EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015DP0420

Besluit van het Europees Parlement van 2 december 2015 over de instelling, de bevoegdheden, het aantal leden en de duur van het mandaat van de Bijzondere Commissie fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect (TAXE 2) (2015/3005(RSO))

OJ C 399, 24.11.2017, p. 201–203 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

24.11.2017   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

C 399/201


P8_TA(2015)0420

Instelling van een bijzondere commissie fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect (TAXE 2)

Besluit van het Europees Parlement van 2 december 2015 over de instelling, de bevoegdheden, het aantal leden en de duur van het mandaat van de Bijzondere Commissie fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect (TAXE 2) (2015/3005(RSO))

(2017/C 399/25)

Het Europees Parlement,

gezien het voorstel van de Conferentie van voorzitters,

gezien het besluit van de Europese Commissie om de praktijk inzake fiscale rulings in alle lidstaten te toetsen aan de EU-regels inzake staatssteun,

gezien de verplichting van alle lidstaten krachtens de belastingregels van de EU om spontaan inlichtingen over belastingen met andere lidstaten uit te wisselen, met name als in een andere lidstaat een derving van belasting bestaat of als er belastingbesparing ontstaat door een kunstmatige verschuiving van winsten binnen een groep van ondernemingen,

gezien zijn besluit van 12 februari 2015 (1) over de instelling, de bevoegdheden, het aantal leden en de duur van het mandaat van de Bijzondere Commissie fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect (de „Bijzondere Commissie TAXE 1”) ,

gezien zijn resolutie van 25 november 2015 over fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect (2),

gezien artikel 197 van zijn Reglement,

1.

besluit tot instelling van een Bijzondere Commissie fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect (TAXE 2), die moet onderzoeken hoe de staatssteun- en belastingwetgeving van de EU in de praktijk wordt toegepast met betrekking tot fiscale rulings en andere maatregelen van de lidstaten van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect, als het kennelijk om een praktijk van een lidstaat of de Commissie gaat, en over schadelijke vennootschapsbelastingsstelsels en -praktijken op Europees en internationaal niveau, die:

a)

volledig dient voort te bouwen op de werkzaamheden van de Bijzondere Commissie TAXE 1 en deze dient aan te vullen, met name om onopgeloste dossiers als genoemd in de bovengenoemde resolutie van 25 november 2015 aan te pakken, om toegang te krijgen tot de relevante documenten voor haar werkzaamheden, inclusief de notulen van de vergaderingen van de Groep gedragscode, en om de nodige contacten te leggen en hoorzittingen te houden met internationale, Europese en nationale instellingen en fora, de nationale parlementen en regeringen van de lidstaten en derde landen, alsmede vertegenwoordigers van de academische wereld, het bedrijfsleven en het maatschappelijk middenveld, inclusief de sociale partners, in nauwe samenwerking met de vaste commissies;

b)

dient toe te zien op de tenuitvoerlegging door de lidstaten en de bevoegde Europese instellingen van de aanbevelingen in bovengenoemde resolutie van 25 november 2015 en die de lopende werkzaamheden van de internationale instellingen, waaronder de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling en de G20, dient te volgen, met volledige inachtneming van de bevoegdheden van de Commissie economische en monetaire zaken waar het om fiscale aangelegenheden gaat;

2.

besluit om die reden dat de Bijzondere Commissie TAXE 2 de volgende bevoegdheden krijgt:

a)

analyseren en onderzoeken hoe artikel 107, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) sinds 1 januari 1991 in de praktijk is toegepast met betrekking tot fiscale rulings en andere maatregelen van vergelijkbare aard of met vergelijkbaar effect;

b)

analyseren en beoordelen hoe de Commissie in de praktijk overeenkomstig artikel 108 VWEU de in de lidstaten bestaande steunregelingen aan een voortdurend onderzoek onderwerpt, de lidstaten de dienstige maatregelen voorstelt welke de geleidelijke ontwikkeling of de werking van de interne markt vereist, controleert of een door een staat genomen of met staatsmiddelen bekostigde steunmaatregel verenigbaar is met de interne markt en of van deze steunmaatregel geen misbruik wordt gemaakt, besluit dat de betrokken staat die steunmaatregel binnen een bepaalde termijn moet opheffen of wijzigen, en, indien deze staat dat besluit niet nakomt, de zaak aanhangig maakt bij het Hof van Justitie van de Europese Unie, aangezien deze praktijk vermoedelijk heeft geresulteerd in een groot aantal fiscale rulings die onverenigbaar zijn met de staatssteunregels van de EU;

c)

analyseren en onderzoeken of de lidstaten sinds 1 januari 1991 voldoen aan de verplichtingen van Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (3), wat betreft de verplichting om samen te werken en alle noodzakelijke stukken te verstrekken;

d)

analyseren en onderzoeken of er wordt voldaan aan de verplichtingen van Richtlijn 77/799/EEG van de Raad van 19 december 1977 betreffende de wederzijdse bijstand van de bevoegde autoriteiten van de lidstaten op het gebied van de directe belastingen en heffingen op verzekeringspremies (4) en Richtlijn 2011/16/EU van de Raad van 15 februari 2011 betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen en tot intrekking van Richtlijn 77/799/EEG (5), wat betreft de spontane uitwisseling door de lidstaten, sinds 1 januari 1991, van inlichtingen over fiscale rulings;

e)

analyseren en beoordelen of de Commissie in de praktijk de Richtlijnen 77/799/EEG en 2011/16/EU correct toepast wat betreft de spontane uitwisseling door de lidstaten van inlichtingen over fiscale rulings;

f)

analyseren en onderzoeken of de lidstaten voldoen aan de in artikel 4, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie vastgelegde beginselen van loyale samenwerking, zoals de vervulling van de taak van de Unie vergemakkelijken en zich onthouden van alle maatregelen die de verwezenlijking van de doelstellingen van de Unie in gevaar kunnen brengen, aangezien lidstaten vermoedelijk op grote schaal agressieve fiscale planning hebben gefaciliteerd en aangezien dit waarschijnlijk aanzienlijke gevolgen heeft gehad voor de overheidsfinanciën van en in de EU;

g)

analyseren en onderzoeken van agressieve fiscale planning door ondernemingen die in de lidstaten gevestigd zijn of als vennootschap erkend zijn, alsook de derdelanddimensie ervan inclusief de uitwisseling van inlichtingen met derde landen hierover;

h)

ter zake aanbevelingen doen als zij dit nuttig acht;

3.

besluit dat de Bijzondere Commissie TAXE 2 45 leden zal tellen (evenveel als de Bijzonder Commissie TAXE 1 had);

4.

acht het zinvol dat de structuur van de Bijzondere Commissie TAXE 1 wordt aangehouden in de Bijzondere Commissie TAXE 2;

5.

besluit dat de ambtstermijn van de Bijzondere Commissie TAXE 2 ingaat op 2 december 2015 en zes maanden zal duren;

6.

acht het zinvol dat de Bijzondere Commissie TAXE 2 een resolutie presenteert of een verslag dat wordt opgesteld door twee co-rapporteurs om haar werkzaamheden samen te vatten.


(1)  Aangenomen teksten van die datum, P8_TA(2015)0039.

(2)  Aangenomen teksten van die datum, P8_TA(2015)0408.

(3)  PB L 83 van 27.3.1999, blz. 1.

(4)  PB L 336 van 27.12.1977, blz. 15.

(5)  PB L 64 van 11.3.2011, blz. 1.


Top