Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32022D2307

    Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/2307 van de Commissie van 23 november 2022 tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 wat betreft de toewijzing en terbeschikkingstelling van de 5150-5250MHz-, 5250-5350MHz- en 5470-5725MHz-frequentiebanden overeenkomstig de in de bijlage vastgestelde technische voorwaarden (Kennisgeving geschied onder nummer C(2022) 8313) (Voor de EER relevante tekst)

    C/2022/8313

    PB L 305 van 25.11.2022, p. 63–67 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, GA, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document In force

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dec_impl/2022/2307/oj

    25.11.2022   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 305/63


    UITVOERINGSBESLUIT (EU) 2022/2307 VAN DE COMMISSIE

    van 23 november 2022

    tot wijziging van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 wat betreft de toewijzing en terbeschikkingstelling van de 5 150-5 250MHz-, 5 250-5 350MHz- en 5 470-5 725MHz-frequentiebanden overeenkomstig de in de bijlage vastgestelde technische voorwaarden

    (Kennisgeving geschied onder nummer C(2022) 8313)

    (Voor de EER relevante tekst)

    DE EUROPESE COMMISSIE,

    Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    Gezien Beschikking nr. 676/2002/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 inzake een regelgevingskader voor het radiospectrumbeleid in de Europese Gemeenschap (radiospectrumbeschikking) (1), en met name artikel 4, lid 3,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    Bij Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 van de Commissie (2) is het gebruik van het radiospectrum in de 5GHz-frequentieband (5 150-5 350 MHz en 5 470-5 725 MHz) geharmoniseerd voor draadloze toegangssystemen, met inbegrip van radio local area networks. De technische basis voor dit besluit was verslag 79 van de Europese Conferentie van post- en telecommunicatieadministraties (CEPT).

    (2)

    In februari 2022 heeft de Europese automobielindustrie de Commissie verzocht haar interpretatie van een aantal bepalingen van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 met betrekking tot WAS/RLAN-toepassingen in de 5GHz-frequentieband in wegvoertuigen te bevestigen. Bij brief van 29 maart 2022 heeft de Commissie de CEPT belast met een onderzoek van de 5GHz-WAS/RLAN-toepassingen in wegvoertuigen die in het kader van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 door de automobielindustrie naar voren zijn geschoven.

    (3)

    In overeenstemming met die mandaatbrief heeft de CEPT op 29 juni 2022 een antwoord ter aanvulling van verslag 79 verstrekt: zij stelt wijzigingen in de technische voorwaarden voor de 5 470-5 725MHz-band voor om een beperkt gebruik van WAS/RLAN-apparatuur in wegvoertuigen mogelijk te maken, namelijk wanneer dergelijke apparaten in slaafmodus werken en worden bestuurd door een vast apparaat dat in meestermodus werkt en radarsignalen detecteert met behulp van dynamische frequentieselectie (DFS) als onderdrukkingstechniek. Uitgaande van dat antwoord is de Commissie van mening dat het gebruik van geïnstalleerde WAS/RLAN-apparaten in slaafmodus moet worden toegestaan in wegvoertuigen op voorwaarde dat zij alleen uitzenden wanneer zij onder controle staan van een in meestermodus werkend vast WAS/RLAN-apparaat met DFS-functionaliteit.

    (4)

    In haar antwoord heeft de CEPT geen wijziging voorgesteld met betrekking tot de technische voorwaarden voor WAS/RLAN’s in de 5 250-5 350MHz-band. Volgens de CEPT mag het gebruik van WAS/RLAN-installaties in wegvoertuigen in die band niet worden toegestaan, aangezien er geen praktische middelen bestaan om ervoor te zorgen dat wegvoertuigen zich daadwerkelijk binnen bevinden en dat de werking van WAS/RLAN-installaties in wegvoertuigen bijgevolg beperkt blijft tot gebruik binnenshuis. Het gebruik van de 5 250-5 350MHz-band moet daarom “uitsluitend binnenshuis” blijven om het risico op schadelijke interferentie met bestaande diensten in deze band te voorkomen. Gespecialiseerde voertuigen die uitsluitend bestemd zijn voor gebruik binnenshuis, worden niet als wegvoertuigen beschouwd.

    (5)

    De 5 150-5 250MHz-band is reeds beschikbaar voor gebruik binnenshuis door WAS/RLAN-apparatuur, met inbegrip van de werking van WAS/RLAN-installaties in wegvoertuigen op basis van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179.

    (6)

    De gegevens in het antwoord van de CEPT op de mandaatbrief van de Commissie kunnen dienen als basis voor dit besluit.

    (7)

    Dit besluit moet voortbouwen op en strekken tot ontwikkeling van de beginselen en bepalingen van Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179.

    (8)

    De in dit besluit vastgestelde maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Radiospectrumcomité,

    HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 wordt als volgt gewijzigd:

    1)

    Artikel 3 wordt vervangen door:

    “Artikel 3

    Uiterlijk op 30 juni 2023 wijzen de lidstaten de frequentiebanden 5 150-5 250 MHz, 5 250-5 350 MHz en 5 470-5 725 MHz op niet-exclusieve basis aan en stellen zij deze ter beschikking voor de implementatie van WAS/RLAN’s overeenkomstig de in de bijlage vastgestelde technische voorwaarden.”.

    2)

    De bijlage wordt vervangen door de tekst in de bijlage bij dit besluit.

    Artikel 2

    Dit besluit is gericht tot de lidstaten.

    Gedaan te Brussel, 23 november 2022.

    Voor de Commissie

    Thierry BRETON

    Lid van de Commissie


    (1)  PB L 108 van 24.4.2002, blz. 1.

    (2)  Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/179 van de Commissie van 8 februari 2022 betreffende het geharmoniseerde gebruik van het radiospectrum in de 5GHz-frequentieband voor de implementatie van draadloze toegangssystemen met inbegrip van radio local area networks en tot intrekking van Beschikking 2005/513/EG (PB L 29 van 10.2.2022, blz. 10).


    BIJLAGE

    “BIJLAGE

    Geharmoniseerde technische voorwaarden voor WAS/RLAN’s in de frequentiebanden 5 150-5 250 MHz, 5 250-5 350 MHz en 5 470-5 725 MHz

    Tabel 1

    WAS/RLAN’s in de 5 150 -5 250 MHz-frequentieband

    Parameter

    Technische voorwaarden

    Frequentieband

    5 150 -5 250  MHz

    Toegestane werking

    Gebruik binnenshuis, inclusief in installaties in wegvoertuigen, treinen en luchtvaartuigen, alsook bij beperkt gebruik buitenshuis (noot 1)

    Het gebruik ervan door onbemande luchtvaartuigsystemen (UAS) is beperkt tot de 5 170 -5 250 MHz-band.

    Maximaal gemiddeld equivalent isotropisch uitgestraald vermogen (e.i.r.p.) voor emissies binnen de bandbreedte

    200 mW

    Uitzonderingen:

    voor installaties in treinwagons met een dempingsverlies van gemiddeld minder dan 12 dB geldt een maximaal gemiddeld e.i.r.p. van 40 mW;

    voor installaties in wegvoertuigen geldt een maximaal gemiddeld e.i.r.p. van 40 mW.

    Dichtheid van het maximale gemiddelde e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte

    10 mW/MHz in elke 1MHz-band

    Noot 1:

    Indien de apparatuur buitenshuis wordt gebruikt, mag deze niet worden bevestigd aan een vaste buitenantenne, een vaste infrastructuur of aan de carrosserie van wegvoertuigen.

    Technieken om toegang te krijgen tot spectrum en om interferentie te onderdrukken met een passend prestatieniveau om te voldoen aan de essentiële vereisten van Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad (1), zijn verplicht. Indien relevante technieken worden beschreven in geharmoniseerde normen of delen daarvan, waarvan de referenties in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt overeenkomstig Richtlijn 2014/53/EU, moet ervoor worden gezorgd dat de prestaties ten minste gelijkwaardig zijn aan het prestatieniveau van deze technieken.

    Tabel 2

    Was/RLAN’s in de 5 250 -5 350 MHz-frequentieband

    Parameter

    Technische voorwaarden

    Frequentieband

    5 250 -5 350  MHz

    Toegestane werking

    Gebruik binnenshuis: uitsluitend in gebouwen.

    Installaties in wegvoertuigen, treinen en luchtvaartuigen zijn niet toegestaan (noot 2).

    Gebruik buitenshuis is niet toegestaan.

    Maximaal gemiddeld e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte

    200 mW

    Dichtheid van het maximale gemiddelde e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte

    10 mW/MHz in elke 1MHz-band

    Te gebruiken onderdrukkingstechnieken

    Zendvermogensregeling (TPC) en dynamische frequentieselectie (DFS).

    Alternatieve onderdrukkingstechnieken kunnen worden gebruikt indien hiermee ten minste een gelijkwaardig niveau van prestaties en spectrumbescherming wordt gegarandeerd om te voldoen aan de desbetreffende essentiële vereisten van Richtlijn 2014/53/EU en indien deze voldoen aan de technische eisen van dit besluit.

    Zendvermogensregeling (TPC)

    TPC levert gemiddeld een onderdrukkingsfactor van ten minste 3 dB op het maximaal toegestane uitgangsvermogen van de systemen; of, indien er geen TPC wordt gebruikt, worden de maximaal toegestane gemiddelde e.i.r.p. en de corresponderende maximale dichtheid van de gemiddelde e.i.r.p. met 3 dB verminderd.

    Dynamische frequentieselectie (DFS)

    DFS wordt beschreven in Aanbeveling ITU-R M. 1652-1 (3) om een compatibele werking met radiodeterminatiesystemen te waarborgen.

    Het DFS-mechanisme zorgt ervoor dat de kans dat een bepaald kanaal wordt geselecteerd, dezelfde is voor alle beschikbare kanalen binnen de frequentiebanden 5 250 -5 350  MHz en 5 470 -5 725  MHz. Het DFS-mechanisme waarborgt gemiddeld ook een bijna uniforme spreiding van de spectrumbelasting.

    WAS/RLAN’s moeten een dynamische frequentieselectie toepassen die ten minste even efficiënt is tegen interferentie op radar als DFS, zoals beschreven in ETSI-norm EN 301 893 V2.1.1. De instellingen (hardware en/of software) van WAS/RLAN’s met betrekking tot DFS zijn niet toegankelijk voor de gebruiker indien het wijzigen van die instellingen tot gevolg heeft dat de WAS/RLAN’s niet langer aan de DFS-vereisten voldoet. Dit houdt in dat a) de gebruiker het land van gebruik en/of de gebruikte frequentieband niet kan wijzigen indien dit ertoe leidt dat de apparatuur niet langer aan de DFS-vereisten voldoet, en dat b) geen software en/of firmware wordt aanvaard die ertoe leidt dat de apparatuur niet langer aan de DFS-vereisten voldoet.

    Noot 2:

    Het gebruik van WAS/RLAN-installaties in grote luchtvaartuigen () (met uitzondering van meermotorige helikopters) is toegestaan tot en met 31 december 2028 met een maximaal gemiddeld e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte van 100 mW.

    Technieken om toegang te krijgen tot spectrum en om interferentie te onderdrukken met een passend prestatieniveau om te voldoen aan de essentiële vereisten van Richtlijn 2014/53/EU, zijn verplicht. Indien relevante technieken worden beschreven in geharmoniseerde normen of delen daarvan, waarvan de referenties in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt overeenkomstig Richtlijn 2014/53/EU, moet ervoor worden gezorgd dat de prestaties ten minste gelijkwaardig zijn aan het prestatieniveau van deze technieken.

    Tabel 3

    WAS/RLAN’s in de 5 470 -5 725 MHz-frequentieband

    Parameter

    Technische voorwaarden

    Frequentieband

    5 470 -5 725  MHz

    Toegestane werking

    Gebruik binnenshuis en buitenshuis.

    Installaties in wegvoertuigen zijn alleen toegestaan voor in slaafmodus (4) werkende WAS/RLAN-apparatuur die wordt bestuurd door een in meestermodus functionerend vast WAS/RLANS-apparaat met dynamische frequentieselectie (DFS). Installaties in treinen en luchtvaartuigen en gebruik voor UAS zijn niet toegestaan (noot 3).

    Maximaal gemiddeld e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte

    1 W

    Uitzonderingen:

    voor installaties in wegvoertuigen geldt een maximaal gemiddeld e.i.r.p. van 200 mW.

    Dichtheid van het maximale gemiddelde e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte

    50 mW/MHz in elke 1MHz-band

    Te gebruiken onderdrukkingstechnieken

    Zendvermogensregeling (TPC) en dynamische frequentieselectie (DFS).

    Alternatieve onderdrukkingstechnieken kunnen worden gebruikt indien hiermee ten minste een gelijkwaardig niveau van prestaties en spectrumbescherming wordt gegarandeerd om te voldoen aan de desbetreffende essentiële vereisten van Richtlijn 2014/53/EU en indien deze voldoen aan de technische eisen van dit besluit.

    Zendvermogensregeling (TPC)

    TPC levert gemiddeld een onderdrukkingsfactor van ten minste 3 dB op het maximaal toegestane uitgangsvermogen van de systemen; of, indien er geen gebruik van TPC wordt gemaakt, worden de maximaal toegestane gemiddelde e.i.r.p. en de corresponderende maximale dichtheid van de gemiddelde e.i.r.p. met 3 dB verminderd.

    Dynamische frequentieselectie (DFS)

    DFS wordt beschreven in Aanbeveling ITU-R M. 1652-1 om een compatibele werking met radiodeterminatiesystemen te waarborgen.

    Het DFS-mechanisme zorgt ervoor dat de kans dat een bepaald kanaal wordt geselecteerd, dezelfde is voor alle beschikbare kanalen binnen de frequentiebanden 5 250 -5 350  MHz en 5 470 -5 725  MHz. Het DFS-mechanisme waarborgt gemiddeld ook een bijna uniforme spreiding van de spectrumbelasting.

    WAS/RLAN’s moeten een dynamische frequentieselectie toepassen die ten minste even efficiënt is tegen interferentie op radar als DFS, zoals beschreven in ETSI-norm EN 301 893 V2.1.1. De instellingen (hardware en/of software) van WAS/RLAN’s met betrekking tot DFS zijn niet toegankelijk voor de gebruiker indien het wijzigen van die instellingen tot gevolg heeft dat de WAS/RLAN’s niet langer aan de DFS-vereisten voldoet. Dit houdt in dat a) de gebruiker het land van gebruik en/of de gebruikte frequentieband niet kan wijzigen indien dit ertoe leidt dat de apparatuur niet langer aan de DFS-vereisten voldoet, en dat b) geen software en/of firmware wordt aanvaard die ertoe leidt dat de apparatuur niet langer aan de DFS-vereisten voldoet.

    Noot 3:

    Het gebruik van WAS/RLAN-installaties in grote luchtvaartuigen (met uitzondering van meermotorige helikopters), behalve in de frequentieband 5 600 -5 650 MHz, is toegestaan tot en met 31 december 2028 met een maximaal gemiddeld e.i.r.p. voor emissies binnen de bandbreedte van 100 mW.

    Technieken om toegang te krijgen tot spectrum en om interferentie te onderdrukken met een passend prestatieniveau om te voldoen aan de essentiële vereisten van Richtlijn 2014/53/EU, zijn verplicht. Indien relevante technieken worden beschreven in geharmoniseerde normen of delen daarvan, waarvan de referenties in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt overeenkomstig Richtlijn 2014/53/EU, moet ervoor worden gezorgd dat de prestaties ten minste gelijkwaardig zijn aan het prestatieniveau van deze technieken.


    (1)  Richtlijn 2014/53/EU van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake het op de markt aanbieden van radioapparatuur en tot intrekking van Richtlijn 1999/5/EG (PB L 153 van 22.5.2014, blz. 62).

    (2)  In overeenstemming met Verordening (EU) nr. 1321/2014 van de Commissie wordt onder “groot luchtvaartuig” verstaan een luchtvaartuig dat geclassificeerd is als vliegtuig met een maximaal toelaatbare startmassa van meer dan 5 700 kg, of een meermotorige helikopter. De noten 2 en 3 zijn evenwel niet van toepassing op meermotorige helikopters.

    (3)  Aanbeveling ITU-R M. 1652-1: Dynamic Frequency Selection (DFS) in draadloze toegangssystemen met inbegrip van radio-LAN’s met het oog op de bescherming van radiodeterminatiediensten in het 5GHz-bereik.

    (4)  Slaaf- en meestermodus zijn gedefinieerd in EN 301 893 V2.1.1.


    Top