Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52007AE0420

    Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad tot intrekking van Richtlijn 68/89/EEG betreffende de aanpassing van de wetgevingen der lidstaten ten aanzien van de indeling van onbewerkt hout COM(2006) 557 final — 2006/0178(COD)

    PB C 161 van 13.7.2007, p. 53–53 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
    PB C 161 van 13.7.2007, p. 16–16 (MT)

    13.7.2007   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 161/53


    Advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité over het Voorstel voor een beschikking van het Europees Parlement en de Raad tot intrekking van Richtlijn 68/89/EEG betreffende de aanpassing van de wetgevingen der lidstaten ten aanzien van de indeling van onbewerkt hout

    COM(2006) 557 final — 2006/0178(COD)

    (2007/C 161/16)

    Op 11 oktober 2006 heeft de Raad besloten om, overeenkomstig art. 95 van het EG-Verdrag, het Europees Economisch en Sociaal Comité te raadplegen over bovengenoemd voorstel.

    De gespecialiseerde afdeling Landbouw, plattelandsontwikkeling, milieu, die met de voorbereidende werkzaamheden was belast, heeft haar advies goedgekeurd op 19 februari 2007. Rapporteur was de heer Dorda.

    Het Europees Economisch en Sociaal Comité heeft tijdens zijn 434e zitting van 14 en 15 maart 2007 (vergadering van 14 maart) het volgende advies uitgebracht, dat werd goedgekeurd met 159 stemmen vóór, bij 3 onthoudingen:

    1.   Inleiding

    1.1

    Het voorstel van de Commissie beoogt de intrekking van de op 23 januari 1968 in werking getreden Richtlijn 68/89/EEG van de Raad betreffende de aanpassing van de wetgevingen der lidstaten ten aanzien van de indeling van onbewerkt hout.

    1.2

    De Commissie heeft voorgesteld genoemde richtlijn in te trekken op grond van de adviezen die al jaren worden uitgebracht door de lidstaten, de bosbouwsector en de op de bosbouw gebaseerde bedrijfstakken. Hieruit blijkt dat de richtlijn in de houthandel over het algemeen niet wordt toegepast.

    2.   Algemene opmerkingen

    2.1

    Medio 2005 hebben negentien lidstaten en elf vertegenwoordigers van nationale brancheorganisaties deelgenomen aan een raadpleging, bedoeld om vast te stellen of genoemde richtlijn al dan niet wordt toegepast en of intrekking ervan geen negatieve gevolgen zal hebben. De resultaten van de daarbij gehouden enquête hebben bevestigd dat de meeste lidstaten en brancheorganisaties zich bij de handel in hout niet aan genoemde richtlijn houden. Deze is naar hun mening niet gedetailleerd genoeg, houdt geen rekening met de beoogde toepassingen van hout en is niet aangepast aan de marktbehoeften.

    2.2

    De richtlijn van de Raad is slechts op beperkte schaal toegepast omdat de toepassing niet verplicht is, de erin gehanteerde meet- en indelingsmethoden verouderd zijn en de deelnemers aan de houtmarkten andere methoden hebben goedgekeurd en toegepast. Maar ook zonder richtlijn hebben zowel de interne markt voor houtgrondstoffen als de handel met derde landen zich ongehinderd verder kunnen uitbreiden.

    Daarnaast zijn Europese normen voor het meten en indelen van hout opgesteld, die eventueel voor transacties op de houtmarkt kunnen worden gebruikt en als een betere oplossing worden beschouwd.

    2.3

    Intrekking van de richtlijn is dus in overeenstemming met het resultaat van de raadpleging van de lidstaten, de bosbouwsector en de op de bosbouw gebaseerde bedrijfstakken. De doelstellingen van de richtlijn kunnen net zo goed worden verwezenlijkt zonder communautaire wetgeving.

    2.4

    Op grond van het bovenstaande en gelet op het feit dat intrekking van de richtlijn geen gevolgen zal hebben voor de communautaire begroting, maar wel zal leiden tot vereenvoudiging van de Europese wetgeving, staat het EESC achter het voorstel van de Commissie. Het Comité is van oordeel dat het geen zin heeft vast te houden aan wetgeving die weinig wordt toegepast en niet noodzakelijk is voor een adequaat functioneren van het betreffende segment van de interne markt.

    Brussel, 14 maart 2007

    De voorzitter

    van het Europees Economisch en Sociaal Comité

    D. DIMITRIADIS


    Top