This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62015CN0494
Case C-494/15: Request for a preliminary ruling from the Nejvyšší soud České republiky (Czech Republic) lodged on 21 September 2015 — Tommy Hilfiger Licensing LLC and Others v DELTA CENTER a.s.
Zaak C-494/15: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Nejvyšší soud České republiky (Tsjechië) op 21 september 2015 — Tommy Hilfiger Licensing LLC e.a./DELTA CENTER a.s.
Zaak C-494/15: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Nejvyšší soud České republiky (Tsjechië) op 21 september 2015 — Tommy Hilfiger Licensing LLC e.a./DELTA CENTER a.s.
PB C 414 van 14.12.2015, p. 17–17
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
14.12.2015 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 414/17 |
Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de Nejvyšší soud České republiky (Tsjechië) op 21 september 2015 — Tommy Hilfiger Licensing LLC e.a./DELTA CENTER a.s.
(Zaak C-494/15)
(2015/C 414/20)
Procestaal: Tsjechisch
Verwijzende rechter
Nejvyšší soud České republiky
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partijen: Tommy Hilfiger Licensing LLC, Urban Trends Trading B.V., RADO Uhren AG, Facton Kft., Lacoste S.A., Burberry Limited
Verwerende partij: DELTA CENTER a.s.
Prejudiciële vragen
1) |
Is de huurder van een marktplaats, die aan afzonderlijke marktkramers marktkramen verhuurt evenals plaatsen waarop marktkramen kunnen worden opgesteld, een tussenpersoon wiens diensten door derden worden gebruikt om inbreuk te maken op een intellectueel-eigendomsrecht in de zin van artikel 11 van richtlijn 2004/48/EG (1) van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten? |
2) |
Is het mogelijk om aan de huurder van een marktplaats, die aan afzonderlijke marktkramers marktkramen verhuurt evenals plaatsen waarop marktkramen kunnen worden opgesteld, maatregelen op te leggen zoals voorzien in artikel 11 van richtlijn 2004/48/EG van het Europees Parlement en de Raad van 29 april 2004 betreffende de handhaving van intellectuele-eigendomsrechten, onder dezelfde voorwaarden als die welke door het Hof van Justitie in zijn arrest van 12 juli 2011, L’Oréal e.a., C-324/09, zijn geformuleerd met betrekking tot het opleggen van maatregelen aan de uitbaters van een elektronische marktplaats? |