Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62021CN0377

    Zaak C-377/21: Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door Cour du travail de Mons (België) op 21 juni 2021 — Ville de Mons, Zone de secours Hainaut — Centre / RM

    PB C 391 van 27.9.2021, p. 7–8 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    27.9.2021   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 391/7


    Verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door Cour du travail de Mons (België) op 21 juni 2021 — Ville de Mons, Zone de secours Hainaut — Centre / RM

    (Zaak C-377/21)

    (2021/C 391/11)

    Procestaal: Frans

    Verwijzende rechter

    Cour du travail de Mons

    Partijen in het hoofdgeding

    Verzoekende partijen: Ville de Mons, Zone de secours Hainaut — Centre

    Verwerende partij: RM

    Prejudiciële vraag

    Moet clausule 4 van de raamovereenkomst die ten uitvoer is gelegd bij richtlijn 97/81/EG van de Raad van 15 december 1997 betreffende de door de Unice, het CEEP en het EVV (1) gesloten raamovereenkomst inzake deeltijdarbeid, aldus worden uitgelegd dat zij niet in de weg staat aan een nationale regeling die voor de berekening van het salaris van voltijdse beroepsbrandweerlieden de als vrijwillig brandweerman in deeltijd gepresteerde diensten als financiële anciënniteit in aanmerking neemt op basis van het werkvolume — dat wil zeggen de duur van de werkelijk verrichte prestaties — volgens het ‚pro rata temporis’-beginsel, en niet op basis van de duur van de periode waarbinnen de prestaties zijn verricht?


    (1)  PB 1998, L 14, blz. 9.


    Top