Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31990R1907

    Verordening (EEG) nr. 1907/90 van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

    PB L 173 van 6.7.1990, p. 5–11 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 30/06/2007; opgeheven door 32006R1028

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1990/1907/oj

    31990R1907

    Verordening (EEG) nr. 1907/90 van de Raad van 26 juni 1990 betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

    Publicatieblad Nr. L 173 van 06/07/1990 blz. 0005 - 0011
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 33 blz. 0042
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 33 blz. 0042
    bijzondere uitgave in het Tsjechisch Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Ests Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Hongaars Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Litouws Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Lets Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Maltees Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Pools Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Slowaaks Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102
    bijzondere uitgave in het Sloveens Hoofdstuk 03 Deel 10 blz. 96 - 102


    VERORDENING (EEG) Nr. 1907/90 VAN DE RAAD

    van 26 juni 1990

    betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

    DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 2771/75 van de Raad van 29 oktober 1975 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector eieren [1], laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EEG) nr. 1235/89 [2], inzonderheid op artikel 2, lid 2,

    Gezien het voorstel van de Commissie,

    Overwegende dat in Verordening (EEG) nr. 2771/75 wordt voorgeschreven dat voor de produkten van de sector eieren handelsnormen worden vastgesteld, die met name betrekking kunnen hebben op de indeling in kwaliteits- en gewichtsklassen, de verpakking, de opslag, het vervoer, de presentatie en het merken;

    Overwegende dat dergelijke normen ertoe kunnen bijdragen, de kwaliteit van eieren te verbeteren en hierdoor de afzet ervan te vergemakkelijken; dat het derhalve in het belang is van de producenten, de handelaars en de consumenten dat er handelsnormen worden toegepast met betrekking tot kippeëieren die geschikt zijn voor menselijke consumptie;

    Overwegende dat in Verordening (EEG) nr. 2772/75 [3]bepaalde handelsnormen voor eieren zijn vastgesteld, die regelmatig moeten worden herzien om, meer in het bijzonder met het oog op nieuwe handelsgebruiken, de eindverbruiker betere waarborgen te bieden en een accurate voorlichting te verschaffen;

    Overwegende dat uit de met de bestaande normen opgedane ervaring en de raadpleging van de vertegenwoordigende organisaties van bedrijfsleven en consumenten blijkt dat bepaalde aanpassingen nodig zijn en dat volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2771/75 bepaalde uitvoeringsbepalingen moeten worden vastgesteld ten einde latere aanpassingen te vergemakkelijken;

    Overwegende dat voor het vaststellen van dergelijke normen een duidelijk onderscheid dient te worden gemaakt tussen eieren die geschikt zijn voor menselijke consumptie en eieren, met name gebroken eieren en bebroede eieren, die dit niet zijn en die in beginsel bestemd zijn om te worden gebruikt door andere industrieën dan de levensmiddelenindustrie; dat het voor een dergelijke regeling tevens vereist is dat eieren van andere diersoorten niet met kippeëieren kunnen worden vermengd;

    Overwegende dat de normen van toepassing moeten zijn op alle op het grondgebied van de Gemeenschap verhandelde kippeëieren; dat het echter dienstig lijkt om van hun toepassingsgebied bepaalde vormen van verkoop van de producent aan de consument uit te sluiten, indien het kleine hoeveelheden betreft; dat eieren die van de plaats van produktie naar een pakstation of naar bepaalde groothandelsmarkten worden vervoerd en voor de levensmiddelenindustrie bestemde eieren dienen te worden uitgesloten van de verplichting tot sorteren en merken;

    Overwegende dat daartoe een lijst dient te worden opgesteld van de leveranciers van de bedrijven die zijn gemachtigd om de eieren volgens kwaliteits- en gewichtsklassen te sorteren;

    Overwegende dat het sorteren uitsluitend dient te geschieden in bedrijven die hiervoor voldoende zijn ingericht;

    Overwegende dat kwaliteitsvoorschriften voor eieren voor de verbruiker gemakkelijk te begrijpen moeten zijn en tegemoet dienen te komen aan het streven naar rationalisatie in alle stadia van de handel; dat derhalve een beperkt maar toereikend aantal kwaliteits- en gewichtsklassen ingevoerd dient te worden;

    Overwegende dat het voor de consument mogelijk moet zijn de eieren van de verschillende kwaliteits- en gewichtsklassen onderling te onderscheiden; dat aan deze eis kan worden voldaan door op de eieren en op de verpakkingen merktekens aan te brengen;

    Overwegende dat vastgesteld dient te worden welke vermeldingen op verpakkingen mogen of moeten worden gebruikt; dat het gebruik van bepaalde facultatieve vermeldingen dient te worden onderworpen aan nadere regels, vast te stellen volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2771/75;

    Overwegende dat voor "verse eieren" het merken facultatief kan worden gesteld, aangezien het verplichte merken van de overige eieren een gemakkelijk onderscheid waarborgt;

    Overwegende dat degene die "verse eieren" verhandelt, dient te worden gemachtigd om hierop voor reclamedoeleinden nog andere aanduidingen aan te brengen;

    Overwegende dat het wenselijk is de handelaren toe te staan bepaalde vermeldingen die tot nu toe alleen op kleine verpakkingen mochten worden aangebracht, rechtstreeks op de eieren te stempelen; dat het gebruik van deze vermelding dient te worden onderworpen aan voorwaarden die overeenkomen met die welke gelden in geval van verpakkingen, alsmede aan een streng toezicht; dat in geval van eieren bestemd voor de losse verkoop de verpakkingsdatum dient te worden vervangen door de sorteerdatum;

    Overwegende dat elke andere wijze van merken de handelsvoorwaarden in de Gemeenschap zou kunnen wijzigen;

    Overwegende dat de in voorgaande verordeningen van de Gemeenschap neergelegde definities in verband met de verpakking en de opmaak van voor verkoop aangeboden eieren nader moeten worden omschreven; dat voorts de nodige garanties moeten worden vastgesteld voor de verkoop in het klein van eieren zonder bijzondere verpakking;

    Overwegende dat de ervaring heeft aangetoond dat het huidige voorschrift waarbij de aanbevolen verkoopdatum naast de verplichte verpakkingsdatum de enige datum is die facultatief op de eieren of de verpakking mag worden aangebracht, te star is; dat derhalve het gebruik van nog andere data onder bepaalde voorwaarden moet worden toegestaan; dat uit de huidige handelsgebruiken blijkt dat de vermelding van de verpakkingsperiode niet hoeft te worden gehandhaafd;

    Overwegende dat er gemeenschappelijke bepalingen betreffende de verpakking dienen te worden vastgesteld, waardoor het behoud van de kwaliteit van de eieren kan worden verzekerd en het handelsverkeer alsmede het toezicht op de inachtneming van de normen kan worden vergemakkelijkt;

    Overwegende dat, ten einde de consument keuzemogelijkheid te bieden en hem waren te garanderen die overeenkomen met de kwaliteits- en gewichtsnormen, de kleinhandelaren op of naast de aangeboden waren de overeenkomstige aanduidingen moeten plaatsen;

    Overwegende dat het in het belang van de producent en de consument noodzakelijk is dat de uit derde landen ingevoerde eieren aan de normen van de Gemeenschap voldoen;

    Overwegende dat in bepaalde derde landen geldende bijzondere bepalingen afwijkingen kunnen rechtvaardigen, ten einde in dat geval de uitvoer uit de Gemeenschap mogelijk te maken; dat het wenselijk lijkt eieren die door de consument in kleine hoeveelheden voor eigen gebruik uit een derde land worden ingevoerd of ernaar worden uitgevoerd, uit te sluiten van de toepassing van communautaire normen;

    Overwegende dat het de taak van elke Lid-Staat is de voor het toezicht verantwoordelijke instantie of instanties aan te wijzen; dat de wijze waarop dit toezicht geschiedt, uniform moet zijn;

    Overwegende dat het eveneens de taak van elke Lid-Staat is de op overtreders toe te passen sancties vast te stellen;

    Overwegende dat met de bepalingen van deze verordening niet vooruit wordt gelopen op de communautaire bepalingen die kunnen worden vastgesteld met het oog op de harmonisatie van de veterinaire wetgevingen alsmede van de wetgevingen inzake levensmiddelen en die bedoeld zijn ter bescherming van de gezondheid van mensen en dieren en ter vermijding van vervalsingen en fraudes;

    Overwegende dat het, gezien bovengenoemde wezenlijke wijzigingen, en de noodzaak van een aantal andere zuiver redactionele wijzigingen van Verordening (EEG) nr. 2772/75, ter wille van de duidelijkheid dienstig is de op dit gebied geldende voorschriften opnieuw te redigeren;

    Overwegende dat Verordening (EEG) nr. 2772/75 derhalve dient te worden ingetrokken,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    In de zin van deze verordening wordt verstaan onder:

    1. "eieren": kippeëieren in de schaal, geschikt voor rechtstreekse menselijke consumptie of voor gebruik door de levensmiddelenindustrie, met uitzondering van gebroken eieren, bebroede eieren en gekookte eieren;

    2. "industrie-eieren": kippeëieren in de schaal, andere dan bedoeld in punt 1 met inbegrip van gebroken eieren en bebroede eieren, maar met uitzondering van gekookte eieren;

    3. "broedeieren": eieren, bestemd voor de produktie van kuikens en geïdentificeerd overeenkomstig de regels voor broedeieren;

    4. "gebroken eieren": eieren waarvan zowel de schaal als de eivliezen breuken vertonen waardoor de ei-inhoud in aanraking komt met de lucht;

    5. "gebarsten eieren": eieren waarvan de schaal beschadigd, doch niet gebroken is en waarvan de eivliezen geen breuken vertonen;

    6. "bebroede eieren": eieren, vanaf het moment dat zij zijn ingelegd om te worden uitgebroed;

    7. "verhandelen": het in voorraad hebben of het uitstallen met het oog op de verkoop, het te koop aanbieden, de verkoop, de aflevering, of elke andere wijze van in de handel brengen;

    8. "verzamelaar": ieder die door de bevoegde instanties is gemachtigd eieren van een producent op te halen, om deze af te leveren:

    a) aan een pakstation,

    b) op een markt waartoe, als koper, alleen groothandelaars wier bedrijf is erkend als pakstation, toegang hebben, of

    c) aan de industrie;

    9. "pakstation": bedrijf dat door de bevoegde instantie gemachtigd is om eieren volgens kwaliteits- en gewichtsklassen te sorteren;

    10. "partij": de uit één enkel pakstation afkomstige eieren, op één plaats gelegen, al dan niet verpakt, met dezelfde verpakkings- of sorteerdatum, en van dezelfde kwaliteits- en gewichtsklasse;

    11. "grote verpakkingen": verpakkingen, open recipiënten of containers met meer dan 36 eieren;

    12. "kleine verpakkingen": verpakkingen of met folie omwikkelde trays, met uitzondering van niet omwikkelde trays, met ten hoogste 36 eieren;

    13. "losse verkoop": detailverkoop van eieren, andere dan die in grote of kleine verpakkingen.

    Artikel 2

    1. In de uitoefening van beroep of bedrijf mogen eieren binnen de Gemeenschap slechts verhandeld worden wanneer zij voldoen aan de bepalingen van deze verordening.

    2. De bepalingen inzake sorteren en merken zijn evenwel niet van toepassing op eieren:

    a) die rechtstreeks van de plaats van produktie worden vervoerd naar een pakstation of naar een markt waartoe, als kopers, alleen toegang hebben groothandelaars wier bedrijf overeenkomstig artikel 5 is erkend als pakstation, dan wel bedrijven uit de levensmiddelenindustrie die overeenkomstig Richtlijn 89/437/EEG van de Raad van 20 juni 1989 inzake hygiëne- en gezondheidsvraagstukken bij de bereiding en het in de handel brengen van eiprodukten [4] zijn erkend en die de eieren zullen verwerken,

    b) die in de Gemeenschap zijn geproduceerd en ter verwerking worden geleverd aan bedrijven uit de levensmiddelenindustrie die overeenkomstig Richtlijn 89/437/EEG zijn erkend.

    3. Deze verordening is niet van toepassing op eieren die rechtstreeks door de producent aan de consument, voor diens persoonlijke behoeften, worden afgegeven op zijn bedrijf, op een plaatselijke openbare markt, met uitzondering van veilingen, of door verkoop aan de deur, op voorwaarde dat de eieren afkomstig zijn uit de produktie van zijn eigen bedrijf, dat zij niet zijn verpakt overeenkomstig de artikelen 10, 11 en 12 en dat geen enkele van de in deze verordening genoemde vermeldingen betreffende de kwaliteits- en gewichtsklassen wordt gebruikt.

    4. Deze verordening is niet van invloed op bepalingen inzake veterinaire en gezondheidskwesties, alsmede levensmiddelen, die zijn vastgesteld met het oog op de hygiënische en gezondheidsnormen voor de produkten of ter bescherming van de gezondheid van dieren of mensen.

    Artikel 3

    Eieren, zoals bedoeld in artikel 1, punt 1, mogen niet worden vermengd met eieren van andere diersoorten.

    Artikel 4

    1. Onverminderd artikel 2 mag de producent afleveren:

    a) eieren: alleen aan verzamelaars, aan pakstations, aan de in artikel 2, lid 2, onder a), bedoelde markten, of aan de industrie;

    b) industrie-eieren, met uitzondering van bebroede eieren: alleen aan pakstations of aan de industrie, met uitzondering van de levensmiddelenindustrie;

    c) bebroede eieren: alleen aan destructiebedrijven of aan de industrie, met uitzondering van de levensmiddelenindustrie.

    2. Per ongeluk in pakstations gebroken eieren mogen uitsluitend worden geleverd aan de verwerkende industrie, met uitzondering van de levensmiddelenindustrie.

    Artikel 5

    1. Met uitzondering van de in artikel 8 bedoelde gevallen mogen alleen pakstations eieren sorteren volgens kwaliteits- en gewichtsklassen.

    2. Het pakstation houdt een lijst bij van de leveranciers die aan het station leveren.

    3. De bevoegde instantie verleent aan de hand van volgens de procedure van artikel 20 te bepalen criteria op aanvraag de vergunning om eieren te sorteren en kent een registratienummer toe aan elk bedrijf (of aan elke producent) dat (die) beschikt over voor het sorteren volgens kwaliteits- en gewichtsklassen geschikte ruimten en technische installaties. Deze vergunning kan worden ingetrokken, zodra niet meer aan de gestelde voorwaarden wordt voldaan.

    Artikel 6

    1. De eieren worden ingedeeld in de volgende kwaliteitsklassen:

    - klasse A of "verse eieren";

    - klasse B of "eieren van tweede kwaliteit of verduurzaamde eieren";

    - klasse C of "gedeklasseerde eieren, bestemd voor de levensmiddelenindustrie".

    2. Eieren van klasse A worden ingedeeld naar gewicht.

    3. De indeling in de klassen A en B geschiedt aan de hand van met name de criteria die worden vermeld in artikel 20, lid 2.

    Artikel 7

    Een of meer van de volgende vermeldingen mogen op eieren van klasse A worden gestempeld:

    a) de verpakkingsdatum of, bij losse verkoop, de sorteerdatum;

    b) een of meer andere data ter nadere informatie van de consument;

    c) de kwaliteitsklasse;

    d) de gewichtsklasse;

    e) het nummer van het pakstation;

    f) de naam of de handelsnaam van het pakstation;

    g) een firma- of handelsmerk;

    h) een verwijzing naar het houderijsysteem;

    i) een vermelding van de oorsprong der eieren;

    j) een code ter identificatie van de producerende inrichting.

    De onder f) en g) genoemde vermeldingen mogen slechts worden gebruikt, indien is voldaan aan de desbetreffende in artikel 10, lid 1, onder a), bepaalde voorwaarden.

    De onder b), h) en i) genoemde vermeldingen mogen slechts worden gebruikt, indien is voldaan aan de desbetreffende in artikel 10, lid 3, bepaalde voorwaarden.

    Artikel 8

    1. Eieren van klasse B en klasse C, met uitzondering van gebarsten eieren, worden van een merkteken voorzien dat hun kwaliteitsklasse aanduidt. Zij mogen ook worden voorzien van een of meer van de in artikel 7 bedoelde vermeldingen.

    2. Eieren van klasse A en klasse B die niet meer aan de kenmerken van hun klasse beantwoorden, worden ingedeeld in een lagere klasse en kunnen worden heringedeeld respectievelijk in klasse B of klasse C naar gelang van de kenmerken die zij vertonen.

    In dit geval worden zij overeenkomstig lid 1 van een merkteken voorzien. De eventueel overeenkomstig artikel 7 of lid 1 van het onderhavige artikel aangebrachte merktekens kunnen worden gehandhaafd met uitzondering van het teken betreffende de gewichtsklasse, dat zo nodig wordt gewijzigd.

    3. In afwijking van lid 2 mogen evenwel eieren van klasse A of klasse B die niet meer aan de kenmerken van hun klasse beantwoorden, zonder de in lid 2 bedoelde merktekens rechtstreeks aan de levensmiddelenindustrie worden geleverd, steeds op voorwaarde dat op de verpakking deze bestemming duidelijk wordt aangegeven.

    Artikel 9

    Op de eieren mogen geen andere merktekens voorkomen dan die welke in deze verordening worden genoemd.

    Artikel 10

    1. Op grote verpakkingen en op kleine verpakkingen, ook als deze laatste een onderdeel van grote verpakkingen zijn, wordt, op een van de buitenkanten, in duidelijk zichtbare en goed leesbare letters vermeld:

    a) de naam, de handelsnaam en het adres van de onderneming die de eieren heeft verpakt of heeft laten verpakken; de naam, de handelsnaam of het handelsmerk dat door deze onderneming wordt gevoerd, en dat een handelsmerk mag zijn dat door verschillende ondernemingen gezamenlijk wordt gevoerd, mag worden vermeld, voor zover dit geen enkele aanduiding over kwaliteit of versheid van de eieren, over het houderijsysteem of over de oorsprong van de eieren bevat die met deze verordening onverenigbaar is;

    b) het registratienummer van het pakstation;

    c) de kwaliteits- en de gewichtsklasse. Eieren van klasse A mogen worden aangeduid met de woorden "klasse A" of met de letter "A", al dan niet samen met het woord "vers";

    d) het aantal verpakte eieren;

    e) de verpakkingsdatum;

    f) gegevens over de koeling of over de methode van verduurzaming, voluit, wanneer het koelhuiseieren of verduurzaamde eieren betreft.

    2. Zowel op grote als op kleine verpakkingen mogen evenwel op een of meer van de binnen- of buitenkanten de volgende bijkomende vermeldingen worden aangebracht:

    a) de verkoopprijs;

    b) de codering voor de administratie in de kleinhandel en/of voor het voorraadbeheer;

    c) een of meer andere data ter nadere informatie van de consument;

    d) gegevens met betrekking tot speciale opslagvoorwaarden;

    e) vermelding om de verkoop te bevorderen, voor zover deze vermeldingen en de wijze waarop zij worden aangebracht, de koper niet kunnen misleiden.

    3. Extra data en gegevens over het houderijsysteem en de oorsprong van de eieren mogen slechts worden aangebracht met inachtneming van volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2771/75 vast te stellen voorschriften. Meer in het bijzonder moeten deze voorschriften de bij de vermelding van het houderijsysteem te gebruiken bewoordingen en de criteria in verband met de oorsprong van de eieren bevatten.

    Indien het gebruik van de vermeldingen betreffende het houderijsysteem of de oorsprong van de eieren evenwel de doorstroming op de communautaire markt blijkt te verstoren of wanneer ernstige moeilijkheden rijzen voor de controle op de toepassing van deze vermeldingen en de doeltreffendheid ervan, kan de Commissie volgens dezelfde procedure de toestemming voor het aanbrengen van die vermeldingen opschorten.

    Ongeacht bovenstaande bepalingen dienen deze gegevens, wanneer grote verpakkingen kleine verpakkingen of eieren bevatten waarop het houderijsysteem of de oorsprong van de eieren is vermeld, eveneens te worden aangebracht op de grote verpakkingen.

    Artikel 11

    1. Grote verpakkingen worden voorzien van een banderol of een etiket met daarop de in artikel 10 bedoelde gegevens; banderol of etiket mogen niet opnieuw worden gebruikt zodra de verpakking is geopend en worden door of onder toezicht van de in artikel 18 bedoelde officiële instanties afgegeven. Een banderol of etiket hoeft niet te worden aangebracht op grote verpakkingen in de vorm van grote open kisten of bakken, voor zover deze het aflezen van de in artikel 10 genoemde gegevens op de kleine verpakkingen die zij bevatten, niet verhinderen.

    2. Bij wijze van afwijking is het, wanneer eieren voor losse verkoop van volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2771/75 vast te stellen kleine hoeveelheden rechtstreeks door de verpakker aan de detailhandel worden geleverd, niet nodig deze eieren te verpakken in grote verpakkingen.

    Artikel 12

    Het woord "extra" mag worden aangebracht op kleine verpakkingen die eieren van klasse A bevatten en die van een banderol of een etiket zijn voorzien. Het woord "extra" moet op de banderol of het etiket gedrukt staan: de banderol of het etiket moet uiterlijk op de zevende dag na de verpakking worden verwijderd en vernietigd.

    Artikel 13

    1. Eieren die in de kleinhandel met het oog op de verkoop worden uitgestald of te koop worden aangeboden, dienen gesorteerd naar kwaliteits- en gewichtsklasse te worden gepresenteerd en, in voorkomend geval, dienen gekoelde of op een andere wijze verduurzaamde eieren ook apart te worden gepresenteerd naar gelang van de gebruikte methode. De kwaliteitsklasse, de gewichtsklasse en, wanneer dat het geval is, het feit dat de eieren gekoeld of verduurzaamd zijn worden op een voor de consument duidelijk zichtbare en niet mis te verstane wijze aangegeven.

    2. Bij losse verkoop moeten ook het registratienummer van het pakstation waar de eieren zijn gesorteerd, of, bij ingevoerde eieren, het derde land van oorsprong, alsmede de sorteringsdatum worden vermeld.

    3. Eieren van een zelfde kwaliteitsklasse, met uitzondering van eieren van klasse A die overeenkomstig artikel 12 van de vermelding "extra"zijn voorzien, mogen evenwel worden uitgestald met het oog op de verkoop of te koop worden aangeboden in kleine verpakkingen die tot verschillende gewichtsklassen kunnen behoren, op voorwaarde dat het totale nettogewicht met de vermelding "eieren van verschillende grootte" of de verschillende gewichtsklassen worden aangegeven.

    Artikel 14

    Op de verpakkingen mogen geen andere vermeldingen voorkomen dan die waarin deze verordening voorziet.

    Artikel 15

    Eieren uit derde landen mogen slechts voor het vrije verkeer binnen de Gemeenschap worden ingevoerd, indien:

    a) zij voldoen aan artikel 3, de artikelen 6 tot en met 9, artikel 12, artikel 13, lid 2, en artikel 14,

    b) zij worden aangeboden in verpakkingen waarop, ook bij kleine verpakkingen die in grote verpakkingen zijn verpakt, duidelijk zichtbaar en goed leesbaar de volgende vermeldingen zijn aangebracht:

    aa) het land van oorsprong,

    bb) het verpakkingsbedrijf in het derde land,

    cc) de kwaliteits- en gewichtsklasse,

    dd) bij grote verpakkingen, het gewicht in kilogram en het aantal verpakte eieren en bij kleine verpakkingen, het aantal verpakte eieren,

    ee) de verpakkingsdatum,

    ff) bij grote verpakkingen, de naam en het adres van de verzender.

    Artikel 16

    1. Deze verordening is eveneens van toepassing op verpakte eieren die voor uitvoer uit de Gemeenschap zijn bestemd. Verpakte eieren die zijn geolied of een soortgelijke behandeling hebben ondergaan en voor uitvoer zijn bestemd, worden evenwel niet beschouwd als eieren die een verduurzamingsbehandeling hebben ondergaan.

    2. In afwijking van lid 1 en ten einde te voldoen aan de voorschriften van sommige importerende landen, mogen verpakte eieren die voor uitvoer zijn bestemd:

    a) in overeenstemming worden gebracht met hogere eisen met betrekking tot de kwaliteit, het merken en de etikettering dan in deze verordening zijn vervat, of met aanvullende eisen;

    b) voorzien zijn van merktekens of aanduidingen op de verpakking die anders zijn van aard, mits deze merktekens en aanduidingen geen aanleiding geven tot verwarring met die welke bij deze verordening zijn voorgeschreven.

    3. Verpakte eieren die voor uitvoer zijn bestemd, mogen in andere gewichtsklassen worden ingedeeld dan die welke op grond van artikel 20 worden vastgesteld. De gewichtsklasse wordt in dat geval voluit op de verpakking vermeld.

    Artikel 17

    Deze verordening is niet van toepassing op eieren die door de consument voor zijn persoonlijke behoeften in kleine hoeveelheden van niet meer dan 60 stuks uit derde landen worden ingevoerd of uit de Gemeenschap worden uitgevoerd.

    Artikel 18

    1. Het toezicht op de naleving van deze verordening geschiedt door instanties die in iedere Lid-Staat worden aangewezen. De lijst van deze instanties wordt uiterlijk één maand vóór de datum waarop deze verordening in werking treedt, ter kennis van de andere Lid-Staten en van de Commissie gebracht. Iedere wijziging van deze lijst wordt ter kennis van de andere Lid-Staten en van de Commissie gebracht.

    2. De controle van de onder deze verordening vallende produkten geschiedt door middel van steekproeven in alle handelsstadia alsook tijdens het vervoer. Wanneer het uit derde landen ingevoerde eieren betreft, wordt deze steekproefcontrole bovendien bij de inklaring verricht.

    Artikel 19

    1. Beslissingen in geval van niet-naleving van deze verordening mogen slechts voor de gehele gecontroleerde partij worden genomen.

    2. Wanneer de gecontroleerde partij niet wordt geacht overeen te stemmen met deze verordening, verbiedt de instantie die de controle heeft verricht de verhandeling van deze partij of, in geval zij uit derde landen komt, de invoer ervan, zolang en voor zover niet wordt bewezen dat de partij met deze verordening in overeenstemming is gebracht.

    3. De instantie die de controle heeft verricht, vergewist zich ervan of de betrokken partij met deze verordening in overeenstemming wordt of is gebracht.

    Artikel 20

    1. De uitvoeringsbepalingen van deze verordening worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2771/75 en hebben met name betrekking op

    - frequentie van verzameling, levering en behandeling van eieren;

    - kwaliteitscriteria en gewichtsklassen;

    - gegevens betreffende de aanduidingen op eieren en de verpakkingen daarvan.

    2. Met het oog op de vaststelling volgens de in lid 1 genoemde procedure van parameters die voor iedere kwaliteitsklasse gelden, wordt speciaal rekening gehouden met de onderstaande criteria:

    - voorkomen van de schaal;

    - vastheid van het eiwit;

    - diepte van de luchtkamer;

    - voorkomen en positie van de dooier;

    - het vrij zijn van vlekken en/of vreemde substanties;

    - ontwikkeling van de kiem.

    3. Zo nodig worden, volgens de in lid 1 bedoelde procedure, regels inzake limieten en/of verplichte beperkingen vastgesteld met betrekking tot het handhaven van de kwaliteit van de eieren, rekening houdend met de uiteenlopende klimatologische omstandigheden in de diverse regio's van de Gemeenschap.

    Artikel 21

    De Lid-Staten nemen passende maatregelen ten einde op inbreuken op de bepalingen van deze verordening sancties te stellen.

    Artikel 22

    1. De Lid-Staten en de Commissie verstrekken elkaar de voor de toepassing van deze verordening benodigde gegevens.

    2. De maatregelen ter verzekering van de uniforme toepassing van de bepalingen van deze verordening worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 17 van Verordening (EEG) nr. 2771/75.

    Artikel 23

    1. Verordening (EEG) nr. 2772/75 wordt ingetrokken.

    2. In alle teksten van de Gemeenschap worden verwijzingen naar de artikelen van Verordening (EEG) nr. 2772/75 gelezen volgens de concordantietabel in de bijlage.

    3. De Lid-Staten kunnen tot en met 1 juli 1991 in plaats van de normen van de onderhavige verordening de handelsnormen van Verordening (EEG) nr. 2772/75 blijven toepassen.

    Artikel 24

    Deze verordening treedt in werking op 1 oktober 1990, met uitzondering van artikel 4, lid 2, dat op 1 januari 1992 van toepassing wordt.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat.

    Gedaan te Luxemburg, 26 juni 1990.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    M. O'KENNEDY

    [1] PB nr. L 282 van 1. 11. 1975, blz. 49.

    [2] PB nr. L 128 van 11. 5. 1989, blz. 29.

    [3] PB nr. L 282 van 1. 11. 1975, blz. 56.

    [4] PB nr. L 212 van 22. 7. 1989, blz. 87.

    --------------------------------------------------

    BIJLAGE

    Concordantietabel

    Verordening (EEG) nr. 2772/75 | Deze verordening |

    Artikelen 7 t/m 10 | Vervallen |

    Artikel 11 | Artikel 7 |

    Artikelen 12 en 13 | Artikel 8 |

    Artikel 14 | Vervallen |

    Artikel 15 | Artikel 9 |

    Artikel 16 | Vervallen |

    Artikelen 17 en 18 | Artikel 10 |

    (Artikel 17, lid 1, eerste alinea | Artikel 11) |

    Artikel 19 | Artikel 12 |

    Artikel 20 | Artikel 13 |

    Artikel 21 | Artikel 14 en artikel 10, leden 2 en 3 |

    Artikel 22 | Vervallen |

    Artikelen 24 t/m 32 | Artikelen 16 t/m 24 |

    --------------------------------------------------

    Top