EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 31993D0444

93/444/EEG: Beschikking van de Commissie van 2 juli 1993 houdende toepassingsbepalingen inzake het intracommunautaire handelsverkeer van bepaalde levende dieren en produkten die bestemd zijn voor uitvoer naar derde landen

PB L 208 van 19.8.1993, p. 34–35 (ES, DA, DE, EL, EN, FR, IT, NL, PT)

Dit document is verschenen in een speciale editie. (FI, SV, CS, ET, LV, LT, HU, MT, PL, SK, SL, BG, RO, HR)

Legal status of the document In force

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/1993/444/oj

31993D0444

93/444/EEG: Beschikking van de Commissie van 2 juli 1993 houdende toepassingsbepalingen inzake het intracommunautaire handelsverkeer van bepaalde levende dieren en produkten die bestemd zijn voor uitvoer naar derde landen

Publicatieblad Nr. L 208 van 19/08/1993 blz. 0034 - 0035
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 3 Deel 51 blz. 0237
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 3 Deel 51 blz. 0237


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE van 2 juli 1993 houdende toepassingsbepalingen inzake het intracommunautaire handelsverkeer van bepaalde levende dieren en produkten die bestemd zijn voor uitvoer naar derde landen

(93/444/EEG)DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 90/425/EEG van de Raad van 26 juni 1990 inzake veterinaire en zooetechnische controles in het intracommunautaire handelsverkeer in bepaalde levende dieren en produkten in het vooruitzicht van de totstandbrenging van de interne markt (1), laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 92/118/EEG (2), en met name op artikel 3, lid 1, onder g),

Overwegende dat in artikel 3, lid 1, onder g), eerste alinea, van genoemde richtlijn is bepaald welke veterinaire controles moeten worden toegepast op dieren en produkten die voldoen aan de communautaire voorschriften voor het intracommunautaire handelsverkeer en bestemd zijn om naar een derde land te worden uitgevoerd via het grondgebied van een of meer andere Lid-Staten dan de Lid-Staat van oorsprong;

Overwegende dat nadere voorschriften moeten worden vastgesteld inzake de nodige certificering; dat een regeling moet worden vastgesteld met betrekking tot de informatieverstrekking aan de betrokken autoriteiten en de veterinaire controles bij de ontvangers;

Overwegende dat inzake certificering de betrokken dieren moeten worden gelijkgesteld met slachtdieren, ook wat de bijkomende waarborgen betreft;

Overwegende dat, om moeilijkheden aan de buitengrens van de Gemeenschap te voorkomen, geldt dat de dieren en de produkten zoveel mogelijk vergezeld moeten gaan van veterinaire documenten en/of certificaten die aan de veterinaire voorschriften van het land van bestemming beantwoorden;

Overwegende dat de betrokken autoriteiten efficiënt kunnen worden ingelicht via het bij Beschikking 91/398/EEG van de Commissie (3) ingevoerde computernetwerk voor gegevensuitwisseling tussen veterinaire autoriteiten (Animo) en de bij Beschikking 91/637/EEG van de Commissie (4) vastgestelde boodschap;

Overwegende dat, om een harmonieuze werking van de geplande regeling te garanderen, de persoon die daadwerkelijk de formaliteiten bij het verlaten van het grondgebied vervult, als ontvanger moet worden beschouwd; dat dient te worden gepreciseerd wat onder "punt van uitgang" wordt verstaan;

Overwegende dat in overeenstemming met artikel 3, lid 1, onder g), eerste alinea, van Richtlijn 90/425/EEG de betrokken dieren of produkten onder douanetoezicht moeten blijven; dat deze beschikking de verplichtingen die voor dergelijke dieren en produkten in de douanereglementering zijn vastgesteld, onverlet laat;

Overwegende dat de in deze beschikking vervatte maatregelen in overeenstemming zijn met het advies van het Permanent Veterinair Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

1. Deze beschikking is van toepassing op de in artikel 3, lid 1, onder g), eerste alinea, van Richtlijn 90/425/EEG bedoelde dieren en produkten.

2. In deze beschikking wordt verstaan onder:

a) punt van uitgang: elke plaats die zich in de onmiddellijke nabijheid van de buitengrens van een van de in bijlage I bij Richtlijn 90/675/EEG van de Raad (5) bedoelde grondgebieden bevindt en over voorzieningen voor douanecontroles beschikt;

b) Lid-Staat van bestemming: de Lid-Staat waar zich het punt van uitgang bevindt.

Artikel 2

1. De Lid-Staat van oorsprong ziet erop toe dat elke partij dieren vergezeld gaat van de in artikel 3, lid 1, onder d), van Richtlijn 90/425/EEG bedoelde gezondheidscertificaten en dat daarin in voorkomend geval de bijkomende waarborgen zijn opgenomen waarin de communautaire wetgeving voorziet.

2. Indien zich bij het vervoer incidenten voordoen of indien een derde land van bestemming de zending weigert, kunnen de Lid-Staten van doorvoer of van bestemming, als voor hen in artikel 3, lid 1, onder e), iv), van Richtlijn 90/425/EEG vastgestelde bijkomende waarborgen gelden, de maatregelen nemen waarin artikel 8, lid 1, onder b), van Richtlijn 90/425/EEG voorziet, of de dieren naar het dichtstbij gelegen slachthuis brengen om deze te laten slachten.

Artikel 3

1. De Lid-Staat van oorsprong ziet erop toe dat elke partij dieren of produkten vergezeld gaat van veterinaire documenten en/of certificaten die aan de veterinaire voorschriften van het derde land van bestemming voldoen.

2. In afwijking van lid 1 brengen de bevoegde autoriteiten van de Lid-Staat van oorsprong, indien zij niet over de nodige informatie beschikken, met name wanneer er tussen de Lid-Staat van oorsprong en het derde land van bestemming geen bilateraal akkoord is, op de in artikel 4 bedoelde certificaten de vermelding "Dieren of produkten voor uitvoer naar (naam van het derde land)" aan.

Artikel 4

De in artikel 3, lid 1, onder d), van Richtlijn 90/425/EEG bedoelde certificaten moeten:

- in ten minste één van de talen van de Lid-Staat van oorsprong en één van de talen van de Lid-Staat van bestemming worden gesteld,

- als ontvanger met naam en adres vermelden de natuurlijke of de rechtspersoon die daadwerkelijk de formaliteiten bij het punt van uitgang vervult,

- als plaats van bestemming het punt van uitgang vermelden (inspectiepost aan de grens of punt van uitgang).

Artikel 5

1. In de in Beschikking 91/637/EEG vastgestelde Animo-boodschap moet in de rubriek "Opmerkingen" de naam van het derde land van bestemming worden ingevuld.

2. De Animo-boodschap moet worden gezonden naar:

- enerzijds, de bevoegde autoriteit van de plaats van bestemming, dit wil zeggen de inspectiepost aan de grens of de lokale autoriteit van de plaats waar zich het punt van uitgang bevindt,

- anderzijds, de centrale autoriteiten van de plaats van bestemming en die van de Lid-Staat, respectievelijk de Lid-Staten, van doorvoer.

Artikel 6

Artikel 5, lid 1, onder b), iii), van Richtlijn 90/425/EEG is van toepassing op de ontvanger in de zin van artikel 4, tweede streepje, van de onderhavige beschikking.

Artikel 7

Deze beschikking is gericht tot de Lid-Staten.

Gedaan te Brussel, 2 juli 1993.

Voor de Commissie

René STEICHEN

Lid van de Commissie

(1) PB nr. L 224 van 18. 8. 1990, blz. 29.

(2) PB nr. L 62 van 15. 3. 1993, blz. 49.

(3) PB nr. L 221 van 9. 8. 1991, blz. 30.

(4) PB nr. L 343 van 13. 12. 1991, blz. 46.

(5) PB nr. L 373 van 31. 12. 1990, blz. 1.

Top