EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32018D1869

Besluit (EU) 2018/1869 van de Raad van 26 november 2018 betreffende de ondertekening, namens de Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië inzake de vrijstelling van de visumplicht voor kort verblijf voor houders van een diplomatiek of dienstpaspoort

ST/13444/2018/INIT

PB L 306 van 30.11.2018, p. 1–3 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2018/1869/oj

30.11.2018   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 306/1


BESLUIT (EU) 2018/1869 VAN DE RAAD

van 26 november 2018

betreffende de ondertekening, namens de Unie, van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië inzake de vrijstelling van de visumplicht voor kort verblijf voor houders van een diplomatiek of dienstpaspoort

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 77, lid 2, onder a), in samenhang met artikel 218, lid 5,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Verordening (EU) nr. 610/2013 van het Europees Parlement en de Raad (1) zijn in het acquis van de Unie inzake visa en grenzen horizontale wijzigingen aangebracht, die onder meer inhouden dat een kort verblijf wordt gedefinieerd als een verblijf van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen.

(2)

Teneinde de regeling van de Unie op het gebied van kort verblijf te harmoniseren, moet deze nieuwe definitie worden opgenomen in de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië inzake de vrijstelling van de visumplicht voor kort verblijf voor houders van een diplomatiek of dienstpaspoort (2).

(3)

Op 9 oktober 2014 heeft de Raad de Commissie gemachtigd om met de Federale Republiek Brazilië onderhandelingen te openen voor een overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië inzake de vrijstelling van de visumplicht voor kort verblijf voor houders van een diplomatiek of dienstpaspoort, hierna „de overeenkomst” genoemd. De onderhandelingen over de overeenkomst zijn succesvol afgerond door het paraferen ervan op 31 oktober 2017.

(4)

Dit besluit houdt een ontwikkeling in van bepalingen van het Schengenacquis waaraan het Verenigd Koninkrijk niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2000/365/EG van de Raad (3); het Verenigd Koninkrijk neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit besluit is niet bindend voor, noch van toepassing op dit land.

(5)

Dit besluit houdt een ontwikkeling in van de bepalingen van het Schengenacquis waaraan Ierland niet deelneemt, overeenkomstig Besluit 2002/192/EG van de Raad (4); Ierland neemt derhalve niet deel aan de vaststelling van dit besluit en dit besluit is niet bindend voor, noch van toepassing op dit land.

(6)

Namens de Unie dient de overeenkomst te worden ondertekend en dienen de tekst van de verklaring in de bijlage bij dit besluit alsook de tekst van de aan deze overeenkomst gehechte gezamenlijke verklaringen te worden goedgekeurd,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Er wordt machtiging verleend tot ondertekening namens de Unie van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië tot wijziging van de Overeenkomst tussen de Europese Unie en de Federale Republiek Brazilië inzake de vrijstelling van de visumplicht voor kort verblijf voor houders van een diplomatiek of dienstpaspoort, onder voorbehoud van de sluiting van die overeenkomst (5).

Artikel 2

De tekst van de verklaring in de bijlagebij dit besluit en de aan deze overeenkomst gehechte tekst van de gezamenlijke verklaringen worden namens de Unie goedgekeurd.

Artikel 3

De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) de overeenkomst namens de Unie te ondertekenen.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 26 november 2018.

Voor de Raad

De voorzitter

J. BOGNER-STRAUSS


(1)  Verordening (EU) nr. 610/2013 van het Europees Parlement en van de Raad van 26 juni 2013 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 562/2006 van het Europees Parlement en de Raad tot vaststelling van een communautaire code betreffende de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode) en van de Overeenkomst ter uitvoering van het Schengenakkoord, Verordeningen (EG) nr. 1683/95 en (EG) nr. 539/2001 van de Raad en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EG) nr. 810/2009 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 182 van 29.6.2013, blz. 1).

(2)  PB L 66 van 12.3.2011, blz. 2.

(3)  Besluit 2000/365/EG van de Raad van 29 mei 2000 betreffende het verzoek van het Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Noord-Ierland deel te mogen nemen aan enkele van de bepalingen van het Schengenacquis (PB L 131 van 1.6.2000, blz. 43).

(4)  Besluit 2002/192/EG van de Raad van 28 februari 2002 betreffende het verzoek van Ierland deel te mogen nemen aan bepalingen van het Schengenacquis (PB L 64 van 7.3.2002, blz. 20).

(5)  De tekst van de overeenkomst wordt samen met het besluit betreffende de sluiting ervan bekendgemaakt.


BIJLAGE

Verklaring van de Unie over de inwerkingtreding van Verordening (EU) 2017/2226 tot instelling van het inreis-uitreissysteem (EES) en de lidstaten die het Schengenacquis volledig toepassen

Verordening (EU) 2017/2226 van het Europees Parlement en de Raad van 30 november 2017 tot instelling van een inreis-uitreissysteem (EES) voor de registratie van inreis- en uitreisgegevens en van gegevens over weigering van toegang ten aanzien van onderdanen van derde landen die de buitengrenzen overschrijden en tot vaststelling van de voorwaarden voor toegang tot het EES voor rechtshandhavingsdoeleinden en tot wijziging van de overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord en Verordeningen (EG) nr. 767/2008 en (EU) nr. 1077/2011 is op 29 december 2017 in werking getreden.

Derhalve zal, vanaf de datum van toepassing van Verordening (EU) 2017/2226 (1) voor de toepassing van deze overeenkomst, onder lidstaten die het Schengenacquis volledig toepassen worden verstaan de lidstaten die het inreis-uitreissysteem aan de buitengrenzen gebruiken. De maximumperiode van 90 dagen binnen een periode van 180 dagen wordt berekend op basis van de verblijfsduur in alle lidstaten die het inreis-uitreissysteem aan de buitengrenzen gebruiken.


(1)  De datum van toepassing zal door de Commissie worden vastgesteld overeenkomstig artikel 73 van Verordening (EU) 2017/2226.


Top