EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32014D0343

2014/343/EU: Besluit van de Raad van 24 maart 2014 betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de overeenkomst betreffende de deelname van de Republiek Kroatië aan de Europese Economische Ruimte, en van drie daarmee verband houdende overeenkomsten

PB L 170 van 11.6.2014, p. 3–4 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2014/343/oj

Related international agreement

11.6.2014   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 170/3


BESLUIT VAN DE RAAD

van 24 maart 2014

betreffende de ondertekening, namens de Europese Unie, en de voorlopige toepassing van de overeenkomst betreffende de deelname van de Republiek Kroatië aan de Europese Economische Ruimte, en van drie daarmee verband houdende overeenkomsten

(2014/343/EU)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 217, in samenhang met artikel 218, lid 5, en artikel 218, lid 8, tweede alinea,

Gezien de Akte van toetreding van de Republiek Kroatië, en met name artikel 6, lid 2, en artikel 6, lid 5,

Gezien het voorstel van de Europese Commissie,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1) (hierna „de EER-overeenkomst” genoemd) werd op 2 mei 1992 ondertekend in Porto.

(2)

De Republiek Kroatië is op 1 juli 2013 toegetreden tot de Europese Unie.

(3)

Na haar toetreding tot de Europese Unie, heeft de Republiek Kroatië gevraagd om een overeenkomstsluitende partij bij de EER-overeenkomst te worden, op grond van artikel 128 van die overeenkomst.

(4)

Daartoe heeft de Commissie, namens de Unie en haar lidstaten, met IJsland, het Vorstendom Liechtenstein en het Koninkrijk Noorwegen onderhandelingen gevoerd over de overeenkomst betreffende de deelname van de Republiek Kroatië aan de Europese Economische Ruimte (hierna „de overeenkomst” genoemd) en drie daarmee verband houdende aanvullende protocollen, namelijk a) het aanvullend protocol bij de overeenkomst tussen het Koninkrijk Noorwegen en de Europese Unie betreffende een financieel mechanisme van Noorwegen voor de periode 2009-2014 naar aanleiding van de deelname van de Republiek Kroatië aan de Europese Economische Ruimte, b) het aanvullend protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en IJsland naar aanleiding van de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie en c) het aanvullend protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Noorwegen naar aanleiding van de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie (hierna „de daarmee verband houdende protocollen” genoemd.

(5)

De overeenkomst en de daarmee verband houdende protocollen moeten worden ondertekend en voorlopig worden toegepast, in afwachting van de voltooiing van de voor de sluiting ervan vereiste procedures,

HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:

Artikel 1

Er wordt namens de Unie machtiging verleend voor de ondertekening van de overeenkomst betreffende de deelname van de Republiek Kroatië aan de Europese Economische Ruimte en de daarmee verband houdende protocollen, onder voorbehoud van de sluiting ervan.

De teksten van de overeenkomst en van de daarmee verband houdende protocollen, evenals de overeenkomsten in de vorm van een briefwisseling inzake hun voorlopige toepassing, zijn aan dit besluit gehecht.

Artikel 2

De voorzitter van de Raad wordt gemachtigd de persoon (personen) aan te wijzen die bevoegd is (zijn) de overeenkomst en de darmee verband houdende protocollen, evenals de overeenkomsten in de vorm van een briefwisseling inzake hun voorlopige toepassing, namens de Unie te ondertekenen.

Artikel 3

De overeenkomst en het aanvullend protocol bij de overeenkomst tussen het Koninkrijk Noorwegen en de Europese Unie betreffende een financieel mechanisme van Noorwegen voor de periode 2009-2014 naar aanleiding van de deelname van de Republiek Kroatië aan de Europese Economische Ruimte worden voorlopig toegepast met ingang van de dag volgend op de datum waarop de laatste van deze briefwisselingen is afgerond, in afwachting van de voltooiing van de voor de sluiting van de vermelde overeenkomst en protocol vereiste procedures.

Het aanvullend protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en IJsland naar aanleiding van de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie en het aanvullend protocol bij de overeenkomst tussen de Europese Economische Gemeenschap en het Koninkrijk Noorwegen naar aanleiding van de toetreding van de Republiek Kroatië tot de Europese Unie worden voorlopig toegepast met ingang van de eerste dag van de derde maand volgend op de nederlegging van de laatste kennisgeving inzake voorlopige toepassing, overeenkomstig artikel 4 van beide aanvullende protocollen.

Artikel 4

Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het wordt vastgesteld.

Gedaan te Brussel, 24 maart 2014.

Voor de Raad

De voorzitter

A. TSAFTARIS


(1)  PB L 1 van 3.1.1994, blz. 3.


Top