Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31999R1477

    Verordening (EG) nr. 1477/1999 van de Commissie van 6 juli 1999 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3220/90 tot vaststelling van de voorwaarden voor bepaalde oenologische procédés en behandelingen op grond van Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad

    PB L 171 van 7.7.1999, p. 6–7 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/07/2000

    ELI: http://data.europa.eu/eli/reg/1999/1477/oj

    31999R1477

    Verordening (EG) nr. 1477/1999 van de Commissie van 6 juli 1999 houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3220/90 tot vaststelling van de voorwaarden voor bepaalde oenologische procédés en behandelingen op grond van Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad

    Publicatieblad Nr. L 171 van 07/07/1999 blz. 0006 - 0007


    VERORDENING (EG) Nr. 1477/1999 VAN DE COMMISSIE

    van 6 juli 1999

    houdende wijziging van Verordening (EEG) nr. 3220/90 tot vaststelling van de voorwaarden voor bepaalde oenologische procédés en behandelingen op grond van Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad

    DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

    Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

    Gelet op Verordening (EEG) nr. 822/87 van de Raad van 16 maart 1987 houdende een gemeenschappelijke ordening van de wijnmarkt(1), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1627/98(2), en met name op artikel 15, lid 6,

    (1) Overwegende dat bij Verordening (EEG) nr. 3220/90 van de Commissie(3), laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 2053/97(4), de voorwaarden zijn vastgesteld voor het gebruik van bepaalde oenologische procédés als bedoeld in Verordening (EEG) nr. 822/87; dat deze verordening overeenkomstig het bepaalde in Verordening (EEG) nr. 822/87 moet worden aangevuld met de voorwaarden voor het gebruik van urease; dat deze behandeling slechts toegestaan mag worden voor wijn waarvan het ureumgehalte kan leiden tot een te hoog gehalte aan ethylcarbamaat bij de rijping;

    (2) Overwegende dat het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding geraadpleegd is met betrekking tot de bepalingen die van invloed kunnen zijn op de volksgezondheid;

    (3) Overwegende dat de in deze verordening vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Comité van beheer voor wijn,

    HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Verordening (EEG) nr. 3220/90 wordt als volgt gewijzigd:

    1. Aan artikel 1 wordt het volgende lid 5 toegevoegd: "5. Een urease waarvan het gebruik om het ureumgehalte van de wijn te verlagen, is toegestaan in bijlage VI, punt 4, onder c), van Verordening (EEG) nr. 822/87, mag slechts worden gebruikt wanneer deze voldoet aan de voorschriften in bijlage V bij deze Verordening.".

    2. De bijlage bij deze verordening wordt toegevoegd na bijlage IV.

    Artikel 2

    Deze verordening treedt in werking op de derde dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen.

    Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

    Gedaan te Brussel, 6 juli 1999.

    Voor de Commissie

    Franz FISCHLER

    Lid van de Commissie

    (1) PB L 84 van 27.3.1987, blz. 1.

    (2) PB L 210 van 28.7.1998, blz. 8.

    (3) PB L 308 van 8.11.1990, blz. 22.

    (4) PB L 287 van 21.10.1997, blz. 15.

    BIJLAGE

    "BIJLAGE V

    Voorschriften voor urease

    1. Internationale code van urease: EC nr. 3-5-1-5, CAS nr.: 9002-13-5.

    2. Werkzame stof: urease (werkzaam in zuur milieu), splitst ureum in ammoniak en kooldioxide. Opgegeven activiteit: 5 eenheden/mg, waarbij 1 eenheid gedefinieerd wordt als de hoeveelheid enzym die bij 37 °C 1 μmol NH3 per minuut vrijmaakt uit een ureumoplossing met een concentratie van 5 g/l (pH = 4).

    3. Oorsprong: Lactobacillus fermentum.

    4. Toepassingsgebied: afbraak van ureum in wijn, met name in voor langere rijping bestemde wijn, wanneer deze aanvankelijk meer dan 1 mg/l ureum bevat.

    5. Maximale gebruiksdosis: 75 mg enzympreparaat per liter behandelde wijn. Aan het einde van de behandeling moet alle residuele enzymwerking geëlimineerd worden door de wijn te filtreren (poriediameter: minder dan 1 μm).

    6. Voorschriften inzake chemische en microbiologische zuiverheid

    >RUIMTE VOOR DE TABEL>

    De voor de behandeling van wijn toegelaten urease moet in dezelfde omstandigheden vervaardigd zijn als de urease waarop het op 10 december 1998 uitgebrachte advies van het Wetenschappelijk Comité voor de menselijke voeding betrekking had.".

    Top