EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 32009D0420

2009/420/EG: Beschikking van de Commissie van 28 mei 2009 tot wijziging van Beschikking 2006/133/EG tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al . (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan (Kennisgeving geschied onder nummer C(2009) 3868)

PB L 135 van 30.5.2009, p. 29–32 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

Legal status of the document No longer in force, Date of end of validity: 26/09/2012; opgeheven door 32012D0535

ELI: http://data.europa.eu/eli/dec/2009/420/oj

30.5.2009   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 135/29


BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

van 28 mei 2009

tot wijziging van Beschikking 2006/133/EG tot tijdelijke verplichting van de lidstaten om ten aanzien van andere gebieden in Portugal dan die waarvan bekend is dat Bursaphelenchus xylophilus (Steiner et Buhrer) Nickle et al. (het dennenaaltje) er niet voorkomt, aanvullende maatregelen te nemen teneinde de verspreiding ervan tegen te gaan

(Kennisgeving geschied onder nummer C(2009) 3868)

(2009/420/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 2000/29/EG van de Raad van 8 mei 2000 betreffende de beschermende maatregelen tegen het binnenbrengen en de verspreiding in de Gemeenschap van voor planten en voor plantaardige producten schadelijke organismen (1), en met name op artikel 16, lid 3, vierde zin,

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

In overeenstemming met Beschikking 2006/133/EG van de Commissie (2) voert Portugal een uitroeiingsprogramma uit om de verspreiding van het dennenaaltje tegen te gaan.

(2)

Op 16 januari 2009 heeft het Verenigd Koninkrijk de Commissie in kennis gesteld van de onderschepping van verpakkingsmateriaal van hout uit Portugal dat levende dennenaaltjes bevatte en in strijd met Beschikking 2006/133/EG niet was gemerkt overeenkomstig Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen inzake „Guidelines for regulating wood packaging material in international trade”, hierna „Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen” genoemd.

(3)

Op 20 februari 2009 stelde België de Commissie in kennis van vijf niet-conforme zendingen schors en houtafval uit Portugal. De onderschepte schors ging vergezeld van certificaten van een fytosanitaire behandeling door middel van fumigatie. Volgens Beschikking 2006/133/EG moet schors evenwel een warmtebehandeling ondergaan. Bij de onderschepte zending houtafval werden in de begeleidende documenten bovendien inconsistenties aangetroffen.

(4)

Op 11 februari 2009 stelde Spanje de Commissie in kennis van de onderschepping van zendingen schors en afval van vatbaar hout uit Portugal waarin levende dennenaaltjes werden aangetroffen. Op 20 februari 2009 en 3 maart 2009 stelde Spanje de Commissie in kennis van de onderschepping van zendingen vatbaar hout uit Portugal, die niet vergezeld gingen van een volgens punt 1, onder a), van de bijlage bij Beschikking 2006/133/EG vereist plantenpaspoort. Op 3, 6 en 18 maart 2009 stelde Spanje de Commissie in kennis van de onderschepping van zendingen van verpakkingsmateriaal van hout uit Portugal dat in strijd met Beschikking 2006/133/EG niet was gemerkt overeenkomstig Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen.

(5)

Op 1 april 2009 heeft Ierland de Commissie in kennis gesteld van de onderschepping van verpakkingsmateriaal van hout uit Portugal waarin levende dennenaaltjes werden aangetroffen. Verder heeft Ierland de Commissie op 21 april 2009 in kennis gesteld van de onderschepping van vier zendingen verpakkingsmateriaal van hout uit Portugal dat niet was gemerkt overeenkomstig Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen.

(6)

Op 24 maart 2009 en 3 april 2009 heeft Litouwen de Commissie in kennis gesteld van de onderschepping van verpakkingsmateriaal van hout uit Portugal dat niet was gemerkt overeenkomstig Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen.

(7)

Bij controles die de Commissie tussen 2 en 11 maart 2009 in Portugal heeft uitgevoerd, bleek dat er geen volledig toezicht is op het vervoer van hout en verpakkingsmateriaal van hout, hoewel dat door Beschikking 2006/133/EG wordt verlangd. In het bijzonder werden bij de controle van wegcontroles bij de Spaanse grens diverse gevallen van niet-inachtneming van de voorschriften ontdekt. Bijgevolg kan niet worden uitgesloten dat dennenaaltjes buiten de afgebakende gebieden in Portugal worden verspreid.

(8)

Gezien die nieuwe bevindingen in diverse lidstaten en de resultaten van het controlebezoek door de Commissie is het noodzakelijk dat Portugal het officiële toezicht op het vervoer van vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten van de afgebakende gebieden naar andere gebieden tot het maximaal haalbare niveau opvoert, teneinde ervoor te zorgen dat aan de voorwaarden in Beschikking 2006/133/EG wordt voldaan. Dat officiële toezicht moet speciaal gericht zijn op het vervoer waarbij de kans op de verspreiding van levende dennenaaltjes buiten de afgebakende gebieden het grootst is. Om de kans op fraude te beperken, moeten de officiële controles daar worden uitgevoerd waar vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten de afgebakende gebieden verlaten. De resultaten van het officiële toezicht moeten wekelijks aan de Commissie en de andere lidstaten worden medegedeeld, zodat zij de ontwikkelingen in Portugal op de voet kunnen volgen.

(9)

Om het toezicht op materiaal dat kan bijdragen tot de verspreiding van levende dennenaaltjes naar andere lidstaten uit te breiden, is het bovendien dienstig het officiële toezicht door de lidstaten op vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten die vanuit Portugal hun grondgebied binnenkomen, te intensiveren. Dat officiële toezicht moet bestaan uit een controle van de documenten, een overeenstemmingscontrole en zo nodig een fytosanitaire controle, waaronder eventueel een test op de aanwezigheid van dennenaaltjes. De frequentie van de officiële controles moet evenredig zijn aan het risico. Wanneer de niet-inachtneming van de voorschriften wordt bevestigd, moeten de in Richtlijn 2000/29/EG bedoelde passende maatregelen worden genomen.

(10)

Beschikking 2006/133/EG bevat thans geen voorschriften voor het vervoer van vatbaar hout van oorsprong uit andere gebieden dan de afgebakende gebieden, in de vorm van stuwmateriaal, tussenschotten en dwarsbalken, met inbegrip van hout dat niet meer zijn natuurlijke ronde oppervlak heeft, en in de vorm van pakkisten, kratten, trommels of vergelijkbare verpakkingen, laadborden, laadkisten of andere laadplateaus, dan wel opzetranden voor laadborden, al dan niet daadwerkelijk gebruikt voor het vervoer van allerhande voorwerpen (hierna „vatbaar verpakkingsmateriaal van hout” genoemd), uit de afgebakende gebieden naar andere gebieden in de lidstaten of in derde landen, dan wel voor het vervoer van dergelijk materiaal uit een deel van het afgebakende gebied waarvan bekend is dat het dennenaaltje er voorkomt naar het deel van het afgebakende gebied dat als bufferzone is aangewezen.

(11)

De reden voor het ontbreken van dergelijke voorschriften is dat er bij vatbaar verpakkingsmateriaal van hout dat niet van oorsprong is uit de afgebakende gebieden, geen gevaar bestaat dat het dennenaaltje erin voorkomt, zelfs wanneer dergelijk materiaal binnen de afgebakende gebieden wordt vervoerd. Het is momenteel evenwel niet mogelijk dergelijk verpakkingsmateriaal te onderscheiden van verpakkingsmateriaal van hout dat van oorsprong is uit de afgebakende gebieden, maar in strijd met Beschikking 2006/133/EG niet overeenkomstig bijlage II bij Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen gemerkt is.

(12)

Wegens het voorzorgsbeginsel moet daarom al het vatbare verpakkingsmateriaal van hout, ongeacht de oorsprong, dat de afgebakende gebieden verlaat zonder overeenkomstig bijlage II bij Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen gemerkt te zijn, door de bevoegde officiële instanties van de lidstaten worden beschouwd als materiaal dat niet in overeenstemming is met Beschikking 2006/133/EG. Het is derhalve dienstig het vervoer van dergelijk materiaal dat van oorsprong is uit andere gebieden dan de afgebakende gebieden en vanuit de afgebakende gebieden wordt vervoerd naar niet-afgebakende gebieden in de lidstaten of in derde landen, alsmede het vervoer van dat materiaal uit het deel van de afgebakende gebieden waarvan bekend is dat het dennenaaltje er voorkomt naar het deel van de afgebakende gebieden dat als bufferzone is aangewezen, te verbieden tenzij kan worden vastgesteld dat er geen gevaar bestaat dat hierdoor het dennenaaltje wordt verspreid.

(13)

Dergelijk materiaal wordt geacht geen gevaar voor de verspreiding van het dennenaaltje op te leveren wanneer het een van de in bijlage I bij Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen gespecificeerde goedgekeurde behandelingen heeft ondergaan en gemerkt is overeenkomstig bijlage II bij die norm. Thans is er geen alternatief dat even grote garanties kan geven, in het bijzonder omdat er op communautair niveau geen systeem bestaat op grond waarvan de bevoegde officiële instanties in de lidstaten de oorsprong van het voor de productie van vatbaar verpakkingsmateriaal gebruikt hout certificeren en een dergelijk systeem ook niet op korte termijn kan worden ingevoerd.

(14)

Er zijn aanwijzingen dat het risico voor de verspreiding van het dennenaaltje bij kisten die volledig bestaan uit hout met een dikte van 6 mm of minder kleiner is dan bij die van dikker hout. Daarom moeten dergelijke kisten ongeacht de oorsprong van het hout dat voor hun productie is gebruikt, worden uitgesloten van de behandelings- en merkverplichtingen overeenkomstig Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen.

(15)

Om de marktdeelnemers voldoende tijd te geven om zich aan de in deze beschikking opgenomen eisen aan te passen, dient deze beschikking niet van toepassing te zijn vóór 16 juni 2009.

(16)

De in deze beschikking vervatte maatregelen zijn in overeenstemming met het advies van het Permanent Plantenziektekundig Comité,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

Beschikking 2006/133/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

In artikel 2 wordt na de eerste alinea de volgende alinea ingevoegd:

„Bij het toezicht op de naleving van de in punt 1 van de bijlage opgenomen voorwaarden past Portugal het hoogst haalbare niveau van officiële controles toe op het vervoer van vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten uit afgebakende gebieden op zijn grondgebied naar andere dan de afgebakende gebieden in lidstaten of in derde landen. Het besteedt speciale aandacht aan het vervoer waarbij het risico dat levende dennenaaltjes buiten de afgebakende gebieden worden gebracht het grootst is. De officiële controles worden uitgevoerd op de punten waar het vatbare hout, de vatbare schors en de vatbare planten de afgebakende gebieden verlaten. Alle resultaten worden wekelijks aan de Commissie en de andere lidstaten medegedeeld.”.

2)

Artikel 3 wordt vervangen door:

„Artikel 3

1.   Andere lidstaten van bestemming dan Portugal voeren officieel toezicht uit op vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten, die afkomstig zijn uit Portugal en hun grondgebied binnenkomen. Dit toezicht omvat een controle van de documenten, waaronder een controle op de aanwezigheid en de conformiteit van de markering overeenkomstig deze beschikking, een overeenstemmingscontrole en zo nodig een fytosanitaire controle, waaronder eventueel een test op de aanwezigheid van dennenaaltjes.

2.   Het officiële toezicht in de zin van lid 1 wordt uitgevoerd met een frequentie die vooral afhankelijk is van het risico dat de verschillende soorten vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten meebrengen en van de naleving van de eisen in deze beschikking door de voor het vervoer van vatbaar hout, vatbare schors en vatbare planten verantwoordelijke marktdeelnemer in het verleden.

3.   Indien door het overeenkomstig lid 1 uitgevoerde officiële toezicht wordt bevestigd dat de voorschriften niet worden nageleefd, worden passende maatregelen genomen, zoals die welke worden genoemd in artikel 11 van Richtlijn 2000/29/EG.”.

3)

De bijlage wordt gewijzigd overeenkomstig de bijlage bij deze beschikking.

Artikel 2

Deze beschikking is van toepassing met ingang van 16 juni 2009.

Artikel 3

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 28 mei 2009.

Voor de Commissie

Androulla VASSILIOU

Lid van de Commissie


(1)  PB L 169 van 10.7.2000, blz. 1.

(2)  PB L 52 van 23.2.2006, blz. 34.


BIJLAGE

De bijlage bij Beschikking 2006/133/EG wordt als volgt gewijzigd:

1)

Punt 1, onder d), wordt vervangen door:

„d)

vatbaar hout in de vorm van stuwmateriaal, tussenschotten en dwarsbalken, met inbegrip van hout dat niet meer zijn natuurlijke ronde oppervlak heeft, en in de vorm van pakkisten, met uitzondering van die welke geheel bestaan uit hout met een dikte van 6 mm of minder, kratten, trommels of vergelijkbare verpakkingen, laadborden, laadkisten of andere laadplateaus, en opzetranden voor laadborden, al dan niet daadwerkelijk gebruikt voor het vervoer van allerhande voorwerpen, mag het afgebakende gebied niet verlaten; de verantwoordelijke officiële instantie kan een uitzondering op dit verbod toestaan als het hout is onderworpen aan een van de goedgekeurde behandelingen zoals aangegeven in bijlage I bij de Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen inzake „Guidelines for regulating wood packaging material in international trade” en is gemerkt overeenkomstig bijlage II bij die norm.”.

2)

Punt 2, onder g), wordt vervangen door:

„g)

vatbaar hout van oorsprong uit de afgebakende gebieden in de vorm van nieuw geproduceerde pakkisten, met uitzondering van die welke geheel bestaan uit hout met een dikte van 6 mm of minder, kratten, trommels of vergelijkbare verpakkingen, laadborden, laadkisten of andere laadplateaus, opzetranden voor laadborden, stuwmateriaal, tussenschotten en dwarsbalken, met inbegrip van hout dat niet meer zijn natuurlijke ronde oppervlak heeft, moet onderworpen worden aan een van de goedgekeurde behandelingen, als aangegeven in bijlage I bij de Internationale Norm nr. 15 van de FAO voor fytosanitaire maatregelen inzake „Guidelines for regulating wood packaging material in international trade” en moet worden voorzien van een merkteken overeenkomstig bijlage II bij die norm.”.


Top