This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 62009CA0356
Case C-356/09: Judgment of the Court (Second Chamber) of 18 November 2010 (reference for a preliminary ruling from the Oberster Gerichtshof — Austria) — Pensionsversicherungsanstalt v Christine Kleist (Social policy — Equal treatment of men and women in matters of employment and occupation — Directive 76/207/EEC — Article 3(1)(c) — National rules facilitating the dismissal of workers who have acquired the right to draw their retirement pension — Objective of promoting employment of younger persons — National rules setting the age conferring entitlement to a retirement pension at 60 years for women and 65 years for men)
Zaak C-356/09: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 18 november 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof — Oostenrijk) — Pensionsversicherungsanstalt/Christine Kleist (Sociale politiek — Gelijke behandeling van mannen en vrouwen in arbeid en beroep — Richtlijn 76/207/EEG — Artikel 3, lid 1, sub c — Nationale regeling om ontslag van pensioengerechtigde werknemers te vergemakkelijken — Doelstelling van verbetering van werkgelegenheid van jongeren — Nationale regeling die leeftijd waarop aanspraak op dat pensioen ontstaat vaststelt op 60 jaar voor vrouwen en 65 jaar voor mannen)
Zaak C-356/09: Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 18 november 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof — Oostenrijk) — Pensionsversicherungsanstalt/Christine Kleist (Sociale politiek — Gelijke behandeling van mannen en vrouwen in arbeid en beroep — Richtlijn 76/207/EEG — Artikel 3, lid 1, sub c — Nationale regeling om ontslag van pensioengerechtigde werknemers te vergemakkelijken — Doelstelling van verbetering van werkgelegenheid van jongeren — Nationale regeling die leeftijd waarop aanspraak op dat pensioen ontstaat vaststelt op 60 jaar voor vrouwen en 65 jaar voor mannen)
PB C 13 van 15.1.2011, p. 14–15
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
15.1.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
C 13/14 |
Arrest van het Hof (Tweede kamer) van 18 november 2010 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door het Oberste Gerichtshof — Oostenrijk) — Pensionsversicherungsanstalt/Christine Kleist
(Zaak C-356/09) (1)
(Sociale politiek - Gelijke behandeling van mannen en vrouwen in arbeid en beroep - Richtlijn 76/207/EEG - Artikel 3, lid 1, sub c - Nationale regeling om ontslag van pensioengerechtigde werknemers te vergemakkelijken - Doelstelling van verbetering van werkgelegenheid van jongeren - Nationale regeling die leeftijd waarop aanspraak op dat pensioen ontstaat vaststelt op 60 jaar voor vrouwen en 65 jaar voor mannen)
2011/C 13/23
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Oberster Gerichtshof
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Pensionsversicherungsanstalt
Verwerende partij: Christine Kleist
Voorwerp
Verzoek om een prejudiciële beslissing — Oberster Gerichtshof — Uitlegging van artikel 3, lid 1, sub c, van richtlijn 76/207/EEG van de Raad van 9 februari 1976 betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden (PB L 39, blz. 40), zoals gewijzigd bij richtlijn 2002/73/EG — Nationale regeling die de pensioenleeftijd vaststelt op 60 jaar voor vrouwen en op 65 jaar voor mannen en die het ontslag van werknemers die deze leeftijd hebben bereikt vergemakkelijkt — Ontslag, door een openbare werkgever, van een pensioengerechtigde vrouw van 60 jaar, ingegeven door de wil om de werkgelegenheid van jongeren te bevorderen
Dictum
Artikel 3, lid 1, sub c, van richtlijn 76/207/EEG van de Raad van 9 februari 1976 betreffende de tenuitvoerlegging van het beginsel van gelijke behandeling van mannen en vrouwen ten aanzien van de toegang tot het arbeidsproces, de beroepsopleiding en de promotiekansen en ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden, zoals gewijzigd bij richtlijn 2002/73/EG van het Europees Parlement en de Raad van 23 september 2002, moet aldus worden uitgelegd dat een nationale regeling krachtens welke, ter bevordering van de toegang van jongeren tot de arbeidsmarkt, een werkgever de werknemers die recht op een ouderdomspensioen hebben verworven mag ontslaan, terwijl dit recht door vrouwen wordt verworven op een leeftijd die vijf jaar onder de leeftijd ligt waarop het voor mannen ontstaat, een door die richtlijn verboden directe discriminatie op grond van geslacht vormt.