EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32008D0622

2008/622/EG: Beschikking van de Raad van 8 juli 2008 tot intrekking van Beschikking 2005/183/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Polen

PB L 200 van 29.7.2008, p. 22–23 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2008/622/oj

29.7.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 200/22


BESCHIKKING VAN DE RAAD

van 8 juli 2008

tot intrekking van Beschikking 2005/183/EG betreffende het bestaan van een buitensporig tekort in Polen

(2008/622/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 104, lid 12,

Gezien de aanbeveling van de Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Bij Beschikking 2005/183/EG (1) van de Raad is op aanbeveling van de Commissie overeenkomstig artikel 104, lid 6, van het Verdrag besloten dat er in Polen een buitensporig tekort bestond. De Raad merkte op dat het overheidstekort in 2003 4,1 % van het bbp bedroeg en daarmee de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 3 % van het bbp had overschreden, terwijl de bruto-overheidsschuld 45,4 % van het bbp beliep en dus onder de in het Verdrag vastgelegde referentiewaarde van 60 % van het bbp lag. Voorts stelde de Raad vast dat de tekort- en schuldcijfers nog hoger zouden zijn uitgevallen als de pensioenregelingen met kapitaaldekking overeenkomstig het Eurostat-besluit betreffende de indeling van op kapitaaldekking gebaseerde pensioenstelsels niet bij de overheid waren ingedeeld (2).

(2)

Overeenkomstig artikel 104, lid 7, van het Verdrag en artikel 3, lid 4, van Verordening (EG) nr. 1467/97 van de Raad van 7 juli 1997 over de bespoediging en verduidelijking van de tenuitvoerlegging van de procedure bij buitensporige tekorten (3) heeft de Raad op 5 juli 2004 op aanbeveling van de Commissie een aanbeveling tot Polen gericht waarin het land werd verzocht om uiterlijk eind 2007 een einde te maken aan de buitensporigtekort-situatie. De aanbeveling is openbaar gemaakt.

(3)

Op 28 november 2006 heeft de Raad overeenkomstig artikel 104, lid 8, op aanbeveling van de Commissie besloten dat de tot dan toe genomen maatregelen van de Poolse autoriteiten ontoereikend waren (4). Op 27 februari 2007 heeft de Raad op aanbeveling van de Commissie een nieuwe aanbeveling overeenkomstig artikel 104, lid 7, tot het land gericht, waarin werd vastgehouden aan 2007 als uiterste correctietermijn. De aanbeveling is openbaar gemaakt.

(4)

Overeenkomstig artikel 104, lid 12, van het Verdrag moet een beschikking van de Raad betreffende het bestaan van een buitensporig tekort worden ingetrokken indien de Raad van oordeel is dat het buitensporige tekort in de betrokken lidstaat is gecorrigeerd.

(5)

Overeenkomstig het aan het Verdrag gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten verstrekt de Commissie de voor de toepassing van de procedure benodigde gegevens. In het kader van de toepassing van dit protocol dienen de lidstaten ingevolge artikel 4 van Verordening (EG) nr. 3605/93 van de Raad van 22 november 1993 betreffende de toepassing van het aan het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap gehechte Protocol betreffende de procedure bij buitensporige tekorten (5) tweemaal per jaar, namelijk vóór 1 april en vóór 1 oktober, gegevens te verstrekken over het overheidstekort en de overheidsschuld, alsook over andere, daarmee samenhangende variabelen.

(6)

Uit de gegevens die de Commissie (Eurostat) overeenkomstig artikel 8 G, lid 1, van Verordening (EG) nr. 3605/93 na de kennisgeving van Polen van vóór 1 april 2008 heeft verstrekt, en uit de voorjaarsprognoses 2008 van de diensten van de Commissie kunnen de volgende conclusies worden getrokken:

het overheidstekort is teruggedrongen van 3,8 % van het bbp in 2006 tot 2,0 % van het bbp in 2007 en is daarmee onder de referentiewaarde van 3 % van het bbp beland. Ter vergelijking: in het geactualiseerde convergentieprogramma van november 2006 werd nog een streefcijfer van 3,4 % van het bbp genoemd;

dat het tekort over 2007 uiteindelijk sterk is meegevallen, was mede te danken aan een veel hogere reële bbp-groei dan in het convergentieprogramma van november 2006 was aangenomen. Voorts heeft de overheid, uitgedrukt als percentage van het bbp, minder uitgegeven aan sociale overdrachten (door het achterwege blijven van de indexatie in 2007), subsidies, investeringen en de beloning van werknemers. Al met al zijn de totale uitgaven 1,5 procentpunt lager uitgevallen dan gepland in het convergentieprogramma van november 2006. De verbetering van het structurele saldo (ofwel het conjunctuurgezuiverde saldo, ongerekend eenmalige en andere tijdelijke maatregelen) wordt voor 2007 op 1Formula procentpunt van het bbp geraamd;

voor 2008 wordt in de voorjaarsprognoses 2008 ervan uitgegaan dat de bbp-groei lager uitvalt dan in 2007 en dat het tekort voornamelijk door verlagingen van de sociale premies, door een verlaging van de inkomstenbelasting, door een stijging van de sociale overdrachten en door hogere investeringen oploopt tot 2,5 % van het bbp, maar dus wel onder de referentiewaarde blijft. Dit percentage komt overeen met de officiële tekortdoelstelling in het geactualiseerde convergentieprogramma van maart 2008. Voor 2009 wordt in de voorjaarsprognoses ervan uitgegaan dat het tekort bij ongewijzigd beleid min of meer stabiel blijft. Het tekort lijkt dus op een geloof-waardige en duurzame wijze te zijn teruggedrongen tot onder de referentiewaarde van 3 % van het bbp;

niettemin verslechtert het structurele saldo volgens de prognoses in 2008 in lichte mate (met ongeveer Formula procentpunt van het bbp), maar verbetert het bij ongewijzigd beleid in 2009 met circa Formula procentpunt. Dit moet worden gezien tegen de achter-grond van de vorderingen die moeten worden gemaakt in de richting van de middel-langetermijndoelstelling (MTD) voor de begrotingssituatie, die voor Polen een structureel tekort van 1 % van het bbp is;

de overheidsschuld is teruggelopen van 47,6 % van het bbp in 2006 tot 45,2 % in 2007. Volgens de voorjaarsprognoses 2008 blijft de schuldquote ruim onder de drempel van 60 % van het bbp en zal deze nog verder dalen tot rond de 44 % eind 2009.

(7)

Volgens de Raad is het buitensporige tekort in Polen gecorrigeerd en dient Beschikking 2005/183/EG derhalve te worden ingetrokken,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING VASTGESTELD:

Artikel 1

Uit een algehele evaluatie volgt dat het buitensporige tekort in Polen is gecorrigeerd.

Artikel 2

Beschikking 2005/183/EG wordt hierbij ingetrokken.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de Republiek Polen.

Gedaan te Brussel, 8 juli 2008.

Voor de Raad

De voorzitster

C. LAGARDE


(1)  PB L 62 van 9.3.2005, blz. 18.

(2)  Zie Eurostat News Releases nr. 30/2004 van 2 maart 2004 en nr. 117/2004 van 23 september 2004.

(3)  PB L 209 van 2.8.1997, blz. 6. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1056/2005 (PB L 174 van 7.7.2005, blz. 5).

(4)  PB L 414 van 30.12.2006, blz. 81.

(5)  PB L 332 van 31.12.1993, blz. 7. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2103/2005 (PB L 337 van 22.12.2005, blz. 1).


Top