Choose the experimental features you want to try

This document is an excerpt from the EUR-Lex website

Document 62016TN0053

    Zaak T-53/16: Beroep ingesteld op 5 februari 2016 — Ryanair en Airport Marketing Services/Commissie

    PB C 145 van 25.4.2016, p. 30–31 (BG, ES, CS, DA, DE, ET, EL, EN, FR, HR, IT, LV, LT, HU, MT, NL, PL, PT, RO, SK, SL, FI, SV)

    25.4.2016   

    NL

    Publicatieblad van de Europese Unie

    C 145/30


    Beroep ingesteld op 5 februari 2016 — Ryanair en Airport Marketing Services/Commissie

    (Zaak T-53/16)

    (2016/C 145/37)

    Procestaal: Engels

    Partijen

    Verzoekende partijen: Ryanair Ltd (Dublin, Ierland) en Airport Marketing Services Ltd (Dublin) (vertegenwoordigers: G. Berrisch, E. Vahida, I. Metaxas-Maragkidis, advocaten, en B. Byrne, solicitor)

    Verwerende partij: Europese Commissie

    Conclusies

    Verzoeksters concluderen

    tot nietigverklaring van de artikelen 1, 4, 5 en 6 van het besluit van de Commissie van 23 juli 2014 in staatssteunzaak SA.33961 (2012/C) (ex 2012/NN), houdende vaststelling dat Ryanair en Airport Marketing Services door een aantal overeenkomsten in verband met de luchthaven Nîmes-Garons onrechtmatige staatssteun hebben ontvangen die onverenigbaar is met de interne markt, en

    tot verwijzing van de Commissie in de kosten.

    Middelen en voornaamste argumenten

    Ter ondersteuning van hun beroep voeren verzoeksters vijf middelen aan.

    Eerste middel: het besluit is in strijd met artikel 41 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, het beginsel van behoorlijk bestuur en verzoeksters’ rechten van verdediging, aangezien de Commissie verzoeksters geen toegang heeft verleend tot het dossier van het onderzoek en hen niet in de gelegenheid heeft gesteld hun standpunten daadwerkelijk kenbaar te maken.

    Tweede middel: de Commissie heeft artikel 107, lid 1, VWEU geschonden, aangezien zij de betrokken maatregelen ten onrechte heeft toegerekend aan de Staat.

    Derde middel: de Commissie heeft artikel 107, lid 1, VWEU geschonden, aangezien zij de middelen van Veolia Transport Aéroport de Nîmes (VTAN), een van de beheerders van de luchthaven, ten onrechte als staatsmiddelen heeft aangemerkt.

    Vierde middel: de Commissie heeft artikel 107, lid 1, VWEU geschonden, omdat zij de toets van de marktdeelnemer handelend in een markteconomie („Market Economy Operator Test”) onjuist heeft toegepast. De Commissie heeft ten onrechte geweigerd om zich te baseren op een vergelijkende analyse, die tot de conclusie zou hebben geleid dat aan verzoeksters geen steun is verleend. Subsidiair heeft de Commissie de marketingdiensten niet op de juiste waarde geschat, de beweegreden achter de beslissing van de luchthaven om dergelijke diensten aan te schaffen ten onrechte van tafel geschoven, ten onrechte de mogelijkheid uitgesloten dat een gedeelte van de marketingdiensten was verworven voor doeleinden van algemeen belang, ten onrechte de beheerder van de luchthaven, het Syndicat Mixte pour l’aménagement et le développement de l’aéroport de Nîmes — Alès — Camargue — Cévennes (SMAN) en de private contractpartij VTAN als één enkele entiteit beschouwd, en heeft zij haar conclusies gebaseerd op onvolledige en ongeschikte gegevens, op grond waarvan onmogelijk de winstgevendheid van de luchthaven kon worden berekend. Zij heeft voorts geen rekening gehouden met de externe netwerkeffecten die de luchthaven dankzij haar band met Ryanair naar alle waarschijnlijk zou ondervinden en zij heeft nagelaten om de gegevens die door de luchthaven zijn aangeleverd te vergelijken met de gegevens van een typische, goed beheerde luchthaven. En zelfs al zouden verzoeksters een voordeel hebben ontvangen, dan heeft de Commissie hoe dan ook niet aangetoond dat het om een selectief voordeel ging.

    Vijfde middel, dat subsidiair wordt aangevoerd: de Commissie heeft de artikelen 107, lid 1, VWEU en 108, lid 2, VWEU geschonden. Zij heeft namelijk een kennelijke beoordelingsfout gemaakt en het recht onjuist opgevat door vast te stellen dat de steun aan Ryanair en Airport Marketing Services gelijk was aan de gecumuleerde marginale verliezen van de luchthaven (zoals berekend door de Commissie), terwijl zij eigenlijk had moeten nagaan welk voordeel Ryanair en Airport Marketing Services in de praktijk hebben genoten. De Commissie had moeten onderzoeken in welke mate het vermeende voordeel daadwerkelijk ten goede was gekomen aan de passagiers van Ryanair. Zij heeft bovendien nagelaten om eventuele competitieve voordelen die Ryanair door de beweerdelijke steun zou hebben genoten, in cijfers uit te drukken. De Commissie heeft voorts niet naar behoren uitgelegd waarom de terugvordering van het in het besluit gespecificeerde steunbedrag noodzakelijk was om opnieuw tot de situatie te komen die bestond vóór de steunverlening.


    Top