Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32008E0550

    Gemeenschappelijk Optreden 2008/550/GBVB van de Raad van 23 juni 2008 tot oprichting van een Europese veiligheids- en defensieacademie (EVDA) en houdende intrekking van Gemeenschappelijk Optreden 2005/575/GBVB

    PB L 176 van 4.7.2008, p. 20–24 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 31/03/2013; opgeheven door 32013D0189

    ELI: http://data.europa.eu/eli/joint_action/2008/550/oj

    4.7.2008   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    L 176/20


    GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN 2008/550/GBVB VAN DE RAAD

    van 23 juni 2008

    tot oprichting van een Europese veiligheids- en defensieacademie (EVDA) en houdende intrekking van Gemeenschappelijk Optreden 2005/575/GBVB

    DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

    Gelet op het Verdrag betreffende de Europese Unie, met name op artikel 14,

    Overwegende hetgeen volgt:

    (1)

    De Raad heeft op 18 juli 2005 Gemeenschappelijk Optreden 2005/575/GBVB tot oprichting van een Europese veiligheids- en defensieacademie (EVDA) (1) vastgesteld.

    (2)

    Overeenkomstig artikel 13 van dat gemeenschappelijk optreden heeft het bestuur op 21 december 2007 een verslag ingediend over de activiteiten en vooruitzichten van de EVDA, met het oog op herziening van het gemeenschappelijk optreden.

    (3)

    Het Politiek en Veiligheidscomité (PVC) heeft op 18 maart 2008 aanbevolen dat de Raad het gemeenschappelijk optreden in het licht van dat verslag zou herzien.

    (4)

    Ten behoeve van de duidelijkheid moet een nieuwe, geconsolideerde versie van het gemeenschappelijk optreden worden vastgesteld,

    HEEFT HET VOLGENDE GEMEENSCHAPPELIJK OPTREDEN VASTGESTELD:

    Artikel 1

    Oprichting

    1.   Hierbij wordt een Europese veiligheids- en defensieacademie (EVDA) opgericht.

    2.   De EVDA wordt georganiseerd als een netwerk van instituten, hogescholen, academies, universiteiten en instellingen in de Europese Unie (EU) die zich bezighouden met vraagstukken inzake veiligheids- en defensiebeleid, en het Instituut voor veiligheidsstudies van de Europese Unie (hierna „instituten” genoemd).

    3.   Zij zal nauwe banden onderhouden met de EU-instellingen en betrokken EU-agentschappen.

    Artikel 2

    Opdracht

    De EVDA verstrekt opleidingen op strategisch niveau in het kader van het Europees Veiligheids- en Defensiebeleid (EVDB), teneinde bij militair en burgerpersoneel een gemeenschappelijke visie op het EVDB te ontwikkelen en te bevorderen, alsmede om door middel van haar opleidingsactiviteiten beste praktijken voor diverse EVDB-onderdelen te inventariseren en uit te dragen.

    Artikel 3

    Doelstellingen

    De doelstellingen van de EVDA zijn:

    a)

    de Europese veiligheidscultuur in het kader van het EVDB verder versterken;

    b)

    een beter inzicht in het EVDB als essentieel onderdeel van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) bevorderen;

    c)

    de EU-instanties de beschikking geven over deskundig personeel dat efficiënt kan werken op alle EVDB-gebieden;

    d)

    de administraties en de staven van de EU-lidstaten de beschikking geven over deskundig personeel dat vertrouwd is met het beleid, de instellingen en de procedures van de Europese Unie, en

    e)

    professionele contacten en contacten tussen deelnemers aan de opleidingen helpen bevorderen.

    Waar zulks relevant is, dient de samenhang met activiteiten van de Gemeenschap in de beschouwing te worden betrokken.

    Artikel 4

    Taken van de EVDA

    1.   Overeenkomstig de opdracht en de doelstellingen bestaan de voornaamste taken van de EVDA in het organiseren en uitvoeren van opleidingsactiviteiten op EVDB-gebied.

    2.   De opleidingsactiviteiten van de EVDA omvatten:

    a)

    de EVDB-cursus op hoog niveau,

    b)

    de EVDB-oriënteringscursus en

    c)

    EVDB-cursussen voor een gespecialiseerd publiek of met een specifiek aandachtsveld, zoals besloten door het in artikel 6 bedoelde bestuur.

    Andere opleidingsactiviteiten vinden plaats telkens als het bestuur daartoe besluit.

    3.   Voorts doet de EDVA met name het volgende:

    a)

    ondersteuning van de betrekkingen die tussen instituten van het netwerk moeten worden aangeknoopt;

    b)

    opzetten en beheren van het internetgebaseerd systeem voor geavanceerd afstandsonderwijs (IDL) ter ondersteuning van de opleidingsactiviteiten van de EVDA;

    c)

    ontwikkelen en vervaardigen van opleidingsmateriaal voor de opleidingen van de Europese Unie op EVDB-gebied, met gebruikmaking van bestaand relevant materiaal;

    d)

    instellen van een alumni-netwerk tussen voormalige deelnemers aan de opleidingen;

    e)

    ondersteuning van uitwisselingsprogramma’s op het gebied van EVDB tussen opleidingsinstituten van de lidstaten;

    f)

    bijdragen leveren aan het jaarlijkse programma van de Europese Unie van EVDB-opleidingen, en

    g)

    organiseren en leiden van een jaarlijkse netwerkconferentie met bij de EVDB-opleiding van de Europese Unie betrokken civiele en militaire actoren.

    4.   De EVDA beschikt over de vereiste rechtsbevoegdheid, met name om overeenkomsten en administratieve regelingen te sluiten en een bankrekening te houden. De eventueel uit door de EVDA gesloten overeenkomsten voortvloeiende aansprakelijkheid wordt gedragen door de bijdragende staten en instanties bedoeld in artikel 11, lid 5. De Raad, zijn secretaris-generaal of het secretariaat-generaal van de Raad kunnen in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor in het kader van EVDA-activiteiten door personeelsleden van het secretariaat-generaal verrichte diensten.

    5.   De EVDA-opleidingsactiviteiten worden uitgevoerd door de instituten die het EVDA-netwerk vormen of andere actoren van een lidstaat die als gastland voor de opleidingsactiviteit optreedt.

    6.   Het Instituut voor veiligheidsstudies van de Europese Unie (IVSEU) ondersteunt, als onderdeel van het EVDA-netwerk, de EVDA-opleidingsactiviteiten, met name via publicaties van de IVSEU, door lezingen van IVSEU-onderzoekers en door haar website ter beschikking te stellen in het kader en ten behoeve van het internetgebaseerd systeem voor geavanceerd afstandsonderwijs (IDL).

    Artikel 5

    Organisatie

    1.   De volgende organen worden in het kader van de EVDA ingesteld:

    a)

    een bestuur dat is belast met de algemene coördinatie en de leiding van de opleidingsactiviteiten van de EVDA;

    b)

    een uitvoerende academische raad die zorg draagt voor de kwaliteit en de samenhang van de opleidingsactiviteiten, en

    c)

    een permanent secretariaat voor de EVDA (hierna „secretariaat” genoemd), dat met name het bestuur en de uitvoerende academische raad bijstaat.

    2.   Het bestuur, de uitvoerende academische raad en het secretariaat voeren de taken uit die respectievelijk in de artikelen 6, 7 en 8 zijn beschreven.

    Artikel 6

    Bestuur

    1.   Het bestuur, samengesteld uit één vertegenwoordiger per lidstaat, is het besluitvormingsorgaan van de EVDA. Elk lid van het bestuur mag door een plaatsvervanger vertegenwoordigd of vergezeld worden. De aanstellingsbrieven, waarin de lidstaat machtiging verleent, worden aan de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger (SG/HV) toegezonden.

    Vertegenwoordigers van toetredende staten kunnen de vergaderingen van het bestuur als actief waarnemer bijwonen.

    2.   De leden van het bestuur kunnen zich door deskundigen laten vergezellen.

    3.   Het bestuur wordt voorgezeten door de vertegenwoordiger van de lidstaat die het voorzitterschap van de Raad bekleedt en komt ten minste tweemaal per jaar samen. De voorzitter van het bestuur is gemachtigd om de EVDA te vertegenwoordigen, in het bijzonder met het oog op het sluiten van overeenkomsten als bedoeld in artikel 4, lid 4.

    4.   De voorzitter van de uitvoerende academische raad, vertegenwoordigers van de SG/HV en van de Commissie worden op de vergaderingen van het bestuur uitgenodigd.

    5.   Het bestuur heeft tot taak:

    a)

    het academisch jaarprogramma van de EVDA op te stellen, gebaseerd op het EVDA-opleidingsconcept;

    b)

    algemene richtsnoeren te verstrekken voor de werkzaamheden van de uitvoerende academische raad;

    c)

    het EVDA-opleidingsconcept, dat de overeengekomen EVDB-opleidingsvereisten weerspiegelt, vast te stellen en geregeld te toetsen;

    d)

    de lidstaten te selecteren die als gastland voor de EVDA-opleidingsactiviteiten optreden, alsook de instituten die deze activiteiten uitvoeren;

    e)

    de algemene curricula voor alle EVDA-opleidingsactiviteiten op te stellen en overeen te komen;

    f)

    evaluatieverslagen en een algemeen jaarverslag over de EVDA-opleidingsactiviteiten aan te nemen en deze toe te zenden aan de betrokken Raadsinstanties; en

    g)

    voor een periode van ten minste twee academiejaren de voorzitter van de uitvoerende academische raad aan te stellen.

    6.   Het bestuur stelt zijn reglement van orde vast.

    7.   Besluiten van het bestuur worden met gekwalificeerde meerderheid aangenomen. De stemmen van de lidstaten worden gewogen overeenkomstig artikel 205, lid 2, van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap. Besluiten komen tot stand wanneer zij het in artikel 23, lid 2, derde alinea, van het Verdrag betreffende de Europese Unie vereiste aantal stemmen vóór hebben gekregen.

    Artikel 7

    De uitvoerende academische raad

    1.   De uitvoerende academische raad is samengesteld uit hoge vertegenwoordigers van de instituten die actief bij de EVDA-activiteiten zijn betrokken. Wanneer meer vertegenwoordigers uit één lidstaat afkomstig zijn, vormen zij samen één delegatie.

    2.   De voorzitter van de raad wordt uit de leden van de raad aangesteld door het bestuur.

    3.   Vertegenwoordigers van de SG/HV en van de Commissie worden op de vergaderingen van de raad uitgenodigd. Academische deskundigen en hoge functionarissen van nationale en Europese instellingen kunnen op de vergaderingen van de raad worden uitgenodigd.

    4.   De raad heeft tot taak:

    a)

    academisch advies en aanbevelingen ten behoeve van het bestuur te verstrekken;

    b)

    het overeengekomen academisch jaarprogramma uit te voeren via de instituten die het EVDA-netwerk vormen;

    c)

    toe te zien op het internetgebaseerd systeem voor geavanceerd afstandsonderwijs (IDL);

    d)

    gedetailleerde curricula voor alle EVDA-opleidingsactiviteiten op te stellen op basis van de overeengekomen algemene curricula;

    e)

    te zorgen voor de algemene coördinatie van EVDA-opleidingsactiviteiten tussen alle instituten;

    f)

    het niveau te evalueren van de opleidingsactiviteiten in het vorige academisch jaar;

    g)

    voorstellen voor opleidingsactiviteiten in het volgende academisch jaar bij het bestuur in te dienen;

    h)

    te zorgen voor een systematische evaluatie van alle EVDA-opleidingsactiviteiten, en

    i)

    bij te dragen aan een ontwerp van een algemeen jaarverslag over EVDA-activiteiten.

    5.   Om zijn taken te vervullen kan de raad in verschillende projectgerichte samenstellingen bijeenkomen. De raad stelt de voorschriften en regelingen voor de instelling en werking van deze samenstellingen op, die door het bestuur dienen te worden goedgekeurd.

    6.   Het bestuur stelt het reglement van orde van de raad vast.

    Artikel 8

    Het secretariaat

    1.   Het secretariaat-generaal van de Raad treedt op als secretariaat van de EVDA.

    Het personeel wordt ter beschikking gesteld door het secretariaat-generaal van de Raad, de lidstaten en de instituten die het EVDA-netwerk vormen.

    2.   Het secretariaat helpt het bestuur en de uitvoerende academische raad, verricht administratieve en conceptuele taken ter ondersteuning van hun activiteiten en verleent bijstand voor de organisatie van de EVDA-opleidingsactiviteiten.

    3.   Het secretariaat heeft onder meer tot taak:

    a)

    te zorgen voor het beheer en de coördinatie van het werk- en opleidingsprogramma van de EVDA, en

    b)

    het voornaamste contactpunt te vormen voor de bij het academienetwerk betrokken instituten en andere instanties, de externe instanties en het publiek.

    Een personeelslid van het secretariaat treedt op als hoofd van de EVDA en kan ook optreden als directeur van de EVDB-cursus op hoog niveau.

    4.   Het secretariaat werkt nauw samen met de Commissie.

    Elk instituut van het EVDA-netwerk wijst een contactpunt met het secretariaat aan voor de organisatorische en administratieve aangelegenheden in verband met de organisatie van de EVDA-opleidingsactiviteiten.

    Artikel 9

    Deelname aan de EVDA-opleidingsactiviteiten

    1.   Alle EVDA-opleidingsactiviteiten staan open voor deelname door onderdanen van alle lidstaten en toetredende staten. De instituten die de opleiding organiseren en verzorgen, zien erop toe dat dit beginsel onverkort wordt toegepast.

    De EVDA-opleidingsactiviteiten staan in beginsel open voor deelname door onderdanen van kandidaat-lidstaten en, in voorkomend geval, derde landen.

    2.   De deelnemers zijn militair en burgerpersoneel dat zich bezighoudt met strategische aspecten op EVDB-gebied.

    Vertegenwoordigers van onder meer internationale organisaties, niet-gouvernementele organisaties, academische instellingen en de media, alsook mensen uit het bedrijfsleven, kunnen worden uitgenodigd om deel te nemen aan EVDA-opleidingsactiviteiten.

    3.   Aan deelnemers die een EVDA-cursus hebben gevolgd, wordt een door de SG/HV ondertekend getuigschrift afgegeven. De nadere regelingen voor het certificaat worden door het bestuur vastgesteld. Het getuigschrift wordt door de lidstaten en de instellingen van de Europese Unie erkend.

    Artikel 10

    Samenwerking

    De EVDA werkt samen met internationale organisaties en andere betrokken actoren, zoals nationale opleidingsinstituten van derde landen, en maakt gebruik van hun deskundigheid.

    Artikel 11

    Financiering

    1.   De lidstaten, EU-instellingen, EU-agentschappen en instituten die het EVDA-netwerk vormen, dragen zelf alle kosten verbonden aan hun deelname aan EVDA-activiteiten, met inbegrip van salarissen, vergoedingen, reis- en verblijfkosten en kosten in verband met de organisatorische en administratieve ondersteuning van de EVDA-opleidingsactiviteiten.

    2.   De lidstaten en de instituten die het EVDA-netwerk vormen, dragen de kosten voor het personeel dat zij ter beschikking stellen van het secretariaat, met inbegrip van salarissen, vergoedingen, reis- en verblijfkosten en accommodatiekosten van een missie.

    3.   Het secretariaat-generaal van de Raad draagt de kosten in verband met zijn taken vermeld in artikel 8, ook die voor het personeel dat hij ter beschikking stelt.

    4.   Deelnemers aan EVDA-opleidingsactiviteiten dragen alle kosten verbonden aan hun deelname.

    5.   Voor de financiering van specifieke activiteiten, met name de ontwikkeling, het opzetten en het beheren van informatienetwerken en -toepassingen voor de EVDA, als bedoeld in artikel 4, lid 3, worden vrijwillige bijdragen van de lidstaten en instituten die het EVDA-netwerk vormen, door het secretariaat-generaal van de Raad als gereserveerde inkomsten beheerd.

    6.   Het bestuur besluit over de praktische regelingen voor de in lid 5 bedoelde bijdragen.

    Artikel 12

    Beveiligingsvoorschriften

    De beveiligingsvoorschriften van de Raad vervat in Besluit 2001/264/EG van de Raad van 19 maart 2001 tot vaststelling van beveiligingsvoorschriften van de Raad (2) zijn van toepassing op de EVDA-activiteiten.

    Artikel 13

    Tussenbalans

    Dit gemeenschappelijk optreden wordt geëvalueerd en, zo nodig, herzien in het licht van een studie over de toekomstperspectieven van de EVDA en de mogelijke implicaties daarvan. In de studie komen ook aspecten aan bod zoals het secretariaat, de personeelssterkte, het gebruik van het IDL-systeem, de conferentiefaciliteiten, de financiële regelingen, het beheer en de coördinatie op EU-niveau van de EVDB-opleiding, alsook het civiel-militaire evenwicht in het EVDA-netwerk. Het secretariaat-generaal van de Raad verricht het voorbereidende werk en het voorzitterschap legt de studie vóór november 2008 aan de Raad voor.

    Dit gemeenschappelijk optreden wordt bovendien uiterlijk op 31 december 2011 geëvalueerd en, zo nodig, herzien.

    Artikel 14

    Intrekking

    Gemeenschappelijk Optreden 2005/575/GBVB wordt hierbij ingetrokken.

    Artikel 15

    Inwerkingtreding

    Dit gemeenschappelijk optreden treedt in werking op de dag waarop het wordt aangenomen.

    Artikel 16

    Bekendmaking

    Dit gemeenschappelijk optreden wordt bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.

    Gedaan te Luxemburg, 23 juni 2008.

    Voor de Raad

    De voorzitter

    I. JARC


    (1)  PB L 194 van 26.7.2005, blz. 15.

    (2)  PB L 101 van 11.4.2001, blz. 1. Besluit laatstelijk gewijzigd bij Besluit 2007/438/EG (PB L 164 van 26.6.2007, blz. 24).


    Top