Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32003R2010

    Verordening (EG) nr. 2010/2003 van de Commissie van 14 november 2003 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 800/1999 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwproducten

    PB L 297 van 15.11.2003, p. 13–14 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 05/08/2009

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2003/2010/oj

    32003R2010

    Verordening (EG) nr. 2010/2003 van de Commissie van 14 november 2003 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 800/1999 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwproducten

    Publicatieblad Nr. L 297 van 15/11/2003 blz. 0013 - 0014


    Verordening (EG) nr. 2010/2003 van de Commissie

    van 14 november 2003

    tot wijziging van Verordening (EG) nr. 800/1999 houdende gemeenschappelijke uitvoeringsbepalingen van het stelsel van restituties bij uitvoer voor landbouwproducten

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 1766/92 van de Raad van 30 juni 1992 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector granen(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1104/2003(2), en met name op artikel 13, alsmede op de overeenkomstige bepalingen van de andere verordeningen houdende een gemeenschappelijke ordening der markten voor landbouwproducten,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1) De bestaande voorschriften voor de voorfinanciering in het geval van verwerking voorzien in een equivalentieregeling voor in bulk opgeslagen basisproducten en in bulk opgeslagen tussenproducten die na verwerking zullen worden uitgevoerd. Equivalentie is mogelijk voor op verschillende plaatsen opgeslagen producten; equivalentie is ook mogelijk voor op dezelfde plaats opgeslagen producten. Voor producten in bepaalde situaties zoals voor uitvoer bestemde interventieproducten is equivalentie verboden. Bij voorfinanciering in het geval van opslag is equivalentie in de regel niet toegestaan, onverminderd specifieke sectorale verordeningen volgens welke bepaalde producten in dezelfde silo of opslagplaats in bulk kunnen worden opgeslagen als andere producten met een andere douanestatus. De Europese Rekenkamer heeft er in haar speciaal verslag nr. 1/2003 op gewezen dat de equivalentieregeling onnodig ingewikkeld en moeilijk te controleren is. Bovendien is de Rekenkamer gebleken dat de regels in onderscheiden lidstaten, en zelfs in onderscheiden regio's binnen dezelfde lidstaat, op zeer verschillende wijze zijn toegepast. Daarom verdient het aanbeveling de mogelijkheid van equivalentie uit de regeling betreffende voorfinanciering in het geval van verwerking te schrappen.

    (2) Bij Verordening (EEG) nr. 565/80 van de Raad van 4 maart 1980 betreffende de vooruitbetaling van de uitvoerrestituties voor landbouwproducten(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 444/2003 van de Commissie(4), is voor de in het kader van de voorfinancieringsregeling verwerkte producten het gebruik van de werkelijke opbrengstpercentages ingevoerd. Om rekening te houden met de schommelingen in de opbrengst verdient het aanbeveling enige flexibiliteit aan de dag te leggen in het geval dat de aangegeven opbrengst hoger blijkt te zijn dan de werkelijke opbrengst.

    (3) Met het oog op een doelmatiger beheer van de aanvragen om betaling van uitvoerrestituties dienen de lidstaten te kunnen besluiten dat alleen met elektronische aanvragen mag worden gewerkt.

    (4) Ter vereenvoudiging van de administratieve procedure voor de betaling van restituties voor kleine hoeveelheden, dient voor restituties van niet meer dan 2400 EUR te worden afgezien van de eis dat in het kader van een verzoek andere bewijsstukken als gelijkwaardig te erkennen het bewijs van invoer wordt geleverd.

    (5) Ter vereenvoudiging van de behandeling van dossiers waarbij tot een geringe boete of de terugvordering van een gering bedrag zou moeten worden besloten, dient het minimumbedrag waarvoor de lidstaten van een boete of terugvordering mogen afzien, te worden verhoogd.

    (6) Verordening (EG) nr. 800/1999 van de Commissie(5), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 444/2003, moet dienovereenkomstig worden gewijzigd.

    (7) De betrokken Comités van beheer hebben geen advies uitgebracht binnen de door hun voorzitter bepaalde termijn,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EG) nr. 800/1999 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Artikel 28 wordt als volgt gewijzigd:

    a) In lid 3 worden de tweede, de derde en de vierde alinea geschrapt.

    b) De leden 4 en 5 worden geschrapt.

    2. Aan artikel 35, lid 1, worden de volgende alinea's toegevoegd:

    "Is het verschil tussen het verschuldigde bedrag en het vooruitbetaalde bedrag evenwel het gevolg van een verschil tussen het in de betalingsaangifte aangegeven opbrengstpercentage en het na de verwerking gebleken opbrengstpercentage, dan is de in de tweede alinea bedoelde verhoging met 15 % niet van toepassing indien het verschil tussen de opbrengstpercentages minder dan 2 % bedraagt.

    Artikel 51 is niet van toepassing wanneer er een verschil is tussen het aangegeven opbrengstpercentage en het na de verwerking gebleken opbrengstpercentage.".

    3. Artikel 49 wordt als volgt gewijzigd:

    a) In lid 1 wordt na de tweede alinea de volgende alinea ingevoegd:

    "De lidstaten kunnen evenwel besluiten dat de restitutieaanvragen uitsluitend met behulp van een van de in de tweede alinea bedoelde methoden kunnen worden gedaan.".

    b) In lid 3, tweede alinea, onder a), wordt "1200 EUR" vervangen door "2400 EUR".

    4. In artikel 51, lid 9, wordt "60 EUR" vervangen door "100 EUR".

    5. In artikel 52, lid 3, wordt "60 EUR" vervangen door "100 EUR".

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de zevende dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Artikel 1, punt 1, is van toepassing voor de producten die vallen onder een op of na 1 januari 2004 aanvaarde betalingsaangifte.

    Artikel 1, punt 2, is van toepassing voor de producten die vallen onder een op of na 1 oktober 2003 aanvaarde betalingsaangifte.

    Artikel 1, punten 3, 4 en 5, is van toepassing voor de producten die vallen onder een op of na 1 december 2003 aanvaarde aangifte ten uitvoer.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 14 november 2003.

    Voor de Commissie

    Franz Fischler

    Lid van de Commissie

    (1) PB L 181 van 1.7.1992, blz. 21.

    (2) PB L 158 van 27.6.2003, blz. 1.

    (3) PB L 62 van 7.3.1980, blz. 5.

    (4) PB L 67 van 12.3.2003, blz. 3.

    (5) PB L 102 van 17.4.1999, blz. 11.

    Top