This document is an excerpt from the EUR-Lex website
Document 32019D1180
Council Decision (EU) 2019/1180 of 8 July 2019 on the position to be adopted, on behalf of the European Union, within the EEA Joint Committee concerning an amendment to Protocol 31 to the EEA Agreement, on cooperation in specific fields outside the four freedoms (Budget line 12 02 01 — Implementation and development of the single market for financial services) (Text with EEA relevance.)
Besluit (EU) 2019/1180 van de Raad van 8 juli 2019 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden (Begrotingsonderdeel 12 02 01 — Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten) (Voor de EER relevante tekst.)
Besluit (EU) 2019/1180 van de Raad van 8 juli 2019 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden (Begrotingsonderdeel 12 02 01 — Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten) (Voor de EER relevante tekst.)
ST/10119/2019/INIT
PB L 185 van 11.7.2019, p. 42–43
(BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
In force
11.7.2019 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 185/42 |
BESLUIT (EU) 2019/1180 VAN DE RAAD
van 8 juli 2019
betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden (Begrotingsonderdeel 12 02 01 — Tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten)
(Voor de EER relevante tekst)
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 114, in samenhang met artikel 218, lid 9,
Gezien Verordening (EG) nr. 2894/94 van de Raad van 28 november 1994 houdende bepaalde wijzen van toepassing van de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (1), en met name artikel 1, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
De Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (2) (hierna “de EER-overeenkomst” genoemd) is op 1 januari 1994 in werking getreden. |
(2) |
Overeenkomstig artikel 98 van de EER-overeenkomst kan onder meer Protocol 31 bij de EER-overeenkomst bij besluit van het Gemengd Comité van de EER worden gewijzigd. |
(3) |
Protocol 31 bij de EER-overeenkomst bevat bepalingen betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden. |
(4) |
Het is wenselijk om de samenwerking tussen de partijen bij de EER-overeenkomst voort te zetten in uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde EU-acties met betrekking tot de tenuitvoerlegging en ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten. |
(5) |
Protocol 31 bij de EER-overeenkomst dient derhalve te worden gewijzigd om deze uitgebreide samenwerking vanaf 1 januari 2019 mogelijk te maken. |
(6) |
Het standpunt van de Unie in het Gemengd Comité van de EER moet derhalve worden gebaseerd op het hieraan gehechte ontwerpbesluit, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
Het namens de Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over de voorgestelde wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden wordt gebaseerd op het aan dit besluit gehechte ontwerpbesluit van het Gemengd Comité van de EER.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de datum waarop het wordt vastgesteld.
Gedaan te Brussel, 8 juli 2019.
Voor de Raad
De voorzitter
A.-K. PEKONEN
ONTWERP
BESLUIT VAN HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER Nr. …/2019
van …
tot wijziging van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst betreffende samenwerking op specifieke gebieden buiten de vier vrijheden
HET GEMENGD COMITÉ VAN DE EER,
Gezien de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte (hierna “de EER-overeenkomst” genoemd), en met name de artikelen 86 en 98,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Het is wenselijk om de samenwerking tussen de partijen bij de EER-overeenkomst voort te zetten bij uit de algemene begroting van de Europese Unie gefinancierde EU-acties met betrekking tot de tenuitvoerlegging en de ontwikkeling van de interne markt voor financiële diensten. |
(2) |
Protocol 31 bij de EER-overeenkomst dient derhalve te worden gewijzigd om deze uitgebreide samenwerking met ingang van 1 januari 2019 mogelijk te maken, |
HEEFT HET VOLGENDE BESLUIT VASTGESTELD:
Artikel 1
In artikel 7, lid 11, van Protocol 31 bij de EER-overeenkomst wordt “en 2018” vervangen door “, 2018 en 2019”.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de laatste kennisgeving zoals bedoeld in artikel 103, lid 1, van de EER-overeenkomst (*1).
Het is van toepassing vanaf 1 januari 2019.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het EER-gedeelte van en in het EER-supplement bij het Publicatieblad van de Europese Unie.
Gedaan te Brussel,
Voor het Gemengd Comité van de EER
De voorzitter
De secretarissen
van het Gemengd Comité van de EER
(*1) [Geen grondwettelijke vereisten aangegeven.] [Grondwettelijke vereisten aangegeven.]