EUR-Lex Access to European Union law

Back to EUR-Lex homepage

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document JOL_2007_106_R_0043_01

2007/241/EG: Besluit van de Raad van 27 maart 2007 betreffende de sluiting van de Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea
Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea

PB L 106 van 24.4.2007, p. 43–50 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, IT, LV, LT, HU, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)
PB L 4M van 8.1.2008, p. 381–388 (MT)

24.4.2007   

NL

Publicatieblad van de Europese Unie

L 106/43


BESLUIT VAN DE RAAD

van 27 maart 2007

betreffende de sluiting van de Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea

(2007/241/EG)

DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 170, in samenhang met artikel 300, lid 2, eerste alinea, eerste zin, en lid 3, eerste alinea,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van het Europees Parlement (1),

Overwegende hetgeen volgt:

(1)

De Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea is namens de Gemeenschap ondertekend op 22 november 2006, onder voorbehoud van eventuele sluiting op een later tijdstip, overeenkomstig het besluit van de Raad betreffende de ondertekening van de Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea (2).

(2)

De overeenkomst dient te worden goedgekeurd,

BESLUIT:

Artikel 1

De Overeenkomst voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea wordt namens de Gemeenschap goedgekeurd.

De tekst van de overeenkomst is aan dit besluit gehecht (3).

Artikel 2

De voorzitter van de Raad verricht namens de Gemeenschap de in artikel 12, lid 1, van de overeenkomst bedoelde kennisgeving (4).

Gedaan te Brussel, 27 maart 2007.

Voor de Raad

De voorzitter

P. STEINBRÜCK


(1)  Advies uitgebracht op 1 februari 2007 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).

(2)  Zie bladzijde 44 van dit Publicatieblad.

(3)  Zie bladzijde 44 van dit Publicatieblad.

(4)  De datum van inwerkingtreding van de overeenkomst zal door het secretariaat-generaal van de Raad bekend worden gemaakt in het Publicatieblad van de Europese Unie.


OVEREENKOMST

voor wetenschappelijke en technologische samenwerking tussen de Europese Gemeenschap en de regering van de Republiek Korea

DE EUROPESE GEMEENSCHAP,

(hierna de „Gemeenschap” genoemd), en

DE REGERING VAN DE REPUBLIEK KOREA,

(hierna „Korea” genoemd),

hierna samen „de partijen” genoemd;

OVERWEGENDE dat de Gemeenschap en Korea activiteiten op het gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie op een aantal gebieden van gemeenschappelijk belang beoefenen, en zich bewust van de snelle expansie van de wetenschappelijke kennis en het positieve aandeel ervan in het bevorderen van bilaterale en internationale samenwerking;

WENSENDE het terrein van de wetenschappelijke en technologische samenwerking op een aantal gebieden van gemeenschappelijk belang te verbreden door het opzetten van een productief partnerschap voor vreedzame doeleinden en wederzijdse voordelen;

GELET OP het feit dat een dergelijke samenwerking en de toepassing van de resultaten van een dergelijke samenwerking zullen bijdragen tot de economische en sociale ontwikkeling van de partijen; en

VERLANGENDE een formeel kader in te stellen voor de uitvoering van de algemene samenwerkingsactiviteiten die de samenwerking op het gebied van „wetenschap en technologie” tussen de partijen zullen versterken,

HEBBEN OMTRENT HET VOLGENDE OVEREENSTEMMING BEREIKT:

Artikel 1

Doel en beginselen

1.   De partijen bevorderen, ontwikkelen en vergemakkelijken in het kader van deze overeenkomst wetenschappelijke en technologische samenwerkingsactiviteiten voor vreedzame doeleinden, in overeenstemming met deze overeenkomst en de wet- en regelgeving van beide partijen.

2.   De samenwerkingsactiviteiten in het kader van deze overeenkomst worden uitgevoerd op basis van de volgende beginselen:

a)

wederzijdse en billijke bijdragen en voordelen;

b)

wederzijdse toegang tot de programma's, projecten en faciliteiten voor onderzoek en technologische ontwikkeling van elke partij door gastonderzoekers van de andere partij;

c)

tijdige uitwisseling van informatie die betrekking kan hebben op samenwerkingsactiviteiten;

d)

bevordering van de kennismaatschappij ten behoeve van de economische en sociale ontwikkeling van de partijen; en

e)

bescherming van intellectuele-eigendomsrechten in overeenstemming met bijlage II van deze overeenkomst.

Artikel 2

Definities

Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt verstaan onder:

1)

„directe samenwerkingsactiviteiten”: samenwerkingsactiviteiten tussen de partijen;

2)

„indirecte samenwerkingsactiviteiten”: activiteiten tussen in Korea en de Gemeenschap gevestigde juridische entiteiten door middel van de deelname van Koreaanse juridische entiteiten aan het communautaire kaderprogramma uit hoofde van artikel 166 van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (hierna „het kaderprogramma” genoemd) en de wederkerige deelname van in de Gemeenschap gevestigde juridische entiteiten aan Koreaanse onderzoeksprogramma's of -projecten op soortgelijke gebieden van wetenschap en technologie als onder het kaderprogramma vallen;

3)

„samenwerkingsactiviteiten”: zowel directe als indirecte samenwerkingsactiviteiten;

4)

„juridische entiteit”: elke natuurlijke persoon of rechtspersoon opgericht op grond van het nationale recht van zijn vestigingsplaats of op grond van het communautaire recht, die rechtspersoonlijkheid bezit en in eigen naam rechten en verplichtingen van welke aard dan ook kan hebben.

Artikel 3

Samenwerkingsactiviteiten

1.   De directe samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst kunnen omvatten:

a)

bijeenkomsten in verschillende vormen, inclusief bijeenkomsten van deskundigen, om te discussiëren en informatie uit te wisselen over wetenschappelijke en technologische onderwerpen van algemene of specifieke aard en om projecten en programma's voor onderzoek en ontwikkeling aan te wijzen die in samenwerkingverband kunnen worden ondernomen;

b)

uitwisseling van informatie over activiteiten, beleidslijnen, praktijken, wet- en regelgeving betreffende onderzoek en ontwikkeling;

c)

bezoeken en uitwisselingen van wetenschappers, technisch personeel en andere deskundigen over algemene of specifieke onderwerpen;

d)

uitvoering van samenwerkingsprojecten en -programma's waartoe door het in artikel 6 bedoelde gemengd comité kan worden besloten, in overeenstemming met de respectieve wet- en regelgeving van de partijen; en

e)

andere vormen van activiteiten op het gebied van wetenschap en technologie waartoe door het in artikel 6 bedoelde gemengd comité kan worden besloten, in overeenstemming met de respectieve wet- en regelgeving van de partijen.

2.   Met het oog op de ontwikkeling van indirecte samenwerkingsactiviteiten, en behoudens de bijlagen bij deze overeenkomst, kan elke in Korea of de Gemeenschap gevestigde juridische entiteit deelnemen aan onderzoeksprogramma's of -projecten die door de andere partij worden geleid en voor haar juridische entiteiten openstaan, in overeenstemming met de respectieve wet- en regelgeving van de partijen.

Artikel 4

Uitvoeringsprocedures

1.   Tussen de partijen kunnen uitvoeringsregelingen worden gesloten die voorzien in nadere bijzonderheden en procedures inzake samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst.

2.   Elke partij kan de uitvoering van wetenschappelijke en technologische samenwerkingsactiviteiten van de partijen delegeren aan specifieke instellingen voor directe uitvoering of ondersteuning van wetenschappelijke en technologische samenwerkingsactiviteiten tussen de partijen.

3.   Wetenschappelijke en technologische samenwerkingactiviteiten die niet op specifieke overeenkomsten steunen, door de partijen zijn gestimuleerd, ontwikkeld en vergemakkelijkt en zijn begonnen en op de datum van inwerkingtreding van deze overeenkomst niet zijn beëindigd, vallen vanaf die datum onder deze overeenkomst.

Artikel 5

Uitbreiding van de samenwerking

1.   Elke partij spant zich tot het uiterste in om aan de juridische entiteiten die op grond van deze overeenkomst samenwerkingsactiviteiten uitvoeren, alle potentiële voorzieningen toe te kennen met het oog op het vergemakkelijken van de werkzaamheden en bezoeken van onderzoekers die deelnemen aan deze samenwerkingsactiviteiten alsmede het binnen en buiten haar grondgebied brengen van materialen, gegevens en apparatuur bestemd voor gebruik bij deze samenwerkingsactiviteiten.

2.   Met betrekking tot de samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst kunnen de partijen, indien nodig en voor vreedzame doeleinden, de deelname toestaan van onderzoekers en organisaties uit alle sectoren van de onderzoeksgemeenschap inclusief de privésector.

Artikel 6

Gemengd comité

1.   Voor de coördinatie en vergemakkelijking van samenwerkingsactiviteiten in het kader van deze overeenkomst wordt namens Korea zorg gedragen door de Koreaanse ministeries die verantwoordelijk zijn voor wetenschap en technologie en, namens de Gemeenschap, door de diensten van de Commissie van de Europese Gemeenschappen (directoraat-generaal voor wetenschap, onderzoek en ontwikkeling), welke instanties optreden als uitvoerende organen.

2.   Voor het verzekeren van de effectieve uitvoering van deze overeenkomst richten de uitvoerende organen een Gemengd Comité voor wetenschappelijke en technologische samenwerking op (hierna „het gemengd comité” genoemd). Het gemengd comité bestaat uit officiële vertegenwoordigers van elke partij en wordt samen voorgezeten door de vertegenwoordigers van beide partijen. Het gemengd comité stelt in gemeenschappelijk overleg zijn eigen reglement van orde vast.

3.   Het gemengd comité heeft de volgende taken:

1)

uitwisselen van zienswijzen en informatie over wetenschappelijke en technologische beleidskwesties;

2)

evalueren en bespreken van de samenwerkingsactiviteiten en -prestaties op grond van deze overeenkomst;

3)

doen van aanbevelingen aan de partijen met betrekking tot de uitvoering van deze overeenkomst, hetgeen de aanwijzing en voorstelling van samenwerkingsactiviteiten op grond ervan en het stimuleren van de uitvoering ervan kan omvatten;

4)

verstrekken van een rapport aan de partijen over de status, de prestaties en de effectiviteit van de samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst. Dit rapport wordt gezonden aan het Gemengd Comité EU-Korea dat is opgericht bij de Kaderovereenkomst inzake handel en samenwerking.

4.   De besluiten van het gemengd comité komen in gemeenschappelijk overleg tot stand.

5.   De uitgaven van deelnemers voor de bijeenkomsten van het gemengd comité, zoals reis- en verblijfskosten, worden gedragen door de partijen waarop deze betrekking hebben. Alle andere kosten in verband met deze bijeenkomsten worden gedragen door de gastpartij.

6.   Het gemengd comité komt afwisselend in Korea en de Gemeenschap bijeen, waarbij het tijdstip van de bijeenkomsten in gemeenschappelijk overleg, bij voorkeur jaarlijks, wordt afgesproken.

Artikel 7

Financiering

1.   Deze overeenkomst wordt uitgevoerd onder voorbehoud van de beschikbaarheid van gereserveerde middelen en de toepasselijke wet- en regelgeving van elke partij.

2.   De kosten van de samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst worden gedragen zoals in gemeenschappelijk overleg vastgesteld.

3.   Wanneer specifieke samenwerkingsregelingen van de ene partij voorzien in financiële steun aan deelnemers van de andere partij, worden alle subsidies en financiële of andere bijdragen van de ene partij aan de deelnemers van de andere partij ter ondersteuning van de betrokken activiteiten toegekend vrij van belastingen en douanerechten overeenkomstig de relevante wet- en regelgeving die op het moment dat dergelijke subsidies en financiële of andere bijdragen worden toegekend van kracht is op de grondgebieden van elke partij.

Artikel 8

Informatie en intellectuele-eigendomsrechten

1.   Wetenschappelijke en technologische niet-eigendomsinformatie die voortkomt uit directe samenwerkingsactiviteiten kan door elke partij langs de gebruikelijke kanalen en in overeenstemming met haar algemene procedures voor het publiek beschikbaar worden gesteld.

2.   Intellectuele-eigendomsrechten en andere eigendomsrechten die ontstaan of worden ingesteld in de loop van samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst worden behandeld in overeenstemming met de bepalingen van bijlage II van deze overeenkomst.

Artikel 9

Territoriale toepassing

Deze overeenkomst is van toepassing, enerzijds, op ieder grondgebied waar het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap van toepassing is, onder de in dat Verdrag neergelegde voorwaarden, en, anderzijds, op het grondgebied van Korea. Dit vormt geen beletsel voor de uitvoering van samenwerkingsactiviteiten op open zee, in de ruimte of op het grondgebied van derde landen, in overeenstemming met het internationaal recht.

Artikel 10

Regeling van geschillen

1.   De bepalingen van deze overeenkomst doen geen afbreuk aan de rechten en verplichtingen van bestaande en/of toekomstige overeenkomsten inzake samenwerking tussen de partijen of tussen regeringen van lidstaten van de Gemeenschap en de regering van Korea.

2.   Alle vraagstukken of geschillen in verband met de interpretatie of uitvoering van deze overeenkomst worden door de partijen in overleg geregeld.

Artikel 11

Bijlagen

Bijlagen I (betreffende voorwaarden voor deelname) en II (betreffende intellectuele-eigendomsrechten) vormen een integrerend onderdeel van deze overeenkomst.

Artikel 12

Inwerkingtreding en opzegging

1.   Deze overeenkomst treedt in werking op de datum waarop de partijen diplomatieke nota's uitwisselen waarin zij elkaar mededelen dat hun voor de inwerkingtreding van deze overeenkomst vereiste respectieve interne procedures zijn voltooid.

2.   Deze overeenkomst blijft vijf jaar van kracht en blijft daarna van kracht tenzij ze door een van de partijen wordt opgezegd.

3.   Aan het einde van de eerste periode van vijf jaar of op elk moment daarna kan deze overeenkomst worden opgezegd door de andere partij minstens zes maanden van tevoren schriftelijk hiervan in kennis te stellen.

4.   Elke partij kan de impact en activiteiten van deze overeenkomst om de vijf jaar evalueren. Elke partij spant zich tot het uiterste in om de door de andere partij verrichte evaluatie te vergemakkelijken, en de partij die de evaluatie verricht, brengt de andere partij van de evaluatieresultaten op de hoogte.

5.   Deze overeenkomst kan met onderlinge toestemming van de partijen worden gewijzigd door de uitwisseling van diplomatieke nota's. Wijzigingen treden in werking na dezelfde procedure als bedoeld in lid 1, tenzij door de partijen anders overeengekomen.

6.   De opzegging van deze overeenkomst heeft geen invloed op de samenwerkingsactiviteiten die op grond van deze overeenkomst zijn ondernomen en op het moment van de opzegging van deze overeenkomst niet volledig zijn uitgevoerd, noch op specifieke rechten en verplichtingen die zijn ontstaan met inachtneming van de bijlagen bij deze overeenkomst.

TEN BLIJKE WAARVAN de ondergetekenden, hiertoe naar behoren gemachtigd door de Europese Gemeenschap respectievelijk de regering van de Republiek Korea, deze overeenkomst hebben ondertekend.

GEDAAN in tweevoud te Brussel, de tweeëntwintigste november tweeduizend zes in de Deense, de Duitse, de Engelse, de Estse, de Finse, de Franse, de Griekse, de Hongaarse, de Italiaanse, de Letse, de Litouwse, de Maltese, de Nederlandse, de Poolse, de Portugese, de Sloveense, de Slowaakse, de Spaanse, de Tsjechische, de Zweedse en de Koreaanse taal, zijnde alle teksten gelijkelijk authentiek.

Por la Comunidad Europea

Za Evropské společenství

For Det Europæiske Fællesskab

Für die Europäische Gemeinschaft

Euroopa Ühenduse nimel

Για την Ευρωπαϊκή Κοινότητα

For the European Community

Pour la Communauté européenne

Per la Comunità europea

Eiropas Kopienas vārdā

Europos bendrijos vardu

az Európai Közösség részéről

Għall-Kominità Ewropea

Voor de Europese Gemeenschap

W imieniu Wspólnoty Europejskiej

Pela Communidade Europeia

Za Európske spoločenstvo

Za Evropsko skupnost

Euroopan yhteisön puolesta

På Europeiska gemenskapens vägnar

Image

Image

Image

Por el Gobierno de la República de Corea

Za vládu Korejské republiky

For Republikken Koreas regering

Für die Regierung der Republik Korea

Korea Vabariigi Valitsuse nimel

Για την Κυβέρνηση της Δημοκρατίας της Κορέας

For the Government of the Republic of Korea

Pour le gouvernement de la République de Corée

Per il governo della Repubblica di Corea

Korejas Republikas vārdā

Korėjos Respublikos Vyriausybės vardu

A Koreai Köztársaság kormánya részéről

Għall-Gvern tar-Repubblíka tal-Korea

Voor de Regering van de Republiek Korea

W imieniu Rządu Republiki Korei

Pelo Governo da República da Coreia

Za vládu Kórejskej republiky

Za Vlado Republike Koreje

Korean tasavallan hallituksen puolesta

På Republiken Koreas regerings vägnar

Image

Image

BIJLAGE I

Voorwaarden voor de deelname van juridische entiteiten die zijn gevestigd in de Europese Gemeenschap en Korea

Binnen het kader van deze overeenkomst poogt, ingeval de ene partij met een juridische entiteit van de andere partij een contract voor een indirecte samenwerkingsactiviteit sluit, de andere partij op verzoek alle redelijke en mogelijke bijstand te verstrekken als voor de eerste partij nodig of nuttig kan zijn voor de vlotte uitvoering van een dergelijk contract.

1.   VOORWAARDEN VOOR DE DEELNAME VAN IN KOREA GEVESTIGDE JURIDISCHE ENTITEITEN AAN INDIRECTE SAMENWERKINGSACTIVITEITEN OP GROND VAN HET KADERPROGRAMMA VOOR ONDERZOEK VAN DE GEMEENSCHAP (HIERNA „HET KADERPROGRAMMA” GENOEMD)

a)

In Korea gevestigde juridische entiteiten kunnen deelnemen aan indirecte samenwerkingsactiviteiten op grond van het kaderprogramma van de Europese Gemeenschap voor activiteiten voor onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie onder de voorwaarden en beperkingen die zijn vastgesteld in de verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende de regels voor deelname van ondernemingen, onderzoekscentra en universiteiten en voor de verspreiding van onderzoeksresultaten voor de uitvoering van het kaderprogramma van de Europese Gemeenschap.

b)

Onverminderd a) dient de deelname van juridische entiteiten die in Korea zijn opgericht voor indirecte samenwerkingsactiviteiten op grond van de kaderprogramma's in overeenstemming te zijn met deze regels.

2.   VOORWAARDEN VOOR DE DEELNAME VAN IN DE EUROPESE GEMEENSCHAP GEVESTIGDE JURIDISCHE ENTITEITEN AAN KOREA'S ONDERZOEKSPROGRAMMA'S EN -PROJECTEN

a)

In de Gemeenschap gevestigde juridische entiteiten kunnen deelnemen aan de door de Koreaanse regering gefinancierde projecten of programma's voor onderzoek en ontwikkeling.

b)

In de Gemeenschap gevestigde juridische entiteiten nemen aan Korea's projecten of programma's voor onderzoek en ontwikkeling deel in overeenstemming met de relevante wet- en regelgeving van Korea en de relevante regels voor deelname aan dergelijke projecten of programma's.

BIJLAGE II

Beginselen inzake de toekenning van intellectuele-eigendomsrechten

1.   DEFINITIE

In het kader van deze overeenkomst heeft „intellectuele eigendom” de betekenis die het heeft in artikel 2 van het Verdrag tot oprichting van de Wereldorganisatie voor het intellectuele eigendom, gesloten in Stockholm op 14 juli 1967.

2.   INTELLECTUELE-EIGENDOMSRECHTEN VAN DE PARTIJEN BIJ DIRECTE SAMENWERKINGSACTIVITEITEN

a)

Tenzij door de partijen specifiek anders overeengekomen, zijn de volgende regels van toepassing op intellectuele-eigendomsrechten, met uitzondering van auteursrechten en gerelateerde rechten, die door de partijen zijn gegenereerd in de loop van op grond van artikel 3, lid 1, van deze overeenkomst uitgevoerde directe samenwerkingsactiviteiten.

1.

De partij die intellectueel eigendom genereert, heeft de volle eigendom. In het geval dat het intellectuele eigendom gezamenlijk is gegenereerd en het respectieve aandeel in de werkzaamheden van de twee partijen niet kan worden vastgesteld, hebben de partijen de gezamenlijke eigendom van het intellectuele eigendom.

2.

De partij die het intellectuele eigendom bezit, verleent de andere partij toegangsrechten om alle directe samenwerkingsactiviteiten uit te voeren. Dergelijke toegangsrechten worden vrij van auteursrechten verleend.

b)

Tenzij door de partijen specifiek anders overeengekomen, zijn de volgende regels van toepassing op auteursrechten en gerelateerde rechten van de partijen.

1.

Wanneer een partij door middel van tijdschriften, artikels, rapporten, boeken of in een andere vorm, inclusief videobanden en software, wetenschappelijke en technische gegevens, informatie of resultaten publiceert die voortkomen uit en betrekking hebben op samenwerkingsactiviteiten op grond van deze overeenkomst, spant de partij zich tot het uiterste in om voor de andere partij in alle landen waar auteursrechtelijke bescherming voorhanden is niet-exclusieve, onherroepelijke, auteursrechtenvrije licenties te verkrijgen om dergelijke werken te vertalen, te reproduceren, te bewerken, over te dragen en publiek te verspreiden.

2.

Op alle publiek verspreide kopieën van een auteursrechtelijk beschermd werk als bedoeld onder b), punt 1, dient(dienen) de naam(namen) van de auteur(s) van het werk te worden vermeld tenzij de auteur(s) expliciet daarvan afziet(afzien). Ook moet op een duidelijk zichtbare plaats een vermelding worden opgenomen met betrekking tot de samenwerkingssteun van de partijen.

c)

Tenzij door de partijen specifiek anders overeengekomen, zijn de volgende regels van toepassing op niet openbaar gemaakte informatie van de partijen.

1.

Bij het doorgeven aan de andere partij van informatie die nodig is voor het uitvoeren van directe samenwerkingsactiviteiten geeft elke partij aan welke informatie zij niet openbaar gemaakt wil zien.

2.

De partij die de informatie ontvangt kan voor specifieke doeleinden in verband met de uitvoering van deze overeenkomst onder eigen verantwoordelijkheid niet openbaar gemaakte informatie mededelen aan haar organen of de personen die via deze organen in dienst zijn.

3.

Met voorafgaande schriftelijke toestemming van de partij die de niet openbaar gemaakte informatie verstrekt, kan de andere partij dergelijke niet openbaar gemaakte informatie op grotere schaal verspreiden dan anders op grond van onder c), punt 2, toegestaan. De partijen werken samen procedures uit voor het aanvragen en verkrijgen van voorafgaande schriftelijke toestemming voor een dergelijke verspreiding op grotere schaal; elke partij verleent deze goedkeuring in de mate waarin dit door haar wet- en regelgeving is toegestaan.

4.

Informatie die voortkomt uit seminars, bijeenkomsten, op grond van deze overeenkomst geregelde overdrachten van personeel en van het gebruik van voorzieningen blijft vertrouwelijk wanneer aan de ontvanger van deze informatie op het moment dat deze wordt medegedeeld door de verstrekker ervan wordt gevraagd het vertrouwelijke of bevoorrechte karakter ervan te beschermen, overeenkomstig onder c), punt 1.

5.

Indien een van de partijen zich rekenschap ervan geeft dat zij niet in staat is, of redelijkerwijs verwacht niet in staat te zullen zijn, om de in punt 2, onder c), vervatte beperkingen en voorwaarden inzake de verspreiding na te leven, stelt zij de andere partij daarvan onmiddellijk in kennis. De partijen plegen vervolgens overleg om een passende gedragslijn te bepalen.

3.   INTELLECTUELE-EIGENDOMSRECHTEN VAN JURIDISCHE ENTITEITEN VAN DE PARTIJEN BIJ INDIRECTE SAMENWERKINGSACTIVITEITEN

a)

Elke partij verzekert dat de intellectuele-eigendomsrechten van juridische entiteiten van de ene partij die deelnemen aan door de andere partij geleide programma's voor onderzoek en ontwikkeling, en de gerelateerde rechten en verplichtingen die voortkomen uit deze deelname, verenigbaar zijn met de relevante wet- en regelgeving en internationale verdragen, inclusief de Overeenkomst inzake de handelsaspecten van het intellectuele eigendom, bijlage 1C van de Overeenkomst van Marrakesh tot oprichting van de Wereldhandelsorganisatie alsmede de Akte van Parijs van 24 juli 1971 van de Conventie van Bern voor de bescherming van werken van letterkunde en kunst en de Akte van Stockholm van 14 juli 1967 van het Verdrag van Parijs tot bescherming van het industriële eigendom.

b)

Elke partij verzekert dat op grond van haar geldende wet- en regelgeving juridische entiteiten van de ene partij die deelnemen aan door de andere partij geleide programma's voor onderzoek en ontwikkeling bij dezelfde indirecte samenwerkingsactiviteit ten aanzien van het intellectuele eigendom dezelfde rechten en verplichtingen genieten als de juridische entiteiten van de andere partij.


Top