Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62014CN0511

Zaak C-511/14: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Tribunale civile di Bologna (Italië) op 14 november 2014 — Pebros Servizi srl/Aston Martin Lagonda Limited

PB C 34 van 2.2.2015, p. 10–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

2.2.2015   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 34/10


Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Tribunale civile di Bologna (Italië) op 14 november 2014 — Pebros Servizi srl/Aston Martin Lagonda Limited

(Zaak C-511/14)

(2015/C 034/10)

Procestaal: Italiaans

Verwijzende rechter

Tribunale civile di Bologna

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Pebros Servizi srl

Verwerende partij: Aston Martin Lagonda Limited

Prejudiciële vraag

In geval van een verstekvonnis (niet-verschijning ter terechtzitting) waarbij de afwezige verweerder is veroordeeld zonder dat hij evenwel als partij die niet aan de procedure heeft deelgenomen op welke wijze dan ook de vordering uitdrukkelijk erkent, staat het dan aan het nationale recht om te bepalen of deze procedurele houding al dan niet geldt als niet-betwisting in de zin van verordening (EG) nr. 805/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 (1), zoals deze verordening is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie van 30 april 2004, en mag het nationale recht in dat geval eventueel bepalen dat er dan geen sprake is van een niet-betwiste schuldvordering?

Of impliceert een verstekvonnis reeds naar zijn aard alleen dat er volgens het recht van de Europese Unie sprake is van een niet-betwiste schuldvordering, zodat — ongeacht de wijze waarop de nationale rechter die vraag beoordeelt — verordening nr. 805/2004 van toepassing is?


(1)  Verordening (EG) nr. 805/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 21 april 2004 tot invoering van een Europese executoriale titel voor niet-betwiste schuldvorderingen (PB L 143, blz. 15).


Top