.003 |
Ringvormige afdichtingen en pakkingen met een binnendiameter van 400 mm of minder, vervaardigd van een of meer van de volgende materialen:
|
|
||||||||||||
II.A1.004 |
Persoonlijke uitrusting voor het detecteren van straling van nucleaire oorsprong, met inbegrip van persoonlijke dosismeters. Noot: Dit artikel is niet van toepassing op nucleaire detectieapparatuur als bedoeld in 1A004.c. |
1A004.c |
||||||||||||
II.A1.006 |
Katalysatoren, andere dan die waarvoor overeenkomstig I.1A.003 een verbod geldt, bevattende platina, palladium of rhodium, bruikbaar voor het bevorderen van de waterstofisotoopuitwisseling tussen waterstof en water voor het terugwinnen van tritium uit zwaar water of voor de productie van zwaar water. |
1B231, 1A225 |
||||||||||||
II.A1.007 |
Aluminium en aluminiumlegeringen, andere dan die bedoeld in 1C002.b.4 of 1C202.a, in ruwe vorm of als halffabricaat, met een van de volgende kenmerken:
|
1C002.b.4, 1C202.a |
||||||||||||
II.A1.014 |
Elementaire poeders van kobalt, neodymium of samarium of legeringen of mengsels daarvan bevattende ten minste 20 gewichtspercenten kobalt, neodymium of samarium, met een deeltjesgrootte van minder dan 200 μm. |
|
||||||||||||
II.A1.015 |
Zuiver tributylfosfaat (TBP) [CAS 126-73-8] en mengsels bevattende 5 of meer gewichtspercenten TBP. |
|
||||||||||||
II.A1.016 |
Maragingstaal, ander dan dat waarvoor overeenkomstig I.1A.030, I.1A.035 of IA.A1.012 een verbod geldt. Technische noot: Maragingstaal is een ijzerlegering die gewoonlijk door een hoog nikkelgehalte, een zeer laag koolstofgehalte en het gebruik van vervangende elementen of precipitaten voor het versterken en tijdharden van de legering wordt gekenmerkt. |
|
||||||||||||
II.A1.017 |
Metalen, metaalpoeders en materialen, als hieronder:
|
|
||||||||||||
II.A1.018 |
Zachte magnetische legeringen met een chemische samenstelling als hieronder:
|
|
||||||||||||
II.A1.019 |
„Stapel- of continuvezelmateriaal” of ‹prepregs›, niet verboden bij bijlage I of bijlage I bis (onder nrs. IA.A1.009, IA.A1.010) bij deze verordening of voorkomend in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009, als hieronder:
|
|
A2. Materiaalbewerking
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.002 |
Werktuigmachines voor slijpen met een instelnauwkeurigheid, „inclusief alle compensaties”, die gelijk is aan of kleiner (d.w.z. nauwkeuriger) is dan 15 μm overeenkomstig ISO-norm 230/2 (1988) (1) of nationale equivalenten langs elke lineaire as. Noot: Dit artikel is niet van toepassing op werktuigmachines voor slijpen als bedoeld in 2B201.b en 2B001.c |
2B201.b, 2B001.c |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.002a |
Onderdelen en numerieke besturingen, speciaal ontworpen voor de werktuigmachines bedoeld in 2B001, 2B201, of in II.A2.002 van deze lijst. |
|
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.003 |
Balanceermachines en aanverwante uitrusting, als hieronder:
Technische noot: Indicatorkoppen worden soms ook balanceerinstrumenten genoemd. |
2B119 |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.005 |
Warmtebehandelingsovens, werkend met beheerste atmosfeer, als hieronder: Ovens geschikt voor werktemperaturen boven 400 °C. |
2B226, 2B227 |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.006 |
Oxidatieovens geschikt voor werktemperaturen boven 400 °C. Noot: Dit artikel is niet van toepassing op tunnelovens met rol- of wagentransport, tunnelovens met transportband, doorschuifovens of pendelovens, speciaal ontworpen voor de vervaardiging van glas, tafelgerei van keramiek of constructieve keramiek.. |
2B226, 2B227 |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.007 |
„Drukomzetters”, andere dan bedoeld in 2B230, geschikt voor het meten van de absolute druk op elk punt in het traject van 0 tot 200 kPa, met beide hiernavolgende kenmerken:
Technische noot: Voor de toepassing van 2B30 houdt „nauwkeurigheid” in non-lineariteit, hysteresis en herhaalbaarheid bij omgevingstemperatuur. |
2B230 |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.008 |
Apparatuur voor vloeistof-vloeistofuitwisseling (mengersbezinkers, pulskolommen en centrifugale contactors), en vloeistofverdelers, stoomverdelers of systemen voor de opvang van vloeistoffen, ontworpen voor die apparatuur, waarvan alle oppervlakken die in direct contact komen met de chemicaliën die worden verwerkt, gemaakt zijn van een of meer van de volgende materialen:
Technische noot: „Koolstofgrafiet” is een composiet bestaande uit amorf koolstof en grafiet, met 8 of meer gewichtspercenten grafiet. |
2B350.e |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.009 |
Industriële apparatuur en onderdelen, andere dan bedoeld in 2B350.d, als hieronder: Warmtewisselaars of condensors met een warmte-uitwisseloppervlak van meer dan 0,05 m2 en minder dan 30 m2, en voor gebruik in dergelijke warmtewisselaars of condensors ontworpen buizen, platen, spoelen of blokken (kernen), waarvan alle oppervlakken die in direct contact komen met de chemicaliën die worden verwerkt, gemaakt zijn van een of meer van de volgende materialen:
Noot: Dit artikel is niet van toepassing op voertuigradiatoren. Technische noot: De voor pakkingen, afsluitringen en andere afdichtingen gebruikte materialen zijn niet bepalend voor de vraag of voor de warmtewisselaar een vergunningsplicht geldt. |
2B350.d |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.010 |
Pompen met meervoudige afdichting en pompen zonder afdichting, andere dan bedoeld in 2B350.i, geschikt voor corrosieve vloeistoffen, met door de fabrikant opgegeven maximale pompsnelheid van meer dan 0,6 m3 per uur, of vacuümpompen met door de fabrikant opgegeven maximale pompsnelheid van meer dan 5 m3 per uur [gemeten bij een standaardtemperatuur (273 K (0 °C)) en -druk (101,3 kPa)], en voor gebruik in dergelijke pompen ontworpen omhulsels (pomphuizen), voorgevormde binnenbekledingen, schoepen, vleugelraderen of straalpompverdeelstukken, waarvan alle oppervlakken die in direct contact komen met de chemicaliën die worden verwerkt, gemaakt zijn van een van de volgende materialen:
Technische noot: De voor pakkingen, afsluitringen en andere afdichtingen gebruikte materialen zijn niet bepalend voor de vraag of voor de pomp een vergunningsplicht geldt. |
2B350.d |
||||||||||||||||||||||||||
II.A2.013 |
Forceer-(‹spin-forming›) of vloei-(‹flow-forming›) draaibanken, andere dan die waarvoor overeenkomstig 2B009 een vergunningsplicht of overeenkomstig I.2A.009 of I.2A.020 een verbod geldt, met een walskracht van meer dan 60 kN, en speciaal ontworpen onderdelen daarvoor. Technische noot: Voor de toepassing van II.A2.013 worden machines die de functies van forceren en vloeidraaien combineren, beschouwd als vloeidraaibanken.. |
|
A3. Elektronica
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
||||||
II.A3.003 |
Frequentieomzetters of frequentiegeneratoren, andere dan die waarvoor overeenkomstig I.0A.002.b.13 of I.3A.004 een verbod geldt, met alle volgende kenmerken, en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen en software:
Technische noot: De in II.3A.003 bedoelde frequentieomzetters zijn ook bekend als ‹converters› of ‹inverters›. |
|
||||||
II.A3.004 |
Spectrometers en diffractometers die ontworpen zijn voor indicatieve tests of kwantitatieve analyse van de elementaire samenstelling van metalen of legeringen zonder dat chemische ontleding van het materiaal plaatsvindt. |
|
A6. Sensoren en lasers
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
||||||||||
II.A6.002 |
Optische apparatuur en onderdelen daarvoor, andere dan bedoeld in 6A002 en 6A004.b, als hieronder: Optische apparaten werkend in het infrarode spectrum, voor de golflengte 9 000 nm – 17 000 nm, en onderdelen daarvoor, met inbegrip van onderdelen van cadmiumtelluride (CdTe). |
6A002, 6A004.b |
||||||||||
II.A6.005 |
Halfgeleider-„lasers” en onderdelen daarvoor, als hieronder:
|
6A005.b |
||||||||||
II.A6.007 |
„Afstembare” vastestof-„lasers”, als hieronder, en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen:
Noot: Dit artikel is niet van toepassing op titaan-saffier- en alexandriet-„lasers” als bedoeld in 0B001.g.5, 0B001.h.6 en 6A005.c.1. |
6A005.c.1 |
||||||||||
II.A6.009 |
Onderdelen van akoestisch-optische apparatuur, als hieronder:
|
6A203.b.4.c |
A7. Navigatie en vliegtuigelektronica
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
||||||||||||||||||||||||||||||||||
II.A7.001 |
Traagheidssystemen en speciaal daarvoor ontworpen onderdelen, als hieronder:
|
7A003, 7A103 |
A9. Ruimtevaart en voortstuwing
II.A9.001 |
Explosieve bouten |
|
II.B. TECHNOLOGIE
Nr. |
Beschrijving |
Verwant item in bijlage I bij Verordening (EG) nr. 428/2009 |
II.B.001 |
Technologie die noodzakelijk is voor de ontwikkeling, de productie of het gebruik van goederen vallende onder deel II.A (Goederen). Technische noot: Verordening (EG) nr. 423/2007, artikel 1, onder d): de term „technologie” omvat ook software. ” |
|