EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32008R0022

Verordening (EG) nr. 22/2008 van de Commissie van 11 januari 2008 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen (Gecodificeerde versie)

PB L 9 van 12.1.2008, p. 6–11 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/12/2008; opgeheven door 32088R1249

ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/2008/22/oj

12.1.2008   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 9/6


VERORDENING (EG) Nr. 22/2008 VAN DE COMMISSIE

van 11 januari 2008

tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen

(Gecodificeerde versie)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Verordening (EG) nr. 2529/2001 van de Raad van 19 december 2001 houdende een gemeenschappelijke ordening der markten in de sector schapen- en geitenvlees (1),

Gelet op Verordening (EEG) nr. 2137/92 van de Raad van 23 juli 1992 betreffende het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen en de communautaire standaardkwaliteit van geslachte schapen, vers of gekoeld, en houdende verlenging van Verordening (EEG) nr. 338/91 (2), inzonderheid op artikel 2, artikel 4, lid 3, de artikelen 5 en 6, en artikel 7, lid 2,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

Verordening (EEG) nr. 461/93 van de Commissie van 26 februari 1993 tot vaststelling van uitvoeringsbepalingen inzake het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen (3) is ingrijpend gewijzigd (4). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze verordening te worden overgegaan.

(2)

Om de markt in de schapenvleessector doorzichtiger te maken, is bij Verordening (EEG) nr. 2137/92 een voor de gehele Gemeenschap geldend indelingsschema voor geslachte schapen vastgesteld. Nadere voorschriften zijn nodig voor de notering van de marktprijzen overeenkomstig dit indelingsschema. Er moet voor worden gezorgd dat de marktprijzen in het juiste handelsstadium worden genoteerd. Als juist handelsstadium moet het binnenkomen in het slachthuis worden aangemerkt. Met het oog op een uniforme indeling van geslachte schapen in de Gemeenschap, moeten de bevleesdheidsklassen, de vetheidsklassen en de kleur nader worden omschreven.

(3)

Een prijsmeldingssysteem moet worden opgezet aan de hand van de onmiddellijk na het slachten in het slachthuis verrichte indeling. Zulks vereist een passende indeling van de geslachte dieren.

(4)

De geslachte dieren moeten worden ingedeeld door voldoende gekwalificeerd personeel. De betrouwbaarheid van de indeling moet daadwerkelijk worden gecontroleerd, om te waarborgen dat de criteria uniform worden toegepast.

(5)

Op grond van Verordening (EEG) nr. 2137/92 moeten door een communautaire controlegroep controles ter plaatse worden uitgevoerd om te komen tot een uniforme toepassing van het communautaire indelingsschema in de Gemeenschap.

(6)

Nadere voorschriften moeten worden vastgesteld voor de samenstelling van deze groep en voor de uitvoering van de controles ter plaatse.

(7)

De in deze verordening vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Comité van beheer „schapen en geiten”,

HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

1.   De op basis van het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen te noteren marktprijs als bedoeld in artikel 7, lid 1, van Verordening (EEG) nr. 2137/92, is de aan de leverancier voor lammeren uit de Gemeenschap betaalde prijs exclusief BTW, bij aanvoer in het slachthuis. Bedoeld is de prijs per 100 kg geslacht gewicht in de in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 2137/92 bedoelde referentieaanbiedingsvormen, gewogen en ingedeeld aan de haak in het slachthuis.

2.   Het in aanmerking te nemen gewicht is het gewicht van het warme geslachte dier, gecorrigeerd om rekening te houden met het gewichtsverlies bij de afkoeling. De lidstaten delen de toegepaste correctiecijfers aan de Commissie mee.

3.   Indien de aanbiedingsvorm van de geslachte dieren na weging en indeling aan de haak verschilt van de referentieaanbiedingsvorm, wordt in de lidstaten het gewicht aangepast aan de hand van correctiecijfers als bedoeld in artikel 2 van Verordening (EEG) nr. 2137/92. De lidstaten stellen de Commissie in kennis van de toegepaste correctiecijfers.

Voor de in bijlage III bij Verordening (EEG) nr. 2137/92 bedoelde categorieën A en B mogen de lidstaten echter de prijzen meedelen per 100 kg voor geslachte dieren in de traditionele aanbiedingsvorm. In dat geval delen de lidstaten de Commissie mee welke de verschillen zijn tussen de traditionele aanbiedingsvorm en de referentieaanbiedingsvorm.

Artikel 2

1.   De lidstaten wier schapenvleesproductie meer dan 200 ton per jaar bedraagt, delen de Commissie bij wijze van vertrouwelijke informatie de lijst mee van de slachthuizen of andere inrichtingen die deelnemen aan de notering van de prijzen overeenkomstig het communautaire indelingsschema (hierna „deelnemende inrichtingen” genoemd), alsmede de geraamde jaarlijkse omzet van deze deelnemende inrichtingen.

2.   De in lid 1 bedoelde lidstaten delen de Commissie elke week, uiterlijk op donderdag, de in de voorbije week genoteerde gemiddelde prijs in euro of in de nationale valuta voor elke kwaliteit lammeren van de communautaire indelingsschema's mee voor alle deelnemende inrichtingen, met vermelding van de relatieve omvang van elke kwaliteit. Voor kwaliteiten met een aandeel van minder dan 1 % in het totaal hoeft de prijs evenwel niet te worden meegedeeld. De lidstaten delen de Commissie ook de gemiddelde, van het gewicht afhangende prijs voor alle ingedeelde lammeren voor elk voor de prijsnotering gehanteerd indelingsschema mee.

De lidstaten mogen echter de prijs die zij voor elke in bijlage I bedoelde bevleesdheids- en vetheidsklassen meedelen, naar gewicht specificeren. Onder „kwaliteit” wordt de combinatie van bevleesdheidsklasse en vetheidsklasse verstaan.

Artikel 3

De in artikel 6 van Verordening (EEG) nr. 2137/92 bedoelde aanvullende bepalingen zijn opgenomen in bijlage I bij de onderhavige verordening betreffende de bevleesdheids- en de vetheidsklassen. De vleeskleur als bedoeld in bijlage III bij Verordening (EEG) nr. 2137/92 wordt in de flank ter hoogte van de rechte buikspier („rectus abdominis”) aan de hand van een gestandaardiseerde kleurenkaart bepaald.

Artikel 4

1.   De indeling vindt uiterlijk één uur na het slachten plaats.

2.   Voor de in artikel 4, lid 2, van Verordening (EEG) nr. 2137/92 bedoelde identificatie worden de hele of halve geslachte dieren die overeenkomstig het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen in deelnemende inrichtingen zijn ingedeeld, voorzien van een merkteken waarmee de categorie, de bevleesdheidsklasse en de vetheidsklasse worden aangegeven.

Daarbij wordt volgens een door de bevoegde nationale instanties goedgekeurd procédé met niet-giftige, onuitwisbare inkt een stempel aangebracht.

De aan te houden categorieën zijn de volgende:

a)

L: Geslachte dieren van minder dan twaalf maanden oud (lammeren);

b)

S: Andere geslachte dieren.

3.   De lidstaten mogen toestaan dat in plaats van een stempel een onvervalsbaar en stevig vastgehecht etiket wordt aangebracht.

Artikel 5

1.   De lidstaten zien erop toe dat de indeling wordt uitgevoerd door voldoende gekwalificeerde technici. Deze personen worden door de lidstaten aangewezen door middel van een erkenningsprocedure of door aanwijzing van een bevoegde instantie.

2.   De indeling in de deelnemende inrichtingen wordt gecontroleerd aan de hand van onaangekondigde controles ter plekke door een door de lidstaat aangewezen instantie die geen banden heeft met de deelnemende inrichting. Deze controles worden ten minste eenmaal per kwartaal uitgevoerd in alle deelnemende inrichtingen die geslachte schapen indelen en hebben betrekking op ten minste 50 willekeurig gekozen geslachte dieren.

Wanneer de controle-instantie echter ook verantwoordelijk is voor de indeling, dan wel niet onder een overheidsdienst ressorteert, dient op de in de eerste alinea bedoelde controles ten minste eenmaal per jaar onder dezelfde voorwaarden fysiek toezicht te worden uitgeoefend door de overheid. Deze wordt geregeld in kennis gesteld van de resultaten van de werkzaamheden van de controle-instantie.

Artikel 6

De in artikel 5 van Verordening (EEG) nr. 2137/92 bedoelde communautaire controlegroep, hierna „de Groep” genoemd, is bevoegd voor het verrichten van controles ter plaatse op:

a)

de toepassing van de bepalingen inzake het communautaire indelingsschema voor geslachte schapen en

b)

de notering van de marktprijzen overeenkomstig het indelingsschema.

Artikel 7

De Groep wordt voorgezeten door een deskundige van de Commissie. De lidstaten wijzen de deskundigen aan op grond van hun onafhankelijkheid en hun deskundigheid op het gebied van de indeling van geslachte schapen en de notering van de marktprijzen.

De deskundigen mogen in geen geval de bij de werkzaamheden van de Groep verkregen inlichtingen voor persoonlijke doeleinden aanwenden, noch dergelijke inlichtingen bekendheid geven.

Artikel 8

De controles ter plaatse worden verricht door een ten hoogste zeven leden tellende delegatie van de Groep. De samenstelling is als volgt:

a)

ten minste twee deskundigen van de Commissie, van wie er een als voorzitter van de delegatie optreedt;

b)

een deskundige van de betrokken lidstaat;

c)

ten hoogste vier deskundigen uit andere lidstaten.

Artikel 9

1.   De controles ter plaatse vinden regelmatig plaats, maar de frequentie van de controlebezoeken kan variëren naar gelang van met name de relatieve omvang van de productie van schapenvlees in de bezochte lidstaat of in verband met problemen met de toepassing van het indelingsschema.

Zo nodig kunnen aanvullende controlebezoeken worden georganiseerd. In dergelijke gevallen mag het aantal leden van de delegatie worden verminderd.

2.   Na raadpleging van de lidstaten stelt de Commissie het programma voor de controles op. Vertegenwoordigers van de lidstaat waar het bezoek plaatsvindt, mogen aanwezig zijn bij de controles.

3.   Elke lidstaat organiseert de op zijn grondgebied uit te voeren controles overeenkomstig de door de Commissie geformuleerde wensen. Daartoe deelt de lidstaat dertig dagen vóór de controle het gedetailleerde programma van de geplande bezoeken mede aan de Commissie, die kan verzoeken om in het programma wijzigingen aan te brengen.

4.   De Commissie licht de lidstaten zo lang mogelijk vóór elk bezoek in over het programma en de wijze van uitvoering.

5.   Aan het einde van elk controlebezoek komen de leden van de delegatie en de vertegenwoordigers van de betrokken lidstaat bijeen om de resultaten te beoordelen. De leden van de delegatie formuleren vervolgens hun conclusies ten aanzien van de in artikel 6 bedoelde punten.

6.   De voorzitter van de delegatie stelt een verslag op over de verrichte controle en vermeldt daarin de in lid 5 bedoelde conclusies. Dit verslag wordt zo spoedig mogelijk aan de bezochte lidstaat toegezonden, en vervolgens aan de andere lidstaten.

Artikel 10

De reis- en verblijfkosten van de leden van de Groep worden door de Commissie vergoed volgens de regeling voor de vergoeding van de reis- en verblijfkosten van personen die niet tot de diensten van de Commissie behoren en op wie zij een beroep doet als deskundigen.

Artikel 11

Verordening (EEG) nr. 461/93 wordt ingetrokken.

Verwijzingen naar de ingetrokken verordening gelden als verwijzingen naar de onderhavige verordening en worden gelezen volgens de concordantietabel in bijlage III.

Artikel 12

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Brussel, 11 januari 2008.

Voor de Commissie

De voorzitter

José Manuel BARROSO


(1)  PB L 341 van 22.12.2001, blz. 3. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1913/2005 (PB L 307 van 25.11.2005, blz. 2). Verordening (EG) nr. 2529/2001 wordt met ingang van 1 juli 2008 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007 (PB L 299 van 16.11.2007, blz. 1).

(2)  PB L 214 van 30.7.1992, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1791/2006 (PB L 363 van 20.12.2006, blz. 1). Verordening (EEG) nr. 2137/92 wordt met ingang van 1 januari 2009 vervangen door Verordening (EG) nr. 1234/2007.

(3)  PB L 49 van 27.2.1993, blz. 70. Verordening gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 823/98 (PB L 117 van 21.4.1998, blz. 2).

(4)  Zie bijlage II.


BIJLΑGE I

1.   Bevleesdheid

Vorm van de profielen van het geslachte dier, in het bijzonder van de hoogwaardige delen (achterbout, rug, schouder).

Bevleesdheidsklasse

Aanvullende bepalingen

S

Superieur

Achterbout: zeer sterke spierontwikkeling; profielen uitzonderlijk rond

Rug: uitzonderlijk rond, uiterst breed en uitzonderlijk dik

Schouder: uitzonderlijk rond en uitzonderlijk dik

E

Uitstekend

Achterbout: zeer dik; profielen zeer rond

Rug: zeer rond, zeer breed en zeer dik tot op de schouder

Schouder: zeer rond en zeer dik

U

Zeer goed

Achterbout: dik; profielen rond

Rug: breed en dik tot op de schouder

Schouder: rond en dik

R

Goed

Achterbout: profielen voornamelijk recht

Rug: dik, maar minder breed tot op de schouder

Schouder: goed ontwikkeld, maar niet zo dik

O

Matig

Achterbout: profielen een weinig hol

Rug: weinig breed en weinig dik

Schouder: veeleer smal, weinig dik

P

Gering

Achterbout: profielen hol tot zeer hol

Rug: smal en hol; het been is zichtbaar

Schouder: smal en plat; het been is zichtbaar

2.   Vetheid

Hoeveelheid vet aan de buitenzijde en de binnenzijde van het karkas.

Vetheidsklasse

Aanvullende bepalingen (1)

1.

Gering

Buitenzijde

Geen zichtbaar vet of sporen van vet

Binnenzijde

Buik

Sporen van niervet of geen zichtbaar niervet

Borst

Sporen van vet of geen zichtbaar vet tussen de ribben

2.

Licht

Buitenzijde

Een zeer dun laagje vet bedekt een deel van het karkas, maar kan minder duidelijk zijn op de ledematen

Binnenzijde

Buik

Sporen van vet of een zeer dun laagje op een deel van de nieren

Borst

De spieren tussen de ribben zijn duidelijk zichtbaar

3.

Middelmatig

Buitenzijde

Een laagje vet bedekt geheel of bijna geheel het karkas. De vetafzettingen zijn iets dikker aan de basis van de staart

Binnenzijde

Buik

De nieren zijn gedeeltelijk of geheel met een lichte vetlaag omgeven

Borst

De spieren zijn nog zichtbaar tussen de ribben

4.

Sterk vervet

Buitenzijde

Een dikke vetlaag bedekt bijna geheel of geheel het karkas, maar kan wat dunner zijn op de ledematen en wat dikker op de schouders

Binnenzijde

Buik

De nieren zijn met vet omgeven

Borst

De spieren tussen de ribben kunnen met vet doorregen zijn. Vetafzettingen kunnen zichtbaar zijn op de ribben

5.

Zeer sterk vervet

Buitenzijde

Een zeer dikke vetlaag met vetophopingen

Binnenzijde

Buik

De nieren zijn omgeven met een dikke laag vet

Borst

De spieren tussen de ribben zijn met vet doorregen. Vetophopingen zijn zichtbaar op de ribben


(1)  De aanvullende bepalingen met betrekking tot de buikholte gelden niet voor de in bijlage III van Verordening (EEG) nr. 2137/92 aangegeven doeleinden.


BIJLAGE II

Ingetrokken verordening met de wijziging ervan

Verordening (EEG) nr. 461/93 van de Commissie

(PB L 49 van 27.2.1993, blz. 70)

Verordening (EG) nr. 823/98 van de Commissie

(PB L 117 van 21.4.1998, blz. 2)


BIJLAGE III

Concordantietabel

Verordening (EEG) nr. 461/93

De onderhavige verordening

Artikel 1, leden 1 en 2

Artikel 1, leden 1 en 2

Artikel 1, lid 3, eerste en tweede zin

Artikel 1, lid 3, eerste alinea

Artikel 1, lid 3, derde en vierde zin

Artikel 1, lid 3, tweede alinea

Artikelen 2 en 3

Artikelen 2 en 3

Artikel 4, lid 1

Artikel 4, lid 1

Artikel 4, lid 2, eerste en tweede alinea

Artikel 4, lid 2, eerste en tweede alinea

Artikel 4, lid 2, derde alinea, aanhef

Artikel 4, lid 2, derde alinea, aanhef

Artikel 4, lid 2, derde alinea, eerste streepje

Artikel 4, lid 2, derde alinea, onder a)

Artikel 4, lid 2, derde alinea, tweede streepje

Artikel 4, lid 2, derde alinea, onder b)

Artikel 4, lid 3

Artikel 4, lid 3

Artikelen 5, 6 en 7

Artikelen 5, 6 en 7

Artikel 8, lid 1, aanhef

Artikel 8, aanhef

Artikel 8, lid 1, eerste streepje

Artikel 8, onder a)

Artikel 8, lid 1, tweede streepje

Artikel 8, onder b)

Artikel 8, lid 1, derde streepje

Artikel 8, onder c)

Artikel 8, lid 2

Artikel 9, lid 1, eerste alinea, eerste zin

Artikel 9, lid 1, eerste alinea

Artikel 9, lid 1, eerste alinea, tweede en derde zin

Artikel 9, lid 1, tweede alinea

Artikel 9, lid 1, tweede alinea

Artikel 9, lid 2

Artikel 9, lid 2

Artikel 9, lid 3

Artikel 9, lid 3

Artikel 9, lid 4

Artikel 9, lid 4

Artikel 9, lid 5

Artikel 9, lid 5

Artikel 9, lid 6

Artikel 10

Artikel 10

Artikel 11

Artikel 11

Artikel 12

Bijlage

Bijlage I

Bijlage II

Bijlage III


Top