32003D0189

Beschikking van de Commissie

van 18 maart 2003

betreffende de bekendmaking van de referentie van norm EN 613:2000 "Lokale gasverwarmingstoestellen volgens het convectieprincipe" overeenkomstig Richtlijn 90/396/EEG van de Raad

(kennisgeving geschied onder nummer C(2003) 710)

(Voor de EER relevante tekst)

(2003/189/EG)

DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,

Gelet op Richtlijn 90/396/EEG van de Raad van 29 juni 1990 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake gastoestellen(1), gewijzigd bij Richtlijn 93/68/EEG(2), en met name op artikel 6, lid 1,

Gelet op het advies van het Permanent Comité dat is ingesteld overeenkomstig artikel 5 van Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften en regels betreffende de diensten van de informatiemaatschappij(3), gewijzigd bij Richtlijn 98/48/EG(4),

Overwegende hetgeen volgt:

(1) Artikel 2 van Richtlijn 90/396/EEG bepaalt dat gastoestellen alleen in de handel gebracht en in gebruik genomen mogen worden als zij bij normaal gebruik geen gevaar opleveren voor de veiligheid van personen, huisdieren of eigendommen.

(2) Ingevolge artikel 5 van Richtlijn 90/396/EEG worden gastoestellen geacht aan de in artikel 3 van die richtlijn bedoelde fundamentele voorschriften te voldoen wanneer zij in overeenstemming zijn met de desbetreffende nationale normen tot omzetting van de geharmoniseerde normen waarvan de referentienummers in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt.

(3) De lidstaten zijn verplicht tot bekendmaking van de referentienummers van nationale normen tot omzetting van de geharmoniseerde normen waarvan de referentienummers in het Publicatieblad van de Europese Unie zijn bekendgemaakt.

(4) Het Verenigd Koninkrijk heeft formeel bezwaar aangetekend tegen geharmoniseerde norm EN 613:2000 "Lokale gasverwarmingstoestellen volgens het convectieprincipe", die op 13 juli 2000 door het Europees Comité voor Normalisatie (CEN) is goedgekeurd en op 18 juli 2001 in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen(5) is bekendgemaakt, op grond van het feit dat deze norm niet volledig in overeenstemming is met de fundamentele voorschriften van Richtlijn 90/396/EEG, en met name die onder de punten 2.1 en 3.2.2 van bijlage I. De ontwerpeisen voor haarden met een voorzijde van sierglas zijn volgens het Verenigd Koninkrijk namelijk ontoereikend om een hoog veiligheidsniveau te waarborgen. Het Verenigd Koninkrijk maakt zich vooral zorgen dat zich bij dergelijke producten een gevaarlijke situatie kan voordoen wanneer gas zich ophoopt. Dit opgehoopte, onverbrande gas zou tot ontbranding kunnen komen en daarbij ernstig letsel kunnen veroorzaken.

(5) Op basis van de informatie die in het kader van de raadpleging van de nationale autoriteiten, het CEN en het bij Richtlijn 98/34/EG ingestelde comité is ontvangen, is er geen bewijs gevonden voor de juistheid van de bewering dat er gevaar bestaat voor een gasophoping of een gasexplosie. Bijgevolg is niet aangetoond dat geharmoniseerde norm EN 613:2000 niet voldoet aan de fundamentele voorschriften van Richtlijn 90/396/EEG,

HEEFT DE VOLGENDE BESCHIKKING GEGEVEN:

Artikel 1

De referentie van norm EN 613:2000 "Lokale gasverwarmingstoestellen volgens het convectieprincipe", die op 13 juli 2000 door het Europees Comité voor Normalisatie (CEN) is goedgekeurd en voor het eerst is bekendgemaakt in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen van 18 juli 2001, wordt niet geschrapt uit de lijst van in het Publicatieblad van de Europese Unie bekendgemaakte normen. Ten aanzien van deze norm blijft er derhalve een vermoeden van overeenstemming met Richtlijn 90/396/EEG bestaan.

Artikel 2

Deze beschikking is gericht tot de lidstaten.

Gedaan te Brussel, 18 maart 2003.

Voor de Commissie

Erkki Liikanen

Lid van de Commissie

(1) PB L 196 van 26.7.1990, blz. 15.

(2) PB L 220 van 30.8.1993, blz. 1.

(3) PB L 204 van 21.7.1998, blz. 37.

(4) PB L 217 van 5.8.1998, blz. 18.

(5) PB C 202 van 18.7.2001, blz. 5.