This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 31973R1068
Regulation (EEC) No 1068/73 of the Commission of 16 March 1973 applying Council Regulation (EEC) No 1055/72 of 18 May 1972 on notifying the Commission of imports of crude oil and natural gas
Verordening (EEG) nr. 1068/73 van de Commissie van 16 maart 1973 ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 inzake mededeling aan de Commissie van de invoer van koolwaterstoffen
Verordening (EEG) nr. 1068/73 van de Commissie van 16 maart 1973 ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 inzake mededeling aan de Commissie van de invoer van koolwaterstoffen
PB L 113 van 28.4.1973, p. 1–13
(DA, DE, EN, FR, IT, NL) Dit document is verschenen in een speciale editie.
(EL, ES, PT, FI, SV)
No longer in force, Date of end of validity: 30/03/1996
Verordening (EEG) nr. 1068/73 van de Commissie van 16 maart 1973 ter uitvoering van Verordening (EEG) nr. 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 inzake mededeling aan de Commissie van de invoer van koolwaterstoffen
Publicatieblad Nr. L 113 van 28/04/1973 blz. 0001 - 0013
Bijzondere uitgave in het Fins: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0048
Bijzondere uitgave in het Grieks: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0048
Bijzondere uitgave in het Zweeds: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0048
Bijzondere uitgave in het Spaans: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0167
Bijzondere uitgave in het Portugees: Hoofdstuk 12 Deel 1 blz. 0167
++++ VERORDENING ( EEG ) Nr . 1068/73 VAN DE COMMISSIE van 16 maart 1973 ter uitvoering van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 inzake mededeling aan de Commissie van de invoer van koolwaterstoffen DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN , Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap , Gelet op Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 inzake mededeling aan de Commissie van de invoer van koolwaterstoffen ( 1 ) , inzonderheid op artikel 4 , Overwegende dat Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 in artikel 4 bepaalt dat de Commissie binnen de grenzen van de verordening en de bijlagen daarvan uitvoeringsbepalingen ten aanzien van vorm , inhoud en andere modaliteiten voor de mededelingen bedoeld in de artikelen 1 , 2 en 3 van die verordening kan vaststellen ; Overwegende dat ter vereenvoudiging van de technische uitvoering en ter verkrijging van vergelijkbare gegevens het noodzakelijk blijkt de mededelingen van de Lid-Staten en van de ondernemingen op gelijke wijze te doen plaatsvinden door gebruik te maken van vragenlijsten welke als model voor vorm en inhoud van de mededelingen moeten dienen . HEEFT DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD : Artikel 1 De mededelingen op grond van artikel 1 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 dienen plaats te vinden naar het model in de bijlage bij deze verordening . Artikel 2 Deze verordening treedt in werking op de dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen . Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke Lid-Staat . Gedaan te Brussel , 16 maart 1973 . Voor de Commissie De Voorzitter François-Xavier ORTOLI ( 1 ) PB nr . L 120 van 25 . 5 . 1972 , blz . 3 . Opmerkingen voor P 1 - INVOER VRAGENLIJST Bestemd voor opgave a ) door de ondernemingen aan de Regeringen der Lid-Staten b ) door de Lid-Staten aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen Vaststelling van de uitvoeringsbepalingen volgens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 betreffende de melding van de invoer van koolwaterstoffen aan de Commissie Meldingsplicht bestaat alleen voor ondernemingen of personen die ten minste 100 000 ton ruwe aardolie per jaar hebben ingevoerd of denken in te voeren . Onder invoer in de zin van deze verordening wordt verstaan alle ruwe aardolie , die met andere bestemming dan doorvoer en het actieve veredelingsverkeer voor derde landen , in het douanegebied van de Gemeenschap wordt binnengebracht . De Lid-Staten dienen slechts de voor hen bestemde invoer van ruwe aardolie mede te delen met uitsluiting van de voor doorvoer naar andere Lid-Staten bestemde invoer . a ) Onder " ruwe aardolie van post 27.09 van het gemeenschappelijk douanetarief " wordt het produkt verstaan , waarop de desbetreffende toelichtingen van de Brusselse douanenomenclatuur betrekking hebben . b ) Onder " handelsnaam van de ingevoerde ruwe aardolie " verstaat men de benaming van de produkten waaronder deze gewoonlijk worden verhandeld , b.v . : Arabian-heavy : 31 * API Arabian-light special : 39 * API Iranian-heavy : 31 * API Iranian-light : 34 * API Neutral Zone-Khafji Basra : 35 * API Basra : 34 * API Murban : 39 * API Umn Shaif : 37 * API Zakum : 40 * API Qatar : 40 * API Qatar : 41,2 * API Kuwait : 31 * API c ) Als " land van oorsprong " geldt het land waarin de ruwe aardolie is gewonnen , ongeacht of het op het continent , de zeebodem van de territoriale wateren of de zeebodem buiten de territoriale wateren betreft , voor zover het land met het oog op gebruikmaking daarvan exclusieve rechten uitoefent op dit gedeelte van de zeeboden . d ) Als " laadhaven " geldt die haven waar de ruwe aardolie het laatst aan boord van een tanker werd gebracht voor het vervoer naar het grondgebied van de landen van de Gemeenschap . e ) Als " loshaven " geldt die plaats op het grondgebied van de landen van de Gemeenschap waar de ruwe aardolie voor de eerste maal op het grondgebied van een land van de Gemeenschap is gelost . TERMIJNEN : 1 . Melding van ondernemingen of personen aan de Lid-Staten : uiterlijk op 15 september ( voor het tijdvak van 1 januari tot 30 juni ) en 15 maart ( voor het tijdvak van 1 juli tot 31 december ) van elk jaar . 2 . Melding door de Lid-Staten aan de Commissie : uiterlijk 30 september voor de periode 1 januari tot 30 juni en 31 maart voor de periode 1 juli tot 31 december . ( Indien de ruimte op het formulier niet voldoende is , eventueel aanvullende bladen toevoegen . ) INVOER Naam en zetel van de personen of ondernemingen : RUWE AARDOLIE a ) Invoer , die in het halfjaar voorafgaande aan de inzending van de gegevens heeft plaatsgevonden Lid-Staat : P 1 Periode : 1 * 2 * 3 * 4 * 5 * 6 * 7 * 8 * 9 * 10 * Land van oorsprong c ) * Handelsnaam v . d . ingevooerde ruwe aardolie b ) * Hoeveelheid in 1 000 ton * Laadhaven d ) * Loshaven e ) * Inklaringsbureau o . g . afleveringsstation bij vervoer via pijpleidingen * Bij invoeren voortvloeiende uit contracten ( 1 ) * Opmerkingen * * * * * * * Looptijd v . h . contract * Tijdstip waarop het contract afloopt * Naam en zetel van de partijen * * ( 1 ) Alleen bij leveringen op contracten welke binnen 5 jaar aflopen . a ) b ) c ) d ) e ) zie opmerkingen voor P 1 . Opmerkingen voor P 2a - INVOER VRAGENLIJST voor melding door de ondernemingen aan de betrokken diensten in de Lid-Staten , of in geval van toepassing van artikel 3 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 voor melding door de Lid-Staten aan de Commissie der Europese Gemeenschappen Vaststelling van de uitvoeringsbepalingen volgens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 betreffende de melding van de invoer van aardolie aan de Commissie Meldingsplicht bestaat alleen voor ondernemingen of personen die minstens 100 000 ton ruwe aardolie per jaar hebben ingevoerd of denken in te voeren . Onder invoer in de zin van deze verordening wordt verstaan alle ruwe aardolie , die met andere bestemming dan doorvoer en het actieve veredelingsverkeer voor derde landen , in het douanegebied van de Gemeenschap wordt binnengebracht . De Lid-Staten dienen slechts de voor hen bestemde invoer van ruwe aardolie mede te delen met uitsluiting van de voor doorvoer naar andere Lid-Staten bestemde invoer . a ) Onder " ruwe aardolie van post 27.09 van het gemeenschappelijk douanetarief " wordt het produkt verstaan , waarop de desbetreffende toelichtingen van de Brusselse douanenomenclatuur betrekking hebben . b ) Onder " handelsnaam van de ingevoerde ruwe aardolie " verstaat men de benaming van de produkten waaronder deze gewoonlijk worden verhandeld , b.v . : Arabian-heavy : 31 * API Arabian-light special : 39 * API Iranian-heavy : 31 * API Iranian-light : 34 * API Neutral Zone-Khafji Basra : 35 * API Basra : 34 * API Murban : 39 * API Umn Shaif : 37 * API Zakum : 40 * API Qatar : 40 * API Qatar : 41,2 * API Kuwait : 31 * API c ) Als " land van oorsprong " geldt het land waarin de ruwe aardolie is gewonnen , ongeacht of het op het continent , de zeebodem van de territoriale wateren of de zeebodem buiten de territoriale wateren betreft , voor zover dit land met het oog op gebruikmaking daarvan exclusieve rechten uitoefent op dit gedeelte van de zeebodem . d ) Als " laadhaven " geldt die haven waar de ruwe aardolie het laatst aan boord van een tanker werd gebracht voor het vervoer naar het grondgebied van de landen van de Gemeenschap . e ) Als " loshaven " geldt die plaats op het grondgebied van de landen van de Gemeenschap waar de ruwe aardolie voor de eerste maal op het grondgebied van een land van de Gemeenschap is gelost . TERMIJNEN : Uiterlijk op 15 december van elk jaar opgave van de geschatte invoer in het volgende jaar . ( Indien de ruimte op het formulier niet voldoende is , eventueel aanvullende bladen toevoegen . ) INVOER Naam en zetel van de personen of ondernemingen : RUWE AARDOLIE a ) Vermoedelijke invoer die waarschijnlijk in het jaar na inzending van de gegevens zal plaatsvinden . Lid-Staat : P 2a Periode : 1 * 2 * 3 * 4 * 5 * 6 * 7 * 8 * 9 * 10 * Land van oorsprong c ) * Handelsnaam v . d . ingevoerde ruwe aardolie b ) * Hoeveelheid in 1 000 ton * Laadhaven d ) * Loshaven e ) * Inklaringsbureau resp afleveringsstation bij vervoer via pijpleidingen * Bij invoer i/h contracter ( 1 ) * Opmerkingen * * * * * * * Looptijd v . h . contract * Tijdstip waarop het contract afloopt * Naam en zetel van de partijen * * ( 1 ) Uitsluitend bij invoer in het kader van leveringsovereenkomsten waarvan de looptijd binnen 5 jaar verstrijkt . a ) b ) c ) d ) e ) zie opmerkingen voor P 2a . Opmerkingen voor P 2b - INVOER VRAGENLIJST voor melding door de Lid-Staten aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen Vaststelling van de uitvoeringsbepalingen volgens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 betreffende de melding van de invoer van aardolie aan de Commissie Meldingsplicht bestaat alleen voor ondernemingen of personen die minstens 100 000 ton ruwe aardolie per jaar hebben ingevoerd of denken in te voeren . Onder invoer in de zin van deze verordening wordt verstaan alle ruwe aardolie , die met andere bestemming dan doorvoer en het actieve veredelingsverkeer voor derde landen , in het douanegebied van de Gemeenschap wordt binnengebracht . De Lid-Staten dienen slechts de voor hen bestemde invoer van ruwe aardolie mede te delen met uitsluiting van de voor doorvoer naar andere Lid-Staten bestemde invoer . a ) Onder " ruwe aardolie van post 27.09 van het gemeenschappelijk douanetarief " wordt het produkt verstaan , waarop de desbetreffende toelichtingen van de Brusselse douanenomenclatuur betrekking hebben . b ) Onder " handelsnaam van de ingevoerde ruwe aardolie " verstaat men de benaming van de produkten waaronder deze gewoonlijk worden verhandeld , b.v . : Arabian-heavy : 31 * API Arabian-light special : 39 * API Iranian-heavy : 31 * API Iranian-light : 34 * API Neutral Zone-Khafji Basra : 35 * API Basra : 34 * API Murban : 39 * API Umn Shaif : 37 * API Zakum : 40 * API Qatar : 40 * API Qatar : 41,2 * API Kuwait : 31 * API c ) Als " land van oorsprong " geldt het land waarin de ruwe aardolie is gewonnen , ongeacht of het op het continent , de zeebodem van de territoriale wateren of de zeebodem buiten de territoriale wateren betreft , voor zover dit land met het oog op gebruikmaking daarvan exclusieve rechten uitoefent op dit gedeelte van de zeebodem . d ) Als " laadhaven " geldt die haven waar de ruwe aardolie het laatst aan boord van een tanker is gebracht voor het vervoer naar het grondgebied van de landen van de Gemeenschap . TERMIJNEN : Ten laatste op 31 december van elk jaar . ( Indien de ruimte op het formulier niet voldoende is , eventueel aanvullende bladen toevoegen . ) INVOER RUWE AARDOLIE a ) Vermoedelijke invoer die waarschijnlijk in het jaar na de inzending van de gegevens zal plaatsvinden Lid-Staat : P 2b Periode : 1 * 2 * 3 * 4 * 5 * 6 * Land van oorsprong c ) * Handelsnaam v.d . ingevoerde ruwe aardolie b ) * Hoeveelheid in 1 000 ton * Laadhaven d ) * Aandeel van de leveringen op basis van overeenkomsten die binnen 5 jaar af lopen ( in % van de hoeveelheden aangegeven in kolom 3 ) * Opmerkingen * a ) , b ) , c ) , d ) zie opmerkingen voor P 2b . Opmerkingen voor G 1 - INVOER VRAGENLIJST Bestemd voor opgave a ) door de ondernemingen aan de Regeringen der Lid-Staten b ) door de Lid-Staten aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen Vaststelling van de uitvoeringsbepalingen volgens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 betreffende de melding van de invoer van aardolie aan de Commissie Meldingsplicht bestaat alleen voor personen of ondernemingen , die ten minste 100 000 ton aardgas per jaar ingevoerd hebben of denken in te voeren . Onder invoer in de zin van deze verordening wordt verstaan alle aardgas die met andere oogmerken dan de doorvoer en het actieve veredelingsverkeer voor derde landen , in het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht . De Lid-Staten dienen slechts de voor hen bestemde invoer van aardgas mede te delen , met uitsluiting van de voor doorvoer naar andere Lid-Staten bestemde invoer . a ) Onder " aardgas van post 27.11 B II van het gemeenschappelijk douanetarief " wordt het produkt verstaan waarop de desbetreffende toelichtingen van de Brusselse douanenomenclatuur betrekking hebben . b ) Als " land van oorsprong " geldt het land waarin het aardgas is gewonnen , ongeacht of het op het continent , de zeebodem van de territoriale wateren of de zeebodem buiten de territoriale wateren betreft , voor zover dit land met het oog op gebruikmaking daarvan exclusieve rechten uitoefent op dit gedeelte van de zeebodem . TERMIJNEN : 1 . Melding van ondernemingen of personen aan de Lid-Staten : uiterlijk op 15 september ( voor het tijdvak van 1 januari tot 30 juni ) en 15 maart ( voor het tijdvak van 1 juli tot 31 december ) van elk jaar . 2 . Melding door de Lid-Staten aan de Commissie : uiterlijk 30 september voor de periode 1 januari tot 30 juni en 31 maart voor de periode 1 juli tot 31 december . ( Indien de ruimte op het formulier niet voldoende is , eventueel aanvullende bladen toevoegen . ) INVOER Naam en zetel van de personen of ondernemingen : AARDGAS a ) Invoer die in het halfjaar voorafgaande aan de inzending van de gegevens heeft plaatsgevonden Lid-Staat : G 1 Periode : 1 * 2 * 3 * 4 * 5 * 6 * Land van oorsprong b ) * Benaming van het aardgas ( gasvormig of vloeibaar ) * Hoeveelheid 10 6 m3 bij 0 * C en 760 mmHg * Kalorische bovenwaarde Kcal/m3 * Invoerhaven of afleveringsstation bij vervoer via pijpleidingen * Opmerkingen * a ) , b ) , zie opmerkingen voor G 1 . Opmerkingen voor G 2a - INVOER VRAGENLIJST voor melding door de ondernemingen aan de betrokken diensten in de Lid-Staten . In geval van toepassing van artikel 3 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 voor melding door de Lid-Staten aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen Vaststelling van de uitvoeringsbepalingen volgens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 betreffende de melding van de invoer van aardolie aan de Commissie Meldingsplicht bestaat alleen voor personen of ondernemingen , die ten minste 100 000 ton aardgas per jaar ingevoerd hebben of denken in te voeren . Onder invoer in de zin van deze verordening wordt verstaan alle aardgas die met andere oogmerken dan de doorvoer en het actieve veredelingsverkeer voor derde landen , in het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht . De Lid-Staten dienen slechts de voor hen bestemde invoer van aardgas mede te delen , met uitsluiting van de voor doorvoer naar andere Lid-Staten bestemde invoer . a ) Onder " aardgas van post 27.11 B II van het gemeenschappelijk douanetarief " wordt het produkt verstaan waarop de desbetreffende toelichtingen bij de nomenclatuur betrekking hebben . b ) Als " land van oorsprong " geldt het land waarin het aardgas is gewonnen , ongeacht of het op het continent , de zeebodem van de territoriale wateren of de zeebodem buiten de territoriale wateren betreft , voor zover dit land met het oog op gebruikmaking daarvan exclusieve rechten uitoefent op dit gedeelte van de zeebodem . TERMIJNEN : Uiterlijk op 15 december van elk jaar opgave van de geschatte invoer in het volgende jaar . ( Indien de ruimte op het formulier niet voldoende is , eventueel aanvullende bladen toevoegen . ) INVOER Naam en zetel van de personen of ondernemingen : AARDGAS a ) Vermoedelijke invoer die waarschijnlijk in het jaar na de inzending van de gegevens zal plaatsvinden Lid-Staat : G 2a Periode : 1 * 2 * 3 * 4 * 5 * 6 * Land van oorsprong b ) * Benaming van het aardgas ( gasvormig of vloeibaar ) * Hoeveelheid 10 6 m3 bij 0 * C en 760 mmHg * Kalorische bovenwaarde Kcal/m3 * Invoerhaven c.q . afleveringsstation bij vervoer via pijpleidingen * Opmerkingen * a ) , b ) , zie opmerkingen voor G 2a . Opmerkingen voor G 2b - INVOER VRAGENLIJST voor melding door de Lid-Staten aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen Vaststelling van de uitvoeringsbepalingen volgens artikel 4 van Verordening ( EEG ) nr . 1055/72 van de Raad van 18 mei 1972 betreffende de melding van de invoer van aardolie aan de Commissie Meldingsplicht bestaat alleen voor personen of ondernemingen , die ten minste 100 000 ton aardgas per jaar ingevoerd hebben of denken in te voeren . Onder invoer in de zin van deze verordening wordt verstaan alle aardgas die met andere oogmerken dan de doorvoer en het actieve veredelingsverkeer voor derde landen , in het douanegebied van de Gemeenschap worden binnengebracht . De Lid-Staten dienen slechts de voor hen bestemde invoer van aardgas mede te delen , met uitsluiting van de voor doorvoer naar andere Lid-Staten bestemde invoer . a ) Onder " aardgas van post 27.11 B II van het gemeenschappelijk douanetarief " wordt het produkt verstaan waarop de desbetreffende toelichtingen van de douanenomenclatuur van Brussel betrekking hebben . b ) Als " land van oorsprong " geldt het land waarin het aardgas is gewonnen , ongeacht of het op het continent , de zeebodem van de territoriale wateren of de zeebodem buiten de territoriale wateren betreft , voor zover dit land met het oog op gebruikmaking daarvan exclusieve rechten uitoefent op dit gedeelte van de zeebodem . TERMIJNEN : Uiterlijk op 31 december van elk jaar . ( Indien de ruimte op het formulier niet voldoende is , eventueel aanvullende bladen toevoegen . ) INVOER AARDGAS a ) Vermoedelijke invoer die waarschijnlijk in het jaar na de inzending van de gegevens zal plaatsvinden Lid-Staat : G 2b Periode : 1 * 2 * 3 * 4 * 5 * 6 * Land van oorsprong b ) * Benaming van het aardgas ( gasvormig of vloeibaar ) * Hoeveelheid 10 6 m3 bij 0 * C en 760 mmHg * Kalorische bovenwaarde Kcal/m3 * Invoerhaven c.q . afleveringastation bij vervoer via pijpleidingen * Opmerkingen * a ) , b ) , zie opmerkingen voor G 2b .