EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62015TN0590

Zaak T-590/15: Beroep ingesteld op 12 oktober 2015 — Onix Asigurări/EIOPA

PB C 414 van 14.12.2015, p. 34–35 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

14.12.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 414/34


Beroep ingesteld op 12 oktober 2015 — Onix Asigurări/EIOPA

(Zaak T-590/15)

(2015/C 414/45)

Procestaal: Roemeens

Partijen

Verzoekende partij: Onix Asigurări SA (Boekarest, Roemenië) (vertegenwoordiger: M. Vladu, advocaat)

Verwerende partij: Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen (EIOPA)

Conclusies

vaststellen dat verweerster heeft nagelaten een beslissing te nemen over de onjuiste toepassing door het Istituto per la Vigilanza sulle Assicurazioni van artikel 40, lid 6, van richtlijn 92/49/EEG van de Raad;

subsidiair, beslissing BOA 2015 001 van de Kamer van Beroep van 3 augustus 2015 en beslissing EIOPA-14-267 van de voorzitter van 6 juni 2014, die is bevestigd bij standpunt EIOPA-14-653 van 24 november 2014, nietig verklaren;

vaststellen dat verweerster aansprakelijk is voor de schade die verzoekster heeft geleden doordat verweerster geen beslissing overeenkomstig punt 1 heeft genomen respectievelijk beslissingen overeenkomstig punt 2 heeft genomen.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster drie middelen aan.

1.

Schending van artikel 17 van verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad

verweerster heeft geen wettige beslissing genomen over de gegrondheid en de geschiktheid van het instellen van een onderzoek;

beslissing EIOPA-14-267 van de voorzitter van 6 juni 2014 is genomen zonder dat was voldaan aan de voorwaarden van artikel 39, leden 1, 2 en 3, van de verordening;

de motivering van beslissing EIOPA-14-267 van de voorzitter van 6 juni 2014 houdt geen verband met de aspecten betreffende de geschiktheid van het instellen van een onderzoek; het gaat in werkelijkheid om overwegingen inzake de procedurele middelen die verzoekster ter beschikking staan tegen de beslissing van de Italiaanse nationale autoriteit.

2.

Schending van wezenlijke vormvoorschriften in verband met beslissing BOA 2015 001 van de Kamer van Beroep van 3 augustus 2015 en beslissing EIOPA-14-267 van de voorzitter van 6 juni 2014

de beslissing van de Kamer van Beroep is genomen zonder de rechtmatigheid en de gegrondheid van beslissing EIOPA-14-267 van de voorzitter van 6 juni 2014 te onderzoeken; de Kamer van Beroep heeft een beslissing genomen zonder het volledige voorwerp van de haar ter toetsing voorgelegde beslissingen te onderzoeken;

beslissing EIOPA-14-267 van de voorzitter van 6 juni 2014 is genomen zonder dat was voldaan aan de voorwaarden van artikel 39, leden 1, 2 en 3, van de verordening en is niet gemotiveerd met betrekking tot, ten minste, de ter behandeling voorgelegde essentiële aspecten.

3.

Door verzoekster geleden materiële schade en imagoschade (dalende omzet, winstdaling, reputatieschade), die verweerster rechtstreeks heeft veroorzaakt doordat zij geen beslissing heeft genomen respectievelijk de voornoemde nietige beslissingen heeft genomen.


Top