Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52008AE0999

    Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het Actieprogramma op het gebied van een leven lang leren COM(2008) 61 final — 2008/0025 (COD)

    PB C 224 van 30.8.2008, p. 115–116 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    30.8.2008   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 224/115


    Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het „Actieprogramma op het gebied van een leven lang leren”

    COM(2008) 61 final — 2008/0025 (COD)

    (2008/C 224/26)

    De Raad heeft op 6 maart 2008 overeenkomstig artikel 262 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap besloten het Europees Economisch en Sociaal Comité te raadplegen over het

    „Actieprogramma op het gebied van een leven lang leren”

    De gespecialiseerde afdeling Werkgelegenheid, sociale zaken, burgerschap, die met de voorbereidende werkzaamheden was belast, heeft haar advies op 7 mei 2008 goedgekeurd; rapporteur was mevrouw Le Nouail-Marlière.

    Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft tijdens zijn op 28 en 29 mei 2008 gehouden 445e zitting (vergadering van 29 mei 2008) onderstaand advies met 80 stemmen vóór en 1 stem tegen, goedgekeurd.

    1.   Conclusies

    1.1

    Het Comité kan zich vinden in de aanpak van de Commissie en de tekst van het voorstel. Wel verzoekt het de Commissie zich er ook in het besluit toe te verbinden het programmacomité en het Europees Parlement onmiddellijk op de hoogte te brengen van de besluiten die zij neemt uit hoofde van het gewijzigde artikel 9, lid 1 bis, van Besluit nr. 1720/2006/EG.

    2.   Vereenvoudiging van de procedures voor de toekenning van subsidies in het kader van diverse meerjarenprogramma's

    2.1

    Dit voorstel maakt deel uit van een pakket van vier voorstellen die erop gericht zijn de regels voor de toekenning van subsidies waarmee geen grote bedragen gemoeid zijn, te versoepelen. Het gaat om de volgende vier meerjarenprogramma's voor de periode 2007-2013:

    het programma „Jeugd in actie”;

    het programma „Cultuur”;

    het programma „Europa voor de burger”;

    en het „Actieprogramma op het gebied van een leven lang leren”.

    2.2

    Conform artikel 202 van het EG-Verdrag (comitologie) verleent de Raad de Commissie bepaalde bevoegdheden ter uitvoering van de regels die hij volgens de medebeslissingsprocedure samen met het Europees Parlement heeft vastgesteld. De Commissie wordt bijgestaan door een programmacomité dat uitsluitend bestaat uit vertegenwoordigers van de lidstaten en wordt voorgezeten door de Commissie. Het Europees Parlement wordt betrokken bij de controle op de tenuitvoerlegging van deze wetgeving die volgens de medebeslissingsprocedure tot stand is gekomen. De Commissie wijst erop dat tijdens de onderhandelingen over de vier programma's duidelijk is gebleken dat het de bedoeling van de wetgever was dat de comitologieprocedure (beheersprocedure — stemming bij gekwalificeerde meerderheid) enkel zou worden toegepast op selectiebesluiten met betrekking tot grote subsidies (multilaterale projecten en netwerken voor meer dan 1 miljoen euro) of subsidies waarmee politiek gevoelige beslissingen (beleidssamenwerking en –vernieuwing) zijn gemoeid.

    2.3

    De Commissie heeft toegezegd het programmacomité en het Europees Parlement onmiddellijk te informeren over alle selectiebesluiten die niet onder de beheersprocedure vallen. Deze interinstitutionele afspraak is vastgelegd in een verklaring van de Commissie aan de Raad en het Europees Parlement.

    2.4

    In Besluit nr. 1720/2006/EG zijn de bedoelingen van de wetgever niet correct weergegeven: alle besluiten inzake selectie en toekenning van subsidies waarmee geen hoog bedrag gemoeid is, zijn nl. toch onderworpen aan de in het comitologiebesluit vastgelegde raadplegingsprocedure.

    2.5

    Raadpleging van het programmacomité en het Europees Parlement betekent dat de selectiebesluiten aan het programmacomité worden voorgelegd, dat rekening wordt gehouden met het advies van dit comité en dat het Europees Parlement daarvan op de hoogte wordt gebracht en de Commissie laat weten of het akkoord gaat. Deze raadplegingsprocedure en de daarmee gepaard gaande schriftelijke uitwisseling van reacties leiden tot aanzienlijke vertragingen bij de toekenning van subsidies, waardoor heel wat projecten op de helling kunnen komen te staan en de doeltreffendheid van de meerjarenprogramma's wordt ondermijnd.

    2.6

    Tot nog toe zijn de Commissie, het programmacomité en het Europees Parlement er steeds in geslaagd ad-hocoplossingen te vinden om ervoor te zorgen dat de evaluatie van de selectiebesluiten van de Commissie inzake de toekenning van subsidies geen al te grote vertragingen opliep.

    2.7

    De Commissie wijst erop dat het hier echter maar om tijdelijke oplossingen gaat, en stelt daarom voor de regels die in het kader van de programma's werden vastgelegd, te wijzigen. Zo stelt zij voor de raadplegingsprocedure niet langer toe te passen op besluiten inzake de toekenning van subsidies waarmee geen grote bedragen gemoeid zijn. De Commissie zou dan haar selectiebesluiten kunnen nemen zonder de bijstand van een comité en kunnen volstaan met een inkennisstellingsprocedure.

    3.   Algemene opmerkingen

    3.1

    De voorstellen in kwestie zijn bedoeld om de vier meerjarenprogramma's op het gebied van onderwijs, jeugd en cultuur doeltreffender te maken.

    3.2

    Het Comité heeft er in vorige adviezen al bij de Commissie op aangedrongen om de initiatiefnemers van projecten vlotter toegang te verlenen tot programma's en subsidies en de lidstaten te stimuleren om de betrokken partijen te raadplegen bij het vastleggen van de jaarlijkse richtsnoeren. Ook heeft het er al eerder voor gepleit om de toewijzingen sneller af te handelen en zo te vermijden dat projecten op de helling komen te staan door termijnen die soms zo lang zijn dat de haalbaarheidsstudies die lang voor de uitvoering van een project werden opgesteld, hun geldigheid verliezen.

    4.   Bijzondere opmerkingen

    Gezien de punten 9, 11, 15 en 17 van de toelichting van het Commissievoorstel en met het oog op meer transparantie, goed bestuur en betere voorlichting, verzoekt het Comité de Commissie zich er nogmaals toe te verbinden het programmacomité en het Europees Parlement onmiddellijk op de hoogte te brengen van de besluiten die zij neemt uit hoofde van het gewijzigde artikel 9, lid 1 bis, van Besluit nr. 1720/2006/EG.

    Het Comité stelt voor het nieuwe artikel 9, lid 1 bis, als volgt aan te vullen: „… stelt zij deze besluiten zonder bijstand van een comité vast en stelt zij het programmacomité en het Europees Parlement daarvan onmiddellijk in kennis”..

    De Commissie stelt niet voor deze passage toe te voegen omdat het voorstel door een dergelijke wijziging niet meer volledig zou stroken met de comitologieregels waarnaar in artikel 202 van het EG-Verdrag wordt verwezen, en zij van mening is dat de de toelichting bij het onderhavige Besluit volstaat om haar verbintenis ter zake duidelijk te maken.

    Brussel, 29 mei 2008

    De voorzitter

    van het Europees Economisch en Sociaal Comité

    D. DIMITRIADIS


    Top