EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31995L0043

Richtlijn 95/43/EG van de Commissie van 20 juli 1995 tot wijziging van de bijlagen C en D van Richtlijn 92/51/EEG van de Raad betreffende een tweede algemeen stelsel van erkenning van beroepsopleidingen, ter aanvulling van Richtlijn 89/48/EEG

PB L 184 van 3.8.1995, p. 21–33 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 19/10/2007

ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1995/43/oj

31995L0043

Richtlijn 95/43/EG van de Commissie van 20 juli 1995 tot wijziging van de bijlagen C en D van Richtlijn 92/51/EEG van de Raad betreffende een tweede algemeen stelsel van erkenning van beroepsopleidingen, ter aanvulling van Richtlijn 89/48/EEG

Publicatieblad Nr. L 184 van 03/08/1995 blz. 0021 - 0033


RICHTLIJN 95/43/EG VAN DE COMMISSIE van 20 juli 1995 tot wijziging van de bijlagen C en D van Richtlijn 92/51/EEG van de Raad betreffende een tweede algemeen stelsel van erkenning van beroepsopleidingen, ter aanvulling van Richtlijn 89/48/EEG (Voor de EER relevante tekst)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 92/51/EEG van de Raad van 18 juni 1992 betreffende een tweede algemeen stelsel van erkenning van beroepsopleidingen, ter aanvulling van Richtlijn 89/48/EEG (1), gewijzigd bij Richtlijn 94/38/EG van de Commissie (2), inzonderheid op artikel 15,

Overwegende dat, bij de behandeling van een met redenen omkleed verzoek tot opneming op de lijst van bijlage C of D van een opleiding, de Commissie, volgens artikel 15, lid 2, met name onderzoekt of de titel waarmee de betrokken opleiding wordt afgesloten, waarborgt dat de houder een beroepsopleiding heeft gevolgd van een niveau dat vergelijkenderwijs even hoog is als dat van de in artikel 1, onder a), eerste alinea, tweede streepje, onder i), bedoelde postsecundaire cyclus en verantwoordelijkheden en taken van een gelijk niveau mag uitoefenen;

Overwegende dat Nederland een met redenen omkleed verzoek tot wijziging van de bijlagen C en D en ook Oostenrijk een dergelijk verzoek tot wijziging van bijlage D heeft ingediend;

Overwegende dat met name de aan bijlage C toegevoegde opleidingen ten aanzien van Nederland inzake structuur en duur, alsook inzake het niveau van de verantwoordelijkheid en de taken die zij waarborgen, vergelijkbaar zijn met de reeds in genoemde bijlage vermelde opleidingen;

Overwegende dat, overeenkomstig artikel 2 van Richtlijn 92/51/EEG, de bepalingen van die richtlijn niet van toepassing zijn op de activiteiten die onder een van de in bijlage A genoemde richtlijnen vallen, met inbegrip van de in bijlage B genoemde richtlijnen die van toepassing worden op de uitoefening van een activiteit in loondienst, ook al heeft de onderdaan van een Lid-Staat een van de in bijlage D genoemde opleidingen van een bijzondere structuur gevolgd;

Overwegende dat met name de opleidingen die voor Nederland en Oostenrijk in bijlage D worden opgenomen een vergelijkbare structuur en duur hebben als bepaalde in bijlage C vermelde en sommige reeds in bijlage D vermelde opleidingen en zich hierdoor kenmerken, dat zij een totale duur van ten minste 13 jaar hebben;

Overwegende dat het, in overeenstemming met artikel 17, lid 2, van Richtlijn 92/51/EEG en om het algemene stelsel efficiënter te maken, nodig is dat de Lid-Staten waarvan de opleidingen in bijlage D zijn opgenomen, aan de Commissie en de andere Lid-Staten een lijst van de desbetreffende diploma's verstrekken;

Overwegende dat het, voor een beter begrip van de bijlagen C en D, dienstig is een geconsolideerde versie van deze bijlagen aan te hechten;

Overwegende dat de in deze richtlijn vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het comité voorzien in artikel 15 van Richtlijn 92/51/EEG,

HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

Artikel 1

De bijlagen C en D van Richtlijn 92/51/EEG worden gewijzigd overeenkomstig bijlage I van de onderhavige richtlijn.

Artikel 2

De gewijzigde lijsten van de opleidingen in de bijlagen C en D van Richtlijn 92/51/EEG zijn vervat in bijlage II van de onderhavige richtlijn.

Artikel 3

1. De Lid-Staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke maatregelen in werking treden om uiterlijk op 31 oktober 1995 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan onverwijld in kennis.

Wanneer de Lid-Staten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzingen worden door de Lid-Staten vastgesteld.

2. De Lid-Staten delen de Commissie de tekst van de belangrijke bepalingen van intern recht mede die zij op het onder deze richtlijn vallende gebied vaststellen.

Artikel 4

Deze richtlijn treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

Gedaan te Brussel, 20 juli 1995.

Voor de Commissie Mario MONTI Lid van de Commissie

BIJLAGE I

A. Bijlage C wordt als volgt gewijzigd:

1. a) Punt 1 "Paramedisch en sociaal-pedagogisch gebied" onder "in Luxemburg", laatste streepje: "pedagogisch werker ("educateur(trice")", wordt aangevuld met het volgende onderdeel:

in Nederland "- dierenartsassistent;".

b) Punt 1 "Paramedisch en sociaal-pedagogisch gebied" onder "overeenkomende met opleidingen met een totale duur van ten minste dertien jaar, waarvan:" wordt aangevuld met het volgende streepje:

"hetzij, in het geval van de dierenartsassistent in Nederland, drie jaar beroepsopleiding aan een gespecialiseerde school (MBO-stelsel) of drie jaar beroepsopleiding in het leerlingwezen (LLW), die beide worden afgesloten met een examen.".

2. a) Punt 3 "Maritieme sector", letter a), "Zeescheepvaart", onder "in Nederland", wordt aangevuld met het volgende streepje:

"- VTS-functionaris".

b) In punt 3 "Maritieme sector", letter a) "Zeescheepvaart", onder "in Nederland" en vervolgens "overeenkomende met de volgende opleidingen", wordt het streepje:

"- in Nederland, een onderwijscyclus van veertien jaar, waarvan ten minste twee jaar aan een gespecialiseerde instelling voor beroepsonderwijs, en aangevuld met twaalf maanden praktijkervaring,"

vervangen door het volgende streepje:

"- in Nederland - voor stuurman kleine handelsvaart (met aanvulling) en diploma motordrijver, een onderwijscyclus van veertien jaar, waarvan ten minste twee jaar aan een gespecialiseerde instelling voor beroepsonderwijs, en aangevuld met twaalf maanden praktijkervaring;

- voor VTS-functionaris, een onderwijscyclus met een totale duur van ten minste vijftien jaar, waarvan ten minste drie jaar hoger beroepsonderwijs (HBO) of middelbaar beroepsonderwijs (MBO), gevolgd door landelijke en regionale opleidingen, die elk ten minste twaalf weken theoretische opleidingen omvatten en met een examen worden afgesloten.".

3. a) Punt 4 "Technische sector", onder "in Nederland" wordt aangevuld met het volgende streepje:

"- tandprotheticus,".

b) In punt 4 "Technische sector", onder "in Nederland", wordt de alinea volgende op het streepje: "gerechtsdeurwaarder" vervangen door het volgende:

"overeenkomend met een onderwijs- en beroepsopleidingscyclus met een totale duur van:

- in het geval van de gerechtsdeurwaarder, negentien jaar, waarvan acht jaar verplicht schoolonderwijs, gevolgd door acht jaar secundair onderwijs, waarvan vier jaar technisch onderwijs afgesloten met een staatsexamen, en aangevuld met drie jaar theorieonderwijs en een praktijkgerichte opleiding toegespitst op de uitoefening van het beroep;

- in het geval van de tandprotheticus, ten minste vijftien jaar voltijds en drie jaar deeltijds onderwijs, waarvan acht jaar basisonderwijs, vier jaar algemeen vormend secundair onderwijs en drie jaar beroepsgerichte opleiding, waaronder een theoretische en praktische opleiding tandtechnicus, aangevuld met drie jaar deeltijdse opleiding tandprotheticus, die wordt afgesloten met een examen.".

B. Bijlage D wordt aangevuld met de volgende onderdelen:

a) "In Nederland de volgende gereglementeerde opleidingen:

- gereglementeerde opleidingscyclussen met een totale duur van ten minste vijftien jaar, die impliceren dat acht jaar basisonderwijs, plus vier jaar hetzij middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (MAVO), hetzij voorbereidend beroepsonderwijs (VBO), hetzij algemeen voortgezet onderwijs van een hoger niveau met succes is voltooid en dat een drie- of vierjarige opleiding in een school voor middelbaar beroepsonderwijs (MBO) is voltooid, die wordt afgesloten met een examen;

- gereglementeerde opleidingscyclussen met een totale duur van ten minste zestien jaar, die impliceren dat acht jaar basisonderwijs, plus minstens vier jaar voorbereidend beroepsonderwijs (VBO) of algemeen voortgezet onderwijs van een hoger niveau met succes is voltooid en dat een beroepsopleiding van ten minste vier jaar in het leerlingwezen is voltooid, met ten minste één dag per week theoretisch onderwijs op school en de andere dagen een praktijkopleiding in een bedrijf of praktijkleerplaats, afgesloten met een examen van het secundaire of tertiaire niveau.

De Nederlandse autoriteiten verstrekken de Commissie en de overige Lid-Staten een lijst van de opleidingen waarop deze bijlage betrekking heeft."

b) "In Oostenrijk - opleidingen die worden verstrekt in scholen voor hoger beroepsonderwijs ("berufsbildende hoehere Schulen") en onderwijsinstellingen van een hoger niveau voor land- en bosbouw ("hoehere land- und fortwirtschaftlichen Lehranstalten"), met inbegrip van de bijzondere vormen ("einschliesslich der Sonderformen"), waarvan structuur en niveau zijn vastgesteld bij wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.

Deze opleidingen hebben een totale duur van ten minste dertien jaar en omvatten vijf jaar beroepsopleiding, die wordt afgesloten met een eindexamen, dat het bewijs levert van vakbekwaamheid;

- opleidingen in meesterscholen ("Meisterschulen"), meesterklassen ("Meisterklassen"), industriële meesterscholen ("Werkmeisterschulen") of vakscholen voor bouwvakarbeiders ("Bauhandwerkerschulen"), waarvan structuur en niveau zijn vastgesteld bij wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.

Deze opleidingen hebben een totale duur van ten minste dertien jaar, waarvan negen jaar verplicht schoolonderwijs gevolgd door hetzij ten minste drie jaar beroepsopleiding in een gespecialiseerde school, hetzij ten minste drie jaar opleiding in een bedrijf en parallel in een vakschool ("Berufsschule"), die beide afgesloten worden met een examen en aangevuld worden met een opleiding van ten minste één jaar in een meesterschool ("Meisterschule"), meesterklas ("Meisterklasse"), industriële meesterschool ("Werkmeisterschule") of vakschool voor bouwvakarbeiders ("Bauhandwerkerschule"). In de meeste gevallen bedraagt de totale duur ten minste vijftien jaar, waarvan perioden met werkervaring, die voorafgaand aan de opleidingen in deze instellingen werd opgedaan of wordt aangevuld met deeltijdse opleidingen (minstens 960 uren).

De Oostenrijkse autoriteiten verstrekken de Commissie en de overige Lid-Staten een lijst van de opleidingen waarop deze bijlage betrekking heeft."

BIJLAGE II

"LIJST VAN OPLEIDINGEN MET EEN BIJZONDERE STRUCTUUR, ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 1, LETTER A), EERSTE ALINEA, TWEEDE STREEPJE, ONDER ii) (BIJLAGE C VAN RICHTLIJN 92/51/EEG) 1. Paramedisch en sociaal-pedagogisch gebied De volgende opleidingen:

in Duitsland - kinderverpleegkundige ("Kinderkrankenschwester/Kinderkrankenpfleger"),

- fysiotherapeut ("Krankengymnast(in)/Physiotherapeut(in)") (1),

- bezigheids- en arbeidstherapeut ("Beschaeftigungs- und Arbeitstherapeut(in)"),

- logopedist ("Logopaede/Logopaedin"),

- orthoptist ("Orthoptist(in)"),

- van staatswege erkend pedagogisch werker ("Staatlich anerkannte(r) Erzieher(in)"),

- van staatswege erkend orthopedagogisch werker ("Staatlich anerkante(r) Heilpaedagoge(-in)"),

- medisch laborant ("Medizinisch-technische(r) Laboratoriums-Assistent(in)"),

- radiologisch laborant ("Medizinisch-technische(r) Radiologie-Assistent(in)"),

- medisch-technisch assistent functionele diagnostiek ("Medizinisch-technische(r) Assistent(in) fuer Funktionsdiagnostik"),

- diergeneeskundig-technisch assistent ("Veterinaermedizinisch-technische(r) Assistent(in)"),

- diëtist ("Diaetassistent(in)"),

- farmaceutisch technicus ("Pharmazieingenieur"), gegeven vóór 31 maart 1994 op het grondgebied van de voormalige Duitse Democratische Republiek,

- psychiatrisch verpleegkundige ("Psychiatrische(r) Krankenschwester/Krankenpfleger"),

- spraaktherapeut ("Sprachtherapeut(in)");

in Italië - tandtechnicus ("odontotecnico"),

- opticien ("ottico"),

- podoloog ("podologo");

in Luxemburg - radiologisch laborant ("assistant(e) technique médical(e) en radiologie"),

- medisch laborant ("assistant(e) technique médical(e) de laboratoire"),

- psychiatrisch verpleegkundige ("infirmier/ière psychiatrique"),

- chirurgieassistent ("assistant(e) technique médical(e) en chirurgie"),

- kinderverpleegkundige ("infirmier/ière puériculteur/trice"),

- anesthesieverpleegkundige ("infirmier/ière anesthésiste"),

- gediplomeerd masseur ("masseur/euse diplômé(e)",

- pedagogisch werker ("éducateur/trice");

in Nederland - dierenartsassistent,

overeenkomende met opleidingen met een totale duur van ten minste dertien jaar, waarvan:

i) hetzij ten minste drie jaar beroepsopleiding aan een gespecialiseerde school, afgesloten met een examen, eventueel aangevuld met een specialisatiecyclus van één of twee jaar, afgesloten met een examen,

ii) hetzij ten minste twee en een half jaar aan een gespecialiseerde school, afgesloten met een examen en aangevuld met een praktijkervaring van ten minste zes maanden of een beroepsstage van ten minste zes maanden aan een erkende instelling,

iii) hetzij ten minste twee jaar aan een gespecialiseerde school, afgesloten met een examen en aangevuld met een praktijkervaring van ten minste één jaar of een beroepsstage van ten minste één jaar aan een erkende instelling,

iv) of in het geval van de dierenartsassistent in Nederland, drie jaar beroepsopleiding aan een gespecialiseerde school (MBO-stelsel) of drie jaar beroepsopleiding in het leerlingenwezen (LLW), die beide worden afgesloten met een examen;

in Oostenrijk - contactlenzenopticien ("Kontaktlinsenoptiker"),

- pedicure ("Fusspfleger"),

- audicien ("Hoergeraeteakustiker"),

- drogist ("Drogist");

overeenkomende met een opleidingscyclus met een totale duur van minstens veertien jaar, waarvan gedurende ten minste vijf jaar een opleiding in een gestructureerd kader wordt gevolgd, verdeeld in een leerlingenschap van ten minste drie jaar, gedeeltelijk in het bedrijf en gedeeltelijk in een instelling voor beroepsonderwijs, en een praktische opleiding in het bedrijf, afgesloten met een erkend examen dat het recht verleent het beroep uit te oefenen en leerlingen op te leiden,

- masseur ("Masseur"),

overeenkomende met een opleidingscyclus met een totale duur van veertien jaar, waarvan gedurende vijf jaar een opleiding in een gestructureerd kader wordt gevolgd, bestaande uit een leerlingenschap van twee jaar, een praktische opleiding van twee jaar in het bedrijf en een opleidingscursus van één jaar die wordt afgesloten met een erkend examen dat het recht verleent het beroep uit te oefenen en leerlingen op te leiden,

- kleuterleider/leidster ("Kindergaertner/in"),

- pedagogisch werker ("Erzieher"),

overeenkomende met opleidingen met een totale duur van dertien jaar, waarvan vijf jaar beroepsopleiding aan een gespecialiseerde school, afgesloten met een examen.

2. Sector meesters ("Mester"/"Meister"/"Maître") overeenkomende met opleidingen voor ambachtelijke activiteiten die niet onder de in bijlage A genoemde richtlijnen vallen De volgende opleidingen:

in Denemarken - opticien ("optometrist"),

overeenkomende met een opleidingscyclus met een totale duur van veertien jaar, waarvan gedurende ten minste vijf jaar een beroepsopleiding wordt gevolgd, verdeeld in een door de instelling voor beroepsonderwijs verzorgde theoretische opleiding van twee en een half jaar en een praktische opleiding van twee en een half jaar in het bedrijf, afgesloten met een erkend examen dat betrekking heeft op de ambachtelijke activiteit en het recht verleent de titel "Mester" te voeren,

- prothese/orthesemaker ("ortopaedimekaniker"),

overeenkomende met een opleidingscyclus met een totale duur van twaalf en een half jaar, waarvan gedurende drie en een half jaar een beroepsopleiding wordt gevolgd, verdeeld in een door de instelling voor beroepsonderwijs verzorgde theoretische opleiding van een semester en een praktische opleiding van drie jaar in het bedrijf, afgesloten met een erkend examen dat betrekking heeft op de ambachtelijke activiteit en het recht verleent de titel "Mester" te voeren,

- orthopedisch schoenmaker ("ortopaediskomager"),

overeenkomende met een opleidingscyclus met een totale duur van dertien en een half jaar, waarvan gedurende vier en een half jaar een beroepsopleiding wordt gevolgd, verdeeld in een door de instelling voor beroepsonderwijs verzorgde theoretische opleiding van twee jaar en een praktische opleiding van twee en een half jaar in het bedrijf, afgesloten met een erkend examen dat betrekking heeft op de ambachtelijke activiteit en het recht verleent de titel "Mester" te voeren;

in Duitsland - opticien ("Augenoptiker"),

- tandtechnicus ("Zahntechniker"),

- bandagist ("Bandagist"),

- audicien ("Hoergeraete-Akustiker"),

- prothese/orthesemaker ("Orthopaediemechaniker"),

- orthopedisch schoenmaker ("Orthopaedieschuhmacher");

in Luxemburg - opticien ("opticien"),

- tandtechnicus ("mécanicien dentaire"),

- audicien ("audioprothésiste"),

- prothese/orthesemaker-bandagist ("mécanicien orthopédiste/bandagiste"),

- orthopedisch schoenmaker ("orthopédiste-cordonnier");

overeenkomende met een opleidingscyclus met een totale duur van veertien jaar, waarvan gedurende ten minste vijf jaar een opleiding in een gestructureerd kader wordt gevolgd, gedeeltelijk in het bedrijf en gedeeltelijk aan de instelling voor beroepsonderwijs, afgesloten met een examen dat met succes moet worden afgelegd om een als ambachtelijk beschouwde activiteit als zelfstandige of als werknemer in loondienst met een vergelijkbaar verantwoordelijkheidsniveau uit te mogen oefenen;

in Oostenrijk - bandagist ("Bandagist"),

- korsettenmaker ("Miederwarenerzeuger"),

- opticien ("Optiker"),

- ortopedisch schoenmaker ("Orthopaedieschuhmacher"),

- prothese/orthesemaker ("Orthopaedietechniker"),

- tandtechnicus ("Zahntechniker"),

- tuinder ("Gaertner"),

overeenkomende met opleidingen met een totale duur van minstens veertien jaar, waarvan gedurende ten minste vijf jaar een opleiding in een gestructureerd kader, verdeeld in een leerlingenschap van ten minste drie jaar, gedeeltelijk in het bedrijf en gedeeltelijk in een instelling voor beroepsonderwijs, en een praktische opleiding in het bedrijf met een totale duur van ten minste twee jaar, afgesloten met een meestersexamen dat het recht verleent het beroep uit te oefenen, leerlingen op te leiden en de titel "Meister" te voeren,

de meestersopleidingen in de sectoren land- en bosbouw, met als specialisatie:

- landbouw ("Meister in der Landwirtschaft"),

- landbouwhuishoudkunde ("Meister in der laendlichen Hauswirtschaft"),

- tuinbouw ("Meister im Gartenbau"),

- groentekwekerij ("Meister im Feldgemuesebau"),

- ooftkunde en fruitverwerking ("Meister im Obstbau und in der Obstverwertung"),

- wijnbouw en wijnbereiding ("Meister im Weinbau und in der Kellerwirtschaft"),

- melk- en zuivelbereiding ("Meister in der Molkerei- und Kaesereiwirtschaft"),

- paardefokkerij ("Meister in der Pferdewirtschaft"),

- visserij ("Meister in der Fischereiwirtschaft"),

- pluimveehouderij ("Meister in der Gefluegelwirtschaft"),

- bijeenteelt ("Meister in der Bienenwirtschaft"),

- bosbouw ("Meister in der Forstwirtschaft"),

- bosaanleg en -beheer ("Meister in der Forstgarten- und Forstpflegewirtschaft"),

- opslag van landbouwprodukten ("Meister in der landwirtschaftlichen Lagerhaltung"),

overeenkomende met opleidingen met een totale duur van minstens vijftien jaar, waarvan gedurende ten minste zes jaar een opleiding in een gestructureerd kader wordt gevolgd, verdeeld in een leerlingenschap van ten minste drie jaar, gedeeltelijk in het bedrijf en gedeeltelijk in een instelling voor beroepsonderwijs, en een praktische opleiding van ten minste drie jaar in het bedrijf, afgesloten met een erkend examen dat betrekking heeft op het beroep en dat het recht verleent leerlingen op te leiden en de titel "Meister" te voeren.

3. Maritieme sector a) Zeescheepvaart De volgende opleidingen:

in Denemarken - kapitein van de koopvaardij ("skibsfoerer"),

- eerste stuurman ("overstyrmand"),

- stuurman, officier werktuigkundige ("enestyrmand, vagthavende styrmand"),

- officier werktuigkundige ("vagthavende styrmand"),

- scheepswerktuigkundige ("maskinchef"),

- eerste officier werktuigkundige ("1. maskinmester"),

- eerste officier werktuigkundige/stuurman werktuigkundige ("1. maskinmester/vagthavende maskinmester");

in Duitsland - kapitein AM ("Kapitaen AM"),

- kapitein AK ("Kapitaen AK"),

- zeevaartkundig scheepsofficier AMW ("Nautischer Schiffsoffizier AMW"),

- zeevaartkundig scheepsofficier AKW ("Nautischer Schiffsoffizier AKW"),

- scheepswerktuigkundige CT - hoofdmachinist ("Schiffsbetriebstechniker CT - Leiter von Maschinenanlagen"),

- scheepsmachinist CMa - hoofdmachinist ("Schiffsmaschinist CMa - Leiter von Maschinenanlagen"),

- scheepswerktuigkundige CTW ("Schiffbetriebstechniker CTW"),

- scheepsmachinist CMaW - enig technisch officier aan boord ("Schiffsmaschinist CMaW - Technischer Alleinoffizier");

in Italië - dekofficier ("ufficiale di coperta"),

- werktuigkundige ("ufficiale di macchina");

in Nederland - stuurman kleine handelsvaart (met aanvulling),

- diploma motordrijver,

- VTS-functionaris,

overeenkomende met de volgende opleidingen:

- in Denemarken, negen jaar lager onderwijs, gevolgd door een basisopleiding en/of dienst op zee gedurende zeventien à 36 maanden en aangevuld:

i) voor de officier werktuigkundige: met een jaar gespecialiseerde beroepsopleiding,

ii) voor de anderen: met drie jaar gespecialiseerde beroepsopleiding;

- in Duitsland, een opleiding waarvan de totale duur tussen veertien en achttien jaar ligt en die het volgende inhoudt: een basisberoepsopleiding van drie jaar en dienst op zee gedurende één jaar, gevolgd door een gespecialiseerde beroepsopleiding van één à twee jaar, eventueel aangevuld met twee jaar praktijkervaring;

- in Italië, een opleiding van in totaal dertien jaar, waarvan ten minste vijf jaar beroepsopleiding, afsloten met een examen, eventueel aangevuld met een beroepsstage;

- in Nederland i) voor stuurman kleine handelsvaart (met aanvulling) en diploma motordrijver, een onderwijscyclus van veertien jaar, waarvan ten minste twee jaar aan een gespecialiseerde instelling voor beroepsonderwijs, en aangevuld met twaalf maanden praktijkervaring,

ii) voor VTS-functionaris, een onderwijscyclus met een totale duur van ten minste vijftien jaar, waarvan ten minste drie jaar hoger beroepsonderwijs (HBO) of middelbaar beroepsonderwijs (MBO), gevolgd door landelijke en regionale opleidingen, die elk ten minste twaalf weken theoretische opleidingen omvatten en met een examen worden afgesloten,

die erkend zijn in het kader van het Internationale STCW-Verdrag (International Verdrag van 1978 betreffende normen voor opleiding, diplomering en wachtlopen voor zeevarenden).

b) Zeevisserij De volgende opleidingen:

in Duitsland - kapitein BG visserij ("Kapitaen BG/Fischerei"),

- kapitein BK visserij ("Kapitaen BK/Fischerei"),

- zeevaartkundig scheepsofficier BGW visserij ("Nautischer Schiffsoffizier BGW/Fischerei"),

- zeevaartkundig scheepsofficier BKW visserij ("Nautischer Schiffsoffizier BKW/Fischerei");

in Nederland - stuurman werktuigkundige V,

- werktuigkundige IV visvaart,

- stuurman IV visvaart,

- stuurman werktuigkundige VI,

overeenkomende met de volgende opleidingen,

- in Duitsland, een opleiding waarvan de totale duur tussen veertien en achttien jaar ligt en die het volgende inhoudt: een basisberoepsopleiding van drie jaar en dienst op zee gedurende één jaar, gevolgd door een gespecialiseerde beroepsopleiding van één à twee jaar, eventueel aangevuld met twee jaar praktijkervaring;

- in Nederland, een onderwijscyclus van dertien à vijftien jaar waarvan ten minste twee jaar aan een gespecialiseerde instelling voor beroepsonderwijs, aangevuld met twaalf maanden praktijkervaring,

die erkend zijn in het kader van het Verdrag van Torremolinos (Internationaal Verdrag van 1977 voor de beveiliging van vissersvaartuigen).

4. Technische sector De volgende opleidingen:

in Italië - landmeter ("geometra"),

- agronoom ("perito agrario"),

overeenkomend met cyclussen van technisch secundair onderwijs met een totale duur van ten minste dertien jaar, waarvan acht jaar verplicht onderwijs, gevolgd door vijf jaar secundair onderwijs, waarvan drie jaar beroepsgericht onderwijs, afgesloten met het examen van het technisch baccalaureaat en aangevuld,

i) in het geval van de landmeter, met hetzij een praktijkstage van ten minste twee jaar op een landmetersbureau, hetzij een beroepservaring van vijf jaar,

ii) in het geval van de agronoom, met een praktijkstage van ten minste twee jaar,

gevolgd door het Staatsexamen;

in Nederland - gerechtsdeurwaarder,

- tandprotheticus,

overeenkomend met een onderwijs- en beroepsopleidingscyclus met een totale duur van:

i) in het geval van de gerechtsdeurwaarder, negentien jaar, waarvan acht jaar verplicht schoolonderwijs, gevolgd door acht jaar secundair onderwijs, waarvan vier jaar technisch onderwijs afgesloten met een staatsexamen, en aangevuld met drie jaar theorieonderwijs en een praktijkgerichte opleiding toegespitst op de uitoefening van het beroep;

ii) in het geval van de tandprotheticus, ten minste vijftien jaar voltijds en drie jaar deeltijds onderwijs, waarvan acht jaar basisonderwijs, vier jaar algemeen vormend onderwijs en drie jaar beroepsgerichte opleiding, waaronder een theoretische en praktische opleiding tandtechnicus, aangevuld met drie jaar deeltijdse opleiding tandprotheticus, die wordt afgesloten met een examen;

in Oostenrijk - bosbouwkundig ambtenaar ("Foerster"),

- technisch adviseur ("Technisches Buero"),

- adviseur uitzendarbeid ("UEberlassung von Arbeitskraeften - Arbeitsleihe"),

- arbeidsbemiddelaar ("Arbeitsvermittlung"),

- beleggingsadviseur ("Vermoegensberater"),

- privédetective ("Berufsdetektiv"),

- bewakingsagent ("Bewachungsgewerbe"),

- vastgoedmakelaar ("Immobilienmakler"),

- vastgoedbeheerder ("Immobilienverwalter"),

- reklame- en promotieagentschap ("Werbeagentur"),

- projectontwikkelaar ("Bautraeger, Bauorganisator, Baubetreuer"),

- incassoagent ("Inkassoinstitut"),

overeenkomende met opleidingen met een totale duur van ten minste vijftien jaar, waarvan acht jaar verplicht schoolonderwijs gevolgd door vijf jaar middelbaar technisch of handelsonderwijs, afgesloten met een maturiteitsexamen, aangevuld met ten minste twee jaar opleiding in het bedrijf afgesloten met een beroepsexamen,

- verzekeringsadviseur ("Berater in Versicherungsangelegenheiten"),

overeenkomende met opleidingen met een totale duur van minstens vijftien jaar, waarvan gedurende zes jaar een opleiding in een gestructureerd kader wordt gevolgd, verdeeld in een leerlingenschap van drie jaar en een praktische opleiding van drie jaar in het bedrijf, afgesloten met een examen,

- bouwtechnicus/planning en technische berekeningen ("Planender Baumeister"),

- meester-timmerman-planning en technische berekeningen ("Planender Zimmermeister"),

overeenkomende met opleidingen van ten minste achttien jaar, waarvan ten minste negen jaar beroepsopleiding verdeeld in vier jaar technisch middelbaar onderwijs en vijf jaar praktische opleiding in het bedrijf afgesloten met een beroepsexamen dat het recht verleent het beroep uit te oefenen en leerlingen op te leiden, voor zover deze opleiding betrekking heeft op het recht om bouwplannen op te stellen, technische berekeningen uit te voeren en toezicht te houden op bouwactiviteiten (het "Maria-Theresia-voorrecht").

5. Opleidingen die in het Verenigd Koninkrijk zijn goedgekeurd als "National Vocational Qualifications" of als "Scottish Vocational Qualifications"

De volgende opleidingen:

- medisch wetenschappelijk laborant ("Medical laboratory scientific officer"),

- elektrotechnisch mijningenieur ("Mine electrical engineer"),

- werktuigbouwkundig mijningenieur ("Mine mechanical engineer"),

- erkend sociaal werker (gezondheidszorg voor geestelijk gehandicapten) ("Approved social worker - mental health"),

- reclasseringsambtenaar ("Probation officer"),

- gebitstherapeut ("Dental therapist"),

- gebitshygiënist ("Dental hygienist"),

- opticien ("Dispensing optician"),

- veiligheidsopzichter mijnen ("Mine deputy"),

- functionaris belast met insolventiezaken ("Insolvency practitioner"),

- erkend opsteller van overdrachtsakten ("Licensed conveyancer"),

- prothesemaker ("Prosthetist"),

- eerste stuurman - vracht/passagiersschepen - onbeperkt ("First mate - Freight/passenger ships - unrestricted"),

- tweede stuurman - vracht/passagiersschepen - onbeperkt ("Second mate - Freight/Passenger ships - unrestricted"),

- derde stuurman - vracht/passagiersschepen - onbeperkt ("Third mate - Freight/Passenger ships - unrestricted"),

- stuurman - vracht/passagiersschepen - onbeperkt ("Deck officer - Freight/Passenger ships - unrestricted"),

- klasse 2 scheepswerktuigkundige - vracht/passagiersschepen - onbeperkt handelsgebied ("Engineer officer - Freight/Passenger ships - unlimited trading area"),

- merkenagent ("Trade mark agent"),

die leiden tot kwalificaties die zijn goedgekeurd als "National Vocational Qualifications" (NVQ) of die zijn goedgekeurd of als gelijkwaardig erkend door de National Council for Vocational Qualifications, of in Schotland zijn goedgekeurd als "Scottish Vocational Qualifications", en behoren tot de niveaus 3 en 4 van het National Framework of Vocational Qualifications van het Verenigd Koninkrijk.

Deze niveaus komen overeen met de volgende omschrijvingen:

- Niveau 3: Bekwaamheid voor een groot aantal uiteenlopende werkzaamheden in zeer verschillende omstandigheden, meestal met een complex karakter en geen routinewerk. Er is een grote verantwoordelijkheid en zelfstandigheid aan verbonden en vaak wordt verlangd dat men toezicht uitoefent op of leiding geeft aan anderen.

- Niveau 4: Bekwaamheid voor een groot aantal complexe, technische of gespecialiseerde werkzaamheden in zeer verschillende omstandigheden en met een hoge mate van persoonlijke verantwoordelijkheid en zelfstandigheid. Dikwijls is men verantwoordelijk voor het werk van anderen en voor de verdeling van de financiële middelen.

LIJST VAN OPLEIDINGEN MET EEN BIJZONDERE STRUCTUUR, ZOALS BEDOELD IN ARTIKEL 3, LETTER B), EERSTE ALINEA, DERDE STREEPJE (BIJLAGE D VAN RICHTLIJN 92/51/EEG) In het Verenigd Koninkrijk de gereglementeerde opleidingen die leiden tot de kwalificaties die als "National Vocational Qualifications" (NVQ) zijn goedgekeurd door de National Council for Vocational Qualifications, of in Schotland zijn goedgekeurd als "Scottish Vocational Qualifications", en die behoren tot de niveaus 3 en 4 van het National Framework of Vocational Qualifications van het Verenigd Koninkrijk.

Deze niveaus komen overeen met de volgende omschrijvingen:

- Niveau 3: Bekwaamheid voor een groot aantal uiteenlopende werkzaamheden in zeer verschillende omstandigheden, meestal met een complex karakter en geen routinewerk. Er is een grote verantwoordelijkheid en zelfstandigheid aan verbonden en vaak wordt verlangd dat men toezicht uitoefent op of leiding geeft aan anderen.

- Niveau 4: Bekwaamheid voor een groot aantal complexe, technische of gespecialiseerde werkzaamheden in zeer verschillende omstandigheden en met een hoge mate van persoonlijke verantwoordelijkheid en zelfstandigheid. Dikwijls is men verantwoordelijk voor het werk van anderen en voor de verdeling van de financiële middelen.

In Duitsland de volgende gereglementeerde opleidingen:

- die voor de beroepen van technisch assistent ("Technischer Assistent(in)") en commercieel assistent ("Kaufmaennische(r) Assistent(in)") en voor de sociale beroepen ("Soziale Berufe"), alsook voor het beroep van adem-, spraak- en stemleraar met een staatsdiploma ("Staatlich gepruefte(r) Atem-, Sprech- und Stimmlehrer(in)"), met een totale duur van ten minste dertien jaar, die impliceren dat de eerste cyclus van het secundair onderwijs ("Mittlerer Bildungsabschluss") met succes werd voltooid, en het volgende omvatten:

i) hetzij ten minste drie jaar (1) beroepsopleiding aan een vakschool ("Fachschule"), die met een examen wordt afgesloten, eventueel aangevuld met een specialisatiecyclus van één of twee jaar, die met een examen wordt afgesloten,

ii) hetzij ten minste twee en een half jaar beroepsopleiding aan een vakschool ("Fachschule"), die met een examen wordt afgesloten, aangevuld met ten minste zes maanden beroepspraktijk of ten minste zes maanden beroepsgerichte stage in een erkende instelling,

iii) hetzij ten minste twee jaar beroepsopleiding aan een vakschool ("Fachschule"), die met een examen wordt afgesloten, aangevuld met ten minste één jaar beroepspraktijk of ten minste één jaar beroepsgerichte stage in een erkende instelling;

- die voor het beroep van technicus ("Techniker(in)"), bedrijfseconoom ("Betriebswirt(in)"), ontwerper ("Gestalter(in)") en gezinsverzorger ("Familienpfleger(in)") met een staatsdiploma ("Staatlich geprueft"), met een totale duur van ten minste zestien jaar, die impliceren dat het verplichte schoolonderwijs of een soortgelijke opleiding werd gevolgd (doorgaans negen jaar) en dat een opleiding aan een vakschool ("Berufsschule") van ten minste drie jaar met succes is voltooid, en het volgende omvatten: ten minste twee jaar praktijkervaring, gevolgd door een opleiding van ten minste twee jaar voltijds of van een gelijkwaardige duur deeltijds;

- de gereglementeerde opleidingen en de gereglementeerde vervolgopleidingen, met een totale duur van ten minste vijftien jaar, die gewoonlijk impliceren dat het verplichte schoolonderwijs (met een duur van ten minste negen jaar) en een beroepsopleiding (doorgaans drie jaar) werden gevolgd, en gewoonlijk het volgende omvatten: ten minste twee jaar (doorgaans drie jaar) beroepspraktijk, alsook een examen in het kader van de vervolgopleiding ter voorbereiding waarvan gewoonlijk begeleidende opleidingsmaatregelen worden genomen hetzij naast de beroepspraktijk (ten minste 1 000 uren), hetzij voltijds (ten minste één jaar).

De Duitse autoriteiten verstrekken de Commissie en de overige Lid-Staten een lijst van de opleidingen waarop deze bijlage betrekking heeft.

In Nederland - gereglementeerde opleidingscyclussen met een totale duur van ten minste vijftien jaar, die impliceren dat acht jaar basisonderwijs, plus vier jaar hetzij middelbaar algemeen voortgezet onderwijs (MAVO), hetzij voorbereidend beroepsonderwijs (VBO), hetzij algemeen voortgezet onderwijs van een hoger niveau met succes is voltooid en dat een drie- of vierjarige opleiding in een school voor middelbaar beroepsonderwijs (MBO) is voltooid, die wordt afgesloten met een examen;

- gereglementeerde opleidingscyclussen met een totale duur van ten minste zestien jaar, die impliceren dat acht jaar basisonderwijs, plus minstens vier jaar voorbereidend beroepsonderwijs (VBO) of algemeen voortgezet onderwijs van een hoger niveau met succes is voltooid en dat een beroepsopleiding van ten minste vier jaar in het leerlingwezen is voltooid, met ten minste één dag per week theoretisch onderwijs op school en de andere dagen een praktijkopleiding in een bedrijf of praktijkleerplaats, afgesloten met een examen van het secundaire of tertiaire niveau.

De Nederlandse autoriteiten verstrekken de Commissie en de overige Lid-Staten een lijst van de opleidingen waarop deze bijlage betrekking heeft.

In Oostenrijk - opleidingen die worden verstrekt in scholen voor hoger beroepsonderwijs ("berufsbildende hoehere Schulen") en onderwijsinstellingen van een hoger niveau voor land- en bosbouw ("hoehere land- und forstwirtschaftlichen Lehranstalten"), met inbegrip van de bijzondere vormen ("einschliesslich der Sonderformen"), waarvan structuur en niveau zijn vastgesteld bij wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.

Deze opleidingen hebben een totale duur van ten minste dertien jaar en omvatten vijf jaar beroepsopleiding, die wordt afgesloten met een eindexamen, dat het bewijs levert van vakbekwaamheid;

- opleidingen in meesterscholen ("Meisterschulen"), meesterklassen ("Meisterklassen"), industriële meesterscholen ("Werkmeisterschulen") of vakscholen voor bouwvakarbeiders ("Bauhandwerkerschulen"), waarvan structuur en niveau zijn vastgesteld bij wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.

Deze opleidingen hebben een totale duur van ten minste dertien jaar, waarvan negen jaar verplicht schoolonderwijs gevolgd door hetzij ten minste drie jaar beroepsopleiding in een gespecialiseerde school, hetzij ten minste drie jaar opleiding in een bedrijf en parallel in een vakschool ("Berufsschule"), die beide afgesloten worden met een examen en aangevuld worden met een opleiding van ten minste één jaar in een meesterschool ("Meisterschule"), meesterklas ("Meisterklasse"), industriële meesterschool ("Werkmeisterschule") of vakschool voor bouwvakarbeiders ("Bauhandwerkerschule"). In de meeste gevallen bedraagt de totale duur ten minste vijftien jaar, waarvan perioden met werkervaring, die voorafgaand aan de opleidingen in deze instellingen werd opgedaan of wordt aangevuld met deeltijdse opleidingen (minstens 960 uren).

De Oostenrijkse autoriteiten verstrekken de Commissie en de overige Lid-Staten een lijst van de opleidingen waarop deze bijlage betrekking heeft."

(1) (1) (1) De minimumduur van drie jaar kan worden gereduceerd tot twee indien de betrokkene de kwalificatie bezit die nodig is om tot de universiteit te worden toegelaten (het "Abitur"), namelijk dertien jaar voorafgaande opleiding, of de kwalificatie die nodig is om tot de "Fachhochschule" te worden toegelaten (de "Fachhochschulreife"), namelijk twaalf jaar voorafgaande opleiding.

Top