Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 52015AP0101

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 28 april 2015 betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG betreffende de vermindering van het verbruik van lichte plastic draagtassen (05094/1/2015 — C8-0064/2015 — 2013/0371(COD))

    PB C 346 van 21.9.2016, p. 116–117 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    21.9.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 346/116


    P8_TA(2015)0101

    Vermindering van het verbruik van lichte plastic draagtassen ***II

    Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 28 april 2015 betreffende het standpunt van de Raad in eerste lezing met het oog op de aanneming van de richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG betreffende de vermindering van het verbruik van lichte plastic draagtassen (05094/1/2015 — C8-0064/2015 — 2013/0371(COD))

    (Gewone wetgevingsprocedure: tweede lezing)

    (2016/C 346/24)

    Het Europees Parlement,

    gezien het standpunt van de Raad in eerste lezing (05094/1/2015 — C8-0064/2015),

    gezien het advies van het Europees Economisch en Sociaal Comité van 26 februari 2014 (1),

    gezien het advies van het Comité van de Regio’s van 3 april 2014 (2),

    gezien zijn in eerste lezing geformuleerde standpunt (3) inzake het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2013)0761),

    gezien artikel 294, lid 7, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie,

    gezien artikel 76 van zijn Reglement,

    gezien de aanbeveling voor de tweede lezing van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid (A8-0130/2015),

    1.

    hecht zijn goedkeuring aan het standpunt van de Raad in eerste lezing;

    2.

    hecht zijn goedkeuring aan de verklaring die als bijlage bij onderhavige resolutie is gevoegd;

    3.

    constateert dat het besluit is vastgesteld overeenkomstig het standpunt van de Raad;

    4.

    verzoekt zijn Voorzitter het besluit samen met de voorzitter van de Raad overeenkomstig artikel 297, lid 1, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie te ondertekenen;

    5.

    verzoekt zijn secretaris-generaal het besluit te ondertekenen nadat is nagegaan of alle procedures naar behoren zijn uitgevoerd, en samen met de secretaris-generaal van de Raad zorg te dragen voor publicatie ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie;

    6.

    verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en aan de Commissie alsmede aan de nationale parlementen.


    (1)  PB C 214 van 8.7.2014, blz. 40.

    (2)  PB C 174 van 7.6.2014, blz. 43.

    (3)  Aangenomen teksten van 16.4.2014, P7_TA(2014)0417.


    BIJLAGE BIJ DE WETGEVINGSRESOLUTIE

    Verklaring van het Europees Parlement

    Het Europees Parlement neemt kennis van de verklaring van de Commissie over de vaststelling van het akkoord tot wijziging van Richtlijn 94/62/EG met het oog op de vermindering van het verbruik van lichte plastic draagtassen.

    Zoals de Commissie in haar toelichting heeft verklaard, bestaat de doelstelling van haar aanvankelijke voorstel erin „de negatieve gevolgen voor het milieu (vooral zwerfafval) te beperken, de afvalpreventie te bevorderen en de hulpbronnen efficiënter te gebruiken, maar ook de negatieve sociaaleconomische effecten te beperken. Meer specifiek wil het voorstel het verbruik van plastic draagtassen met een dikte van minder dan 50 micron (0,05 millimeter) in de Europese Unie verminderen.”

    Het Europees Parlement is van oordeel dat de door de medewetgevers overeengekomen tekst volledig strookt met de doelstellingen van het Commissievoorstel.

    De Commissie concludeerde in haar effectbeoordeling dat de optie die een preventiedoelstelling voor de gehele EU combineert met een uitdrukkelijke aanbeveling om gebruik te maken van een prijsstellingsmaatregel en de mogelijkheid voor de lidstaten om marktbeperkingen toe te passen in afwijking van artikel 18 een zeer groot potentieel heeft om ambitieuze milieuresultaten op te leveren, terwijl positieve economische effecten worden bereikt, de negatieve gevolgen voor de werkgelegenheid worden voorkomen, de aanvaarding door het publiek wordt gewaarborgd en wordt bijgedragen aan een grotere bewustwording inzake het duurzame verbruik.

    Het Europees Parlement is van mening dat de overeengekomen definitieve tekst is gebaseerd op de optie waaraan de Commissie in haar eigen effectbeoordeling de voorkeur geeft en dat in deze tekst passende bepalingen zijn opgenomen die de lidstaten in staat stellen voor een daadwerkelijke vermindering van het verbruik van plastic draagtassen in de gehele EU te zorgen.

    Het Europees Parlement wijst er bovendien op dat volgens paragraaf 30 van het Interinstitutioneel akkoord „Beter wetgeven” uit 2003 de medewetgevers mogen beslissen of een effectbeoordeling nodig is voorafgaand aan de aanneming van een belangrijk amendement.

    Het Europees Parlement wijst erop dat overeenkomstig artikel 13, lid 2, VEU „de instellingen loyaal [samenwerken].” Het Parlement waardeert de inspanningen van de Commissie met het oog op de afsluiting van de interinstitutionele onderhandelingen. Het betreurt echter het feit dat de in de verklaring van de Commissie kwesties aan de orde komen, die tijdens de wetgevingsprocedure reeds afdoende zijn behandeld.

    Ten slotte herinnert het Parlement eraan dat de Commissie als hoedster van de Verdragen volledig verantwoordelijk is voor de juiste toepassing van het Unierecht door de lidstaten.


    Top