This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32007R1434
Commission Regulation (EC) No 1434/2007 of 5 December 2007 on initiating an investigation concerning the possible circumvention of anti-dumping measures imposed by Council Regulation (EC) No 2074/2004 on imports of certain ring binder mechanisms originating in the People's Republic of China by imports of certain ring binder mechanisms consigned from Thailand, whether slightly modified or not and whether declared as originating in Thailand or not, and by imports of certain slightly modified ring binder mechanisms originating in the People's Republic of China, and making such imports subject to registration
Verordening (EG) nr. 1434/2007 van de Commissie van 5 december 2007 tot inleiding van een onderzoek naar de mogelijke ontwijking van de bij Verordening (EG) nr. 2074/2004 van de Raad ingestelde antidumpingmaatregelen voor ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China door invoer van bepaalde vanuit Thailand verzonden ringbandmechanismen, al dan niet enigszins gewijzigd en al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Thailand, en door invoer van bepaalde enigszins gewijzigde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, en tot registratie van deze invoer
Verordening (EG) nr. 1434/2007 van de Commissie van 5 december 2007 tot inleiding van een onderzoek naar de mogelijke ontwijking van de bij Verordening (EG) nr. 2074/2004 van de Raad ingestelde antidumpingmaatregelen voor ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China door invoer van bepaalde vanuit Thailand verzonden ringbandmechanismen, al dan niet enigszins gewijzigd en al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Thailand, en door invoer van bepaalde enigszins gewijzigde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, en tot registratie van deze invoer
PB L 320 van 6.12.2007, p. 23–26
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 05/12/2008
6.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 320/23 |
VERORDENING (EG) Nr. 1434/2007 VAN DE COMMISSIE
van 5 december 2007
tot inleiding van een onderzoek naar de mogelijke ontwijking van de bij Verordening (EG) nr. 2074/2004 van de Raad ingestelde antidumpingmaatregelen voor ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China door invoer van bepaalde vanuit Thailand verzonden ringbandmechanismen, al dan niet enigszins gewijzigd en al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Thailand, en door invoer van bepaalde enigszins gewijzigde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, en tot registratie van deze invoer
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad van 22 december 1995 betreffende beschermende maatregelen tegen invoer met dumping uit landen die geen lid zijn van de Europese Gemeenschap (1) („de basisverordening”), en met name op artikel 13, lid 3, en artikel 14, leden 3 en 5,
Overwegende hetgeen volgt:
A. VERZOEK
(1) |
De Commissie heeft een verzoek ontvangen, ingediend op grond van artikel 13, lid 3, van de basisverordening, om een onderzoek in te stellen naar de mogelijke ontwijking van de antidumpingmaatregelen ten aanzien van bepaalde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China. |
(2) |
Het verzoek is op 22 oktober 2007 ingediend door Ring Alliance Ringbuchtechnik GmbH, een communautaire producent van bepaalde ringbandmechanismen. |
B. PRODUCT
(3) |
Bij de mogelijke ontwijking gaat het om bepaalde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, die gewoonlijk worden aangegeven onder GN-code ex 8305 10 00 („het betrokken product”). In deze verordening wordt verstaan onder bepaalde ringbandmechanismen twee rechthoekige stalen plaatjes of draden waarop minstens vier halve ringen van staaldraad zijn bevestigd die met een stalen dekplaatje worden samengehouden. Het mechanisme kan worden geopend hetzij door aan de halve ringen te trekken, hetzij door een klein stalen trekkermechanisme te bedienen dat aan het ringbandmechanisme is bevestigd. |
(4) |
Het onderzoek betreft bepaalde enigszins gewijzigde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China, gewoonlijk aangegeven onder de GN-code ex 8305 10 00 (vóór de inwerkingtreding van deze verordening ingedeeld onder de TARIC-code 8305100090), en bepaalde ringbandmechanismen, al dan niet enigszins gewijzigd, verzonden vanuit Thailand, gewoonlijk aangegeven onder de GN-code ex 8305 10 00 (vóór de inwerkingtreding van deze verordening ingedeeld onder de TARIC-codes 8305100019, 8305100029 en 8305100090) („de onderzochte producten”). |
C. BESTAANDE MAATREGELEN
(5) |
De thans geldende en mogelijk ontweken maatregelen zijn de antidumpingmaatregelen die zijn ingesteld bij Verordening (EG) nr. 2074/2004 van de Raad (2), zoals uitgebreid tot hetzelfde product dat vanuit Vietnam (3) en de Democratische Volksrepubliek Laos (4) wordt verzonden. |
D. MOTIVERING
(6) |
Het verzoek bevat voldoende voorlopig bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de antidumpingmaatregelen voor bepaalde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China worden ontweken door het betrokken product enigszins te wijzigen om het te laten vallen onder douanecodes waarop normaliter geen maatregelen van toepassing zijn, met name de GN-code ex 8305 10 00 (vóór de inwerkingtreding van deze verordening ingedeeld onder de Taric-code 8305100090), en dat de wijziging de wezenlijke kenmerken van het betrokken product niet aantast. Voorbeelden van zulke enigszins gewijzigde typen zijn ringbandmechanismen met meer dan twee rechthoekige stalen plaatjes of draden en/of met afgeschuinde plaatjes, ringbandmechanismen met twee stalen plaatjes waarvan de randen zijn afgesneden en/of die inkepingen hebben zodat de vorm ervan niet meer rechthoekig is. Verder bevat het verzoek voldoende voorlopig bewijsmateriaal waaruit blijkt dat de antidumpingmaatregelen voor bepaalde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China worden ontweken door overlading van het betrokken product, al dan niet enigszins gewijzigd (zoals hierboven beschreven), via Thailand. |
(7) |
Het ingediende bewijsmateriaal is als volgt:
|
E. PROCEDURE
(8) |
Gezien het bovenstaande heeft de Commissie geconcludeerd dat er voldoende bewijsmateriaal is om een onderzoek te openen op grond van artikel 13 van de basisverordening en de invoer van bepaalde uit Thailand verzonden ringbandmechanismen, al dan niet enigszins gewijzigd en al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Thailand, alsmede de invoer van bepaalde enigszins gewijzigde ringbandmechanismen van oorsprong uit de Volksrepubliek China te registreren overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening.
|
F. REGISTRATIE
(9) |
Overeenkomstig artikel 14, lid 5, van de basisverordening moet de invoer van de onderzochte producten worden geregistreerd zodat, indien uit het onderzoek blijkt dat er van ontwijking sprake is, met terugwerkende kracht vanaf de datum van registratie van die invoer voldoende hoge antidumpingrechten kunnen worden geheven. |
G. TERMIJNEN
(10) |
In het belang van een behoorlijk bestuur moeten termijnen worden vastgesteld waarbinnen:
De aandacht wordt erop gevestigd dat de meeste in de basisverordening vermelde procedurele rechten slechts kunnen worden uitgeoefend indien de betrokkenen zich binnen de in artikel 3 van deze verordening vermelde termijn bij de Commissie kenbaar maken. |
H. NIET-MEDEWERKING
(11) |
Indien een belanghebbende binnen de vastgestelde termijnen toegang tot de nodige gegevens weigert, deze niet verstrekt of het onderzoek aanmerkelijk belemmert, kunnen overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening aan de hand van de beschikbare gegevens conclusies worden getrokken, zowel in positieve als in negatieve zin. |
(12) |
Wanneer blijkt dat een belanghebbende onjuiste of misleidende informatie heeft verstrekt, wordt deze informatie buiten beschouwing gelaten en kan gebruik worden gemaakt van de beschikbare gegevens. Indien een belanghebbende geen of slechts gedeeltelijk medewerking verleent en de bevindingen daarom overeenkomstig artikel 18 van de basisverordening op de beschikbare gegevens worden gebaseerd, kunnen de resultaten voor deze belanghebbende minder gunstig zijn dan indien hij wel medewerking had verleend. |
I. VERWERKING VAN PERSOONSGEGEVENS
(13) |
Persoonsgegevens die in het kader van dit onderzoek worden verzameld, zullen worden behandeld in overeenstemming met Verordening (EG) nr. 45/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2000 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens door de communautaire instellingen en organen en betreffende het vrije verkeer van die gegevens (5). |
J. HOORDER
(14) |
Indien belanghebbenden van mening zijn dat zij bij de uitoefening van hun recht van verweer moeilijkheden ondervinden, kunnen zij vragen dat de hoorder van DG Trade wordt ingeschakeld. Hij fungeert als tussenpersoon tussen de belanghebbenden en de diensten van de Commissie en kan zo nodig aanbieden te bemiddelen over procedurele kwesties aangaande de bescherming van de belangen van de belanghebbenden tijdens dit onderzoek, met name voor kwesties inzake toegang tot het dossier, vertrouwelijkheid, verlenging van termijnen en behandeling van schriftelijke en/of mondelinge opmerkingen. Belanghebbenden die contact willen opnemen vinden de nodige gegevens en nadere informatie op de webpagina's van de hoorder op de website van DG Trade (http://ec.europa.eu/trade), |
HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:
Artikel 1
Er wordt een onderzoek op grond van artikel 13, lid 3, van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad geopend om vast te stellen of bij de invoer in de Gemeenschap van bepaalde ringbandmechanismen (bestaande uit twee rechthoekige stalen plaatjes of draden met, hierop bevestigd, minstens vier halve ringen van staaldraad die met een stalen dekplaatje samen worden gehouden en die kunnen worden geopend hetzij door aan de halve ringen te trekken, hetzij door een klein stalen trekkermechanisme te bedienen dat aan het ringbandmechanisme is bevestigd), ingedeeld onder de GN-code ex 8305 10 00 (Taric-codes 8305100012, 8305100022 en 8305100032), verzonden vanuit Thailand, al dan niet enigszins gewijzigd en al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Thailand, en van bepaalde enigszins gewijzigde ringbandmechanismen, ingedeeld onder de GN-code ex 8305 10 00 (Taric-codes 8305100032 en 8305100039), van oorsprong uit de Volksrepubliek China, de bij Verordening (EG) nr. 2074/2004 van de Raad ingestelde maatregelen worden ontweken.
Artikel 2
Overeenkomstig artikel 13, lid 3, en artikel 14, lid 5, van Verordening (EG) nr. 384/96 van de Raad wordt de douaneautoriteiten opgedragen de nodige maatregelen te nemen voor de registratie van i) alle andere ringbandmechanismen dan die welke zijn omschreven in artikel 1 van Verordening (EG) nr. 2074/2004 van de Raad en zijn ingedeeld onder de GN-code ex 8305 10 00 (Taric-codes 8305100032 en 8305100039), van oorsprong uit de Volksrepubliek China, en ii) alle ringbandmechanismen die zijn ingedeeld onder de GN-code ex 8305 10 00 (Taric-codes 8305100012, 8305100022 en 8305100032), verzonden vanuit Thailand en al dan niet aangegeven als van oorsprong uit Thailand.
De registratie wordt negen maanden na de datum van inwerkingtreding van deze verordening beëindigd.
De Commissie kan de douaneautoriteiten bij verordening opdragen de invoer in de Gemeenschap niet langer te registreren indien de producten zijn vervaardigd door producenten die een vrijstelling van registratie hebben aangevraagd en van wie is gebleken dat zij de antidumpingmaatregelen niet ontwijken.
Artikel 3
1. Vragenlijsten moeten bij de Commissie worden aangevraagd binnen 15 dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie.
2. Belanghebbenden die wensen dat bij het onderzoek met hun opmerkingen rekening wordt gehouden, moeten, tenzij anders bepaald, binnen veertig dagen na de bekendmaking van deze verordening in het Publicatieblad van de Europese Unie contact met de Commissie opnemen, hun standpunt schriftelijk uiteenzetten en hun antwoorden op de vragenlijst en andere informatie verstrekken.
3. Producenten in de Volksrepubliek China en Thailand die vrijstelling van registratie bij invoer of van de maatregelen wensen te krijgen, moeten daartoe binnen dezelfde termijn van veertig dagen een met bewijsmateriaal gestaafd verzoek indienen.
4. Binnen dezelfde termijn van veertig dagen kunnen belanghebbenden ook vragen door de Commissie te worden gehoord.
5. Opmerkingen over deze kwestie, verzoeken om een mondeling onderhoud, om vragenlijsten of om vrijstelling van registratie bij invoer of van de maatregelen moeten schriftelijk worden ingediend (niet elektronisch, tenzij anders vermeld) onder opgave van naam, adres, e-mailadres, telefoon- en faxnummer van de belanghebbende. Alle schriftelijke opmerkingen, met inbegrip van de in deze verordening gevraagde informatie, antwoorden op de vragenlijst en correspondentie die op vertrouwelijke basis worden verstrekt, moeten van het opschrift „Limited” (6) zijn voorzien en moeten overeenkomstig artikel 19, lid 2, van de basisverordening vergezeld gaan van een niet-vertrouwelijke versie met de vermelding „For inspection by interested parties”.
Correspondentieadres van de Commissie:
Europese Commissie |
Directoraat-generaal Handel |
Directoraat H |
Kamer: J-79 4/23 |
B-1049 Brussel |
Fax (32-2) 295 65 05 |
Artikel 4
Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.
Gedaan te Brussel, 5 december 2007.
Voor de Commissie
Peter MANDELSON
Lid van de Commissie
(1) PB L 56 van 6.3.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2117/2005 (PB L 340 van 23.12.2005, blz. 17).
(2) PB L 359 van 4.12.2004, blz. 11.
(3) Verordening (EG) nr. 1208/2004 van de Raad (PB L 232 van 1.7.2004, blz. 1).
(4) Verordening (EG) nr. 33/2006 van de Raad (PB L 7 van 12.1.2006, blz. 1).
(5) PB L 8 van 12.1.2001, blz. 1.
(6) Dit betekent dat het document uitsluitend voor intern gebruik bestemd is. Het document is beschermd krachtens artikel 4 van Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145 van 31.5.2001, blz. 43). Het document is vertrouwelijk in de zin van artikel 19 van de basisverordening en artikel 6 van de WTO-overeenkomst betreffende de toepassing van artikel VI van de GATT 1994 (antidumpingovereenkomst).