Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31991L0494

    Richtlijn 91/494/EEG van de Raad van 26 juni 1991 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van vers vlees van pluimvee

    PB L 268 van 24.9.1991, p. 35–40 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

    Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2005; opgeheven door 32004L0041

    ELI: http://data.europa.eu/eli/dir/1991/494/oj

    31991L0494

    Richtlijn 91/494/EEG van de Raad van 26 juni 1991 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van vers vlees van pluimvee

    Publicatieblad Nr. L 268 van 24/09/1991 blz. 0035 - 0040
    Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 39 blz. 0024
    Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 39 blz. 0024


    RICHTLIJN VAN DE RAAD van 26 juni 1991 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van vers vlees van pluimvee (91/494/EEG)

    DE RAAD VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, inzonderheid op artikel 43,

    Gezien het voorstel van de Commissie (1),

    Gezien het advies van het Europese Parlement (2),

    Gezien het advies van het Economisch en Sociaal Comité (3),

    Overwegende dat vlees van pluimvee is opgenomen in de lijst van produkten in bijlage II bij het Verdrag; dat de pluimveehouderij een integrerend deel uitmaakt van de landbouwactiviteit en voor een deel van de landbouwbevolking een bron van inkomsten vormt;

    Overwegende dat een einde moet worden gemaakt aan de verschillen tussen de Lid-Staten door veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer in vers vlees van pluimvee vast te stellen en zo te zorgen voor een rationele ontwikkeling van die sector en voor de verbetering van de produktiviteit door de bevordering van het intracommunautaire handelsverkeer, zulks in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt;

    Overwegende met name dat, om een betere kennis te hebben van de gezondheidstoestand van het pluimvee waarvan het vers vlees voor verzending naar een andere Lid-Staat is bestemd, dient te worden voorgeschreven dat dat pluimvee op het grondgebied van de Gemeenschap moet zijn gekweekt of uit derde landen moet zijn ingevoerd overeenkomstig hoofdstuk III van Richtlijn 90/539/EEG van de Raad van 15 oktober 1990 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van pluimvee en broedeieren (4);

    Overwegende dat, om verspreiding van epizooetieën door vers vlees te voorkomen, vers vlees afkomstig van een bedrijf of een gebied waarvoor overeenkomstig de communautaire voorschriften veterinairrechtelijke verbodsbepalingen gelden, of van een gebied dat met aviaire influenza of de ziekte van Newcastle is besmet, niet tot het intracommunautaire handelsverkeer mag worden toegelaten;

    Overwegende dat erop moet worden toegezien dat vers vlees van pluimvee dat niet aan de communautaire voorschriften

    voldoet, niet wordt voorzien van het keurmerk bedoeld in Richtlijn 71/118/EEG van de Raad van 15 februari 1971 inzake gezondheidsvraagstukken op het gebied van het handelsverkeer in vers vlees van pluimvee (5), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 90/484/EEG (6); dat dit vlees wel voor ander gebruik mag worden bestemd, op voorwaarde dat het is behandeld, dat de ziektekiemen zijn vernietigd en dat het dientengevolge van een bijzonder merk is voorzien;

    Overwegende dat voor de organisatie, de consequenties van de door de Lid-Staat van bestemming te verrichten controles en de toe te passen vrijwaringsmaatregelen, de algemene voorschriften gelden die zijn vastgesteld bij Richtlijn 89/662/EEG van de Raad van 11 december 1989 inzake veterinairrechtelijke controles in het intracommunautaire handelsverkeer in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (7);

    Overwegende dat moet worden voorzien in de mogelijkheid dat de Commissie controles verricht;

    Overwegende dat voor een harmonische ontwikkeling van het intracommunautaire handelsverkeer een communautaire regeling voor de invoer uit derde landen moet worden vastgesteld;

    Overwegende dat de vaststelling van die communautaire regeling meebrengt dat een lijst van derde landen of van delen van derde landen moet worden opgesteld van waaruit vers vlees van pluimvee mag worden ingevoerd en dat moet worden voorzien in de verplichting een certificaat over te leggen;

    Overwegende dat de veterinaire deskundigen van de Commissie met de controle op de naleving van de communautaire voorschriften in derde landen moeten worden belast;

    Overwegende dat de algemene voorschriften en beginselen die gelden bij de controles van vers vlees van pluimvee later zullen worden vastgesteld in het kader van de voor de verwezenlijking van de interne markt vast te stellen maatregelen;

    Overwegende dat het wenselijk is Richtlijn 90/539/EEG te wijzigen om rekening te houden met de inhoud van de onderhavige richtlijn, met name om te komen tot parallellisme ten aanzien van de datum waarop de Lid-Staten aan de nieuwe gezondheidsvoorschriften moeten voldoen;

    Overwegende dat het bepaalde in deze richtlijn in het kader van de voltooiing van de interne markt opnieuw moet worden bezien;

    Overwegende dat een procedure moet worden vastgesteld waarbij in het kader van het Permanent Veterinair Comité een nauwe samenwerking tot stand komt tussen de Commissie en de Lid-Staten;

    Overwegende dat het dienstig is te voorzien in een termijn voor de invoering van geharmoniseerde voorschriften in verband met de ziekte van Newcastle,

    HEEFT DE VOLGENDE RICHTLIJN VASTGESTELD:

    HOOFDSTUK I Algemene bepalingen

    Artikel 1

    In deze richtlijn worden de veterinairrechtelijke voorschriften vastgesteld voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van vers vlees van pluimvee.

    Artikel 2

    In het kader van deze richtlijn gelden de definities, met name de definities van pluimvee, als vermeld in artikel 2 van Richtlijn 90/539/EEG.

    Voorts wordt verstaan onder:

    a) vlees: alle delen van pluimvee die geschikt zijn voor menselijke consumptie,

    b) vers vlees: alle vlees, met inbegrip van vacuuem of in "controlled atmosphere" verpakt vlees, dat geen andere conserveringsbehandeling heeft ondergaan dan koeling.

    HOOFDSTUK II Voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer

    Artikel 3

    A. Om in het intracommunautaire handelsverkeer te mogen worden gebracht, moet vers vlees afkomstig zijn van pluimvee:

    1. dat, sedert de uitkomst, op het grondgebied van de Gemeenschap heeft verbleven of dat in overeenstemming met de vereisten van hoofdstuk III van Richtlijn 90/539/EEG uit derde landen is ingevoerd.

    Tot en met 31 december 1992 dient vlees van pluimvee dat bestemd is voor Lid-Staten of gebieden van Lid-Staten waarvan de status erkend is overeenkomstig artikel 12, lid 2, van genoemde richtlijn, afkomstig te zijn van pluimvee dat in de laatste dertig dagen voorafgaand aan het slachten niet met een verzwakte levende entstof is ingeënt tegen de ziekte van Newcastle.

    Op basis van een voorstel van de Commissie dat gebaseerd is op een verslag over het besmettingsgevaar van de ziekte van Newcastle, stelt de Raad vóór 1 januari 1992 met gekwalificeerde meerderheid van stemmen de regeling vast die van toepassing zal zijn vanaf 1 januari 1993;

    2.

    dat afkomstig is van een bedrijf:

    - ten aanzien waarvan geen veterinairrechtelijke maatregelen met betrekking tot een pluimveeziekte zijn getroffen,

    - dat niet is gelegen in een zone die besmet is verklaard met aviaire influenza of met de ziekte van Newcastle;

    3.

    dat tijdens het vervoer naar het slachthuis niet in contact is gekomen met pluimvee dat met aviaire influenza of met de ziekte van Newcastle is besmet; vervoer door een zone die besmet is verklaard met aviaire influenza of met de ziekte van Newcastle is verboden, tenzij het vervoer door die zone over de hoofdwegen of per spoor geschiedt;

    4.

    dat geslacht is in slachthuizen waar op het ogenblik van slachten geen enkel geval van aviaire influenza of van de ziekte van Newcastle is geconstateerd.

    Vers vlees dat ervan wordt verdacht in het slachthuis, de uitsnijderij, de opslagplaats of tijdens het vervoer besmet te zijn, moet uit het handelsverkeer worden verwijderd;

    5.

    dat gemerkt is overeenkomstig de artikelen 4 en 5;

    6.

    dat vergezeld gaat van het, overeenkomstig de bijlage bij de onderhavige richtlijn aangevulde, gezondheidscertificaat bedoeld in bijlage IV van Richtlijn 71/118/EEG.

    B.

    Dit hoofdstuk is niet van toepassing op de nationale voorschriften betreffende vlees:

    - dat in de persoonlijke bagage van reizigers voor eigen gebruik wordt vervoerd;

    - dat in kleine zendingen aan particulieren wordt toegestuurd, voor zover het gaat om zendingen waaraan elk handelskarakter vreemd is;

    - dat als proviand voor personeel en passagiers wordt meegenomen in grensoverschrijdende vervoermiddelen.

    Artikel 4

    Onder deze richtlijn vallend vers vlees van pluimvee moet voorzien zijn van het in artikel 3, lid 1, deel A, onder e),

    van Richtlijn 71/118/EEG voorgeschreven keurmerk, voor zover het voldoet aan de voorschriften van artikel 3, deel A, van de onderhavige richtlijn en afkomstig is van dieren die volgens de in Richtlijn 71/118/EEG bepaalde hygiënische voorschriften geslacht zijn.

    Artikel 5

    1. In afwijking van artikel 4 mag vers vlees van pluimvee dat niet aan artikel 3, deel A, punten 2 en 3, en punt 4, eerste alinea, voldoet, voor zover het niet als vers vlees in het intracommunautaire handelsverkeer wordt gebracht, toch overeenkomstig artikel 3, lid 1, deel A, onder e), van Richtlijn 71/118/EEG worden gemerkt, mits het in dat artikel bedoelde merk onmiddellijk;

    a) of wel op zodanige wijze wordt overgestempeld dat over het keurmerk als omschreven in bijlage I, hoofdstuk X, punt 44.1, onder a) en b), van Richtlijn 71/118/EEG, schuins een kruis wordt aangebracht, dat bestaat uit twee elkaar loodrecht snijdende lijnen waarvan het snijpunt samenvalt met het centrum van het keurmerk en dat de gegevens van het keurmerk leesbaar laat;

    b)

    of wel wordt vervangen door één enkel bijzonder merk dat bestaat uit het keurmerk als omschreven in bijlage I, hoofdstuk X, punt 44.1, onder a) en b), van Richtlijn 71/118/EEG, gewijzigd overeenkomstig punt a) van het onderhavige lid.

    Voor het bewaren en het gebruik van de merkinstrumenten is bijlage I, hoofdstuk X, punt 43, van Richtlijn 71/118/EEG mutatis mutandis van toepassing.

    2. Het in lid 1 bedoelde vlees moet op een andere plaats of op andere tijdstippen worden verkregen, uitgesneden, vervoerd en opgeslagen dan vlees van pluimvee dat is bestemd om als vers vlees in het intracommunautaire handelsverkeer in vers vlees van pluimvee te worden gebracht en moet op zodanige wijze worden gebruikt dat het niet terecht komt in vleesprodukten die bestemd zijn voor het intracommunautaire handelsverkeer, tenzij het is behandeld overeenkomstig artikel 4, lid 1, van Richtlijn 80/215/EEG (8), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 89/662/EEG.

    Artikel 6

    De voorschriften vastgesteld bij Richtlijn 89/662/EEG zijn met name van toepassing voor wat betreft de organisatie van de controles die de Lid-Staat van bestemming dient te verrichten, de aan die controles te verbinden consequenties en de toe te passen vrijwaringsmaatregelen.

    Artikel 7

    Veterinaire deskundigen van de Commissie kunnen, voor zover dat voor de uniforme toepassing van deze richtlijn nodig is, in samenwerking met de bevoegde nationale instanties controles ter plaatse verrichten. De Commissie stelt de Lid-Staten van de resultaten van de controles in kennis.

    De Lid-Staat op het grondgebied waarvan een controle wordt verricht, verleent de deskundigen de nodige bijstand voor het uitvoeren van hun taak.

    De algemene bepalingen ter uitvoering van dit artikel worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 18. Volgens dezelfde procedure worden de voorschriften vastgesteld die bij de in dit artikel bedoelde controles in acht moeten worden genomen.

    HOOFDSTUK III Voorschriften voor de invoer uit derde landen

    Artikel 8

    1. Vers vlees van pluimvee dat in de Gemeenschap wordt ingevoerd, moet voldoen aan de in de artikelen 9 tot en met 12 vastgestelde voorwaarden.

    2. Dit hoofdstuk is echter niet van toepassing op:

    a) vlees van pluimvee dat in de persoonlijke bagage van reizigers voor eigen gebruik wordt vervoerd, voor zover de vervoerde hoeveelheid ten hoogste 1 kg per persoon bedraagt en mits het van herkomst is uit een derde land of deel van een derde land dat voorkomt op de overeenkomstig artikel 9 opgestelde lijst en waaruit de invoer niet overeenkomstig artikel 14 is verboden;

    b)

    vlees van pluimvee dat in kleine zendingen aan particulieren wordt toegestuurd, voor zover het gaat om invoer zonder enig handelskarakter, en de verzonden hoeveelheid ten hoogste 1 kg bedraagt en mits het vlees van herkomst is uit een derde land of deel van een derde land dat voorkomt op de overeenkomstig artikel 9 opgestelde lijst en waaruit de invoer niet overeenkomstig artikel 14 is verboden;

    c)

    vlees van pluimvee dat als proviand voor personeel en passagiers wordt meegenomen in grensoverschrijdende vervoermiddelen.

    Indien dit vlees van pluimvee of de keukenafvallen ervan worden uitgeladen, moeten zij worden vernietigd. Er behoeft evenwel niet tot vernietiging te worden overgegaan indien het vlees van pluimvee rechtstreeks of na voorlopig onder douanetoezicht te zijn geplaatst, van een dergelijk vervoermiddel op een ander wordt overgeladen.

    Artikel 9

    1. Vers vlees van pluimvee moet afkomstig zijn uit derde landen of uit delen daarvan die voorkomen op een lijst die door de Commissie wordt opgesteld volgens de procedure van artikel 18. Deze lijst kan volgens de procedure van artikel 17 worden gewijzigd of aangevuld.

    2. Ten einde te bepalen of een derde land of een deel van een derde land op de in lid 1 bedoelde lijst mag worden geplaatst, wordt met name rekening gehouden met:

    a) de gezondheidstoestand van het pluimvee, van de andere huisdieren en van de in het wild levende dieren in het derde land, waarbij vooral gelet wordt op het voorkomen van exotische dierziekten enerzijds en de gezondheidssituatie van het milieu in dat land anderzijds, aangezien deze twee factoren de gezondheid van mens en dier in de Lid-Staten in gevaar kunnen brengen;

    b)

    de regelmaat en de snelheid waarmee dat land inlichtingen verstrekt over de aanwezigheid van besmettelijke dierziekten op zijn grondgebied, met name ziekten die zijn vermeld in de lijsten A en B van het Internationaal Bureau voor besmettelijke veeziekten (OIE);

    c)

    de voorschriften van dat land met betrekking tot preventie en bestrijding van dierziekten;

    d)

    de structuur van de veterinaire diensten in het betrokken land en de bevoegdheden waarover die diensten beschikken;

    e)

    de organisatie en uitvoering van preventie en bestrijding van besmettelijke dierziekten;

    f)

    de wetgeving van dat land met betrekking tot het gebruik van verboden stoffen, in het bijzonder de wetgeving inzake verbod of toelating, verspreiding, het op de markt brengen en toediening daarvan, alsmede controle daarop;

    g)

    de garanties die het derde land kan geven wat betreft de naleving van het bepaalde in deze richtlijn.

    3. De in lid 1 bedoelde lijst en de daarin aangebrachte wijzigingen worden bekendgemaakt in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Artikel 10

    1. Vers vlees van pluimvee moet afkomstig zijn uit landen die vrij zijn van aviaire influenza en van de ziekte van Newcastle.

    2. De algemene criteria voor de toekenning aan derde landen van een bepaalde gezondheidsstatus ten aanzien van de in lid 1 genoemde ziekten, worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 17. Deze criteria mogen in geen geval gunstiger zijn dan die welke voor de Lid-Staten worden gehanteerd uit hoofde van Richtlijn 90/539/EEG.

    3. Volgens de procedure van artikel 18 kan de Commissie besluiten dat lid 1 slechts van toepassing is op een deel van het grondgebied van een derde land.

    Artikel 11

    1. Vers vlees van pluimvee moet:

    a) voldoen aan de volgens de procedure van artikel 17 vastgestelde veterinairrechtelijke voorschriften. Deze voorschriften kunnen verschillen naar soort pluimvee;

    b)

    afkomstig zijn van koppels die vóór verzending gedurende een volgens de procedure van artikel 17 vast te stellen periode zonder onderbreking in het derde land of een deel van het derde land hebben verbleven.

    2. Voor de vaststelling van de veterinairrechtelijke voorschriften wordt uitgegaan van de voorschriften die zijn opgenomen in hoofdstuk II en de desbetreffende bijlagen van Richtlijn 90/539/EEG. Volgens de procedure van artikel 18 kan per geval worden besloten om van deze bepalingen af te wijken, indien het betrokken derde land gelijksoortige veterinairrechtelijke garanties biedt die ten minste gelijkwaardig zijn.

    Artikel 12

    1. Vers vlees van pluimvee moet vergezeld gaan van een certificaat dat is opgesteld door een officiële dierenarts van het exporterende derde land.

    Het certificaat moet:

    a) zijn afgegeven op de dag van inlading met het oog op verzending naar het land van bestemming;

    b)

    zijn opgesteld in de officiële taal of de officiële talen van het land van verzending en van het land van bestemming en in één van de officiële talen van het land waar de invoercontrole wordt verricht;

    c)

    als origineel exemplaar bij de zending gaan;

    d)

    een verklaring bevatten dat het verse vlees voldoet aan de voorwaarden die bij de onderhavige richtlijn en ter uitvoering daarvan zijn vastgesteld voor de invoer uit het derde land;

    e)

    bestaan uit één enkel blad;

    f)

    zijn opgesteld voor één enkele geadresseerde.

    2. Het certificaat moet overeenkomen met een volgens de procedure van artikel 18 vastgesteld model.

    Artikel 13

    Door veterinaire deskundigen van de Lid-Staten en van de Commissie worden ter plaatse controles verricht om na te gaan of alle bepalingen van de onderhavige richtlijn daadwerkelijk worden toegepast.

    De met deze controles belaste deskundigen van de Lid-Staten worden op voordracht van de Lid-Staten door de Commissie aangewezen.

    De controles geschieden in opdracht van de Gemeenschap, die de daarmee gepaard gaande kosten voor haar rekening neemt.

    De frequentie en de wijze van uitvoering van deze controles worden vastgesteld volgens de procedure van artikel 18.

    Artikel 14

    1. De Commissie kan volgens de procedure van artikel 17 besluiten de invoer uit een derde land of uit een deel van een derde land te beperken tot vers vlees van pluimvee van bepaalde soorten.

    2. De Commissie kan volgens de procedure van artikel 17 besluiten na invoer alle noodzakelijke veterinairrechtelijke maatregelen toe te passen.

    Artikel 15

    De algemene voorschriften en beginselen die gelden tijdens de controles in derde landen of voor de controles van vlees van

    pluimvee ingevoerd uit derde landen, alsmede de ten uitvoer te leggen vrijwaringsmaatregelen zijn die welke zijn vastgesteld bij Richtlijn 90/675/EEG (9).

    Artikel 16

    1. Tot het tijdstip van tenuitvoerlegging van de gezondheidsvoorschriften van de Gemeenschap van toepassing op de invoer van vlees van pluimvee uit derde landen, passen de Lid-Staten op deze invoer bepalingen toe die niet gunstiger mogen zijn dan die welke gelden voor het intracommunautaire handelsverkeer overeenkomstig Richtlijn 71/118/EEG en onderwerpen zij het handelsverkeer in vlees van pluimvee aan de voorschriften van artikel 6, lid 1, onder b), tweede alinea, van Richtlijn 89/662/EEG.

    2. Ten einde te verzekeren dat deze bepalingen op uniforme wijze worden toegepast, kunnen ter plaatse door veterinaire deskundigen van de Lid-Staten en van de Commissie controles worden verricht.

    De met deze controles belaste deskundigen van de Lid-Staten worden op voordracht van de Lid-Staten door de Commissie aangewezen.

    Deze controles geschieden in opdracht van de Gemeenschap, die de daarmee gepaard gaande kosten voor haar rekening neemt.

    Voor inrichtingen van derde landen die niet volgens de communautaire procedure zijn gekeurd, mogen de Lid-Staten evenwel de in de nationale bepalingen voorgeschreven keuringen blijven verrichten.

    Een lijst van inrichtingen die voldoen aan de eisen als bedoeld in bijlage I van Richtlijn 71/118/EEG wordt opgesteld volgens de procedure van artikel 18.

    3. Het gezondheidscertificaat dat de produkten bij invoer vergezelt, alsmede de vorm en aard van het keurmerk dat op de produkten wordt aangebracht, dienen overeen te komen met een volgens de procedure van artikel 18 vast te stellen model.

    HOOFDSTUK IV Gemeenschappelijke bepalingen

    Artikel 17

    In de gevallen waarin wordt verwezen naar de in dit artikel omschreven procedure beraadslaagt het bij Besluit 68/361/EEG ($) ingestelde Permanent Veterinair Comité, hierna "Comité" genoemd, overeenkomstig de voorschriften van artikel 12 van Richtlijn 71/118/EEG.

    Artikel 18

    In de gevallen waarin wordt verwezen naar de in dit artikel omschreven procedure beraadslaagt het Comité overeenkomstig de voorschriften van artikel 12 bis van Richtlijn 71/118/EEG.

    Artikel 19

    1. Bijlage A van Richtlijn 89/662/EEG wordt aangevuld met de volgende tekst:

    "Richtlijn 91/494/EEG van de Raad van 26 juni 1991 tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van vers vlees van pluimvee (PB nr. L 268 van 24. 9. 1991, blz. 35).".

    2. Richtlijn 90/539/EEG wordt als volgt gewijzigd:

    a) In artikel 12, lid 2, eerste zin, wordt de zinsnede "en wel uiterlijk zes maanden vóór de datum waarop de LidStaten aan de onderhavige richtlijn moeten voldoen." geschrapt.

    b)

    In artikel 36 wordt "1 januari 1992" vervangen door

    "1 mei 1992".

    Artikel 20

    In het kader van de voorstellen voor de voltooiing van de interne markt worden de bepalingen van deze richtlijn vóór 31 december 1992 opnieuw bezien door de Raad. Deze neemt op voorstel van de Commissie met gekwalificeerde meerderheid van stemmen een besluit.

    Artikel 21

    De Lid-Staten doen de nodige wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in werking treden om uiterlijk op 1 mei 1992 aan deze richtlijn te voldoen. Zij stellen de Commissie daarvan in kennis.

    Wanneer de Lid-Staten deze bepalingen aannemen, wordt in die bepalingen naar de onderhavige richtlijn verwezen of wordt hiernaar verwezen bij de officiële bekendmaking van die bepalingen. De regels voor deze verwijzing worden vastgesteld door de Lid-Staten.

    Artikel 22

    Deze richtlijn is gericht tot de Lid-Staten.

    Gedaan te Luxemburg, 26 juni 1991.

    Voor de Raad

    De Voorzitter

    R. STEICHEN

    (1) PB nr. C 327 van 30. 12. 1989, blz. 72.(2) PB nr. C 183 van 15. 7. 1991.(3) PB nr. C 124 van 21. 5. 1990, blz. 12.(4) PB nr. L 303 van 31. 10. 1990, blz. 6.(5) PB nr. L 55 van 8. 3. 1971, blz. 23.(6) PB nr. L 267 van 29. 9. 1990, blz. 45.(7) PB nr. L 395 van 31. 12. 1989, blz. 13.(8) PB nr. L 47 van 21. 2. 1980, blz. 4.(9) PB nr. L 373 van 31. 12. 1990, blz. 1.(10) PB nr. L 255 van 18. 10. 1968, blz. 23.

    BIJLAGE

    In het gezondheidscertificaat in bijlage IV van Richtlijn 71/118/EEG aan te brengen wijzigingen

    1. De titel wordt als volgt aangevuld:

    "VETERINAIRRECHTELIJK EN GEZONDHEIDSCERTIFICAAT".

    2. Punt IV wordt vervangen door:

    "IV. Verklaring

    Ondergetekende, officieel dierenarts, verklaart:

    a) dat het hierboven omschreven vlees van pluimvee (;) voldoet aan de voorschriften van Richtlijn 91/494/EEG tot vaststelling van veterinairrechtelijke voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en de invoer uit derde landen van vers vlees van pluimvee, alsmede aan de voorschriften van artikel 3, lid 1, tweede alinea, van die richtlijn, indien dat vlees is bestemd voor een Lid-Staat of een gebied van een Lid-Staat die vrij van de ziekte van Newcastle zijn erkend;

    b)

    - dat het hierboven omschreven vlees van pluimvee (%),

    - dat de verpakkingen van het hierboven omschreven vlees (%)

    zijn voorzien van een merkteken waaruit blijkt

    - dat het vlees afkomstig is van in erkende slachthuizen geslachte dieren (%),

    - dat het vlees is uitgesneden in een erkende uitsnijderij (%);

    c)

    dat dit vlees ingevolge een keuring, verricht overeenkomstig de Richtlijn 71/118/EEG van de Raad van 15 februari 1971 inzake gezondheidsvraagstukken op het gebied van het handelsverkeer in vers vlees van pluimvee, geschikt is bevonden voor menselijke consumptie;

    d)

    dat de voertuigen of vervoermiddelen, alsmede de omstandigheden waarin dit vlees werd geladen, voldoen aan de in Richtlijn 71/118/EEG vastgestelde hygiënische voorschriften.".

    3. Voetnoot (1) wordt vervangen door:

    "(;) Vers vlees van pluimvee is vers vlees van de volgende als huisdier gehouden diersoorten: kippen, kalkoenen, parelhoenders, eenden, ganzen, kwartels, duiven, fazanten en patrijzen dat geen enkele conserveringsbehandeling heeft ondergaan. Vlees dat alleen gekoeld is wordt als vers vlees beschouwd.".

    Top